Een gedicht van J.W.F. Werumeus Buning 1891-1959
Zo tedere schade als de bloemen vrezen
Zo tedere schade als de bloemen vrezen Van zachte regen in de maand van mei, Zo koel en teder heeft uw sterven mij Schade gedaan, die nimmer zal genezen.
Eens, toen wij na de nacht tesaam verrezen Lagen de rozen vochtig en gebroken, ik en gij Wisten die lange nacht de regen, ik noch gij Konden van teerheid immermeer genezen.
Gij hebt de witte en de rode rozenbladen Gebeurd in uwe smalle hand, - zij vielen Vochtig en sidderend weer in ’t diepe gras.
Hoe zal dan ’t hart van even tedere schade Genezen, nu om u de rozen vielen, Nu uwe handen stil zijn, diep in ’t gras.
In memoriam (1921)
|