Een gedicht van Augusta Peaux 1859-1944
Tegenstelling
Weegt op de nacht een dubbele donkerheid door zoveel ogen, duister voor altijd? Gaat in de dag de stilte warende om van zoveel lippen met doods zegel stom?
Neen luide zijn de dagen met de klank van zwaar geschut en felle wapens blank en nachten lichten van de hoge vlam die laait door 't land en zoekt het offerlam.
Duister en stilte zijn gelijk vermoord, al breekt de klank in 't oor dat niet meer hoort al dooft de vonk in 't oog dat niet meer ziet, al wordt de ziel geblust in 't bloed dat vliet.
Gedichten (1918)
|