God, ik zoek even contact met U. Wil je mij nabij zijn? Geef mij geloof en vertrouwen kracht en volharding zodat ik mij ten volle kan geven aan de opdracht die ik nu mag vervullen. Amen
Wij streven ernaar om in contact te komen met families die niet betrokken zijn op de parochie. Eerder dan enkel maar een Kerk te zijn die verwelkomt en onthaalt, proberen wij een Kerk te zijn die naar buiten treedt en die gaat naar mannen en vrouwen die niet deelnemen aan het parochieleven, die daar niet veel van afweten en die er onverschillig tegenover staan. Wij organiseren geloofsactiviteiten op publieke plaatsten waar veel mensen samenkomen: wij bidden, vieren de mis, bieden, na een korte voorbereiding, het doopsel aan. Dit is de manier waarop het er aan toe gaat in onze parochies en in ons bisdom. Bovendien strekken wij ook de hand uit naar mensen die ver van ons verwijderd zijn via digitale middelen, het internet, SMS....
We moeten resoluut naar buiten gaan en naar de rand snellen. We dienen ons te hoeden voor de geestelijke verzwakking van een Kerk die helemaal opgaat in haar eigen wereld. Wanneer een Kerk zo evolueert dan wordt ze ziek. Inderdaad, als je de straat opgaat dan neem je het risico dat er ongelukken gebeuren, net zoals bij elke gewone man of vrouw die buitenkomt. Maar een Kerk die al te zeer op zichzelf betrokken blijft, zal snel oud worden. Indien ik zou moeten kiezen tussen een gewonde Kerk die de straten opgaat en een zieke, teruggetrokken Kerk, dan zou ik beslist kiezen voor de eerste.
Maria, in de nis van de rots hebt U zich aan Bernadette getoond.
U bracht de warmte van een aanwezigheid,
licht en schoonheid In de koude
en de duisternis van de winter.
Breng hoop en vertrouwen in de vaak duistere hoeken
van ons bestaan en in de duistere
hoeken van de wereld,
waar het kwaad heerst !
Onbevlekte Ontvangenis,
kom te hulp aan de zondaars die wij zijn.
Geef ons de nederigheid van de bekering,
de moed om boete te doen.
Leer ons te bidden voor alle mensen.
Leid ons naar de bronnen van het echte leven.
Maak ons tot pelgrims onderweg in de schoot van uw Kerk.
Scherp in ons de honger naar de Eucharistie,
het brood voor onze weg, het brood van leven.
In U, Maria, doet de Heilige Geest zijn wonderwerken:
door zijn kracht bracht Hij U bij de Vader,
in de heerlijkheid van uw Zoon, levend voor altijd.
Zie met tederheid
naar de ellende van onze lichamen en van onze zielen.
Schitter voor ons, als een zacht licht
op de dag van onze dood.
Met Bernadette bidden wij tot U, Maria,
in de eenvoud van de kinderen.
Doe ons intreden, zoals zij, in de geest van de Zaligsprekingen.
Dan zullen wij, nu en hier de vreugde van het
Godsrijk leren kennen, en met U zingen:
Magnificat !
Eer aan U,
Maagd Maria,gelukkige dienstmaagd van de Heer,
Moeder van God,
woonplaats van de Heilige Geest !
Ik moet toegeven dat ik van deze akte nog nooit had gehoord. De akten vaan hoop, geloof en liefde alsook de akte van berouw zijn me wel bekend, maar zal nog met moeite de woorden vinden. Het was n.a.v. een uitnodiging om een mis bij te wonen volgens de Latijnse ritus dat ik met bovenstaande werd geconfronteerd. Want de priester van dienst hamerde erop dat we naast de gewone akten zeer zeker 'de akte van nederigheid' moesten bidden alvorens te communiceren.
Ik heb deze dan maar eens opgezocht, en hoewel ze uit de tijd mag zijn, en het trof me wel hoe zinvol deze woorden zijn als je er even wil bij stilstaan ... misscchien voorbijgestreefd, en toch.
Ik laat een stukje achter.
Jezus, zachtmoedig en nedering van hart, maar ons hart
gelijk aan het uwe
van het verlangen om gewaardeerd te worden, bevrijd me, o
Jezus
van het verlangen om beming te worden, bevrijd me, o Jezus
van het verlangen om geëerd te worden, bevrijd me, o Jezus
van het verlangen om geprezen te worden, bevrijd me, o Jezus
van het verlangen om verkeur te genieten, bevrijd me, o
Jezus
van het verlangen geraadpleegd te worden, bevrijd me, o
Jezus
van het verlangen om bevestigd te worden, bevrijd me, o
Jezus
van het verlangen om populair te zijn, bevrijd me, o Jezus
van de angst vernederd te worden, bevrijd me, o Jezus
van de angst verstoten te worden, bevrijd me, o Jezus
van de angst afgewezen te worden, bevrijd me, o Jezus
van de angst als onbenul beschouwd te worden, bevrijd me, o
Jezus
van de angst vergeten te worden, bevrijd me, o Jezus
van de angst benadeeld te worden, bevrijd me, o Jezus
van de angst belachelijk gemaakt te worden, bevrijd me, o
Jezus
van de angst verdacht te worden, bevrijd me, o Jezus.
Na de pauskeuze kunnen deze woorden een nieuwe inhoud krijgen misschien.
Wij kunnen geen bruggen tussen mensen bouwen, indien wij God vergeten. Maar ook het tegendeel is waar. Wij kunnen geen band hebben met God, zonder oog te hebben voor anderen.
Behoeders zijn, betekent eveneens dat we letten op onze gevoelens, op ons hart, want zij zijn de zetel van zowel goede als slechte voornemens; voornemens die opbouwend zijn of vernietigend. Weest niet bevreesd voor goedheid en tederheid!" (paus Franciscus)
Als je een kruisteken maakt, doe het goed, langzaam, ruim, met veel aandacht. Van je voorhoofd tot je hart, van je linkerschouder tot je rechterschouder. ... Dan omvat het heel je wezen, je lichaam en je ziel, je denken en je willen, je verstand en je gemoed, je doen en laten. Door dat kruisteken wordt alles in jou gesterkt, gezegend, in de kracht van Christus, in de naam van onze drie-enige God, Vader, Zoon en Geest.
Wat kosten twee
mussen? Zo goed als niets. Maar er valt er niet één dood neer als jullie Vader
het niet wil. Bij jullie zijn zelfs alle haren op je hoofd geteld. Wees dus
niet bang, jullie zijn meer waard dan een hele zwerm mussen.
Rond het middaguur
werd het donker in het hele land doordat de zon verduisterde. De duisternis
hield drie uur aan. Toen scheurde het voorhangsel van de tempel doormidden. En
Jezus riep met luide stem: Vader, in uw handen leg ik mijn geest. Toen hij
dat gezegd had, blies hij de laatste adem uit.
De Grot van Lourdes is voor mij altijd feest het voelt of ik dicht bij mijn Moeder ben geweest. Als ik mijn hand laat glijden over de vochtige wand, ... voel ik de warmte van haar hand op mijn hand.
Dan wordt het gelukkig en warm in mijn hart, Sta dan even stil, voel geen enkele smart. En als ik even later een kaarsje laat branden, bedank ik Mama innig voor al haar liefde en warme handen.
Hij was maar de man op een ezel, eenvoudig en zonder aanzien. Zonder grote parade, zonder rode loper onder de voeten, zonder lijfwachten. Geen speciale veiligheidsmaatregelen, geen agenten, geen afzettingen en geen geblokkeerde wegen. ... Hij was maar de man op een ezel, de koning der armen, de Messias van dienst. Zonder troon, zonder triomfantelijke en plechtige ontvangst van de overheid, zonder diplomatieke aanwezigheid. Hij was maar de man op een ezel, vol aandacht voor de minstbedeelden, vol zorg voor uitgestotenen en toch in verzet tegen uitbuiting en onrechtvaardigheid. Hij was maar de man op een ezel, de zachtste van alle mensen. Hij reed op een zacht dier, de hardste stad van alle steden binnen. Moeten wij dan ook die Man op de ezel in ons leven niet binnenlaten, ons grondig veranderen als wij Zijn Naam willen dragen?