God, ik zoek even contact met U. Wil je mij nabij zijn? Geef mij geloof en vertrouwen kracht en volharding zodat ik mij ten volle kan geven aan de opdracht die ik nu mag vervullen. Amen
WEG MET DIT ALLES! MAAK VAN HET HUIS VAN MIJN VADER GEEN MARKTHAL! (JOHANNES 2,13-22)
Hier zien we een andere kant van Jezus. Niet die zachtaardige man, zoals hij dikwijls afgebeeld wordt, maar een woedende Jezus. Een Jezus die grote schoonmaak houdt en protesteert tegen het gebruik van de tempel als een soort markthal.
Schoon schip maken: misschien moet ik het ook maar eens doen in mijn binnenste. Zelf een tempel worden van echtheid, zuiverheid, sereniteit, spiritualiteit en liefde. Heer Jezus, ga met uw gesel ook eens door mijn hart. Roei uit wat er niet thuishoort. Zuiver mij. Maak van mijn hart, meer en meer, een tempel waarin de Heilige Geest kan wonen, mij kan inspireren en mij uw liefde kan doen voelen. Ik dank U
“Wij verdragen niet langer dat te veel politici in België en Europa het egoïsme en de angst aanwakkeren, door muren op te trekken rond onze welvaart en de vreemde nieuwkomer niet op de eerste plaats als medemens in de ogen te kijken. Wij dagen alle beleidsmakers uit om moediger te zijn en hun medeburgers te betrekken in daden van gastvrijheid, integratie en solidariteit. Wij vragen meer inspanningen om de oorzaken van gedwongen migratie in de landen van herkomst weg te werken. … Wij roepen alle krachten in onze samenleving op om werk te maken van een cultuur van ontmoeting, omdat wij geloven dat elke waarachtige ontmoeting met een nieuwkomer de samenleving verrijkt en versterkt.”
Verlaat mij niet Heer, in mijn ouderdom, als 'k niet meer kan zoals ik graag zou willen. Als benen weigeren en handen trillen. Zie dan, juist dan, vol liefde, naar mij om.
Stuur mij mensen op mijn pad met groot geduld, als mijn geheugen het soms af laat weten als 'k dingen zoek, of namen ben vergeten, geef dat dan toch, Uw Liefde mij vervult..
En wordt het lichaam zwak, de ogen slecht, Laat dan Uw Woord, Uw naam mij vergezellen, opdat ik anderen nog kan vertellen, waar 't fundament de grondsteen is gelegd..
En als ik heel dicht bij het einde kom, vul mijn gebroken stem, dan met gezangen, en laat mij diep, heel diep naar U verlangen, Verlaat mij niet Heer, in mijn ouderdom.
Heer, maak ons tot mensen naar het beeld van uw Zoon: met ogen die niet alleen kijken, maar ook kunnen aanzien, met oren die niet alleen horen, maar ook kunnen luisteren, met een mond die niet alleen praat, maar ook kan aanspreken, met een verstand dat niet alleen begrijpt, maar ook kan verstaan, met een hart dat niet alleen klopt, maar ook bewogen kan zijn, met handen die niet alleen grijpen, maar zich ook kunnen openen, met voeten die niet alleen draven, maar ook tegemoet kunnen komen, want zo zijn wij gezegend en elkaar tot zegen.
Mijn zoon, streef naar bedachtzaamheid en wijs beraad, verlies die nooit uit het oog. Ze zullen een bron van leven voor je zijn, een sieraad om je hals.
Stil zou ik willen zijn vandaag en vertoeven en verwijlen bij zo velen die mij dierbaar zijn maar die rusten in de aarde, geborgen in de eeuwigheid van uw liefde.
Ik draag hun namen in mijn hart, en meer nog dan hun namen de herinnering aan wie ze zijn geweest…
Zij hebben van mij gehouden. Ik hield van hen. Zij hebben mij gemaakt tot wie ik ben… Zo talrijk zijn ze reeds, lieve God: familie, buren, kennissen, goede vrienden… Zo velen dichtbij en veraf.
Stil zou ik willen zijn vandaag en in die stilte - uw stilte - dankbaar toeven en verwijlen bij zo velen die mij dierbaar zijn en die rusten in de aarde.
Goede God, zo graag wil ik zelf de grond van mijn bestaan zijn, niemand iets schuldig zijn, mijn eigen baas zijn. Maak me eenvoudig en oprecht genoeg om te erkennen dat ik U en uw mensen alles schuldig blijf: liefde, genegenheid, verzoening, het leven zelf.
‘Vrede laat Ik jullie na, mijn eigen vrede geef Ik jullie, een andere dan de wereld te bieden heeft. Je moet je dus niet zo laten verontrusten en de moed niet verliezen.’
Heer, ik kom tot U en in de stilte van de ontluikende, nieuwe dag, zoek ik Uw aanwezigheid. Ik sluit mijn ogen, vouw mijn handen en verlang ernaar even met U alleen te zijn. U bent mijn Heer en het is mijn diepst verlangen dat U mij op al mijn wegen leidt. Ik heb geen woorden om te spreken, Heer; ‘k wil slechts alleen even met U samen zijn.
In de stilte van deze nieuwe dag, in Uw aanwezigheid, kom ik tot rust en ontvang nieuwe kracht. Uw Geest doorstroomt mijn wezen als ik U, hier in de stilte ontmoet. In mijn hart ontspringt een lied van lof en dank; ik zing voor Hem, heel zacht. Niets mag dit stille samen-zijn verstoren; hier ligt mijn sterkte als ik de nieuwe dag begroet.
Dit prachtige gedicht kwam ik tegen tijdens het opruimen van wat spulletjes uit vervlogen tijden..............
DE ROZENKRANS....
Als het vroeger weer oktober was de herfst had zich gemeld werd er bij potkachel en pijp een sterk verhaal verteld........ De lamp die bleef nog even uit petroleum was duur als enig licht.... het schijnsel van hout of kolenvuur In DIE tijd waren ouders thuis geëerd en heel wat mans men bad tezamen in geloof devoot de Rozenkrans
Voorwaar.....de tijd die stond niet stil nog minder de techniek Wie niet modern denkt elke dag noemt men al gauw ....antiek.... Men heeft het voor gebed of God nu immers veel te druk.... er moet zo nodig geld verdiend Daarvoor ...koopt....men ...GELUK? Ons hele leven is gericht op de miljoenendans De mens van NU heeft echt geen tijd meer voor de Rozenkrans
Maar.....razen rampen plotseling over ons leven heen en zoekt de mens naar hulp en steun voelt hij zich ..bang....alleen??? Is hij teneinde raad ziet hij geen toekomst meer? drijft hij ontredderd, zonder hoop en stuurloos heen en weer? Is hij de koers in het leven kwijt Geeft niemand hem nog kans? Dan grijpt die ZELFDE mens ineens die...OUDE ROZENKRANS !!!!!
Bij u, HEER, schuil ik, maak mij nooit te schande. Bevrijd mij en doe mij recht, hoor mij, haast u mij te helpen, wees voor mij een rots, een toevlucht, een vesting die mij redding biedt.
Er wordt wel eens geklaagd dat God in Nederland uit het openbare leven wordt verbannen "In Nederland lijkt op God een actief uitzettingsbeleid van toepassing te zijn. God is op het vliegtuig gezet naar het eiland van de privé-sfeer. Het is ieder voor zich en God voor ons allen. Maar bouw je daarmee een menselijke samenleving op?”
Waar God wordt doodgezwegen, komt het leven van de mens in gevaar. Ook in het evangelie wordt regelmatig onderstreept dat we God een plaats moeten geven in ons leven én de medemens. Geloof in God moet altijd gekoppeld zijn aan respect en zorg voor de medemens. Anders is ons gelovig zijn een leugen.
Eigenlijk geloof ik niets, en twijfel ik aan alles, zelfs aan U. Maar soms, wanneer ik denk dat Gij waarachtig leeft, dan denk ik, dat Gij Liefde zijt, en eenzaam, en dat, in dezelfde wanhoop, Gij mij zoekt zoals ik U.
Zelf echter trok hij een dagreis ver de woestijn in, ging zitten onder een bremstruik en begeerde te mogen sterven, en zeide: Het is genoeg! Neem nu Here, mijn leven, want ik ben niet beter dan mijn vaderen. 5Daarop legde hij zich neer en sliep in onder een bremstruik. Doch zie, daar raakte een engel hem aan en zeide tot hem: Sta op, eet. 6Toen hij rondzag, was daar, aan zijn hoofdeinde, een koek op gloeiende stenen gebakken en een kruik water. Hij at en dronk en legde zich weer neer. 7Doch wederom, ten tweeden male, raakte de engel des Heren hem aan, en zeide: Sta op, eet, want de reis zou voor u te ver zijn. 8Toen stond hij op, at en dronk en ging door de kracht van die spijs veertig dagen en veertig nachten tot aan het gebergte Gods, Horeb.
NU Iemand die ‘in zak en as’ zit, is verslagen, terneergeslagen, soms ook in financieel opzicht.
BIJBEL Verwijst naar een oude gewoonte bij de Israëlieten, die een zakvormig rouwkleed van ruwe stof aantrokken en as over hun hun hoofd strooiden als teken van verdriet, bijvoorbeeld bij iemands overlijden. In Daniël 9 2:3 staat: In zijn eerste regeringsjaar viel bij het lezen van de boeken mijn aandacht op het getal van zeventig jaren, de tijd dat, volgens het woord van de Heer aan de profeet Jeremia, Jeruzalem in puin zou liggen.
En ik, Daniël, richtte mij tot de Heer God om door bidden en smeken en door vasten in zak en as van Hem inzicht te verkrijgen.