God, ik zoek even contact met U. Wil je mij nabij zijn? Geef mij geloof en vertrouwen kracht en volharding zodat ik mij ten volle kan geven aan de opdracht die ik nu mag vervullen. Amen
De moeder stond door smart bevangen en met tranen langs haar wangen waar haar zoon gekruisigd hing
en het was haar in haar lijden of een zwaard haar kwam doorsnijden dat dwars door het hart heen ging.
Hoe verdrietig en verloren was de toch zo uitverkoren moeder die hem 't leven gaf.
ze moest klagen, ze moest rouwen en ze beefde bij 't aanschouwen van zijn vreselijke straf.
Wie voelt er geen tranen komen, die daarheen wordt meegenomen, waar hij Christus' moeder vindt?
Wie zou tranen binnenhouden als hij dat verdriet aanschouwde van de moeder bij haar kind?
Zij zag wat hij heeft geleden voor het kwaad dat mensen deden, zag de zwepen, zag het slaan,
hoorde 't kind, door haar gedragen, stervende om bijstand vragen, zag hoe hij is doodgegaan.
Vrouw van liefde en genade, wil toch op mijn schouders laden alles wat u lijden doet.
'k Wil mijn hart aan hem verpanden, laat mij dan van liefde branden opdat ik hem zo ontmoet.
Moeder, wil mijn hart bezeren met de wonden die hem deren, die zo nederig wilde zijn
om te lijden voor mijn zonden. Laat mij lijden aan zijn wonden, laat mij delen in de pijn. Laat mij huilen aan uw zijde, laat het kruis ook mij doen lijden tot ik zelf eens doodgaan moet:
'k wil mij naar het kruis begeven om daar met u mee te leven in wat hem zo lijden doet.
Stralende, ik moet u eren, wil u toch niet vàn mij keren, laat mij huilend bij u staan.
Laat mij Christus' dood ervaren, laat mij in mijn hart bewaren al wat hem is aangedaan.
Laat zijn pijnen mij genaken, laat het kruis mij dronken maken van de liefde voor uw zoon
en wil dan mijn voorspraak wezen als ik 't helse vuur moet vrezen na het oordeel voor zijn troon.
Laat het kruis over mij waken, laat zijn dood mij sterker maken, zodat hij me begeleidt
en mijn ziel, als 't lijf moest sterven, de verrukking doet verwerven die de hemel ons bereidt. foto van Toos Hermsen-de Groot. foto van Toos Hermsen-de Groot.
Hoe ga je om met de tegenslagen in je bestaan? Overkomen ze je, raak je helemaal ondersteboven, word je zelfs verbitterd? of kun je er mee omgaan om misschien te ontdekken dat je er een rijker mens door bent geworden? De zoon van Piet is verongelukt, hij is pas acht jaar oud, holt achter een voetbal de straat op en een auto schept hem. Mensen zeggen tegen Piet: je zult die chauffeur wel iets aan willen doen! ‘Die man heeft ook veel verdriet’, zegt Piet, bij zijn eigen verdriet. Piet raakt niet verbitterd, anderen wel. Wat is het geheim van Piet? Hij blijft open, hij blijft verbonden met andere mensen, ook met die chauffeur die zijn zoon overreden heeft. Hij stopt dat noodlottige ongeluk niet weg. Dat is gewoon kwaad, dat mag niet. We voelen het allemaal aan. je hoort je kind niet te verliezen, en zeker zo niet. Piet kijkt het aan, net zoals die joden in de woestijn de giftige slang hebben aangekeken. Alleen zij die dat doen worden geëerd, de anderen niet. Die sterven aan het gif van de slang, het gif van de verbittering. Daarom neemt dat verhaal van Jezus dit beeld op met het feest van Kruisverheffing. Niets verheerlijken, want dat is het kruis niet in eerste instantie. We zien het vandaag weer in Nord-Irak en Syrië waar christenen opnieuw worden gekruisigd door de Islamitische Staat. We kunnen het volgen op Youtube, via internet. Een zeer barbaarse manier om mensen te vermoorden. Alleen wie het kwaad aankijkt, kan er mee omgaan, zo geloof ik.
Uit: Joost Jansen, Woord voor onderweg. Overwegingen voor het jaar A.
Goede God, terwijl ik dit gebed bid sta ik hier thuis bij het kruis van uw Zoon Jezus. Geef troost en bemoediging aan allen die een zwaar kruis hebben te dragen. Help ons het leed van onze naasten te verlichten, en maak ons bereid om – waar mogelijk – mee te werken aan het wegnemen van de oorzaken van het lijden. Versterk daartoe ons geloof in de weg van Jezus, die via kruis en lijden voerde naar zijn verrijzenis en het leven bij U, tot in eeuwigheid.
Roeping, dat heb jij en ik, wij allemaal. Je bent geroepen je taken die je krijgt, je leven dat je leeft, je bent geroepen dat te leven als christen. Niks verhevens. Gewoon, daar waar jij functioneert.
Roeping is dus: Jezus volgen. God dienen op de plek waar je bent. Op de weg die jou gegeven wordt. Je huwelijk, je opvoeding, je werk, je vrije tijd, je lijf, je eten, je ontspanning, je gesprekken, je omstandigheden. In al die dingen Jezus volgen. Dienstbaar zijn. De heilige Geest door je laten werken. God op de eerste plaats zetten.
Wij zijn geroepen om lief te hebben. Ik zou het willen roepen in deze wereld: tegen de soldaat in de tank tegen het kind met de steen tegen de moeder van de martelaar tegen een drugsbende op zoek naar geld en macht tegen een terreurgroep op oorlogspad……
Maar ik zeg het vooral tegen mezelf Als ik me erger, als ik boos ben, als ik bang ben, als ik niet geloofd wordt…
Zeg het en deel er vanuit: deel rijkelijk uit van de liefde die elke mens in zich draagt, gekregen van een God die zelf liefde is.
Dat Zijn Licht je pad zal beschijnen; je de weg wijst die je mag gaan. Dat Zijn liefde je zal verwarmen; je in Zijn gloed naast de ander mag staan. Zijn vreugde je kracht zal zijn; bij alles wat je hoort en ziet. Dat Zijn vrede je zal omarmen; ook in momenten van verdriet. Dat Zijn engelen rondom je zijn; je beschermen zullen, de gehele tijd. Dat je steeds opnieuw zult ervaren; het is God die mij leidt.
God, onze Vader, wij danken U, dat wij na alle onrust, na al ons zoeken en dwalen rust mogen vinden in U. Als niets ons kan scheiden van uw liefde, durven wij onszelf en allen met wie wij leven toe te vertrouwen aan U. Geef, dat wij ons geborgen weten in uw liefde en trouw. Amen.
Op 8 september vieren wij het feest van Maria geboorte, negen maanden na haar onbevlekte ontvangenis.
Het is feest in de schoot van Anna en Joachim, haar ouders, het is feest voor heel het volk dat uitkijkt naar de komst van de Messias, de Verlosser.
Het is feest in de Kerk die in de geboorte van Maria het begin van het nieuwe verbond gedenkt. Zoals elke verjaardag ons herinnert aan de blijdschap van de geboorte van een mens, zo is Maria’s verjaardag een herinnering aan de nakende komst van de Mensenzoon, maar het is nog meer.
Wij gedenken Maria’s geboorte en dit betekent naast herinnering aan een moment in de geschiedenis ook het opnieuw beleven van de heilsgeschiedenis. Wij mogen nu, zoveel jaar later, opnieuw beleven hoe God zijn heil toont aan ons, gelovigen van nu, de Maria’s van deze tijd.
Gelukkige verjaardag aan ieder die, zoals Maria, voluit ‘ja’ zegt aan de Heer!
Maria is beslist vaak onthutst geweest over wat er met haar en haar Zoon gebeurde. Maar zij bewaarde dit alles in haar hart. Lucas zegt er niets over hoe zij die gebeurtenissen overdacht. Maar we kunnen het vermoeden als we het resultaat ervan zien, haar loflied. "Met heel mijn hart roem ik de Heer". Dit staat in: (Lucas 1, 46). Maria,s gebed is een danklied voor de grote dingen die de Heer met haar doet. "Haar overdenken", bestaat hierin dat ze de gebeurtenissen laat binnenkomen in haar hart, waar ze omgevormd worden tot lofzang en dankzegging. In haar hart krijgt alles zijn juiste plaats, alles krijgt er zin, zij ziet er hoe alles voorkomt uit de hand van de Vader en hoe Hij. te midden van zoveel wat ze niet begrijpt, grote dingen met haar doet. Indien je van Maria wilt leren om alles in een ruimer perspectief te zien, als een teken van de zorgende liefde van de Vader, dan zul je te midden van de onrust van de wereld worden van goddelijke veiligheid en vrede.
Lieve Vader in de hemel, al mijn zorgen leg ik voor U neer. Ik wil U bidden voor mijn vrienden, wilt U voor hen zorgen, Heer? Bescherm hen met Uw engelen, sla Uw armen om hen heen. Leid hen veilig naar Uw schuilplaats en laat hen nooit, nee nooit alleen. Blijf bij hen in de donkere nachten, blijf bij hen in de eenzame tijd. Bevrijd hen uit de macht van zonde. Sta naast hen in hun zwaarste strijd.
En als ze overmeesterd worden door ziekte, pijn, of diep verdriet, zend dan Uw Geest, om troost te brengen want U vergeet Uw kind’ren niet. Schenk hen hoop en nieuwe krachten zodat zij strijdend overeind blijven staan. Laat hen weten dat ze ‘t waard zijn en dat ze nooit alleen hoeven te gaan. Overlaad hen met Uw liefde en met Uw rust op al hun wegen. Schenk ze steeds Uw diepe vrede maar bovenal Uw rijke zegen.
In het licht van de internationale spanningen van vandaag, bid ik, samen met u en voor u, onderstaande toewijding aan Maria.
Heilige Moeder van God, Koningin van hemel en aarde,
wij komen tot bij U. Wij verkiezen U opnieuw tot onze Moeder. Wij vertrouwen ons toe aan Uw Onbevlekt Hart.
Neem deze toewijding van ons aan en wil ons geleiden op de weg van de vrede. Hoor ons roepen tot U in onze nood, in onze onmacht tegenover zoveel zonde en kwaad. Wat wij niet kunnen, zult gij in ons bewerken.
Zegen onze kinderen, bemoedig onze jeugd. Zegen onze gezinnen, troost onze zieken, sta de stervenden bij, geef moed aan de ouderen en licht aan hen die alleen door leven moeten gaan.
Zegen onze gemeenschap, onze Kerk en de hele wereld, neem de wereld op in Uw barmhartige Liefde!
Wees allen nabij en leer ons bidden om de Geest die alles nieuw maakt.
Geef ons meer geloof in uw Zoon Jezus Christus en leer ons bidden in vertrouwen en overgave.
Moeder Maria, kom bij ons wonen en toon ons de weg die leidt naar de echte vrede, naar liefdevol samenleven met elkaar, naar de vrede die alleen God kan geven, omdat Hij liefde is. Bescherm ons allen tegen onheil en geweld.
Wij zijn van U, bekeer ons hart en laat ons bouwen aan een betere wereld, hier en nu.
Levende God, U bent met ons begonnen en op weg gegaan, U zult ons ook thuisbrengen en voltooien.
Wij bidden U dat Jezus onze gids mag zijn, dat wij in zijn licht mogen leven met elkaar, dat wij mogen groeien in het geloof dat Hij de toekomst heeft, vandaag en alle dagen tot in eeuwigheid.
Geliefde broeders en zusters, onthoud dit goed: ieder mens moet zich haasten om te luisteren, maar traag zijn om te spreken, traag ook in het kwaad worden. Want de woede van een mens brengt niets voort dat in Gods ogen rechtvaardig is.
'Geloven is aannemen wat we niet zien en de beloning voor geloven is zien wat we aannemen.' Deze wijze en ware woorden sprak de kerkvader Augustinus. Zelf had hij de waarheid ervan ontdekt en ervaren.
Wanneer je over zijn woorden nadenkt, valt de vergelijking op tussen geloof en liefde en vriendschap. Want ook bij liefde en vriendschap nemen we aan wat we niet zien en de beloning is dat we zien wat we aannemen. Bij liefde en vriendschap voel je van binnen dat het om iets kostbaars gaat, wat het leven een bijzondere glans geeft. Het voelt goed, vertrouwd en veilig. En dat maakt je tegelijk krachtig en kwetsbaar. Je voelt je herkend en geaccepteerd. Datzelfde gevoel kunnen mensen ook herkennen in hun geloof.
Toon Hermans heeft dat gevoel onder woorden gebracht. 'Stel je voor wanneer iemand van je houdt je alles vergeeft je altijd bijstaat je nooit laat vallen. omdat hij je zwakheid kent. Dan is dat een bijzonder gevoel. Maar stel je nu eens voor dat die iemand de God van hemel en aarde is!
In gedachten zie ik Augustinus knikken en zeggen: '.. de beloning van geloven is zien wat we aannemen.'
Stenen, steen, zo hard als steen, zo sterk als steen.
Edelstenen of steenpuin, een opstapje of een drempel, bouwstenen of grafstenen.
Wat willen wij zijn?
De steen des aanstoots of de hoeksteen? Een steentje bijdragen of de eerste steen werpen? Met de molensteen om de hals… Een hart van steen.
Waar ligt onze keuze?
Steenrijk of geen steen om je hoofd op te leggen? Steen en been klagen of gewoon steengoed? Een steen naar de hemel gooien of de Stenen Tafelen? De steen der wijzen of de steen die is weggerold?
Ik heb nog nooit een foto van Jezus gezien; ik weet ook niet hoe Hij liep wel met wie. Ik weet niet hoe zijn stem klonk, wel de woorden die Hij gebruikte. Ik weet niet welke kleur ogen Hij had, maar wel hoe hij keek. Ik weet niet of Hij een groot hart had, ik weet niet alles van zijn karakter, maar wel dat kinderen Hem graag mochten en armen zich bij Hem thuis voelden. Dat Hij mild was voor eerlijke mensen en streng voor strooplikkers. Dat hij niet te snel oordeelde maar eerder verontschuldigde. Dat Hij niet haatdragend was, maar ongelooflijk vergevingsgezind. Ik weet eigenlijk veel meer van Jezus dan ik aanvankelijk had gedacht.