God, ik zoek even contact met U. Wil je mij nabij zijn? Geef mij geloof en vertrouwen kracht en volharding zodat ik mij ten volle kan geven aan de opdracht die ik nu mag vervullen. Amen
Vrienden, op Koningsdag ging ik voor in het Te Deum in de Sint-Michiels- en Sint-Goedelekathedraal te Brussel. In mijn homilie herinnerde ik aan de oproep van de apostel Paulus in zijn brief aan de christenen van Rome om elkaar hartelijk te beminnen met broederlijke genegenheid. Het zijn woorden van bijna tweeduizend jaar oud, maar als men ze hoort, is het alsof de historische afstand er niet meer is. Ze zijn niets van hun zeggingskracht verloren. Ook niets van hun actualiteit. Natuurlijk zijn het woorden gericht tot medechristenen. Maar ze reiken verder dan kerkelijke grenzen. Ze raken ons juist in onze menselijkheid.
Het is niet de pijn die zeer doet maar wel de angst en de onzekerheid, het gevoel een drenkeling te zijn en geen oever meer te zien.
Het is niet de pijn die zeer doet maar wel geen grond meer voelen geen hand kunnen grijpen en geen enkel lichtpunt zien in het duister van de nacht. Vlak naast de pijndrempel ligt de afgrond van de levensvragen, en die is beangstigend diep. Waarom? Waartoe? En voor wie en voor wat?
Het is niet de pijn die zeer doet maar: geen antwoord weten, zich verraden en verloren voelen - als een speelbal in de wind - tussen toeval en twijfel.
Zijn grootste pijn was niet op Golgotha maar in de boomgaard van Olijven. Zijn angst werd bloed en zweet en schreeuwen naar de Vader. Daar heeft Hij voor ons een weg gebaand: "Ik ben verrezen en nog bij jou. Mijn hand ligt op je schouder. Ik blijf bij jou tot alles is volbracht."
Als de angst verstilt... en Hij aanwezig is in jouw wezen, dan zwijgen alle vragen. Dan is de pijn het strakgespannen koord dat jou met Hem verbindt.
Drie woorden: Geloof, Hoop en Liefde. Ik hoop dat ze blijven bestaan, Want anders zal het met de mensheid gauw zijn gedaan. Dus, geloof hoop en liefde Voor ieder mens, én dier. Dan delen wij verdriet en liefde met al wat in ons zit. Het is de korte samnvatting van het belied van de huidige paus Franciscus, die meer aandacht vraagt voor mens en natuur, voor het behoud van de aarde, en zo voor verbeterde levensomstandigheden van de armsten, ver of dichtbij. De Heilige Franciscus achterna. Laten wij dat dan ook heel concreet beleven en gestalte geven in de kleine dingen die we doen mogen.
VANDAAG VIEREN WE HET FEEST VAN SINT-MAARTEN, METEEN OOK MIJN PATROON EN NAAMFEEST. DANKBAAR DAT IK ZIJN NAAM GESTALT MAG GEVEN IN MIJN DAGELIJKS LEVEN, WANT OOK IK PROBEER WAAR MOGELIJK MIJN MANTEL TE DELEN.
BIJ DEZE WENS IK DAN OOK ALLLEN EEN PRETTIG NAAMFEEST AAN HEN DIE EEN AFGELEIDE VAN DE NAAM MAARTEN MOGEN DRAGEN!
Volgens kardinaal Rainer Maria Woelki, de aartsbisschop van Keulen, hebben katholieken en protestanten nog altijd onvoldoende gemeenschappelijks om een oecumenische Eucharistie te vieren. Er bestaat volgens (nog) geen basis voor een dergelijke gemeenschappelijke dienst omdat beide kerkgemeenschappen het niet eens zijn over de centrale kwesties in verband met de Eucharistie. Voor katholieken is de eucharistie geen gewone maaltijd. Zij is het ware lichaam en bloed van Christus in de getranssubstantieerde gaven van brood en wijn. De werkelijke aanwezigheid van Christus is een onweerlegbare zekerheid voor katholieken.
Eén van de meest gewijde, folkloristische broden is dat van Sint Hubertus, patroon van de jagers die zijn feestdag vierde op 3 november. Vroeger leidde men jachthonden de kerk in om ze te laten zegenen op Sint Hubertusdag. Dit werd gezien als voorbehoedmiddel tegen hondsdolheid. Om diezelfde reden at men die dag de door de kerk gewijde Sint Hubertusbroodjes.
Vrienden van God. Dat is de magnifieke omschrijving voor de heiligen en voor ons allemaal. Je hoeft niets te doen om Gods vriend te zijn. Je wordt het zomaar, uit pure Liefde.
Jezus is duidelijk. Hij vat de hele Wet samen in één woord: bemin!
Bemin God. Bemin uzelf. Bemin uw naaste.
Ze staan gelijkwaardig naast elkaar en zijn met elkaar verbonden. Ik kan God niet beminnen als ik mezelf of mijn naaste haat. Ik kan mijn naaste niet beminnen, als ik mezelf haat. God is liefde. Waar liefde is, is God.
God, liefde is zoveel meer dan zoete, romantische gevoelens die komen en gaan. Liefde is een keuze: telkens weer ‘ja’ zeggen tegen de ander zoals hij is, ‘ja’ zeggen tegen mij, zoals ik ben, ‘ja’ zeggen tegen U, zoals U bent. Help me, vanuit uw ‘ja tot ons’ te leven.
Want de wortel van alle kwaad is geldzucht. Door zich daaraan over te geven, zijn sommigen van het geloof afgedwaald en hebben ze zichzelf veel leed berokkend. Maar jij, een dienaar van God, moet je hier verre van houden. Streef naar rechtvaardigheid, vroomheid, geloof, liefde, volharding en zachtmoedigheid.
Op Allerzielen, 2 november, vindt op de parochies een bijzondere viering – een eucharistieviering of een gebedsdienst - plaats waarin de parochianen die het afgelopen jaar zijn overleden, worden herdacht. Meestal worden hun namen één voor één afgeroepen en wordt voor elk van hen een kaarsje aangestoken. Het kruisje dat tijdens de uitvaart van de overledenen van het voorbije jaar in de parochiekerk op een herdenkingswand of herdenkingstafel werd gelegd, wordt tijdens die dienst overhandigd aan de nabestaanden die het dan mee naar huis kunnen nemen. De liturgische kleur is paars (of grijs).
Elk jaar viert de rooms-katholieke Kerk op 1 november het feest van Allerheiligen. Centraal staat het leven na de dood. In de feestelijke eucharistieviering die dag wordt het leven van de heiligen en martelaren, gekend en ongekend, herdacht. Allerheiligen wordt gevierd als een zondag. Er is niet zoveel onderscheid met de vieringen op de andere zondagen, zij het dat het om een hoogdag gaat met eigen accenten in de liturgie (eredienst). De liturgische kleur is wit.
Een literair en sociaal project waarbij dichters eenzaam gestorvenen begeleiden naar hun laatste rustplaats. Een project dat niet zou moeten, maar we kunnen niet om die verschrikkelijke waarheid heen. Vandaar gelukkig dat er mensen zijn die op deze of gene wijze toch een laatste eer betuigen aan de overledene.
Je hoort het in de media hoe vaker hoe meer en dan wijst men nogal vlug naar de ongevoelige egoïstishe maatschappij. Maar heb je er al bijgestaan dat, al had de overledene heel wat familie, deze geen enkel contact wou, ook al was ze amper een paar maanden voor de dood nog bij eigen broer geweest? En helaas is deze mens in alle eenzaamheid gestorven en kreeg ze een eenzame uitvaart, niet begeleid door poëzie of lied, maar door vier betaalde dragers....
"Wie of wat je bent en welk geloof je ook belijdt, toon wie je bent en geniet van de goddelijke momenten want het zijn voortekenen van het hiernamaals. Wees dankbaar maar probeer ook om te gaan met tegenslagen. Ja, vraag dan maar Zijn beschermende hand. Want ik ben er zeker van dat Hij bij ons is en voor ons zorgt. En blijf ook het goede zien in de mens. Zie elkaar graag en neem het op voor mekaar. Dat is wat elke godsdienst ons leert."
RozenkransEen rozenkrans (of paternoster) is een gebedssnoer dat gebruikt wordt door de katholieken als geheugensteun bij het bidden van het rozenkransgebed. Een rozenkrans bestaat uit 5 grote kralen en 50 kleine. Bij de grote kralen hoort een Onze Vader en bij de kleine kraaltjes hoort een Weesgegroet. Wie een rozenkransgebed bidt, bidt 150 maal het Weesgegroet en 15 maal het Onzevader, met andere woorden, men doorloopt de rozenkrans 3 keer. Aan de ketting zit een staartje met een kruis eraan. Deze staan symbool voor de inleidende aanroepen, gebeden en een geloofsbelijdenis.
Mysteries of geloofsgeheimen
Het bidden van een rozenkrans gaat gepaard met het gedenken van geloofsgeheimen (of mysteries). Er zijn 15 geloofsgeheimen, telkens gegroepeerd in groepjes van 5: de blijde, glorievolle en droevige mysteries. In 2002, het jaar van de rozenkrans, voegde paus Johannes Paulus II er de 5 geheimen van het licht aan toe. De mysteries geven een soort samenvatting van het evangelie. Het rozenkransgebed is een meditatie op de mysteries of de gebeurtenissen in het leven van Jezus die ons het plan van God openbaren om de mensen te redden. Sindsdien telt een rozenkransgebed 200 Weesgegroetjes en 20 Onzevaders.
Lieve Vader in de hemel, al mijn zorgen leg ik voor U neer. Ik wil U bidden voor mijn vrienden, wilt U voor hen zorgen, Heer? Bescherm hen, sla Uw armen om hen heen. Leid hen veilig naar Uw schuilplaats en laat hen nooit, nee nooit alleen. Blijf bij hen in de donkere nachten. Blijf bij hen in de eenzame tijd. Bevrijdt hen uit de macht van zonde. Sta naast hen in hun zwaarste strijd. En als ze overmeesterd worden door ziekte, pijn, of diep verdriet, zend dan Uw Geest, om troost te brengen, want U vergeet Uw kind’ren niet. Schenk hen hoop en nieuwe krachten zodat zij strijdend overeind blijven staan. Laat hen weten dat ze ‘t waard zijn en dat ze nooit alleen hoeven te gaan. Overlaad hen met Uw liefde en met Uw rust op al hun wegen. Schenk ze steeds Uw diepe vrede, maar bovenal Uw rijke zegen…