God, ik zoek even contact met U. Wil je mij nabij zijn? Geef mij geloof en vertrouwen kracht en volharding zodat ik mij ten volle kan geven aan de opdracht die ik nu mag vervullen. Amen
Op vrijdag 4 oktober luiden de kerkklokken wereldwijd voor 800 jaar interreligieuze dialoog.
Op vrijdag 4 oktober roept de franciscaanse familie in Vlaanderen met de steun van de Bisschoppenconferentie van België en de Moslimexecutieve alle mensen van goede wil wereldwijd op een teken van vrede te geven. Om 14 uur, bij het begin van het islamitisch vrijdaggebed, zullen op al meer dan 300 plekken in binnen- en buitenland de kerkklokken luiden als een oproep tot verzoening en verbroedering. De bisschoppen steunen de campagne door in alle kathedralen van ons land om 14 uur de klokken te laten luiden. Al meer dan 300 kerken, parochies, scholen … in 16 verschillende landen tekenden in op het initiatief via de website. In de deelnemende moskeeën zullen imams in hun vrijdagpreek naar de ontmoeting verwijzen.
Soms zoek ik naar een antwoord op mijn vragen in de stilte die ik in mij voel. Bewust of onbewust vul ik mijn levensdagen, maar dient m’n leven ook een ‘hoger’ doel? Is er iets of iemand die mij helpt en bij wil staan? Is er een ‘Levensbron’ die weet wat in mij omgaat en die met mij mee wil gaan? Want… er is iets van een ‘weten’ dat werkzaam is in mij. Stil, zo ‘stil aanwezig’.
Wanneer Gij komt, 't kan heden zijn, 't kan etenstijd met allen zijn, 't beloofde land, 't verwacht festijn, 't kan vreugde zijn of aardse pijn.
Wanneer Gij komt, 't kan morgen zijn, 't kan dageraad of avond zijn, de goede Herder kan het zijn, de Man met balsem, brood en wijn.
Wanneer Gij komt, 't kan middag zijn, door 't kruispunt loopt de dwarse lijn, met vuur gezuiverd staan wij rein, 't kan 't heerlijk uur der liefde zijn.
Wanneer Gij komt, nacht kan het zijn, 't kan donkerheid vol tranen zijn, of, vallen wij uit 't ijdel schrijn, 't kan 't laatste woord voor 't sterven zijn.
Wanneer Gij komt, 't kan eeuwig zijn, Uw lichaam kan zo glanzend zijn, 't kan Pasen in de bloesems zijn, Gij kunt voorgoed gekomen zijn.
Schrijver Koen Peeters (van onder meer De mensengenezer), vertelde in 2017 in het radioprogramma Touché hoe Helder Camara meermaals kwam logeren bij zijn vader Renaat Peeters, toen voorzitter van een internationale katholieke jongerenorganisatie. ‘Hij deed de sloefen aan van mijn moeder, omdat hij ook klein was, en nam mij op zijn schoot. Hij had een groot gouden kruis aan en ik trok dat kruis kapot.
Mijn vader was heel beschaamd. Hij heeft dat dan laten maken bij de lokale horlogemaker. Waarop Hélder Camara zei: Weet je, René, waarvoor dient dat eigenlijk? Ik ga stoppen met dat gouden kruis. Want dat klopt niet, tegelijk bezig zijn met de arme boeren. En hij verving dat door een houten kruis, eerst zelfs nog een houten kruis waar mijn moeder een vijs ingedraaid had.’
Dank U, Vader van ons leven en ons zozeer toegewend dat U, eeuwig, hoog verheven, elk van ons bij name kent. Dank U, dank U, Heer der Heren, dat U onze Vader bent.
Dank U, Christus, met ons lijden en de dood zozeer begaan, dat U ons daarvan bevrijdde met een mensenlichaam aan. Dank U, dank U, Jezus Christus, broeder-God in ons bestaan.
Dank U Geest, voor alle gaven aan ons hart en ons verstand; die ons hoop geeft op de haven van ons ware vaderland. Dank U, dank U, Geest van liefde, voor het vuur dat in ons brandt.
Michel van der Plas (1927 – 2013) Uit: De kleine bundel, Gooi en Sticht, Hilversum 1981
Het was de hovenier, die in het vroege licht de ranken heeft gericht, diep in elkaar verward, vervreemdend van het hart, de wortelstok.
Geen zag wat zich voltrok in het zeer vroege licht. Hij raakte hen slechts aan: zij zijn vaneengegaan, ontbonden ontwonden
Het was de hovenier. Verwonderd, in vroeg licht, gescheiden ongescheiden de door zijn hand geleide hartranken — Aan ons beiden hebt gij het, God, verricht.
Onlangs was ik tijdens mijn vakantie een dag in Lourdes. Ik vind het een ongelooflijk fascinerende en inspirerende plek. Ik stond daar in een lange rij aan te schuiven om aan de heilige grot te geraken en bevond me ongemerkt tussen een rij oude, zieke en kreupele mensen die daar naartoe werden gevoerd in oude karretjes.
Bij de aanblik van al deze miserie werd het mij te machtig en brak ik in snikken uit.
Deze tranen waren echter ook voor mezelf bestemd omdat ik al deze mensen benijdde om hun geloof, een geloof dat ik goeddeels verloren heb. Ik weende omdat ik mezelf een 'kreupele' voelde, gezond van lichaam maar verarmd van geest omdat ik niet meer dat vurige geloof van al die mensen kon voelen.
Leven is als ’t kauwen van een boterham: heel rustig de tijd verbijten en vermalen tot ons eigen menselijk bestaan.
Leven is: als samen eten van hetzelfde brood, zonder spreken weten wat de ander proeft en voelt, is samen door het leven gaan.
Leven is de boterham verdelen, is aan de ander geven waar je zelf naar vraagt… Het is onze tijd en ons bestaan verkruimelen: het ‘ik’ moet ‘in gemeenschap’ ondergaan.
Leven is nog niet begrijpend eten van het brood dat Hij ons heeft gegeven, Hij die eeuwig is. Eten en ook weten dat Hij in ons blijft leven, ook als de laatste zon in ’t donker van de nacht verdwenen is.
In 1870 werd de Heilige Jozef uitgeroepen tot beschermer van de Kerk, Gods grote familie, omdat Jozef zijn gezin als een rechtschapen man en trouwe huisvader in bescherming nam. Niet alleen nam hij de moeder van Jezus tot vrouw, maar ook had hij het Kind Jezus gered van de dood toen koning Herodes alle kleine jongetjes wilde doden.
Naast Jezus en Maria is ook Jozef onze verering meer dan waardig.
Don Bosco was een dromer en uit zijn droom ontstond een wereldwijde beweging. En zijn droom leeft voort tot op vandaag, bijna 205 jaar na zijn geboorte.
Zijn charisma inspireert ons om Gods liefde op een unieke manier naar de jongeren te brengen, vooral naar jongeren die in de samenleving weinig kansen krijgen.
Communiceert God met ons via onze dromen? Don Bosco dacht van wel: hem werd het plan van God voor zijn leven getoond in een droom toen hij pas negen jaar oud was. Een levendige droom die hij zijn hele leven heeft waargemaakt.
Dromen die je diepe mens-zijn raken, kunnen jouw verdere levensweg richting geven, kunnen je leiden en verregaand inspireren!
Deze dromen wekken onze creativiteit en zetten ons in beweging om stappen voorwaarts te zetten! God geeft ons als het ware het vermogen om de overtuigingen uit onze dromen waar te maken in woord en daad!
Dromen liggen aan de bron van creativiteit, leven en beleven! Sommige dromen kunnen we niet waarmaken en laten ons achter met een gevoel van mislukken ...
Hierbij leert Don Bosco ons niet vlug de moed op te geven, maar te blijven vechten voor onze levensdroom!
Don Bosco richtte zich op deze momenten van onmacht en twijfel tot God. Hij bad om kracht en hulp om zijn dromen toch verder te kunnen waarmaken!
De dromen van Don Bosco vormden levenslang zijn spirit en drijfveer om te blijven kiezen voor de weg van geloof in de kleine kwetsbare mens en in God.
Jullie zijn al rein door alles wat ik tegen jullie gezegd heb. Blijf in mij, dan blijf ik in jullie. Een rank die niet aan de wijnstok blijft, kan uit zichzelf geen vrucht dragen. Zo kunnen jullie geen vrucht dragen als jullie niet in mij blijven. Ik ben de wijnstok en jullie zijn de ranken. Als iemand in mij blijft en ik in hem, zal hij veel vrucht dragen. Maar zonder mij kun je niets doen.