Dat was de titel van een document, dat ik vele jaren terug ,kreeg van familieleden van wijlen onderpastoor Leo Verstraete ( °Lendelede 1906 + Lendelede 1976) . Verstraete kwam hier toe in 1946 en bleef er tot 1956 . Van 1956 tot 1965 was hij pastoor van Oeselgem en van 1965 tot 1975 van Handzame.
Pas aangekomen stichtte hij met enkele inwoners o.a. dokter Arthur Vanneste, Gilbert Vanneste (apotheker), Jozef Craeynest, Maurice Holvoet… de “Slossekring”, genoemd naar heemkundige Leopold Slosse, een geboren Markenaar. De “Slossekring” bleef zo een 10 jaar bestaan. Onderpastoor Verstraete werd wel verweten alles naar zich toe te trekken en ook zijn artikels te overtrekken.
Hier volgt de letterlijke weergave van een artikel, dat hij schreef in 1950.
“Daargelaten de vele Lieve-Vrouwkes in hun bescheiden nisjes boven huisdeuren, hof- en schuurpoorten, die andere, oude en nieuwe in hun alkoofjes onder het loverdak van beuk en linde; daargelaten ook de dankkapellekes van Ijzerweglaan (Hermelijnstraat) en Leieweg en van Rekkemstraat en Glorieux’uitweg (dat was een wegel die evenwijdig achter de huizen van de westkant van de Markekerkstraat liep), alsmede de 6 staties t.e.v. O.L.Vr. der 7 Weeën (1) , toont Marke met zijn 10 grotere Mariakapellekes zijn vrome overtuiging en biedt het ons een van zijn schoonste wezentrekken. Eens was Marke en dit blijft het Goddank nog heden ten dage het zeer Mariale Marke.Allen saam slaan ze hun zegel, hun merk op Marke. Moge het, Moeder, nooit veranderen….
Het oudste en schilderachtigste – hoeveel Markenaren zagen of bezagen het ooit van dichtbij- dateert van 1776 en staat onder een prachtige linde langs de Lanteweg, op het Goed ter Elst, thans bewoond door Georges Vanhauwaert. Onze Lieve Vrouwe van Bijstand wordt er vereerd in een zeer mooi antiek beeld, de Moeder met het Kind voorstellend. Het kapelleken regelmatig vers gewit en goed onderhouden verdient dat er in de meimaand vooral eens meer heen gepelgrimeerd wordt.
Een zeer oud en schoon kapelleke hebben wij ook aan de hoeve van René Lefevre in de Kannaertstraat. Eveneens stelt men er zijn eer in het bidplaatsje goed te onderhouden. Jammer dat geen Markenaar nog weet wanneer en door wie en om welke reden het er destijds werd gebouwd.
Waar nog een ander oud, maar helaas vervallen kapelleke staat, het is langs de Wallestraat, tussen Omer Lootens ( na hem Roger Denutte -nu hoeve te Coucx) en Nestor Esquenet. Voortijds werd O.L.Vr.-ter –Zege er vereerd en aanroepen.
Het vierde zeer mooi kapelleke, het abdijkapelleke zou men het kunnen heten, staat sedert onheuglijke tijden bij de inrijdreef van de Rodenburghoeve, oude heerlijkheid die in 1238 abdij werd en in 1268 ten laatste de gekende abdij van Groeninge werd. Herhaalde malen werd het herbouwd en thans is het een pareltje (kapel verdween in 1969 ).
Een eenvoudig maar mooi lands kapelleke, maar dat toch de schaduw van een boom mist, is dit op het erf van Frans Holvoet, die het hof te Soris, voormalig achterleen van het Hof-te –Marke bewoont. Het zou dateren van 1848 (volgens het kadaster in 1885 ,SB99b), toen het er geplaatst werd om er het spoken te beletten. Inderdaad waar of geen waar , men zag er, of meende er van op de Pauvre Leute, elke late avond verkeersels te zien. O.L.Vr. moest er de mensen van bevrijden. Het eerste beeldje werd er eens gestolen, weet men nog, misschien was het wel door die vroegere spoken !! ( In 1957 verdween het kapelletje door mutatie van het areaal; het werd niet meer heropgebouwd . Michel Chanterie toen dd. burgemeester liet begaan).
Het zesde Mariaoord hier bij ons stelt ons de Lieve Vrouwe van Lourdes voor in haar grot. Dat kapelleke staat in de tijd al dichter bij ons, daar het dateert van 1892. Waar het thans staat bij de inrij van de Kasteeldreef, vervangt het een ander rustiek scheefgezakt bidplaatske met schaliekes gedekt en met traliekes voor ’t deurke en een laag bidbankje ervoor. Binnenin stond een oud wit Lieve Vrouwke en een Sint-Rochus. Ten tijde dat de cholera te Kortrijk woedde, wisten de Kortrijkzanen dat kapelleke zeer goed staan. Ze kwamen er knielen en kaarsen ontsteken. Toen konden zij wel bidden, die van Kortrijk, bidden dat hun lippen daverden, vertelde mij een oud moederke. Philomeentje Callewaert heeft het jaren en jaren onderhouden tot het er eens omvergereden werd, ach, neen niet met opzet, want die onverlaat zou met onze Marbekenaars hebben te doen gehad en er zouden niet veel beentjes van hem overgeschoten zijn. Node zag men het dan ook verplaatsen van vlak tegenover de lusttuin van Mietje Backers’hof.(2) Geen lijkstoet kwam er langs of men poosde er om een kruisgebed te bidden en welke nood er ook wezen mocht of welk gevaar op til was, men viel er de Lieve Vrouwe te voet en vond er heul en solaas.
Het hedendaags wellicht drukst bezocht kapelleke van Marke is dat van O.L.Vr. van Lourdes, in de Markestraat, bij de woonst van Alfons Devos.( aan de inrit rechts ,van de weg naar Aveve).Er stond voorheen een klein onooglijk kluisje, gebouwd op cijns, gezeid Hermantjes kapelleke (3). Het werd vergroot en gerestaureerd ten jare 19….. Of het onderhouden wordt en begaan. Probeer maar nu vooral in de meie het te zien zonder brandende kaarsen, verse bloemen.
Het Groeningekapelleke tenden de Markestraat werd er gebouwd uit dankbaarheid ten jare 1919 door oud-burgemeester Cyriel De Brabandere. O.L.Vr. van Groeninge wordt er vereerd. Binnenin leest men er deze immer actuele bede: O, Maria, wil niet vergeten, deze die dolen en de weg wel weten. Men beweert dat het met den tijd in de weg zal staan, voor een nieuwe daar ontworpen baan , maar dan stelt heel Marke zich vast en zeker burgerlijke partij, om te zorgen dat er aldaar op staatskosten een ander rijze!! (4)
In 1946 werd dan op de grond van Baron de Bethune en met de bijdragen van de ganse bevolking een mooie kapel van grotere afmetingen gezet( Van Belleghemdreef, architect was Jean Roose, aannemer Palmer Vandermeersch). Ze staat er goed en wel, in harmonie met de schone omgeving, maar het is zoveel als was zij er niet, want immer blijft zij op slot. Op 13 mei 1950 werd zij geïnstalleerd als Fatimakapel. Wie neemt de zorg voor op zich ? Wie staat er voor in dat de Lieve Vrouwe van Fatima er wordt vereerd door de velen die thans aldaar voorbij moeten?( nu opgedragen aan O.L.Vr. van Bijstand).
Onder de oorlog kwam er bij de hofpoort van Gaston Vanneste in de Kannaertstraat nog een landelijk mooi kapelleke bij : Onze Lieve Vrouwke der Vlaamse wegen, heet zij. Laatst nu in 1948, in de extreme uithoek der parochie, aan de hoeve van A. Catteloin op Walle schier, werd Marke’s laatste kapelleke gebouwd, dat wil getuigen dat onze Vlaamse buiten vooral Maria’s erf wil zijn en blijven.( beide kapellen werden gebouwd door metselaar Jules Ferlin).
Hierbij wil ik nog 3 kapellen bijvoegen:
1/De Sint-Theresiakapel in de Vagevuurstraat dateert van 1927 en werd gebouwd door aannemer Gerard Leman.
2/ De kapel van Antonius van Padua in de Markebekestraat, gebouwd in 1893.
3/ De kapel toegewijd aan het H. Hart op de hoek van de Aardweg en de Rekkemsestraat gebouwd op initiatief van Gustaaf Lannoo. Vroeger jaren stond hier, telkens als de processie uitging ,een houten kapel, waar halt werd gehouden.
(1)Momenteel bestaan er nog 4 van die kapellen. Ze werden gebouwd op initiatief van Gabriël Vergote, die hier onderpastoor was van 1941 tot zijn benoeming tot pastoor van Zedelgem in 1946. Vergote was geboren in Beveren-Roeselare in 1909 en overleed in Roeselare in 1983.
Van zondag 7 april 1946 (Passiezondag) tot 12 april (Goede Vrijdag) stond op het programma een “Grote Missie”. De wijding van die kapellen greep plaats door deken van Kortrijk, Jonckheere , op Pasen 14 april. Tijdens de oorlog hadden de inwoners de belofte geuit kapellen te laten bouwen met het doel gespaard te blijven van verdere rampen.
(2)Maria De Backer-Cornillie was geboren te Moorsele in 1793 en overleed in 1867. Ze was ontzettend rijk. Ze was getrouwd met Joseph De Backer, een advocaat uit Kortrijk. Te Marke had Marie Cornillie een “hofstede” die ze “Campagne de Marcke” noemde. Pastoor Slosse noemt het “Miete Bakkers hof”. Zij had dit hof gekocht aan juffrouw Adelaïde Denijs, dochter van Ferdinand Denijs, burgemeester van Marke van 1820 tot 1829. Ferdinand Denijs overleed er in 1839. Pepin Lowie, een vriend van Cornillie erfde de helft van al haar goed. Het goed werd ook “Nijsens’n hof” genoemd.
(3)Dat kapelletje werd gebouwd omstreeks 1876 door eigenaar en vlashandelaar Désiré Herman ( ° Marke 1828 + Marke 1914). Er stond al een kapel begin 19e eeuw.
(4)De kapel werd begin 1979 verplaatst tot tegen de verblijfshoeve. De deuren + de kap + het binnenste zijn nog origineel. De muren werden hermetseld.
Foto genomen in 1952 . Leo Verstraete staat rechts op de foto, in het gezelschap van zijn broer priester en zijn moeder.
31-08-2015, 00:00 geschreven door Michel Markenaar
|