VERVOLG VAN DEEL 1
____________________
( 12) De smidse stond in de Markekerkstraat tussen de kerk en café “De Anker” ,bewoond door Emile Levecque. Joannes Baptist Robbe was hier smid sinds 1764. Hij werd in 1807 opgevolgd door zijn schoonzoon Romanus Delembre (1783-1855), die getrouwd was met zijn dochter Sophie Robbe. Karel ( 1819-1879), zoon van Romanus , werd smidsbaas en bleef ongehuwd. Joannes Dewilde (+1905) trouwde in 1861 met Adèle Delembre (+1902) zuster van Karel. Diens schoonzuster Sophie Delembre was medestichteres van het klooster. De zonen Karel en Valère Dewilde mochten het smidsambt van Karel Delembre overnemen. Het hele gebouw werd , spijts een smeekschrift van de gebroeders Dewilde aan de familie de Bethune,in 1906-07 afgebroken. Beide smeden trokken naar Lauwe.
( 13) De “Boondriesmolen” lag op de Pauvre Leute, naast het hoevetje ten noorden van de Watervalstraat. Een kleine watervijver is het resultaat van het verdwijnen van de grondvesten. Het was een staakmolen. Hij heeft ook nog gediend als schietoord voor de boogschuttersgilde Sint-Sebastiaan. Hij verdween in 1889.
(14)De kerk van Bissegem lag toen zeer dicht bij de Leie.
(15)Aloïs (Maurice) Levecque (Marke 1893 – Lauwe 1986) :”mijn vader Emile was op het einde van de 19e en begin 20e eeuw bedienaar van de 2 kanonnen.Wij woonden toen in café “De Anker” in Markekerkstraat, naast de smidse van Dewilde. De kanonnen konden afzonderlijk gebruikt worden. Vooraan en achteraan waren 2 wielen. Ze werden gebruikt bij speciale evenementen. Hij stak langs voor papier en “poer” en een hete staaf werd langs achter tegen het “poer” gedrukt. Begin 20e eeuw stonden die kanonnen nog op grond van Brasseur op de hoek van de Van Belleghemdreef. De kanonnen werden bij het begin van de eerste wereldoorlog in de wal van de oude pastorie gegooid, opdat de Duitsers ze niet zouden opeisen.”
(16)Het perceel waarop het café stond , behoorde in grotere oppervlakte toe aan Emile Florin (Kortrijk). In 1873 kochten Edouard en Henri Vanhoenackere, vlaskooplieden, een perceel en bouwden twee huizen met een “suikerijast”,en Eduard werd biertapper rond 1883 . Zijn café kreeg als logo “Het Hof van Commerce” . In 1889 verliet Edouard Marke en verkocht het huis aan brouwer Théophile Vander Ghinste-Salembier uit Rollegem (Brouwerij Bockor). In 1889 verscheen als uitbater Ivo Petit- Marie Ghyssel . Na zijn overlijden in 1905 tapte zijn weduwe voort tot haar overlijden in 1922.
(17)Op zondag 28 oktober 1798 was er schuttersfeest in Marke. In onze gemeente waren geen Franse soldaten gelegerd, wel in de Magdalenastraat in Kortrijk. ’s Nachts trokken drie Markse schutters van de gilde Sint-Barbara (Joannes Steenhuyse, Petrus Tack van het Goet te Tollenaers en een Soete), waarschijnlijk overmoedig geworden door het drankgebruik, naar Kortrijk, waar ze in de Magdalenastraat enkele schoten losten. Ze werden achtervolgd door de Franse ruiters. De drie Markse helden verstopten zich onder de Markebekebrug (grens met Kortrijk) en de Fransen trokken richting Marke. Bij die razzia werden drie brouwersgasten gedood: Joannes Carlier (21j), Augustin Vromant (38j) en Jan-Baptist Vromant (27). Carlier was getrouwd met de dochter van Pieter Ducastel, eigenaar van de stokerij. Gelukkig voor de rest van Marke geraakten de Fransen niet verder, want in de stokerij vonden ze hun bekomste. De stokerij, waarvan sprake, was gelegen waar later café “Hendrik Conscience” (Zacharias Lepere), het levenslicht zag. De herdenkingssteen van 1899 zat niet op de juiste plaats!
Raadpleging van de gildeboeken en persoonlijk archief. 1/ Foto vlag van 1803 : 1 mei 1979 ter gelegenheid van de inhuldiging van de geautomatiseerde schietstand ( Roger Faillie). 2/ Foto van de koninklijke halsband (Roger Faillie). Vragen en reacties zijn altijd welkom.
|