Het wrattenzwijn heeft een opvallende kop met drie paar kraakbeenachtige 'wratten', waarvan één paar op de onderkaak. Deze knobbels zijn bij het mannetje het meest uitgesproken, net als de grote slagtanden. Deze zijn doorgaans langer dan 30 cm maar het record staat op 68 cm!
Wrattenzwijnen zijn vooral te vinden in open terrein en zijn voornamelijk overdag actief. Ze eten vaak geknield op de voorpoten. Wrattenzwijnen houden erg van modderbaden, maar hun nest is altijd zeer schoon. Ze slapen meestal in holen, waar ze achterwaarts naar binnen gaan. Op deze manier kunnen ze een potentiele aanvaller direct te lijf gaan met hun slagtanden.
Andere namen |
knobbelzwijn |
Wetensch. naam |
Phacochoerus africanus; Phacochoerus aethiopicus |
Engelse naam |
warthog |
Verspreiding |
savannegordel Afrika: van Ethiopië tot Senegal in het noorden tot Zuid-Afrika in het zuiden |
Voedsel |
kort gras, wortels, soms vruchten en bessen |
Lengte |
schouderhoogte 65 - 85 cm, lengte 0,9 - 1,5 m, staart 25 - 50cm |
Gewicht |
50 - 150 kg |
Status |
algemeen |
Dit paspoort is afkomstig uit de Dierenbibiliotheek van het WNF
|