1 november kind.
Je lacht niet meer.
Je hartje is gebroken.
Je snapt het niet
Je vraagt je af waarom.
Je bent te klein om alles te begrijpen.
Je mist je mama zo.
Je hebt toch zoveel pijn.
Je staat nu voor haar graf.
Je legt er witte rozen.
Je bracht er vroeger rode voor haar mee.
Je moet nu verder kind.
Je zult je moeder nooit vergeten.
Je denkt altijd aan haar al word je honderd jaar.
Ik ben oud en wijs ik kan het zeker weten.
Ik mis mijn mams, al meer dan vijftig jaar.
Haar graf bestaat niet meer
Maar ik ben haar niet vergeten
Want ik hou nog net als toen, zo innig veel van haar.
|