Jan naderde met zijn oude fiat een kruispunt, toen de verkeerslichten op oranje sprongen. De bestuurder voor hem ging prompt op de rem staan. Met gierende banden wist Jan zijn auto net op tijd tot stilstand te brengen. De bestuurder achter hem bleek minder alert en botste met een flinke knal tegen zijn achterbumper. Jan stapte uit en ontdekte tot zijn verrassing dat een politiewagen zijn in de achterzijde van zijn wagen had geboord. De agent achter het stuur maakte een verontschuldigend gebaar met zijn handen waarop Jan opmerkte: Jullie zijn er in elk geval rap bij.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
|