Vervolgens moet de pastoor roepen;"Ik ben de pastoor van Petite-Chapelle,in- dien hij schiet, word ik gefusilleerd?.Men dwingt hem dezen zin meermalen op luiden toon uit te scheeuwen. om dit spel eenigszins te wijzigen beveelt men mem eenerzijds te zwijgen, op straf van met de bajonet te worden doorstoken, en men steekt hem de punt van de bajonet tusschen de lippen,-anderzijds te roepen, op straffe gefusileerd te worden,en terzelfdertijd voelt hij slachtoffer een geweerloop in den hals drukken.Hij zwijgt.Liever door een kogel te sterven, dan aan de bajonet te worden geregen.Maar de Duitsche beulen hebben er nog niet genoeg van.Opnieuw slaan en trappen zij den rampzaligen geestelijke,spuwen op hem,schelden en razen als duivels. Hij wordt op den grond gesmeten, gestampt en vertrapt, weer rechtgetrokken en opnieuw mishandeld. Dan moet hij mee,steeds roepend;" Ik ben den pastoor van Petite-Chapelle?" De Duitschers brengen hem dan naar het klooster,waar hij getuige is van de verwoesting,die ze daar aanrichten.Op vele plaatsen wordt den brand aangestoken en den pastoor ten midden der gloeiend vuren geplaatst.Ondrtusschen hielden andere soldaten zich met met de verwoesting van de kerk bezig.Eerst beproefden zij het met mitraellieuzen. Daar dit niet spoedig genoeg afdoende resultaten gaf,wordt het gebouw in brand gestoken.De E.H.Bastin moet daarvan getuige zijn.Onder kolfslagen en stampen brengt men hem ter plaatse.Steeds moet de ongelukkige den zin uitschreeuwen.En men sleurt hem mede,schopt hem verder.Tegen tien uur 's avonds was de marteling niet ten einde en werd den pastoor van den eene plaats naar de andere gedreven.Steeds heeft hij de handen op den rug gebonden en moest hij dezelfde woorden roepen.Dan werd hij naar den Rocroi gvoerd.Eindelijk mocht hij zwijgen:;het was tijd, daar zijn stem hem dreigde te begeven.Te Rocroi herbegon de afschuwelijke behandeling.Opnieuw regend het hier slagen,stampen,stompen,scheldwoorden.Van tallen kante klonk het "Schweinenhund?"Vervolgens dreef men hem tot dichtbij een reusachtigen vuurgloed.Wilden de Duitschers hem levend verbranden?De pijn werd onuitstaanbaar.Ook deze beproeving bracht het einde niet. De pastoor werd nu naar een huis gebracht,waar zich reeds de zuster en Aleide Dumont bevonden. Deze moesten de woning verlaten.Aleide Dumont werd daarbij ruw geslagen.De Kalvarie-tocht was hiermede niet volbracht. De geestelijke wordt op straat gejaagd,en zoo onbarmachtig met geweerkolven gebeukt, dat de beenderen dreigen te breken.Vervolgens sluit men hem op in de gevangenis.Hier word hij door een hooger officier ondervraagd en beschuldigd verantwoordelijk te zijn van den dood van twee Duitsche soldaten,te Petite-chapelle.De priester verzet zich krachtdadig tegen de beschuldigingen. Niets baat hem.Men sluit hem op in het vuilste hok der gevangenis.De andere cellen achten de soldaten"zijn rein"( te rein) voor hem. De nieuwe beproeving ondergaat de pastoor even moedig als de andere.Eindelijk wordt het touw rond zijn handen weggesneden,nadat men eerst er aan getrokken heeft, om het door te breken,zoo fel dat het tot diep in het vleech is gedrongen.Dan krijgt den pastoor rust. Het is bij middernacht.Tegen 5 uur 's morgens werd den pastoor ven Petite-Chapelle in zijn pesthol gewekt door een soldaat,die hem zegt:"Gij gaat sterven,varken?"Wel twintig maal herhaalt zich dit tooneel.Om elf uur wordt hij opnieuw ondervraagd door de officieren,die allerlei inlichtingen over de bevolking van Petite-chapelle begeeren.De pastoor antwoordt hun, dat er zich in zijne parochie geen enkele Frans-tireur bevindt en niemand geschoten heeft.Een weinig later wordt hij op de Kommandantur van Rocroi geroepen.ook hier ondergaat hij'n lange ondervraging desbetreffende de z.g. Francs-tireurs van Petite Chapelle welke beschuldiging hij ten krachtdadigste verwerpt,terwijl hij aantoont dat de Duitschers zelf de twee Duitsche soldaten,waarom het gaat,hebben neergeschoten.(Wordt vervolgd)
Met de groetjes van ploef
|