Vrijdagavond vertrek ik samen met Rik naar Binche waar we zullen deelnemen aan de 23ste 100 kilometer van Binche, georganiseerd door Les Marcheurs de la Police de Binche. Op het perron komen we Kris, Filip en Hugo van Vos Schaffen tegen en samen reizen we verder naar Binche, waar we even voor acht uur aankomen. Na vijf minuutjes zijn we in Le Kursaal waar de start van deze zware tocht gegeven wordt, de zaal zit vol met bekende wandelaars. We zetten ons even bij Fernand en Chantal, maar al snel ga ik buiten wachten want in de zaal is het veel te warm. Stipt om negen uur luid de bel en kan ik samen met 223 andere wandelaars de weg op voor deze tocht, en mijn gemaakte belofte om het rustig aan te doen smijt ik al vrij snel overboord en zet er een stevige pas in. Na een ommetje door Binche gaan we naar Waudrez waar we na een kleine vier kilometer een eerste keer bevoorrading krijgen. Even ervoor krijgen we de eerste paar regendruppels, al zijn het er niet veel en kan ik vrij snel mijn paraplu terug wegsteken. Snel een colaatje drinken en weer weg, voorlopig wil ik niet te veel tijd verliezen. Het begint donker te worden en we wandelen nu meer op de heuvels waar er verscheidene windmolens staan voor onze groene energie. We gaan errond naar Estinnes waar we na een kleine elf kilometer een tweede keer bevoorrading hebben. Hier eet ik een suikerwafel en drink een colaatje, snel een toiletbezoek en weer weg. Het volgende uur gaat het parcours op en neer en het valt me op dat er veel wind staat als je op hoger gelegen gebieden komt. Voor en achter mij zijn geen wandelaars meer te zien, de groep is helemaal uit elkaar gevallen. In Vellereilles-le-sec krijgen we een AA-drink en een koekje, de eerste 18 kilometer zitten erop! Bij het buitengaan wacht er me een onaangename verrassing, het regent en nog geen beetje. Gewapend met mijn paraplu trek ik verder de donkere nacht in, het weer verandert nu met de minuut, dan weer druppels, dan weer niet. In Haulchin hebben we in het oude cafeetje "Chez Michel" een vierde keer controle, hier krijgen we een lekkere warme soep. Het volgende stuk brengt ons naar Fauroeulx via een ommetje langs Croix-Lez-Rouveroy. Het parcours wordt onderweg een stuk zwaarder, de hoogteverschillen worden groter en groter. Vlak voor Fauroeulx kom ik in een halve wolkbreuk terecht, ondanks mijn paraplu loopt het water langs mijn benen zo in mijn schoenen dankzij de felle wind. Er zijn stukken bergop bij waar het water zo hard naar beneden stroomt dat ik moet opletten om mijn voeten niet helemaal te laten verdrinken. Schuilmogelijkheden heb ik ook niet dus kom ik op de controleplaats aan als een verzopen kieken. Ik drink er een colaatje en ga weer verder, nu naar Merbes-le-Chateau. Onderweg blijft het nu even droog, maar als ik aan het bos van Chêne Houdier kom valt de regen terug met bakken uit de hemel. De moed zinkt stilletjesaan in mijn schoenen, de wind, regen en het golvend parcours hebben me al erg afgemat. Na de controle gaat het nu naar Fontaine-Valmont, ik steek de Samber over, ga door het dorpje Solre-Sur-Sambre en ga eenzaam verder naar de bagagepost na 45 kilometer. Het is onderweg gestopt met regenen, gelukkig maar! Om kwart na vier bereik ik de bagagepost, neem buiten mijn tas en binnen krijg ik vrij snel mijn ontbijt, lekkere spek met eieren. Iedereen trekt droge kleren aan, als ik in mijn tas zie merk ik dat ik geen extra kousen bij heb , hoe kan ik dat nu vergeten. Gelukkig heb ik wel droge schoenen bij, das toch al iets. Ik besluit om mijn trui aan te houden, het weerbericht heeft ook voor vandaag tijdens de dag geen goed weer en frisse temperaturen voorspeld. Om twintig voor vijf ben ik klaar voor het daggedeelte van deze tocht, al is het voorlopig nog wel donker. Bij het oversteken van de Samber bel ik even naar Rik om te informeren hoe het met hem gaat. Hij is een half uurtje voor mij maar ze hebben met vier man problemen omdat ze geen pijlen niet meer zien, verkeerd gelopen dus. Ik wens hem nog veel succes en zet mijn weg verder. Even verder moeten we rechtsaf de spoorweg volgen en hier is Rik met de anderen verkeerd gelopen, zo zou later blijken. We verlaten de spoorweg en gaan langs de oevers van de Samber, ondertussen begint het licht te worden. Onderweg haalt Paul me in en even later is hij al uit mijn zicht verdwenen, ongelooflijk hoe snel hij stapt en toch nog zoveel foto's kan nemen. Na 54 kilometer zitten we in Thuin, waar de laatste 200 meter voor de controle steil bergop zijn. Hijgend en puffend kom ik in het zaaltje aan, ik zet me vijf minuutjes neer om mijn banaan op te eten en even te bekomen van de zware klim. Als ik buiten kom bel ik nog eens naar Rik en blijkt dat hij nu achter mij zit, hij zal me straks wel inhalen. Van hierboven heb je een prachtig zicht op Thuin waar de Samber doorstroomt, het klimwerk wordt dan toch beloond en mijn fototoestel doet overuren In het bos van Lujeu stromen de beekjes dankzij de overvloedige regenval van vannacht hevig en de kleine watervalletjes maken een rustgevend geluid. Aan de Sint-Lernard kapel haalt Rik me bij en na een paar minuutjes gaat ook hij verder, mijn tempo ligt iets lager. Na zestig kilometer zitten we in Biesme-Sous-Thuin waar we in het schooltje onze negende controle hebben. Ook hier neem ik vijf minuutjes pauze en als ik terug rechtsta voel ik dat het vet van de soep is. Nu volgt een lastige afdaling door het Reumont-bos en zetten we koers naar de ruines van de abdij van Aulne. Reeds van ver zie je deze prachtige overblijfselen liggen van deze abdij die reeds in 656 werd opgericht door Sint-Landelinus maar in 1794 werd platgebrand tijdens de Franse Revolutie. In Leernes steken we weer de Samber over en hebben we controle in een wel heel oud schooltje waar ik een sandwich eet met kaas en een colaatje drink. Na de controle volgen we weer de oevers van de Samber. Ik krijg het gezelschap van een man uit de streek die me vertelt dat je van hieruit bootochten kan maken tot in Mons. Na een half uurtje verlaten we de rivier en duiken het bos in. Ook hier moet er stevig geklommen worden over moeilijke boswegen en begint mijn linkerknie pijn te doen. De gedachte om op te geven spookt door mijn hoofd en ik heb het bijzonder moeilijk, mijn inzinking is nabij. Gelukkig bereik ik even later de controle in Thuin in een schooltje en kan ik even op krachten komen. Nog 25 kilometer te gaan, het worden nog lange uren. Van hieruit krijgen we een stuk van negen kilometer voorgeschoteld. Na weer een zwaar stuk door het bos komen we op een grote weg die we enkele kilometers volgen en waar ik mentaal getest wordt. Gelukkig hebben de regenwolken van vannacht plaats gemaakt voor de zon en dat maakt het allemaal een beetje aangenamer natuurlijk. We verlaten de weg en slaan linksaf het bois d'Howis in waar me weer een zware klim wacht. Tijdens de klim moet ik even halt houden en als ik achterom kijk zie ik ook een paar andere wandelaars de heuvel opkruipen, ik ben blijkbaar niet alleen die het zwaar heeft. Stikkapot kom ik in Mont Saint-Geneviève aan, waar we controle hebben na 84 kilometer. Ik eet hier een cervela en drink een chocomelk, mijn maag zal het komende uur niet erg akkoord gaan met deze combinatie Het is twaalf uur 's middags als ik vertrek voor de laatste zestien kilometer. Het parcours blijft op en neer gaan, al is het nu iets minder dan daarstraks. Na 88 kilometer zitten we in Buvrinnes, ook hier rust ik vijf minuutjes. De volgende zeven kilometer brengen ons naar Vellereille-Les-Brayeux. Als ik in het dorp ben krijg ik telefoon van Rik die in de abdij op me zit te wachten om samen de laatste kilometers af te leggen. Ik zie de abdij al liggen maar toch duurt het nog even voor ik op de controle zelf ben. In deze abdij "Abbaye de Bonne Espérance" kan je het bier drinken dat hier gebrouwen word, maar ik hou mijn bonnetje nog even bij tot aan het einde, als ik nu een biertje drink geraak ik helemaal geen stap meer vooruit. De laatste vijf kilometer leg ik samen met Rik af, de eerste keer in mijn wandelcarrière dat we dit doen (gewoonlijk is hij al lang binnen)! Het gaat in dalende lijn via Waudrez naar Binche, waar we om half vier moe maar voldaan Le Kursaal betreden. De voorzitter luidt aan de bel als we binnenkomen en we krijgen van de mensen in de zaal een deugddoend applaus, een prachtig moment Als beloning voor onze inspanning krijgen we een diploma en een mooi t-shirt wat ik in dank aanvaard. Dankzij de regen en de wind 's nachts was het een bijzonder zware tocht, maar voor mij de mooiste van België, volgend jaar ben ik (hopelijk) weer op de afspraak hier!
18-07-2009 om 00:00
geschreven door Steven
|