ze rust laag op het grote vijverblad en laat daar graag het water glanzen in de zon waar libellen hartig dansen en de kikkers met verstomming onderwater blijven bellen blazen
Persoonlijk ervaar ik de laatste tijd een verstarring in de poëzie. Er is niets nieuws onder de zon. Het establisment drukt een te zware stempel op de evolutie van de poëzie. De maatschappij wordt overheerst door een dwingende normalisatie en dit op alle gebied. Het vrije denken wordt veelvuldig bestraft, als zijnde niet correct, abnormaal en noem maar op. In sommige landen snijden ze je keel over indien je een afwijkende mening hebt. En ik die dacht dat dichters de meest vrije mensen waren?
Maar ik werp graag stenen in een stilstaande vijver, ik hou van cirkels en andere rondingen. Met belangstelling kijk ik dus uit naar nieuw talent, dat zich niet stoort aan verworvenheden, zelfs het "warm water" mag opnieuw worden gedefiniëerd.
***
De poëzie die mij het meeste boeit, wordt geschreven in een taal die logisch klinkt, die mij meesleurt in de belevingswereld van de schrijver. Hij moet mij enkel overtuigen en dan volg ik hem gedwee. Fantasie is immers ons sterkste wapen tegen de werkelijkheid.
Hedendaags streeft men vooral de kunst na om mooie zinnige en gelaagde zinnen te schrijven. Het resultaat is een schrijfwerk waar enkel intimi en de schrijver zelf inzicht hebben, we spreken dan van hermetisme. Wat mij betreft is dit meer een ouderdoms-verschijnsel. Ik hou meer van spontaneïteit en zinderend gevoel dat aan de regels kleeft.
ze heeft haar ziel ook blootgelegd haar blouse dichtgeknoopt tot aan haar nek, ze dicht
Poëzie is voor mij een ontdekkingstocht, er is geen zwart of wit en ook niet enkel grijs, slechts tinten van een hartig rood en vlammend paars.
***
Hetgeen ik bedoel is het volgende, gevestigde waarden hebben geen behoefte meer om vernieuwend te dichten, zij borduren voort op het patroon dat zij denken te hebben ontdekt in hun lauweren. Ze zijn taalvaardig genoeg om alle truuks uit de kast te halen.
ze blazen af en toe zo heel gewichtig de hoofden knikken naar de wandelaar
ze zijn als bomen die zo baardig wuiven met hun kroon
Een jonge boom is groen en buigt soms nog teveel mee met de heersende winden, de oudere schudt alleen nog zijn hoofd.
Even iets anders, een tussendoortje, iets anti-hermetisch maar toch verborgen in zinnen en woorden.
Een HDC werd vergruisd in Nederland omdat hij téveel sentiment in zijn gedichten verwerkte. Ik haal dit alleen maar aan omdat de huidige gevestigde waarden het "sentiment" gelijk stellen met "goedkoop". Niets is minder waar, een gevoel dat in een gedicht onderhuids wordt meegegeven klinkt wél universeel. En die universaliteit is toch een typisch kenmerk van goede poëzie of niet soms?
de laatste tijd ben ik zo vreemd geweest zo buiten adem en zo hartstochtelijk diep begraven heb ik mijn aardewaartse zinnen
Dit klinkt pathetisch en het is ook zo, het moet kunnen.
Zelf daag ik graag uit, schop ik tegen schenen aan. Om het iets anders te zeggen:
geen richting heb ik meer want mijn volgzaamheid ben ik verloren onderweg
Dat is hetgeen ik zoek bij de jeugd, dat zij niet slaafs de groten volgen, en ook niet tevreden zijn met hetgeen zij als norm vooropstellen.
Soms is het nodig om een gebouw af te breken tot op de grond en helemaal opnieuw te beginnen. Men bouwt geen bouwval op een andere.
Persoonlijk ken ik een adelijke fotodame ('k noem ze fotogravin), want wat mij betreft plaatst ze zo heel gevat de plaatjes van een sprookjesland. Het beeld is wel rechthoekig maar diep genoeg om meer te zien wat kleur vermag. Zelfs met woorden is ze beeldig sterk, ze schildert op een blad een sfeer met zinnen die mooi klinken. Ze houdt van poezen en haar tuinterras.
de absolute waarheid is dat wij geheel tweedelig zijn en alles beter weten dan
eenderwelk gehavend blad zelfs als het ooit te lang in plassen water heeft gelegen want de nerven worden daardoor veel te zwart
---
Wij laten ook het hoofd niet zo zwaarmoedig hangen aan wat tuinfragmenten in een waterkleurenboek
want het klimrek is er wel wat zwaar beladen en vier armen zijn ons veel te kort
---
Wij breken hier het podium af we zagen alle stijve planken door we houden zelfs geen zagemeel in houten handen over we blazen toch het stof terug naar binnen, we roepen het in koor
wij smijten hier met onbehouwen zinnen, een wolk van rotsig puin zodat het bier hier bloedig kan gaan vloeien en je keel niet meer zo droog zal klinken als de lege glazen op de toog
hij is schenker van een bloedvol leven en dramatiek in een zinvolle betekenis hij is de rode offersteen die nazindert na een bloedig treffen in het volle licht
stroperig is het rood bloed dat vloeit en hard zijn de tranen die verstenen maar alles wordt zwart in de rook van te felle vuren, na het avondrood