Ik was wel sterk onder de indruk bij mijn bezoek in het appartement van die twee jongen mensen. Bij de eerste aanblik zie je reeds dat ze niet op grote voet leven.
We gaan zitten en het gesprek komt spontaan op hun levensstijl.
Hij beweert dat je niet rijk hoeft te zijn om je gelukkig te voelen.
We vinden allebei dat we dankbaar moeten zijn, zegt ze.
We voelen ons sterk aangesproken door de figuur van Jezus en de zorg van de Vader voor zijn kinderen. U weet wel: kijk naar de leliën op het veld, kijk naar de mussen en de haren van ons hoofd zijn geteld. Het geeft je een wonderlijk gevoel als je dat ernstig neemt, als je dat gelooft.
Toen viel het gesprek even stil. Ze zaten daar zo naast elkaar, glimlachend, gelukkig. Toen keek de vrouw guitig naar hem op en zei: Vertel eens dat verhaal van onze eigenaar.
Hebt u narigheden met uw huisbaas? Ze begonnen allebei te lachen.
Wel, zei de man, een huisbaas hebben we niet, want we hebben dit appartement gekocht. Maar we zeggen dikwijls tegen elkaar: eigenlijk is God onze eigenaar. Al wat we bezitten, al wat we met werken bereiken, de kinderen die we krijgen, het komt allemaal door de talenten die we van de Vader gratis ontvangen. Daarom heeft mijn vrouw op een avond eens gezegd: Feitelijk mogen we wonen in een gemeubileerd appartement dat aan God toebehoort.
Sedertdien spreken we dikwijls van de Eigenaar. Ziet u, als je in iemands appartement je vakantie moogt doorbrengen, dan beschouw je je niet als een rijke bezitter. Dat spoort je aan om zuinig om te springen met de voorraad. Niet zo maar je gang gaan, verkwisten of rijk doen.
Je krijgt, voegde de vrouw er aan toe, zo een soort eerbied voor al die dingen die God je laat gebruiken. Hoe moet ik het uitdrukken? Een verantwoordelijkheidsgevoel: hoe wenst God dat ik het hier doe?
En bij tijd en wijle stuur je een kaartje met een : Dank U!
Zonder gewoonten zou de mens in het leven verloren lopen als een plattelandsbewoner die nooit buiten zijn dorp is geweest en opeens gedropt wordt in de drukte van een miljoenenstad.
Goede gewoonten daarentegen geven de mens een gevoel van vrijheid. Zij maken dat het leven past als een handschoen.
Inmiddels is de mens in zake gewoontelijke bekwaamheden nooit volleerd, want echt geschiktheid is progressief en bijgevolg in staat om zich voortduren te wijzigen.
Progressie is een vitale eigenschap van elke geestelijke volwassenheid. Die progressie vraagt dat men in zijn gewenningen soepel genoeg zou blijven om desnoods van gewoonte te veranderen.
De Romeinse bezetting had het recht iedere jood te dwingen een mijl mee te gaan om de weg te wijzen of een last te dragen. Voor dit recht moesten de joden zich buigen. Ze deden het tandenknarsend. En terwijl een jood de koffer voor een Romein droeg, groeide in zijn hart de haat. Zo werd de vijandschap alleen maar groter. Jezus zegt nu dat we in plaat s van één mijl twee mijlen mee moeten gaan. We moeten de Romein voor ons winnen terwijl we met hem onderweg zijn. We moeten de haat door de liefde, het boze door het goede overwinnen. Alleen daardoor geneest de verscheurdheid van de menselijke gemeenschap. Alleen door zulke verrassende daden, waarmee we het vertrouwde niveau van winner of verliezen, van recht en gelijk willen hebben, verlaten, en door op een ander niveau met de naaste om te gaan, geneest de verscheurdheid van de mensen onderling. Het zijn typisch oplossingen van de tweede orde, die Jezus hier voorstelt. Juist door gedrag dat voor de ander verrassend is, kan ik de tweespalt tussen de mensen overwinnen en door de liefde de verharding van het menselijk hart doorbreken.
BRUSSEL (Kerknet) - Met een dossier 'Bijbel, Kerk en Samenzwering' besteedt ook het weekblad Kerk + Leven in zijn jongste editie van woensdag 17 mei uitgebreid aandacht aan de film 'De Da Vinci Code', die van de week in Cannes zijn wereldpremière beleefde en eind van de week ook in de Vlaamse bioscopen te zien zal zijn. Al maanden wordt de film, gebaseerd op de gelijknamige bestseller van Dan Brown met alle mogelijke middelen wereldwijd gepromoot. Volgt na de miljoenenoplage van het boek nu ook een hype met de film. En moeten christenen nu echt afgeraden worden de film te zien? Waar zit dan wel het probleem? Hoewel het stilaan duidelijk zou moeten zijn dat Dan Browns historisch-religieuze thriller pure fictie is en boek en film dus ook als dusdanig beoordeeld moeten, vragen velen - ook mensen met een gedegen opleiding - zich af of het allemaal echt wel zo verlopen is. En al snel duikt de vraag op: "Waarom heeft men ons dat nooit gezegd?" Komt da arbij dat de twijfel blijkbaar ook toesloeg bij een aantal hoge kerkleiders, die pleitten voor een ban op het boek of een boycot van de film. Zou het dan toch zo zijn dat de katholieke kerk een en ander te verbergen heeft? Samen met Peter Malfliet, inspecteur-adviseur rooms-katholieke godsdienst in het bisdom Gent, pleit K+L-hoofdredacteur Toon Osaer ervoor de vele vragen ernstig te nemen. Ze te gebruiken als vertrekpunt om dieper in te gaan op een aantal mythes, achtergrondinformatie te verstrekken en een gesprek op gang te brengen over kritisch omgaan met film en fictie. Redacteur Erik De Smet gaat in hetzelfde K+L-dossier dieper in op de recente commotie rond de ontdekking van het apocriefe Judasevangelie. Het stevige achtergrondartikel 'Hoe De Da Vinci Code kraken? (Alleen voor ingewijden)' van Peter Malfliet is na te lezen op de www.kerknet.be/kerkenleven/davincicode.html. Het is, samen de verklar ing van de bisschoppen van België over De Da Vinci Code en ander in teressant achtergrondmateriaal, ook makkelijk te bereiken via de startpagina van www.kerknet.be (klikken op 'Dossier Da Vinci').
Na vele jaren een bloeiend bestaan te hebben gekend, begon de parochie weg te kwijnen en na een lange tijd van geleidelijk wegkwijnen en vergaan van verveling, overleed zij.
De pastoor constateerde de dood en schreef een plechtige rouwbrief, waarin hij het overlijden aankondigde van de parochie en waarin hij iedereen uitnodigde om naar de rouw- en afscheidsdienst te komen aanstaande zaterdag om half elf.
De zaterdag brak aan.
En de kerk was overvol, zo vol als hij de laatste twintig jaar niet meer geweest was. Het was niet duidelijk of het geloof ineens zo was toegenomen, zeker was dat niemand er iets van begreep. Zeker was ook dat alle parochianen geweldig nieuwsgierig waren naar wat de pastoor te zeggen zou hebben. Wat een vreemd geval was het. Daar was vriend en vijand het over eens.
Bij de preek aangekomen deed de pastoor, wat hij altijd bij alle overleden had gedaan. Hij prees de kwaliteiten van de overledene, de verdiensten die de parochie lange tijd voor de gemeenschap had gehad. Hij prees de moed van de overledenen pastoor, vond dat de parochie niet geruisloos begraven mocht worden. Vandaar deze rouwdienst.
Hij uitte zijn blijdschap en dankbaarheid dat de mensen in zo grote getale waren gekomen. Tot slot van zijn preek nodigde hij alle parochianen uit om nog eenmaal langs de baar te lopen, een blik in de kist te werpen en zo afscheid te nemen van de aanvankelijk toch zo dierbare parochie.
Iedereen toog naar voren en in twee lange rijen defileerde de parochianen langs de baar, terwijl de pastoor de rij sloot. En ieder zag, terwijl hij in de kist keek, op de bodem een grote spiegel liggen en kijkend naar de overleden zag hij zichzelf.
BRUSSEL (KerkNet) - Vanaf deze week loopt in zowat alle bioscoopzalen ter wereld de film die gebaseerd is op Dan Browns bestseller 'De Da Vinci Code'. Naar aanleiding daarvan verklaren de bisschoppen van België het volgende: "De Da Vinci Code is fictie en moet dan ook als zodanig gelezen en bekeken worden. Maar fictie is in staat lezers en kijkers heel sterk te beïnvloeden. Het is daarom aangewezen eraan te herinneren dat het verhaal op geen enkele ernstige historische grond is gebaseerd. Wij hopen dat de release van de film iedereen ertoe zal aanzetten zich meer en beter te informeren over de geschiedenis van het christendom. We vrezen dan ook niet zozeer de invloed van de film. Voor ons is de grote uitdaging wel het gebrek aan religieuze basiskennis van veel van onze tijdgenoten, heel wat katholieken incluis. Nochtans zijn de mogelijkheden om zich degelijk te informeren over het christendom nog nooit zo talrijk geweest. Ze zijn bovendien voor ieder die dat wenst metee n en makkelijk toegankelijk."
Dossiers
Jongeren (en alle anderen) die vragen hebben over boek en film kunnen voor meer informatie terecht op onder meer de website van de Interdiocesane Jeugddienst: www.ijd.be. Het 'Dossier Da Vinci' van IJD bevat een opiniestuk van Hans Geybels, een stevig achtergrondartikel van Peter Malfliet, inspecteur-adviseur rooms-katholieke godsdienst voor het secundair onderwijs ('Hoe de Da Vinci Code kraken?- Alleen voor ingewijden) en een gastenboek waarop jongeren over boek en film van gedachten kunnen wisselen. Een ander, bijzonder rijk gestoffeerd dossier is te raadplegen op de Thomas-website van de KU Leuven www.kuleuven.be/thomas/index1.php: 'De Da Vinci Code: tussen feit en fictie'.