Een gedicht van Prudens van Duyse 1804-1859
De schoolprijs.
‘Waar is moeder, waar is vader, Dat ik mijne prijs hun toon'?’ Sprak de lieve kleine Willem, En zijn handje droeg een kroon,
En een boek met zijden lintjes. Willem danste waar hij stond: 'Daar komt moeder! daar is vader!’ Riep de meid met volle mond.
De overwinnaar vloog zijn moeder Reeds in de armen, gans verrukt; Nooit had hij een warmer kusje Op haar lieve wang gedrukt.
Nu sloot vader ook zijn zoontje Aan 't vernoegde hart, en dan: ‘Bravo! sprak hij onder 't kussen; Jongen, daar hebt ge ere van.’
Willem zag om vaders lippen Een volzoete lach ontstaan, En in de ogen zijner moeder Zag het kind een vreugdetraan.
Gedichtjes voor kinderen (1849)
|