Een gedicht van Jacqueline van der Waals 1885-1968
Een verjaardag
Nooit hebben de rozen zo schoon gebloeid, Nooit zag ik den heel zó blauw, Nooit was het gras zóó blij getooid Met diamanten van dauw. Ik had een rose kleedje aan, En stond bij 't struikgewas. Een vogel zong een lied. Hij dacht, Dat ik een roosje was!
Nooit heb ik het veld zó onrustig gezien. Ik liep door het golvende graan, Daar heb ik de brievenbesteller ontmoet; Ik sprak hem even aan....
Ik had een rode blouse aan, Met grote, zwarte das. Er was een kleine bij, die dacht, Dat ik een klaproos was!
Nooit is mij de eenzaamheid zó zoet, Zo vol vertroosting geweest, Ik stond alleen in de maneschijn Na afloop van het feest. Ik had een wit japonnetje aan En stond in 't hoge gras. Een vlinder kuste mij goede nacht Alsof ik een lelie was!
![schrijver](http://www.gedichten.nl/smoelen/jacqueline_van_der_waals.jpg)
|