God, ik zoek even contact met U. Wil je mij nabij zijn? Geef mij geloof en vertrouwen kracht en volharding zodat ik mij ten volle kan geven aan de opdracht die ik nu mag vervullen. Amen
So prayer, meditation is not just a way of "doing" something but it is a way "becoming" someone - becoming yourself: created by God, redeemed by Jesus and a temple of the Holy Spirit.
- John Main
Vrij vertaald: Gebed en meditatie is niet iets wat we zomaar'doen' maar doorheen het gebed en de mediatie worden we iemand, worden we onszelf, geschapen door God, naar het beeld van Jezus en maken zo deel uit van de tempel van de Heilie Geest.
Alvast een gebed zoals je hieronder kunt lezen in voorbeiding tot een tweede eeuwfeest van Don Bosco zijn geboorte. Probeer het vooral rustig te lezen en er even bij te staan.
Al is deze oktobermaand gekend als de rozenkransmaand al ergens halfweg, deze maand blijft een tijd van genade met de Moeder Gods. De rozenkrans is immers een sleuten die de deur tot het geloof voor ons opent. In dit rozenkransgebed neemt Maria ons bij de hand en wijdt ons in de geheimen van het geloof in. Ze leert ons hoe we onder alle omstandigheden Jezus moeten volgen en onvoorwaaardelijk op Zijn Woord moeten vertrouwen. Door de rozenkrans kunnen we er in dit Jaar van het Geloof meer dan ooit van bewust worden dat we aan Christus toebehoren.
"Zo dus sommige ledematen ziek zijn, is dit allerminst een reden om van de Kerk minder te houden, maar veeleer om onze liefde tot de ledematen te vermeerderen." Een oproep dus om veel van de zieke ledematen te houden, veel voor hen te bidden.
Zonder God verkiest de mens uiteindelijk egoïsme boven solidariteit en liefde, materiële dingen boven waarden, hebben boven zijn. Wij moeten ons terug naar God wenden opdat de mens opnieuw echt mens kan zijn. Met God is er zelfs in de moeilijkste crisismomenten altijd een horizon van hoop. De menswording maakt ons duidelijk dat wij nooit alleen zijn, dat God mens is geworden en ons altijd nabij is. Waar God is, is er altijd een thuis voor iedereen. Waar Christus is zijn wij niet langer vreemden, maar broeders en zusters.
Vlugger getrokken dan .. een tandje bijgezet. Wie zich vandaag als gelovige out verwacht aan de tand te worden gevoeld of als aftands versleten. Daartegenover staan wij nooit tot de tanden gewapend. Hoe kunnen wij landen met 'oog om oog en tand om tand'? Is dit onze zwakke rand? Toch, om ons eronder te krijgen, (zo zegt het Paulus ook al!) moet er meer aan de hand zijn.
... dan zal je nooit de laatste zijn. Het moet de zingeving geweest zijn nu mijn vader vandaag 86 jaar geworden is. Hij was nooit een pilarenbijter integendeel, maar heeft in alle omstandigheden vertrouwen gehad in God als Vader, en in stilte gebeden tot Onze-Lieve-Vrouw.
ZUSTERS VAN DE JACHT BEREIDEN ZICH IN BELGIË VOOR OP EEUWIGE GELOFTEN
Bron: Zusters van de Jacht
HEVERLEE (KerkNet) Vijftien junior-zusters van de zusters missionarissen van het Onbevlekt Hart van Maria, beter bekend als de zusters van de Jacht van Heverlee, hebben zich van 18 juli tot 22 september tijdens een internationale ontmoeting in Hoboken voorbereid op hun eeuwige geloften. De zusters behoren tot 5 verschillende nationaliteiten en werden door 6 medezusters begeleid, elk met een eigen missie-ervaring en eveneens met diverse nationaliteiten.
Volgens het generalaat van de zusters in Heverlee was deze periode vooral bedoeld als een verdieping van hun missionaire roeping en zending in de huidige wereldsituatie. Het gaf hen ook de gelegenheid om de wortels van de congregatie en de verschillende gemeenschappen in België beter te leren kennen.
De 15 jonge zusters kregen tijdens hun verblijf in België de gelegenheid om de plaatsen te bezoeken waar de Belgische stichteres Marie-Louise De Meester leefde en begraven werd. Marie-Louise De Meester uit Roeselare trok in 1897 met een helpster naar India om er voor verlaten kinderen te zorgen. Het betekende de start van een van de meest succesvolle Belgische missiecongregaties. Vandaag telt de congregatie 1.000 leden in alle continenten.
(Kerknet)
p.s. Deze foto is genomen bij het beeld vvan de stichteres van de Orde te Roeselare (even blij stadsgenoot te zijn!); de overste Veerle Ingelbeen, afkomstig uit DADIZELE - mijn geboorteplaats - was ooit een goede vriendin ...
Net als bij het kaarten zit het leven vol keuzes. Welk spel kan ik met deze kaarten spelen? Wie zal ik vragen? Met wie zal ik meegaan? Wie wil met mij meegaan?
Vragen die moeilijker worden naarmate je ouder wordt. Die moeilijker worden naarmate je keuzes slinken. Die moeilijker worden naarmate je armer bent. Na een leven lang werken (of zoeken) dromen mensen van een mooie oude dag.
Een oude dag waarop je omringt wordt door warme mensen. Een oude dag waarbij je nog lang zelf op eigen benen kan staan. Een oude dag waarbij een stuk van je zorgen gedragen wordt door de mensen voor wie je zelf lang hebt ingestaan
Helaas blijft dit voor veel mensen een droom. Hun kaarten liggen niet goed. Te weinig troef bedeeld, een moeilijk spel, niet de juiste medespelers.
Hun zorgen blijven. Groeien zelfs. Nóg moeilijker om te vragen, nog moeilijker om mensen te vinden die met je meegaan.
Oud en arm? Grote miserie, als je t mij vraagt. Is het leven dan toch een kaartspel?
net gehoord had dat zij moest sterven, zei ze tegen haar man:
Als het Gods wil is, dan moet het maar.
Toen zei die man: Ik geloof niet in een God die dit wil.Ik geloof wel in een God die jou en mij er doorheen haalt.
Ja, zei ze. Zo is het ook beter gezegd.
Een paar weken later moest ik die man gaan vertellen
dat zijn vrouw was overleden.
Ik geloof dat het zo heeft moeten zijn, zei hij.
Later heb ik hem gevraagd of dat niet in tegenspraak was met wat hij eerder aan zijn vrouw gezegd had.
Maar hij had het niet zo letterlijk bedoeld.
Meer bij wijze van spreken.
Om uit te drukken dat hij haar nu verder aan God toevertrouwde.
Ik moet vaak aan die twee denken. Omdat ik van hen hield. Maar ook omdat ze mij leerden dat hun spreken over de wil van God een manier was om hun godsvertrouwen te verwoorden.
Dat alles is voorbeschikt en dat je niet voor je tijdgaat,
zijn andere gebrekkige woorden die vaak hetzelfde
beogen te zeggen.
NICO TER LINDEN. Kostgangers. Balans, Amsterdam, 2001, p. 205-206.