God, ik zoek even contact met U. Wil je mij nabij zijn? Geef mij geloof en vertrouwen kracht en volharding zodat ik mij ten volle kan geven aan de opdracht die ik nu mag vervullen. Amen
DE HEER WAS OP DE TOP VAN DE SINAÏ NEERGEDAALD. HIJ VROEG MOZES NAAR HEM TOE TE KOMEN EN MOZES GING NAAR BOVEN. (Exodus 19,1-2. 9-11.16-20b.)
Mozes ging naar boven. We blijven mensen nodig hebben, die naar boven gaan, die ons voorgaan, die God alle kansen geven.
Zegen, Heer, onze priesters en alle voorgangers, aan wie U vraagt naar U toe te komen. Dat zij de berg bestijgen om U nabij te zijn. En dat ze vervuld en vervullend weer afdalen om U bij ons aanwezig te brengen.
Laten we met Jezus’ tussenkomst een dankoffer brengen aan God: het huldebetoon van lippen die zijn naam prijzen, ononderbroken. En houd de liefdadigheid en de onderlinge solidariteit in ere, want dat zijn offers waarin God behagen schept.
Dat dankoffer breng ik samen met mijn ouders die vandaag maar liefst 63 jaar getrouwd zijn.
God, die ons behoedt, nu de dag valt en het donker is, vertrouwen wij ons toe aan onze Herder, onze Gids; met U vinden we de plek waar rust is, goedheid en heelheid. Zelfs al moeten wij door het duister heen, wij weten U naast ons. U strekt uw hand over ons uit en maakt ons gaan lichtvoetig en blijmoedig. Bij U mogen wij ons geborgen weten al de dagen van ons leven, tot in lengte van dagen.
Heer van hemel en aarde, Schepper van al wat bestaat, ongrijpbare God Ik heb je gezocht in de bomen van het bos, in de golven van de zee, in zilver, goud en diamant, in beelden, schilderijen, in eenzaamheid. Ja, overal heb ik naar jou gezocht en tenslotte heb ik je gevonden in het mooiste wat je ons gaf: in de mensen, in hun liefde en goedheid. Dank je wel, God.
Ik vertrouw alle grootouders in de wereld toe aan de bescherming van de Heilige Anna en Joachim.” (Paus Benedictus XVI )
Paus Benedictus XVI prees jaren geleden op 26 juli – de feestdag van de Heilige Anna en Joachim– na het angelus de rol van de grootouders bij de overdracht van het geloof.
“Ik roep U op om te bidden voor de grootouders, die in gezinnen vaak de behoeders en getuigen van de fundamentele waarden van het leven zijn. De opvoedkundige rol van grootouders is uiterst belangrijk en wordt dat steeds meer wanneer de ouders om allerhande redenen niet langer in staat zijn hun kinderen terzijde te staan. Ik vertrouw alle grootouders in de wereld toe aan de bescherming van de Heilige Anna en Joachim.”
MIJN GEBED VOOR GROOTOUDERS Goede Heilige Anna en Heilige Joachim, ouders van Maria en grootouders van Jezus, sta mij en alle grootouders bij. Dat we wijs en liefhebbend mogen zijn, dat we onze tijd, onze verhalen en ons gevoel voor humor mogen delen. En dat we mogen genieten van onze kleinkinderen die ons zo nauw aan het hart liggen, maar dat we ze niet te veel verwennen. Dat we in hen altijd de liefde van God mogen zien.
Barmhartige God, in uw handen leggen wij ons leven, ons doen en laten in goede en in kwade dagen. Aanvaard ons zoals wij zijn: pelgrims op weg naar U. Doe ons weer opstaan wanneer wij zijn gevallen, bewaar in ons wat goed is en breng ons tot voltooiing op uw dag in Jezus Christus, onze Heer.
“Maria!” klinkt zijn stem, en daarin klinkt alle onvoorwaardelijke liefde door waarmee een mens zich gezien en aanvaard mag weten.
Er zitten in de persoon van Maria Magdalena elementen die ook voor moderne vrouwen (èn mannen) herkenbaar zouden kunnen zijn: het rusteloze, verscheurde bestaan, heen en weer geslingerd tussen de vele stemmen en opinies van ouders, vrienden en media, en een wankel evenwicht zoekend tussen alle eisen die aan je worden gesteld door werk, sociale omgeving, kinderen, huishouding, en je eigen verlangen naar geestelijke verdieping. Wie móét ik zijn, wie kàn ik zijn, wie wil ik zijn? Wat stel ik voor, als niet iemand (Iemand!) mijn naam met wèrkelijke liefde uitspreekt?
Toen ik op 27 juli 1974, bij het terugkeren van een kampbezoek in slaap viel achter mijn stuur, werd ik onvoorbereid ineens gehandicapt. Ik zou na 14 maanden kliniek in een rolstoel buitenkomen, aan beide benen verlamd en dit voor altijd. In mijn boek 'Handicap: onverklaarbare bondgenoot' heb ik ook gevochten met de vraag: 'waarom eigenlijk?' Maar ik ben nooit opstandig geweest tegenover God, omdat ik voor mijn ongeluk al dacht dat God daar niets mee te maken had. Maar mijn omgeving had het er wèl moeilijk mee; men dacht: een verlamde priester, dat is een tegenstrijdigheid, dat is iets dat eigenlijk niet zou mogen zijn.
Soms lijkt het dat je OF voor paus Benedictus XVI bent/was OF voor paus Franciscus. Kan het niet allebei? Ieder zijn liefde voor de lieve Heer, misschien wat andere aandachtspunten, maar de Liefde telt. De apostelen waren individueel ook met hun eigen karakters uitgekozen, en toch een eenheid in de Liefde van de Heer. Tuurlijk niet altijd dezelfde gedachten en gevoelens. Daarom de wens: Vrede zij u. Ieder gekleurd draadje bij elkaar vormt samen een veelkleurig tapijt. Zoals zij: paus Benedictus XVI en paus Franciscus, diep respect hebben voor elkaar en zo te zien ook echte interesse in elkaars welzijn, laten wij ook met onze diversiteiten een eenheid vormen. We hoeven niet hetzelfde te zijn en te doen, ieder zijn/haar aandeel in het lichaam dat de kerk is, met Christus als hoofd.
U kent mijn hart. U kent mijn gedachten. U ziet al mijn daden. U weet alles van mij. U weet wat ik wil. U kent al mijn krachten. U hoort al mijn woorden. U bent mij zeer nabij.
U weet wie ik ben. U hoort al mijn zuchten. U ziet al mijn tranen. U voelt mee in mijn pijn. U weet dat ik soms van U weg wil vluchten. Toch zult U altijd bij mij zijn.
Overal op aarde kan ik bij U uithuilen. Want altijd wordt door U aan mij gedacht. Voor Uw liefde kan ik mij niet verschuilen. Uw licht is sterker dan de nacht.
U kneedde mij en gaf vorm aan heel mijn leven. U maakte mij zo mooi en kostbaar door Uw hand. Doordat mijn hart met Uw hart is geweven Is er een onverbreekbare liefdesband.
Houd mij in Uw oog. Leid mij in Uw wegen. Toets al mijn plannen. U weet wat ik verlang. Bescherm mij op Uw weg. Houdt mij soms maar tegen. Voor Uw trouwe liefde ben ik niet bang.