God, ik zoek even contact met U. Wil je mij nabij zijn? Geef mij geloof en vertrouwen kracht en volharding zodat ik mij ten volle kan geven aan de opdracht die ik nu mag vervullen. Amen
Als iemand onder u, voor wijs en verstandig wil doorgaan, moet hij dat waarmaken, door een voortreffelijke levenswandel, door daden van wijze zachtmoedigheid. De wijsheid van boven is voor alles zuiver, maar ook vredelievend, vriendelijk, altijd voor rede, vatbaar, rijk aan Barmhartigheid, en aan vruchten van goede werken, onpartijdig en oprecht.
Theresia van Lisieux, als kind genas ze op wonderbaarlijke wijze van een ernstige ziekte nadat het Mariabeeld boven haar bed naar haar glimlachte. Ze besloot tot de Karmelietenorde toe te treden en haar leven aan God te wijden. Haar kracht was dat ze het geloof heel dichtbij mensen wist te brengen. ‘Ik wil het rozen [= zegeningen] laten regenen op aarde’, zei Theresia.
Zie de wonderen in de kleine dingen, tel je zegeningen!
Vandaag, op 29 september, viert de Kerk de heilige aartsengelen. John Keble, een Engels dichter, wees ons erop dat 'Vrede' het eerste was wat de engelen bezongen.
Wees elkaar niets schuldig, behalve liefde, want wie de ander liefheeft, heeft de gehele wet vervuld. Want: ‘Pleeg geen overspel, pleeg geen moord, steel niet, zet uw zinnen niet op wat van een ander is’ – deze en alle andere geboden worden samengevat in deze ene uitspraak: ‘Heb uw naaste lief als uzelf.’
Verwijzend naar het evangelie van de 25ste zondag door het jaar: de parabel van de arbeiders in de wijngaard (Mt 20, 1-16a), zei de bisschop tot het verzamelde kerkvolk in een volle Sint-Baafskathedraal: "Alle gedoopten zijn geroepen om arbeiders te zijn in de wijngaard van de Heer. De diaken is geroepen om van het altaar uit te gaan naar alle hoeken om mensen die door niemand gevraagd worden, uit te nodigen.
Zo maken diakens waar dat de laatsten de eersten zullen zijn.
Onze Vader die in de hemel zijt. U bent wel oneindig ver weggegaan van deze aarde. Uw naam ligt hier besmeurd, verborgen onder onrecht en geweld. Uw koninkrijk is hier niet te vinden. Hier gebeurt de wil van machtigen, rijken en geweldplegers. Een klein deel van de mensheid heeft volop te eten; de anderen hebben honger. Wij vergeven elkaar niet, maar komen op voor onszelf en de Derde Wereld staat dik bij ons in de schuld. Het kwaad is koning over ons. Zo zit dat.
Vergiffenis schenken werkt niet als een toverstokje. Willen vergeven is niet hetzelfde als kunnen vergeven. Zo kan het gebeuren dat we wel willen vergeven, maar het niet kunnen. Wanneer hoofd en hart het tenslotte op een akkoordje hebben gegooid en we daadwerkelijk in staat zijn te vergeven, dan blijven nog altijd de pijnlijke ervaringen over die aan de oppervlakte komen, verwarring scheppen en de gevoelens van haat opnieuw aanwakkeren. Dit is wat de vergiffenis van het geheugen genoemd wordt. Het is niet het gemakkelijkste van alles. Dit te kunnen vergt veel tijd."
Let dus goed op welke weg u bewandelt, gedraag u niet als dwazen maar als verstandige mensen. Gebruik uw dagen goed, want we leven in een slechte tijd. Wees niet onverstandig, maar probeer te begrijpen wat de Heer wil.
Het lijkt voor ons vandaag maar deze tekst las ik in een brief aan de Efeziërs.
Al wat een mens geluk kan geven draag je van binnen met je mee: zoek het niet hoog of over zee, het staat al in je hart geschreven. Een stem is het, ons doorgegeven, die zegt: Ik zal er zijn voor u. Laat je gezeggen, hier en nu, en kies de ware weg ten leven. Wie antwoord aan de stem durft te geven, weet zich geborgen en bemind, ontvangt de vrijheid van een kind en wordt van anderen een zegen!
Alleen het brood dat we samen delen, voedt. Alleen het water, dat we samen drinken, lest onze dorst. Alleen de strijd die we samen voeren, brengt bevrijding. Alleen de kleren die we samen delen, maken mooi. Alleen de woorden die we samen vinden, zijn verstaanbaar. Alleen de weg die we samen gaan, heeft een doel. Alleen het doel dat we samen stellen, is bereikbaar. Alleen de vrede die we zelf maken, wordt wereldwijd. Die vrede in Gods naam wensen wij elkaar toe.
Heer open mijn hart om lief te hebben Wie me pijn deden Wie over mij roddelden Wie onrecht deden. Heer open mijn hart om te vergeven: Wie kwaad spraken Wie ontnamen waar ik recht op had. Heer open hun hart om uwl liefde te ontvangen.
Overal waar hij kwam, in dorpen, steden en gehuchten, legden ze de zieken op het plein. Ze smeekten hem of ze ten minste de zoom van zijn kleed mochten aanraken. En iedereen die hem aanraakte, werd genezen.
De moeder stond door smart bevangen en met tranen langs haar wangen waar haar zoon gekruisigd hing
en het was haar in haar lijden of een zwaard haar kwam doorsnijden dat dwars door het hart heen ging.
Hoe verdrietig en verloren was de toch zo uitverkoren moeder die hem 't leven gaf.
ze moest klagen, ze moest rouwen en ze beefde bij 't aanschouwen van zijn vreselijke straf.
Wie voelt er geen tranen komen, die daarheen wordt meegenomen, waar hij Christus' moeder vindt?
Wie zou tranen binnenhouden als hij dat verdriet aanschouwde van de moeder bij haar kind?
Zij zag wat hij heeft geleden voor het kwaad dat mensen deden, zag de zwepen, zag het slaan,
hoorde 't kind, door haar gedragen, stervende om bijstand vragen, zag hoe hij is doodgegaan.
Vrouw van liefde en genade, wil toch op mijn schouders laden alles wat u lijden doet.
'k Wil mijn hart aan hem verpanden, laat mij dan van liefde branden opdat ik hem zo ontmoet.
Moeder, wil mijn hart bezeren met de wonden die hem deren, die zo nederig wilde zijn
om te lijden voor mijn zonden. Laat mij lijden aan zijn wonden, laat mij delen in de pijn. Laat mij huilen aan uw zijde, laat het kruis ook mij doen lijden tot ik zelf eens doodgaan moet:
'k wil mij naar het kruis begeven om daar met u mee te leven in wat hem zo lijden doet.
Stralende, ik moet u eren, wil u toch niet vàn mij keren, laat mij huilend bij u staan.
Laat mij Christus' dood ervaren, laat mij in mijn hart bewaren al wat hem is aangedaan.
Laat zijn pijnen mij genaken, laat het kruis mij dronken maken van de liefde voor uw zoon
en wil dan mijn voorspraak wezen als ik 't helse vuur moet vrezen na het oordeel voor zijn troon.
Laat het kruis over mij waken, laat zijn dood mij sterker maken, zodat hij me begeleidt
en mijn ziel, als 't lijf moest sterven, de verrukking doet verwerven die de hemel ons bereidt. foto van Toos Hermsen-de Groot. foto van Toos Hermsen-de Groot.
Hoe ga je om met de tegenslagen in je bestaan? Overkomen ze je, raak je helemaal ondersteboven, word je zelfs verbitterd? of kun je er mee omgaan om misschien te ontdekken dat je er een rijker mens door bent geworden? De zoon van Piet is verongelukt, hij is pas acht jaar oud, holt achter een voetbal de straat op en een auto schept hem. Mensen zeggen tegen Piet: je zult die chauffeur wel iets aan willen doen! ‘Die man heeft ook veel verdriet’, zegt Piet, bij zijn eigen verdriet. Piet raakt niet verbitterd, anderen wel. Wat is het geheim van Piet? Hij blijft open, hij blijft verbonden met andere mensen, ook met die chauffeur die zijn zoon overreden heeft. Hij stopt dat noodlottige ongeluk niet weg. Dat is gewoon kwaad, dat mag niet. We voelen het allemaal aan. je hoort je kind niet te verliezen, en zeker zo niet. Piet kijkt het aan, net zoals die joden in de woestijn de giftige slang hebben aangekeken. Alleen zij die dat doen worden geëerd, de anderen niet. Die sterven aan het gif van de slang, het gif van de verbittering. Daarom neemt dat verhaal van Jezus dit beeld op met het feest van Kruisverheffing. Niets verheerlijken, want dat is het kruis niet in eerste instantie. We zien het vandaag weer in Nord-Irak en Syrië waar christenen opnieuw worden gekruisigd door de Islamitische Staat. We kunnen het volgen op Youtube, via internet. Een zeer barbaarse manier om mensen te vermoorden. Alleen wie het kwaad aankijkt, kan er mee omgaan, zo geloof ik.
Uit: Joost Jansen, Woord voor onderweg. Overwegingen voor het jaar A.
Goede God, terwijl ik dit gebed bid sta ik hier thuis bij het kruis van uw Zoon Jezus. Geef troost en bemoediging aan allen die een zwaar kruis hebben te dragen. Help ons het leed van onze naasten te verlichten, en maak ons bereid om – waar mogelijk – mee te werken aan het wegnemen van de oorzaken van het lijden. Versterk daartoe ons geloof in de weg van Jezus, die via kruis en lijden voerde naar zijn verrijzenis en het leven bij U, tot in eeuwigheid.
Roeping, dat heb jij en ik, wij allemaal. Je bent geroepen je taken die je krijgt, je leven dat je leeft, je bent geroepen dat te leven als christen. Niks verhevens. Gewoon, daar waar jij functioneert.
Roeping is dus: Jezus volgen. God dienen op de plek waar je bent. Op de weg die jou gegeven wordt. Je huwelijk, je opvoeding, je werk, je vrije tijd, je lijf, je eten, je ontspanning, je gesprekken, je omstandigheden. In al die dingen Jezus volgen. Dienstbaar zijn. De heilige Geest door je laten werken. God op de eerste plaats zetten.
Wij zijn geroepen om lief te hebben. Ik zou het willen roepen in deze wereld: tegen de soldaat in de tank tegen het kind met de steen tegen de moeder van de martelaar tegen een drugsbende op zoek naar geld en macht tegen een terreurgroep op oorlogspad……
Maar ik zeg het vooral tegen mezelf Als ik me erger, als ik boos ben, als ik bang ben, als ik niet geloofd wordt…
Zeg het en deel er vanuit: deel rijkelijk uit van de liefde die elke mens in zich draagt, gekregen van een God die zelf liefde is.
Dat Zijn Licht je pad zal beschijnen; je de weg wijst die je mag gaan. Dat Zijn liefde je zal verwarmen; je in Zijn gloed naast de ander mag staan. Zijn vreugde je kracht zal zijn; bij alles wat je hoort en ziet. Dat Zijn vrede je zal omarmen; ook in momenten van verdriet. Dat Zijn engelen rondom je zijn; je beschermen zullen, de gehele tijd. Dat je steeds opnieuw zult ervaren; het is God die mij leidt.