God, ik zoek even contact met U. Wil je mij nabij zijn? Geef mij geloof en vertrouwen kracht en volharding zodat ik mij ten volle kan geven aan de opdracht die ik nu mag vervullen. Amen
Elke dag wordt wat korter. Elke dag wordt het een beetje donkerder. Elke dag een beetje meer nacht.
In de donkerte van die nachten ontsteken we elke week een kaars meer tot we de krans rond zijn en er weer genoeg licht en warmte zal zijn om Hem een thuis te geven.
Als je merkt dat duisternis en kilte ook in en rondom mensen voelbaar zijn, wordt het verlangen groot naar ‘anders’ en ‘beter’ - wacht niet af - Als je warmte uitstraalt, langzaam weer mens wordt, meer mens met de ongeziene mens, dan is er groeiend licht, dan is er hoop, dan wordt het Advent…
In het komende weekend begint de advent, onze weg naar Kerstmis. De kleur in de kerk is vier weken paars, het is een periode van inkeer en voorbereiding op de komst van de Heer. Overal staan de adventskransen klaar. Vier weken lang zingen we het bekendste adventslied
“Rorate Caeli”, “Hemelen, laat uw hoogten druipen en gerechtigheid uit de wolken stromen” (Jesaja 45,8).
Gebed bij start van de noveen Maria Onbevlekt Ontvangen.
O Maria, allerzuiverste Maagd, Wiens Onbevlekt Hart moet zegevieren, waak over de zuiverheid van de onschuldige kinderen, sta de jongeren bij die strijden om de zuiverheid te beleven, dat hun harten mogen branden van ware liefde.
Leid de echtparen, geroepen om de echtelijke liefde te beleven in heiligheid, geef aan de priesters en religieuzen dat ze een mooie getuigenis geven door hun trouw aan het celibaat, aan Jezus geofferd voor het heil van de zielen.
Verdedig ons tegen de prins van deze wereld en zijn suggesties. Help ons alles te bestrijden, vooral met de rozenkrans, wat de mensheid misvormt, die God naar Zijn beeld wou.
Wees de bewaarster van ons innerlijk leven en leer ons aandacht te hebben voor onze broeders, hen te respecteren en zien in het licht van Christus. Amen.
Gisteren vierde de Kerk het feest van Christus Koning van het Heelal. De laatste zondag van het kerkelijk jaar. De hele schepping en de hele kosmos worden geplaatst in een spiritueel kader. Christus als de bezielende kracht die schepping en kosmos doordringt. God zet in Christus de ‘kroon’ op Zijn werk.
In het verleden was dit een echt katholiek triomfalistisch feest. De triomf van de katholieke kerk werd bezongen en gevierd. Het lied: Aan U , O Koning der eeuwen is daarvan nog een overblijfsel. De triomf van de katholieke kerk is allang verbleekt en haar zichtbare en tastbare aanwezigheid is geworden tot onzichtbaar. De essentie van het feest blijft. In Christus krijgt de schepping een ‘andere’ belichting en wordt de schepping zelf een zichtbare verwijzing naar de Schepper, God.
Waar wij elkaars broosheid helpen dragen en de uitgestoten mens ontvangen, komt Gij zelf bij ons te gast. Wij bidden U: geef dat niemand door ons toedoen getekend of vereenzaamd door het leven gaat.
Ik wens iedereen een liefdevolle en gezegende dag!
Liefdevolle God, soms heb ik het gevoel, dat ik ‘ziek’ ben en genezing nodig heb. Maar mijn geloof en mijn hoop zijn meestal veel te klein om die genezing aan U te durven vragen. Wil daarom mijn geloof in uw nabijheid diepere fundamenten geven en mijn hoop op de warmhartigheid van Jezus sterker maken. Steek uw hand uit naar mij en raak me aan. Laat me voelen dat Gij van me houdt. En geef mij de creativiteit om uw liefde door te geven aan anderen.
We naderen het einde van het kerkelijk jaar, a.s. zondag is het alweer de laatste zondag, daarna begint de advent. In de lezingen van deze tijd wordt verwezen naar het einde van de tijd, einde van het leven. Dan moeten we verantwoording afleggen, hoe we in ons leven gepresteerd hebben. U weet wel, dat beruchte boek van Petrus daar aan de hemelpoort. Dat zogenaamde boek van Petrus is denk ik niet zo belangrijk. Wat wel belangrijk is dat we nu en dan eens even stil worden en nadenken over ons leven, hoe wij erbij staan. Het evangelie maakt ons duidelijk dat het niet gaat om wat we presteren en produceren, zaken die in onze maatschappij toch als heel belangrijk gezien worden. God kijkt niet naar de uiteindelijke resultaten, maar wel naar onze inzet, onze wil om steeds weer het goede te doen.
’t Grootst van al is de liefde, groter dan macht en fortuin liefde, inzet voor allen, geen surrogaat rondom onze leegheid. ‘t Groots van al is de liefde groter dan macht en fortuin maar geen vloed van woorden kan doen verstaan wat Christus voor ons heeft gedaan.
Danken wij God voor elkaar, vraag maar niet hoe, vraag niet waar Kijk om je heen en geef toe God wordt ons mensen nooit moe Danken wij God voor elkaar, vraag maar niet hoe, vraag niet waar Kijk om je heen en geef toe God wordt ons mensen nooit moe
’t Grootst van al is de liefde, daartoe heeft God ons gemaakt liefde inzet voor allen, laat haar niet eenzaam doven als sterren ’t Grootst van al is de liefde, daartoe heeft God ons gemaakt maar blijkt uit ons leven, dat wij verstaan wat Christus voor ons heeft gedaan?
Goede God, we hebben het licht ontstoken als een gebed dat U zoekt. Wij hebben het licht ontstoken omdat de stralen van uw barmhartigheid altijd sterker blijven dan het dalend donker van ons vragen en verwijten. Wij hebben het licht ontstoken omdat het ons spreekt van uw nabijheid, omdat het onze eenzaamheid doorlicht, en ons wijst op U, de Bron van alle licht. Wij blijven het licht ontsteken als een gebed om ruimte, om op adem te komen, rust te vinden. Schrijf zelf in ons midden uw eigen Naam en maak uw adem hoorbaar in de woorden van ons gebed. Blijf ons licht dat alle duister opheft.
Ik geloof dat God uit alles, ook uit het slechtste, iets goeds kan en wil laten ontstaan. Hiervoor heeft hij mensen nodig die met alles hun voordeel doen.
Ik geloof dat God ons in iedere moeilijke situatie zoveel weerstandsvermogen geeft als we nodig hebben. Maar Hij geeft het niet vooraf, opdat wij niet op onszelf maar op Hem vertrouwen.
Ik geloof dat God geen noodlot is buiten de tijd, maar dat Hij wacht op eerlijk bidden en verantwoord handelen en hierop antwoord geeft.
Nooit meer oorlog was niet waar in 1918 en is het 100 jaar later nog steeds niet. Kan het ooit waar worden, zult u zich misschien afvragen? Alleen als er tegenover de demagogen en hun volgelingen christenen gesteld kunnen worden, die zoals Sint-Maarten bereid zijn om op de uitnodiging van Jezus in te gaan en zichzelf te ontledigen: eerst een halve mantel, dan hun hele bezit en tenslotte alles, om allen te kunnen dienen voor altijd.
VANDAAG VIEREN WE HET FEEST VAN SINT-MAARTEN, METEEN OOK MIJN PATROON EN NAAMFEEST. DANKBAAR DAT IK ZIJN NAAM GESTALT MAG GEVEN IN MIJN DAGELIJKS LEVEN, WANT OOK IK PROBEER WAAR MOGELIJK MIJN MANTEL TE DELEN.
BIJ DEZE WENS IK DAN OOK ALLLEN EEN PRETTIG NAAMFEEST AAN HEN DIE EEN AFGELEIDE VAN DE NAAM MAARTEN MOGEN DRAGEN!