Op 12 juli 2006 ontviel ons auteur Hubert Lampo. Op zaterdag 22 juli wordt afscheid van hem genomen in het crematorium in Wilrijk.
Hij werd op 1 september 1920 geboren in de Antwerpse voorstad Het Kiel. Zijn ouders Lampo waren in de tweede generatie socialist en niet gedoopt. De schrijver stamt bijgevolg uit een kleine minderheid van de Vlaamse bevolking die zich meer met de ontvoogding van de arbeidersklasse identificeerde dan met de Vlaamse strijd, en zich niets aantrok van meneer pastoor.
xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Hubert Lampo was van een generatie auteurs die hun schrijverswerk nog moesten zien te verrichten naast een dagelijkse beroepstaak. Zo was Lampo jarenlang hoofdinspecteur van de openbare bibliotheken, naast criticus, redactiesecretaris van het literaire Nieuw Vlaams Tijdschrift en zelfs even BRT-televisiemedewerker van Vergeet niet te lezen. Hij verzorgde de wekelijkse pagina Kunst en Cultuur van het socialistische dagblad Volksgazet waarvoor hij honderden recensies schreef, zowel over literatuur als over plastische kunsten en theater.
Voor velen klinkt zijn naam als een klok, al was hij de laatste decennia in de vergetelheid gesukkeld. Zijn bekendste werk is De komst van Joachim Stiller uit 1960. Het werd verfilmd, leverde hem in 1963 de Driejaarlijkse Staatsprijs voor scheppend werk op en haalde 44 drukken. De naam Lampo was synoniem voor het genre van het magisch realisme dat na de Tweede Wereldoorlog ophef maakte. Dat uitgesproken genre bezorgde hem een plaats in de school- en geschiedenisboeken. Lampo's werk prijkte decennia lang op alle schoollijstjes van verplichte lectuur.
Criticus en hoogleraar Hugo Bousset vermoedt dat we Hubert Lampo niet snel gaan vergeten. Hij nam Lampo's Terugkeer naar Atlantis onlangs op in De Vlaamse Bibliotheek , een boekenreeks die een overzicht wil vormen van literaire trends tussen 1927 en 1970. Volgens hem verdiende Lampo een plaats in de reeks als successchrijver en humaniora-auteur. Enkele jaren geleden is het Hubert Lampo Genootschap opgericht en dit zal zijn werf vol met materialen nu als bouwstenen ordenen, bewerken, en aanpassen in het grote geheel van de wereld waar Lampo voor ijverde.
Hubert Lampo behaalde naast de Driejaarlijkse Staatsprijs ook de Prijs van de Vlaamse Provinciën voor zijn hele oeuvre (1983), de Televizierprijs voor Arthur (1985), de Bernheimprijs voor zijn hele oeuvre (1986), Eredoctoraat in de letteren, verleend door de Université Stendhal te Grenoble (1989), erepenning van de Stad Antwerpen (1990), Gouden erepenning van de Vlaamse Raad (1993), Provinciale Prijs voor Letterkunde voor een gezamenlijk oeuvre van de Provincie Antwerpen (1998).
Zorgt het Lampo-Genootschap in 2020 ook voor een Hubert Lampo-jaar, dat hij zou verdienen.
Tussen Hubert Lampo en André Demedts bestond een band van respect en waardering. Over André Demedts schreef Hubert Lampo n.a.v. de publicatie van de roman De levenden en de doden op 2 juli 1959 het volgende in de Volksgazet:
"André Demedts behoort tot de andersdenkenden die wij het grootste respect en de grootste waardering toedragen. En deze waardering sluit stellig 'De Levenden en de doden' niet uit, een roman die, vooral voor de magnifieke, nergens over het paard getilde figuur van de innig-menselijke pater van Huysse, beslist tot de goede en sterk gecomponeerde boeken van onze hedendaagse Vlaamse letteren behoort."
Bij de viering van het 10-jarige bestaan van het Overlegcentrum van Vlaamse Verenigingen (OVV) spraken de aangesloten verenigingen zich unaniem uit voor een hervorming van de staat in federale richting. Tijdens die herdenkingszitting op 25 mei 1976 werd de "Verklaring van de Acht" voorgelezen. Dit is een tekst ondertekend door 8 schrijvers, namelijk Louis Paul Boon, André Demedts, Marnix Gijsen, Hubert Lampo, Maria Rosseels, Gerard Walschap, Albert Westerlinck en Anton van Wilderode. In die tekst werd opgeroepen om de taalgrens en de afbakening van Brussel-19 als definitief te beschouwen.
|