Over veelzijdige persoonlijkheid van André Demedts We willen hier een archief aanleggen over André Demedts. Uw bijdrage en/of informatie over de veelzijdige activiteiten van André Demedts is hierbij van harte welkom...
31-01-2006
AD-huis : Koffieconcerten op zondag om 17 u.
De Stichting André Demedtshuis presenteert dit jaar in het kader van 100 jaar André Demedts ook twee koffieconcerten op zondagom 17 u. in de Sint-Bavokerk. Volgende zondag 5 februari brengt de zeer virtuoze en internationaal gewaardeerde altviolist Michael Kugel een romantisch en gevarieerd programma. Hij wordt begeleid aan de piano door de eveneens internationaal gewaardeerde Mireille Gleizes. Op het programma staatnaast een originele compositie van eigen hand, nl. de Suite in Memoriam Shostakovich, ook Carmen Fantasie van Georges Bizet/Franz Waxman en muziek van Georges Onslow, Charles de Beériot en August Baronvon Münchhausen.
Altviolist Michael Kugelwerd geboren in de voormalige USSR. Hij studeerde viool aan de Beethoven Muziekschool en aan het Conservatorium te Kharkov. Nadien studeerde hij altviool bij Y. Kramarov aan het Leningrad (St.Petersburg) Conservatorium. In 1975 won hij de Eerste Prijs in de internationale Altvioolwedstrijd te Budapest.In de USSR was hij solist van de Filharmonische Organisatie van Moskou, het Mosconcert en professor aan het Tchaikovsky Conservatorium van Moskou. In 1996 vestigde hij zich in ons land en momenteel is hij professor aan de Koninklijke Conservatoria te Gent en te Maastricht.
Als solist trad Michael Kugel op met vele symfonieorkesten overal te wereld in belangrijke concertzalen zoals het Concertgebouw te Amsterdam, de Berlin Philharmonic Hall, het Théâtre des Champs-Elisées te Parijs, De Wigmore Hall in Londen, De Carnegie Hall in New York, de Victoria Hall in Genève, de Osaka Symphony Hall ( Japan) en het Paleis voor Schone Kunsten te Brussel. Hij dirigeerde ook meerdere kamerorkesten en participeerde aan ontelbare internationale Festivals en was jurylid van tal van internationale wedstrijden. Het vakblad The Strad noemde hem in 1998 al één van de grootste virtuoze strijkers van de eeuw. Hij nam een twintigtal platen en cds op met virtuoze muziek en talrijke vioolsonates. Hij verrijkte het altvioolrepertoire met meerdere transcripties en eigen composities en is ook auteur van twee naslagwerken over meesterwerken van de instrumentale muziek. Een hele eer dus voor de stichting André Demedtshuis om hem in Sint-Baafs-Vijve te kunnen programmeren in de Sint-Bavokerk.
Pianiste Mireille Gleizes behaalde de Eerste Prijs aan het Koninklijk Conservatorium van Gent en zette haar studies verder aan de Koninklijke Conservatoria van Brussel en Bergen en aan het Staatsconservatorium te Minsk (USSR).Met de grootste onderscheiding behaalde ze het hoger diploma voor piano. Drie lerars hebben haar geholpen haar natuurlijke virtuoze aanleg te ontplooien: Valery Afanassief en Mikhaïl Faerman, beiden Eerste Laureaten van de Koningin Elisabethwedstrijd, en de componist, pianist en pedagoog Piotr Lachert. Ze gaf reeds tal van concerten in Europa, de ex-USSR, Bosnië, Canada, Brazilië en Mexico. Mireille Gleizes werkte ook mee aan diverse opnamen voor radio, CDs en filmmuziek. Haar solo-Cd met muziek van de grootste componisten van de Nieuwe Consonante Muziek werd enthousast onthaald.
Na het concert wordt een drankje aangeboden in het André Demedtshuis, waar er gelegenheid is tot een informele babbel met de artiesten.Deze maand loopt daar een tentoonstelling van de jonge kunstenaar Isabelle Bossuyt. Ze is van opleiding textielontwerpster. Haar interesse voor textiel is bron voor inspiratie wat betreft kleur en materie in haar schilderijen. Stukken stof worden in haar schilderijen verwerkt en vormen zelfs het uitgangspunt van een werk. Isabelle Bossuyt brengt zowel meer abstracte werken als figuratieve, waarbij elegante vrouwen centraal staan. De vernissage gaat door op vrijdag 3 februari om 20 u.Het Demedtshuis is open op vrijdag, zaterdag en zondag van 14 u. tot 17 u. en ook op zondagvoormiddag van 10 tot 12 u. Tijdens de week kan de tentoonstelling bezocht worden op aanvraag. Tel. 056/67.32.50 (kantooruren) of 056/60.79.05 (openingsuren).
Jozef Deleu in Ons Erfdeel, 36e jg, nr 1, 1993, blz 107.
Afscheid van een leermeester
Bij de dood van André Demedts (1906-1992)
Toen de Vlaamse dichter, romancier en essayist André Demedts zestig jaar werd, heb ik geprobeerd in dit tijdschrift zijn betekenis als cultuurpoliticus onder woorden te brengen (Ons Erfdeel, 10e jg, nr.1, september 1966). Nu hij op 4 november 1992, na een langdurige ziekte, is overleden, is het zinvol te herinneren aan de belangrijke rol die hij heeft gespeeld bij de oprichting van Ons Erfdeel.
Mijn eerste contact met André Demedts had plaats in 1955, toen ik hem als debutant overstelpte met mijn eerste geschriften. Hij reageerde op de hem zo eigen begrijpende en vriendelijke manier. Ik ontmoette hem voor het eerst in de loop van dat jaar. In een brief van 19 december 1956 schreef hij me dat hij een jonge man zocht die zich los van partijpolitieke overwegingen wilde inzetten voor een nauwer contact met de Frans-Vlamingen. Meteen inviteerde hij me bij hem thuis voor een bijeenkomst van het Comité voor Frans-Vlaanderen" op 29 december 1956. Als u dat niets zegt, kom ik er niet meer op terug", schreef hij. Het zei me wel iets, hoewel ik niet vertrouwd was met de toenmalige actie voor Frans-Vlaanderen en evenmin familiale of persoonlijke bindingen had met de Vlaamse Beweging. Misschien heeft het feit dat mijn vader afkomstig was uit Rijsel daarin onbewust een rol gespeeld.
Op deze bijeenkomst werd mij gesuggereerd contact op te nemen met jonge intellectuelen uit mijn streek en Frans-Vlaanderen in verband met de oprichting van een tijdschrift dat de aandacht zou vragen voor de Frans-Vlaamse problematiek en tevens de culturele samenwerking tussen de Nederlandssprekenden zou bevorderen.
Samen met vrienden van de studentenclub van mijn dorp ben ik aan het werk gegaan. Het eerste nummer van Ons Erfdeel, dat toen ook nog Notre Patrimoine heette, verscheen in augustus 1957. Het telde twintig bladzijden, de oplage bedroeg 250 exemplaren en het vertoonde verder alle gebreken van een door enthousiaste, maar jeugdige amateurs geredigeerde periodiek. André Demedts schreef er het belangrijkste artikel voor, maar ondertekende het niet. Hij maakte de publikatie van het eerste nummer ook financieel mogelijk. Het avontuur dat ieder tijdschrift is, kon beginnen. Vanaf het tweede nummer traden ook drie Nederlanders toe tot de redactie. De teerling was hiermee geworpen: Ons Erfdeel zou langzamerhand een algemeen-Nederlands cultureel tijdschrift worden.
Met grote belangstelling en voorzichtig enthousiasme volgde André Demedts dè ontwikkeling en de groei van het blad. Jarenlang verzorgde hij een rubriek In de rand", waarin hij op pragmatische wijze de noodzakelijkheid van een gemeenschappelijke taal- en cultuurpolitiek voor ons taalgebied aanprees. Tijdens onze maandelijkse ontmoetingen legde hij steeds opnieuw de nadruk op het pluralistische karakter van het tijdschrift. In die dagen was dat, zeker in Vlaanderen, opvallend. Daarom ook heb ik hem bij zijn overlijden de meest vrijzinnige katholiek" van Vlaanderen genoemd.
Toen uit het tijdschrift Ons Erfdeel in 1970 de Vlaams-Nederlandse Stichting Ons Erfdeel" groeide, aanvaardde hij het ere-voorzitterschap van de raad van bestuur.
Meer dan dertig jaar was André Demedts een onbaatzuchtig raadsman en leermeester. Bovendien heb ik hem al die jaren als een fijngevoelige en fidele vriend mogen ervaren. De vreugde om alles wat hij heeft betekend, verleent aan het verdriet om zijn dood de glans van de blijvende dankbaarheid.
jozef Deleu
Hoofdredacteur
Afgevaardigd-Bestuurder Stichting Ons Erfdeel".
Jozef Deleu in Ons Erfdeel, 36e jg, nr 1, 1993, blz 107.
(met dank aan Jozef Deleu voor akkoord met overname)
2006 blijkt een jaar te zijn waarin verschillende kunsttakken een grootmeester te vieren hebben. Zo viert de muziekwereld Wolfgang Amadeus Mozart en de beeldende kunsten grootmeester Rembrandt Van Rijn. Op vlak van literatuur vieren we 100 jaar André Demedts. Voor Kortrijk een heel belangrijke figuur. Demedts heeft er gestudeerd, gewoond en is er uiteindelijk ereburger geworden.
Met een uitgebreide boekenstand wil de stadsbibliotheek in Kortrijk dan ook haar steentje bijdragen aan 100 jaar André Demedts. De bibliotheek toont de belangrijkste werken van André Demedts gepaard met een overzicht van Demedts volledige oeuvre. André Demedts werd geboren op 8 augustus 1906 in Sint-Baafs-Vijve en woonde tot er tot 1938 op de ouderlijke hoeve De Elsbos. Na zijn studies aan het Sint-Amandscollege (1919-1921) in Kortrijk was hij werkzaam op de hoeve.
Demedts studeerde maar een korte periode aan het Sint-Amandscollege omdat de oudste zoon op de hoeve onmisbaar was. Toch is die korte tijd aan het college belangrijk geweest. Als leerling schreef hij al korte teksten en toneelstukjes voor het schoolblad De Knotse. In 1937 werd hij leraar aan het H.Hartcollege in Waregem. Het jaar daarop huwde hij en ging hij in Waregem wonen. Op verzoek van directeur-generaal Jan Boon aanvaardde Demedts in 1949 de benoeming tot diensthoofd van de gewestelijke omroep West-Vlaanderen van de toenmalige BRT.
Demedts verhuisde naar de Condédreef 21 in Kortrijk en bleef tot 1971 diensthoofd van de
BRT-radio West-Vlaanderen. Demedts werkte gestaag verder aan zijn omvangrijke oeuvre.
Het werk van André Demedts speelt zich meestal af op het platteland. De personages die hij ten tonele voert zijn meestal nauw betrokken bij hun omgeving en vergroeid met de gemeenschap rondom hen.
André Demedts was een creatieve duizendpoot. Naast proza schreef hij ook jeugdboeken,
theaterstukken en literatuurbeschouwing. De jeugdboeken schreef hij onder het pseudoniem Koen Lisarde. Hij debuteerde in 1929 met de dichtbundel Jamijnen. Verder schreef hij ook psychologische romans met een sociaal-religieuze achtergrond zoals Voor de avond valt, De ring is gesloten en De levenden en de doden. Zijn eerste jeugdboek verscheen onder de titel Ik wil een dappere kerel zijn.
Demedts was niet alleen auteur, maar ook redacteur van meerdere letterkundige tijdschriften zoals "Ons Erfdeel", "Dietsche Warande en Belfort" en "Vlaanderen". Voor zijn werken ontving Demedts diverse prijzen en onderscheidingen. In 1990 ontving hij de Staatsprijs als bekroning voor zijn hele oeuvre. Na een slepende ziekte overleed André Demedts te Oudenaarde op 4 november 1992.
De boekenstand met het overzicht van het oeuvre van André Demedts (deels uitleenbaar)
bevindt zich vooraan in de volwassenenafdeling van de centrale bibliotheek, Leiestraat 30 in
Stichting André Demedtshuis opent viering '100 jaar André Demedts'
André Demedts werd geboren op 8 augustus 1906. De Stichting van het André Demedtshuis wil dit 100e geboortejaar luisterrijk opfleuren met een aantal opmerkelijke activiteiten rond het leven en werk van André Demedts. Hij die, zoals hij het verwoordt in zijn gedicht De rozen, blij kon zijn om niets, zou er monkelend-afwijzend bij gestaan hebben.Monkelend, omdat hij er hoe dan ook veel plezier zou aan beleefd hebben en dankbaar aanvaardend zijn medewerking zou hebben verleend, afwijzend omdat dit nu allemaal toch niet hoefde
Conform aan de levensopvatting van André Demedts dat de mens de hem hier toegemeten tijd in de eerste plaats dient te gebruiken om gelukkig te zijn, wil de Stichting in het Demedtsjaar 2006zoveel mogelijk mensen laten delen in de vreugde die André Demedts steeds heeft willen overbrengen naar al wie hem onringde. Ooit schreef Demedts : Wat zijn we zonder levende waarheid? Wat als er geen hart in klopt, als er geen mens achter staat ?
Een greep uit de activiteiten die op stapel staan en waaraan nu reeds heel wat mensen en verenigingen hun medewerking hebben toegezegd : een toneelopvoering van Anton Cogen, een expositie van beeldende kunstenaars die ook met het woord bezig zijn, de opvoering van een mysteriespel, een poëzieavond met het begeleidende diavoorstelling, en veel concerten.
Het eerste concert in de reeks optredens rond de viering van 100 jaar André Demedts wordt ons gebracht volgende donderdag 26 januari om 20.30 u. in de Sint-Bavokerk door het kamerensemble Contrasts. Het gereputeerde internationale ensemble bestaat uit Katy Sebestyén, Dana Protopopescu, Freddy Arteel en Ervin Schiffer.Op het programma staat werkvan Jean Baptiste Loeillet (Trio sonate in F dur), Franz Schubert (Adagio en Rondo), Frederic Devreese (Benvenuta suite), Bernard Baert (Divertimento Allegro), Rimsky-Korsakov (Kwartet in Bes). Tickets zijn vooraf te bestellen bij de Culturele Dienst Wielsbeke tel. 056/67.32.50 of via cultuur@hernieuwenburg.be.
Freddy Arteel is één van de Belgische topklarinettisten. Hij was 25 jaar soloklarinettist bij de Filharmonie te Antwerpen en sedert 77 docent aan het Koninklijk Conservatorium te Gent. Naast het ensemble Contrasts is hij ook verbonden aan het Belgische klarinettenkwartet en het Antwerpse houtblazerskwintet. In 1993 was hij directeur van het Internationale Klarinettenfestival te Gent, met 700 klarinettisten van over de hele wereld.
Katy Sebestyén uit Hongarije is docent viool aan het Koninklijk Conservatorium te Brussel en aan het Conservatorium van Brabant in Nederland. Ze is verbondenaan het prestigieuze Koningin Elisabeth Kapel. Ze is de oprichter en dirigent van de Sebestyén Strings en een lid van het Haydn String Quartet.Ook is ze concertmeester van de European Philharmonic Orchestra.
Dana Protopopescu uit Roemenië is een buitengewone pianiste met een schitterende carrière. Ze liet zich ook opmerken door de originele interpretatie van de muziek van de film Benvenuta van de Belgische cineast André Delvaux. Momenteel is ze docent aan het Koninklijke Conservatorium te Brussel en is een veelgevraagd concertpianiste in binnne- en buitenland.
Ervin Schiffer uit Hongarije is één van Europas grootste altviolisten, pedagogen en kamermuziekcoaches. Hij is docent altviool aan het Sweelinck Conservatorium te Amsterdam en het Koninklijk Conservatorium te Brussel. Daarbij is hij ook verbonden aan de prestigieuze Koninging Elisabeth Kapel. Hij is artistiek directeur van de internationale Cours de Musique in Morges, artistiek adviseur van het Sebestyén strijkorkest en coach van het Nationaal Jongeren orkest van Spanje en de Belgische Youth Philharmonic.
Op 8 augustus 1906 werd André Demedts geboren op de ouderlijke hoeve "Den Elsbos" op de Drogenbroodhoek in de streek tussen Mandel en Leie. Deze hoeve, waar ook zijn voorouders woonden en werkten, ligt op de grens van Oostrozebeke, Sint-Baafs-Vijve en Wakken. Het land is stil en weids en "vlak als een tafel". André was de oudste zoon van Maurits Demedts en bleef een zwak en ziekelijk kind dat regelmatig afwezig was tijdens zijn lagere schooltijd. Uit dertien bevallingen hield moeder Celesta Vandenhende slechts vier kinderen over: drie zonen en één dochter. Thuis vond hij geen passende speelgenootjes, want zijn broers Paul (1914) en Michel (1922) kwamen door hun verschil in leeftijd hier niet voor in aanmerking. Zus Gabrielle (1909) kreeg kinderverlamming toen ze vier maanden oud was. Deze omstandigheden lagen vermoedelijk aan de basis van zijn aangeboren weemoed en zijn behoefte aan eenzaamheid.
In 1918-1919 liep André Demedts school in de voorbereidende afdeling van het Sint-Lievenscollege in Gent. Hij woonde in Gentbrugge in bij zijn oom Dr. Leestmans. Deze originele man heeft er op zijn manier toe bijgedragen dat zijn neefje voortijdig zijn studie stopzette. Ook op het Sint-Amandscollege in Kortrijk, waar hij later de handelsklassen volgde, bleef André maar twee jaar (1919-1921), ditmaal omdat familie-omstandigheden de oudste zoon op de hoeve onmisbaar maakten. Toch is die betrekkelijk korte tijd in Kortrijk belangrijk geweest. Als leerling schreef hij korte schetsen en toneelstukjes voor het bescheiden schoolblaadje "De Knotse".
De eerste gedichten van André Demedts verschenen in 1924 in "A verbode's Weekblad" en "Hooger Leven". Naast de arbeid op de hoeve vond hij nog de tijd, vaak 's avonds en 's nachts, om verzen en novellen te schrijven. In 1936 verscheen zijn eerste roman "Het leven drijft".
Het jaar 1937 gaf een beslissende wending aan het leven van de auteur. Na het afleggen van een bekwaamheidsproef werd hij leraar Nederlands en geschiedenis aan de handelsafdeling van het Waregemse Heilig-Harthandelsinstituut. De naam Demedts klonk toen al bij velen bekend in de oren. De leerlingen uit die tijd wisten dat principaal Deweer de ambitie had om zijn jonge college een prominente plaats te laten innemen onder de overige bisschoppelijke colleges. Op gebied van gebouwen, uitrusting, keuken ("'t Vettekot") en leerkrachten genoot Waregem een goede faam. Demedts' onderwijsperiode duurde ruim twaalf jaar. In 1938 trouwde hij met Germaine Ide uit Pittem. Zij kregen twee dochters (Mieke en Hilde) en twee zonen (Maurits en Dirk). Het gezin Demedts vestigde zich in Waregem, eerst in de Karel van de Woestijnelaan en later in de Guido Gezellestraat, literatuur was nooit veraf. Tijdens deze periode schreef hij vier stevige romans, terwijl zijn ervaringen op het college hem stof en inspiratie leverden voor evenveel jeugdboeken onder het pseudoniem Koen Lisarde. Naast zijn schoolse en literaire arbeid engageerde hij zich ook in de jeugdbeweging en het Vlaamse verenigingsleven. In die jaren organiseerde hij ook de eerste "Frans-Vlaamse Dag" en groeide ook zijn belangstelling voor en zijn kennis van Zuid-Afrika en het Zuid-Afrikaans.
Op speciaal verzoek van directeur-generaal Jan Boon aanvaardde Demedts in december 1949 de benoeming tot diensthoofd van de gewestelijke omroep West-Vlaanderen van de toenmalige BRT (Belgische Radio en Televisie). Hiermee brak een derde periode aan in het leven van deze veelzijdige auteur. In de Condédreef 21 in Kortrijk, waar hij en zijn gezin ondertussen woonden, bleef hij werken aan een omvangrijk oeuvre. Sinds 1928 gaf André Demedts op honderden plaatsen in Vlaanderen en soms ver daarbuiten lezingen over de meest uiteenlopende onderwerpen. Wie hem eenmaal had gehoord weet met welke bezieling en emotionele bewogenheid hij steeds het woord voerde en welke charismatische impact hij op zijn toehoorders had.
Tot op hoge leeftijd bleef hij literair actief. Hij schreef verschillende dichtbundels, maar ook essays en monografieën over Hugo Verriest, Stijn Streuvels, Ernest Claes, Johan Daisne, Albrecht Rodenbach, Cyriel Verschaeve en Valere Depauw. (De meeste van deze auteurs waren ook zijn vrienden.) Maar Demedts werd vooral bekend voor zijn ruim 25 romans en 4 jeugdboeken. Het zijn psychologische romans met een sociaal-religieuze inslag, verhalen die zich bijna altijd in het verleden en op het platteland afspeelden en waarin vooral het innerlijke van zijn personages werd uitgediept. Als u daar ook nog de honderden. ongebundelde bijdragen voor tijdschriften, dagbladen en andere periodieken bijneemt, dan mag Demedts zonder twijfel tot een van de meest verdienstelijke Vlaamse auteurs van de vorige eeuw gerekend worden.
André Demedts werd verschillende keren gehuldigd en onderscheiden. Ook de inwoners van Sint-Baafs-Vijve deden hem alle eer aan. In 1983 werd de oude pastorij, gelegen aan de kerk, als "André Demedtshuis" geopend. Dit huis bevat een Demedtsmuseum en verschillende tentoonstellingszalen. Zeven jaar later ontving hij de Staatsprijs als bekroning voor zijn hele oeuvre. Na een slepende ziekte overleed de auteur op 4 november 1992 in Oudenaarde, hij werd 86 jaar. Hoewel hij in Kortrijk woonde, was het zijn uitdrukkelijke wens om in zijn geboortedorp begraven te worden. Hij rust er op het oude kerkhof rond het Sint-Bavokerkje in Sint-Baafs-Vijve, waar men nog altijd zijn graf en het "Demedtshuis" - op vrijdag, zaterdag en zondag - kan bezoeken.
Bronnen:
Anton Van Wilderode, Ontmoetingen (Literaire monografieën) met André Demedts, 1965, Desclée De Brouwer Brugge
Rudolf Van De Perre, André Demedts, 1984, Stichting Mercator-Plantijn Antwerpen
Ook deze tekst is gebruikt voor twee typlessen in het H.Hartcollege-Handelsinstituut te Waregem. Met dank aan Marc Crabeels.
Tussen 1943 en 1952 schreef André Demedts vier jeugdboeken. Deze periode valt niet toevallig samen met de periode waarin hij les gaf in het college van Waregen (1937 - 1949). Zijn leraarschap en zijn contact met de collegeleerlingen waren dus een in.s.pinmebron voor het schrijven van deze boeken. André Demedts vond dat schrijven voor de jeugd pas gerechtvaardigd was "als je aan die jeugd ook wat zinnigs te zeggen hebt". Vandaar dat zijn jeugdliteratuur zeker niet tot het avonturengenre kan gerekend worden. Elk boek heeft duidelijk een opvoedende, soms religieuze achtergrond. De hoofdpersonages in zijn verhalen gaan dikwijls gebukt onder tegenslagen en beproevingen (oorlog, dood, ziekte, luiheid, ijdelheid, alcoholisme, communisme,-!..), maar komen door het nastreven van nobele en christelijke idealen (vriendschap, moed, naastenliefde, ...) vaak sterker uit deze crisissituaties. Deze zwaarmoedige thematiek was en is voor jonge lezers zeker niet altijd even aantrekkelijk. Natuurlijk moetje deze boeken in hun tijd situeren: andere tijden andere zeden. Dat maakt dat Demedts' jeugdboeken vijftig jaar geleden toch gretig werden gelezen.
Hieronder een korte bespreking van deze vier boeken:
Ik wil een dappere kerel zijn (1943)
Het eerste (en beste?) jeugdverhaal van André Demedts kende verschillende herdrukken tot in 1964 en zelfs een Franse vertaling in 1945: II n'y a qu'une route.
Voor dit verhaal liet Demedts zich duidelijk inspireren door het collegeleven in die jaren, alhoewel hij er steeds zal voor zorgen nooit letterlijke verwijzingen naar personen of echte namen van collega's te gebruiken. Paul Verschuere is de verwende zoon van een bekend Antwerps advocaat. Om meer mens te worden besluit zijn vader hem naar de derde Latijnse in een internaat in de Vlaamse Ardennen te sturen. De zwaarmoedige en introverte Paul heeft aanvankelijk aanpassingsproblemen, maar bloeit geleidelijk open tot een wilskrachtige idealistische jongeman dankzij de hulp van zijn priester-leraar Van Hansveldt. Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog meldt hij zich als ziekenverzorger, maar wordt in een bombardement dodelijk getroffen en sterft!
Trouw aan hun volk(1944)
Dit tweede jeugdboek speelt zich af aan het begin van de Vrijheidsoorlog (1899 - 1902) van de Zuid-Afrikaanse Boerenrepublieken tegen de Engelsen. De zestienjarige Danie Wessels en de zeventienjarige soldaat Louis Ruitekamp moeten een boodschap overbrengen naar de officieren in de Kaapkolonie. Na een gevaarlijke en spannende tocht lukken zij in deze opdracht. Wie hier tussen de regels leest, vindt verwijzingen naar de Vlaamse (ontvoogdings)strijd. Ook dit boek kende een of meerdere herdruk(ken).
Alle vreugd is eindeloos (1946)
Dirk Van Oosthuyse, de oudste zoon uit een burgergezin, geeft na de paasvakantie zijn studies op, omdat het gezin door de schuld van zijn vader in geldnood verkeert. Dirk voelt zich verplicht werk te zoeken en door toedoen van zijn vriend, de jonge communist Marcel Decraene, wordt hij wever in een textielfabriek in Noord-Frankrijk. Dirk wordt lid van de KAJ en leert Cécile Van Dycke kennen op wie hij verliefd wordt. Dankzij haar goede invloed en zijn ijver en zelfstudie kan hij de situatie in het gezin verbeteren. Dirks geluk wordt slechts door één iets overschaduwd: de ziekte en de dood van Cécile. Dit verhaal kende eveneens verschillende herdrukken.
Voorbij aan de nacht (1952)
Alhoewel Demedts geen leraar meer was toen hij zijn laatste jeugdverhaal schreef, speelt ook dit verhaal zich hoofdzakelijk af binnen de muren van een Zuid-Vlaams college (Waregem?). In het poësisjaar (vijfde jaar) van priesterleraar Herman Van Reyen zitten twee neven: Willem en Dirk Derose. Van karakter zijn ze mekaars tegenpolen, rivalen op het vlak van studie en sport. Door de inspanningen van hun leraar ontstaat eerst een voorzichtige vriendschap, die mede door de ongeneeslijke ziekte van Dirk evolueert naar een hechte vriendschaps- en broederband. Na het (over)lijden van Dirk is Willem een ander mens geworden! Uit dit verhaal zullen wij verschillende fragmenten behandelen die niet zozeer de zware thematiek van het boek weergeven; maar wel een beeld schetsen van het collegeleven in die jaren.
Vanwaar het pseudoniem Koen Lisarde?
De voornaam Koen zal wel verband houden met het type collegestudent dat Demedts voor ogen had en misschien zelf had willen zijn. "Koen" en "koene" werd in die tijd gebruikt als bijvoeglijk naamwoord voor flink, dapper, moedig, ...
Voor "Lisarde" vond ik niet meteen een verklaring. Voorzover ik heb kunnen nagaan in het collegearchief had de Demedts nooit een leerling in klas met die naam. Hij opteerde voor dit pseudoniem om zijn identiteit voor zijn lezerspubliek niet meteen bekend te maken. Ook familieleden van de auteur konden mij niet meteen een verklaring geven voor dit pseudoniem. Het antwoord vond ik uiteindelijk in de biografie die Rudolf Van De Perre in 1984 over André Demedts schreef en waarin de schrijver zelf verklaart: "De naam Lisarde vond ik toevallig te Waregem op een uitstalraam ". De enige winkel in Waregem met deze naam was en is de winkel in rietwaren en hengelgerei aan de Vijfseweg (vroeger Leopold III-laan). De Lisardes zijn al vier generaties lang mandenvlechters van vader op zoon en sinds 1930 is de zaak gevestigd op dezelfde locatie. De huidige uitbater, Etienne Lisarde, herinnert zich nog uit zijn jeugd hoe André Demedts vaak, te voet of met de fiets, voorbijkwam (hij woonde zelfs een tijdje in de Karel van de Woestijnelaan in de buurt); maar hij had er tot voor kort geen weet van dat zijn naam model stond voor de schrijver van vier jeugdboeken.?
(Bronnen:Rudolf Van De Perre - André Demedts - 1984 - Stichting Mercator-Plantijn Antwerpen)
Bovenstaande tekst is in twee lessen gegoten bij de typlessen in het H.Hartcollege-Handelsinstituut te Waregem. Met dank aan Marc Crabeels, leraar aan het Handelsinstituut te Waregem.
Op het H.Hartcollege - Handelsinstituut te Waregem wordt het André Demedtsjaar herdacht met een tentoonstelling, de samenstelling van een boekje over de schrijver door het 4e jaar Handel en een voordracht in de loop van het jaar door Hilde Demedts, dochter van André Demedts.
Dan afscheid nemen, woordenloos, in vriendschap één,
verbonden, onverwoord, met al wie met ons is en was.
20-9-93
(1) Pedro Garciarias: Spaans schilder van lyrisch-abstrakte-mystische werken o.m. geïnspireerd door San Juan de la Cruz (1542-1591) en Guido Gezelle. Stelde z'n werken tentoon in het Demedtshuis van 21 augustus tot 21 september 1993. Werd bij de opening, tijdens de viering van 10 jaar Demedtshuis, ingeleid door oud-minister Mare Galle.
Uitgebreid programma in kader van André Demedtsjaar in Wielsbeke
In de zopas verschenen Gemeentelijke informatiekrant van Wielsbeke presenteert het André Demedtshuis al een uitgebreid programma in het kader van 100 jaar Andre Demedts 2006.De inwoners van Wielsbeke, Ooigem en Sint-Baafs-Vijve krijgen de informatiekrant tweemaandelijks in de bus. Het nummer 109 van 1 januari 2006 biedt naast informatie en tips van het gemeentebestuur en de gemeentelijke diensten zoals vzw Hernieuwenburg, OCMW, bibliotheek, culturele centra ook ruime aandacht voor sport- en cultuurkalender en het verenigingsleven in de drie deelgemeenten.
De Juliaan Claerhout-kring verzorgt al jaren telkens twee bladzijden in de infokrant. Dit keer wordt ondermeer de uitgave Als straten gaan praten voorgesteld, een uitgave waaraan ook historicus Michaël Delange van de plaatselijke Heemkundige Kring heeft meegewerkt. Hij geeft hierin een historiek en verklaring van alle straatnamen in Sint-Baafs-Vijve en Wielsbeke. André Demedts is uiteraard ook goed vertegenwoordigd in het straatbeeld. De volgende bladzijde(n) worden steevast voorbehouden aan literaire bijdragen, zeg maar poëzie. Dit keer zijn er twee bladzijden verzen van Inske De Winne, Angelina Van De Moortele,Wouter Vandeginste en vaste waarden Marie-Christine Martens en dokter Roland Debucquoy.
Ons interesseert hier echter de aankondiging van het programma van het André Demedtshuis in het kader van 100 jaar André Demedts 2006. Hierin zijn al dertien optredens en acht tentoonstellingen in opgenomen.Het André Demedtsjaar in Wielsbeke wordt ingezet op donderdag 26 januari2006 met een concert door het Kamerensemble Contrasts om 20.30 u. in de Romaanse Sint-Bavokerk in Sint-Baafs-Vijve. Contrasts heeft een bijzonder talentrijke en internationale samenstelling met violiste Katy Sebastyén (Hongarije), pianiste Dana Protopopescu (Roemenië), Klarinettist Freddy Arteel (België) en Altviolist Ervin Schiffer (Hongarije).
De gezellige Sint-Bavokerk, gebouwd omstreeks 1100 en in de jaren 1910-1920 hersteld in haar oorspronkelijke Romaanse vorm, blijft nog het toneel voor de volgende activiteiten in het kader van het André Demedtsjaar.Op zondag 5 februari2006 om 17 u. is er een koffieconcert met Michael Kugel (altviool) en Mireille Gleizes (piano) en op vrijdag 17 februari2006 volgt een poëzieavond André Demedts. Ook het koffieconcert van zondag 5 maart met het Spirale Piano Trio gaat door in het Romaanse kerkje. Na deze activiteiten kan er worden nagepraat in het André Demedtshuis, de vroegere pastoorswoning die dicht in de buurt ligt. Toegangsticketten aan 8 voor al deze activiteiten zijn te bekomen bij de Culturele Dienst Wielsbeke tel. 056/67.32.50, cultuur@hernieuwenburg.be.
Op de poëzieavond in het kader van het André Demedtsjaar worden gedichten voorgedragen van André Demedts. Deze avond is een coproductie van de Stichting André Demedtshuis en Leesclub Forum. De selectie van de gedichten gebeurde door Jooris Vanhulle. De voordracht zal wordt gebracht door Jo Decaluwe van Arca Gent. Tijdens de voordracht worden dias geprojecteerd met beeldmateriaal van Stefaan Brodelet.De poëzieavond wordt muzikaal omlijst doro Leen Debode (klarinet) en Artúr Tóth (altviool). Afspraak op vrijdag 17 februari om 20 u. in de Sint-Bavokerk. Misschien best eerst uw ticket reserveren.
Uit het verdere programma rond 100 jaar André Demedts in Wielsbeke vermelden we nog diverse optredens in Sint-Laurentiuskerk, OC Leieland en de tuin van het André Demedtshuis
tentoonstellingen in het André Demedtshuis. Het André Demedtshuis blijft in januari traditioneel nog gesloten, maar is vanaf februari open. Daar loopt in februari een tentoonstelling van de jonge kunstenaar Isabelle Bossuyt. De vernissage gaat door op vrijdag 3 februari om 20 u. Het André Demedtshuis is open op vrijdag, zaterdag en zondag telkens van 14 tot 17 u. en op zondagvoormiddag ook van 10 tot 12 u.Tijdens de week kunt u informatie inwinnen op de Culturele Dienst in Wielsbeke (tel. 056/67.32.50) en tijdens de openingsuren is contact mogelijk op tel. 056/60.79.05.
We kunnen ook nog toneelopvoeringen aankondigen op 12,13 en 14 augustus 2006 op podia rond het André Demedtshuis in Sint-Baafs-Vijve. Daar wordt telkens om 18 en 20 u. het werk De Levenden en de doden van André Demedts opgevoerd.Op 7 september is er een erfgoedwandeling rond het André Demedtswandelpaden JMA Wielsbeke presenteert op zaterdag 23 september Watermusic (Händel) in de tuin van het André Demedtshuis aan de rand van de oude Leie.
Hulde door Anton van Wilderode bij 70e verjaardag in Kortrijk :
Gedurende de vele jaren dat ik hem ken en in de jongste tijd althans geregeld mag ontmoeten is hij nauwelijks veranderd. Hij kijkt op, de ogen helder onder de zware wenkbrauwen, wijs en weemoedig en toch een beetje ironisch glimlachend en vragend daarna, met de zachte stem waarmee men gedichten leest. Hij luistert gaarne én aandachtig, thans iets duidelijker naar de spreker toegekeerd om hem langs de ' goede kant' op te vangen. Zijn antwoorden zijn altijd bezonnen, wat niet noodzakelijk 'bezadigd' hoeft te betekenen - want over ideeën en situaties, feiten en toestanden, mensen en meningen heeft hij een persoonlijk oordeel dat soms (wanneer het om levensbeschouwing en idealen, en niet om zijn eigen persoon gaat) vinnig en verbeten geformuleerd wordt. Hij verdedigt wat hij op een onrechtvaardige wijze aangevallen ziet, hij bemint heftig het bedreigde en hij verdedigt menigmaal standpunten die niet direct in de lijn van de voorgekauwde opinies liggen.
De boerenjongen, die in 1937 de ouderlijke hoeve verlaat om zich ongehinderd aan zijn literair en algemeen-cultureel werk te kunnen wijden, is ook als leraar en directeur van een radio-instituut zijn rechte weg gegaan, zonder uitdaging maar ook zonder compromis. Glimlachend, een teken van sterkte. In die veertig jaar is hij iemand geworden die niet meer weg te denken is uit het lange, moeizame en nog niet voltooide proces van ontwikkeling dat ons tot een zelfstandig volk moet voeren. ' Vóór onze dood ! ' zoals hij het in zijn gedicht Vlaanderen al heeft gehoopt.
Vanzelfsprekend beschouw ik André Demedts allereerst als literator, dat is dichter en essayist, romanschrijver en novellist, criticus en chroniqueur, voordrachtgever en mentor. Zijn gehele letterkundig werk (het aantal van zijn als boeken uitgegeven teksten bereikt bijna dat van zijn huidige zeventig levensjaren !) is een queeste of zoektocht naar het geluk, dat slechts in de toekomst of/en in een ander bestaan zal verwezenlijkt worden. Het besef dat wij hier en nu, in de tussentijd, alleen maar scherven en fragmenten kunnen veroveren, dat wij slechts gedeeltelijk gelukkig mogen zijn, vervult hem met melancholie en zielsverdriet (zie vooral in zijn poëzie), maar kan hem de hoop niet ontnemen (lees zijn romans en verhalen) noch ontslaat hem van de moedige moeizame arbeid voor gezin en gemeenschap (denk aan zijn kritisch en essayistisch werk : aan zijn lezingen en spreekbeurten). Want de droom in de verte blijft trekken, en hij heeft hem naderbij gebracht door stichtingen en inspiratieve medewerking aan velerlei initiatieven, door woord en daad, en vooral door de liefde die hem bij dat alles bezielt en die hij aan zeer velen heeft doorgegeven. Dat toekomstgerichte werk belet hem intussen niet zich te verdiepen in wat het verleden heeft gegeven én heeft te geven. In de schatkamer van zijn benijdenswaardig geheugen én van zijn talloze met zorg bijgehouden notities bewaart hij zoveel merkwaardigs over de geschiedenis van zijn familie, zijn streek en zijn volk dat hij er levenslang uit putten kon om zijn scheppend werk te stofferen met werkelijkheid.
Hij weet veel over oude taalvormen, hij kent gebruiken en gewoonten van vroeger en de mensen uit de tijd achter zijn rug zijn hem bijna even vertrouwd als de levenden die zijn pad kruisen. Hij leeft in, en schrijft vanuit, een diepe verbondenheid. Dit Huldeboek, dat ook een Liber amicorum is in de meest letterlijke zin van het woord, bewijst zijn veelzijdige arbeidzame belangstelling voor zijn land en volk, binnen en buiten de (staats) grenzen : Vlaanderen, Vlaanderen en Frans-Vlaanderen, Vlaanderen in Nederland, Vlaanderen in Europa, Vlaanderen in de wereld.
Het is (gelukkig) veel te vroeg om een balans op te maken. Maar voor mezelf kan ik alvast een vlugge en onvolledige opsomming geven van wat de creatieve kunstenaar André Demedts ons heeft geschonken.
Hij is de dichter van een aantal verzen die tot het geliefde blijvende bezit zullen behoren, als bijvoorbeeld : Je naam, Witte Kerstdag, De avondster, De paarden. Lof van mijn land, Requiem, De kieviten, Gelegenheidsvers, Mak ik ?. In 't gras, en elke lezer en poëzieliefhebber zal naar eigen voorkeur makkelijk aanvullen.
André Demedts is de schepper van enige romanfiguren die veel vertolken van wat hem en ons bezighoudt in dit beminde onvolkomen bestaan. Ik denk vooral aan Johannes en Hugo Van Leyda (uit Kringloop om het geluk), aan pastoor Ferdinand Bogaerts (uit In uw handen), aan vader en zoon Van Huysse (uit De levenden en de doden), aan meester Van Nieuwenburgh en pastoor Vlaemynck (uit Nog lange tijd), aan Karel en Arnout Gillemijn (uit de romancyclus De eer van ons volk)...
En hij heeft in het eerste deel van deze quatrologie, De Belgische Republiek, in de laatste korte hoofdstukjes 65 tot 69 (waarin hij de uiterste dagen en dood verhaalt van Karel Gillemijns dochter Maria) een uniek stuk proza geschreven dat pulseert van mannelijke tederheid, intense inleving en groot vormvermogen. Al wie deze bladzijden leest zal het boek uit de handen leggen met het besef dat hij of zij kennis mochten maken met de evocatie van een mens, een bestaan en een noodlot dat men zich slechts uit de boeken van de grootsten herinnert. Het dappere ongelukkige boerenmeisje Maria, dat tegen de wil van haar moeder maar met het gedoogzaam medeweten van haar vader, de geliefde is geworden van boever Djaak Van der Velde, sterft aan tering. Terwijl zij volgens de aloude gebruiken wordt ' afgelegd ' zit vader Karel Gillemijn in de schemerende koestal, bij de snuivende en herkauwende dieren, beladen met al het verdriet van de wereld. Hij vecht er zijn eenzaamste strijd uit en gaat dan, dapper tegen beter weten in, naar haar doodsbed op de voutekamer. Goede avond, Maria. Wij die over moeten blijven zullen je nooit vergeten, want alles wordt onvergelijkbaar anders en armer zonder jou.
Woorden én waarden. Het literaire én overige werk van André Demedts ontstond uit eenzelfde bezieling, eenzelfde trouw, eenzelfde illusieloze moed en eenzelfde liefde. Zijn leven is een opus magnum dat ons met genegenheid en trots vervult. Hij schrijft verder, hij werkt verder. Tussen de hoeve Den Elsbos, waar hij geboren werd, en het witte huis in de Condédreef te Kortrijk, waar hij thans in 1976 woont, ligt een bestaan dat evenveel betekenis heeft voor ons volk als voor de man die het doorleefde. Hij moge weten in deze adempauze tussen werk en werk dat wij hem dankbaar zijn.
(Anton van Wilderode, Huldeboek André Demedts, Davidsfonds Kortrijk n.a.v. 70ste verjaardag)