En iemand vroeg mij wie ben jij? Ik antwoordde: ik ben Joop. dat is je naam zei hij maar wie ben je? Ik vertelde hem mijn beroep. Maar zei hij dat is je werk Maar wie ben jij? Ik gaf hem 1000 antwoorden, Maar hij bleef zijn vraag herhalen. Uiteindelijk gaf ik hem mijn laatste antwoord: Ik weet niet wie ik ben. Ga dan op zoek zei hij. Wat kon ik doen? Het negeren? Jomeij.
We spreken van wereldbeelden, we spreken van godsbeelden. Ontmoeten wij mensen elkaar wel echt of ontmoeten wij alleen de beelden die wij van hen maken? Mensbeelden ? Jomeij
Het pad dat we nemen zal voor iedereen verschillend zijn. De zoektocht naar waarheid heeft op een ieder van ons een verschillende uitwerking. Ik beschrijf alleen dat van mij. Jomeij
Keuzevrijheid? Ben ik vrij als ik moet kiezen?
Godsdienstvrijheid:met dank aan al die oorlogen in het verleden, met al dat geweld in het heden? Ook in de toekomst zal zich dit herhalen.Wij leven immers het verleden. Is dat vrijheid. Jomeij.
Eenzaamheid is een uitnodiging om te onthechten.
We hebben de Christelijke waarde ingeruild voor de waarde van de Euro.
Klimaatverandering schijnt niet aan God maar aan de mens te liggen.
Microkosmus en macrokosmus: Wat boven is ,is ook beneden;inzicht van de hermetische filosofie.
Uit de religie:Uit het onze vader; Uw wil geschiede, gelijk in de hemel alzo ook op de aarde.
Armoede is relatief zo sprak de minister van finaciën en hij flipperde vrolijk verder op zijn flipperkast.
Bijvoorbeeld door onbekende angsten
Agst is te lezen in de ogen.
Ook dieren kennen de doodangst
Democratie? Kennen wij niet.
Wij onderzochten of het volk een bindend referendum wil.99% zegt ja!! graag.
Zoeken naar waarheid.
het geheel is meer dan de delen.
21-02-2007
Privatisering van Zorg en dienstverlening.
Gevolgen van privatisering.
Voor dat iets schrijf over de groter wordende verschillen tussen rijk en arm, lijkt het mij noodzakelijk eerst iets te schrijven over de privatisering zoals die in Nederland heeft plaats gevonden. Want juist de gevolgen van privatisering hebben deze groter wordende verschillen tussen rijk en arm sterk in de hand gewerkt. Privatisering is het proces waarbij publiek eigendom overgaat in private handen. Het is een onderdeel van de neo-liberale politiek de sinds de jaren tachtig in veel westerse landen aan de macht is. Het argument voor privatisering is dat bedrijven met elkaar moeten concurreren om de gunst van de consument. Hierdoor zijn ze gedwongen om efficiënter te werken en niet te duren of slechte producten te leveren. Bovendien betaalt de burger niet meer mee aan een slecht functionerend of verlieslijdend bedrijf. De burger kan haar consumentenmacht uitoefenen op het bedrijf. Als blijkt dat er niet genoeg consumenten gebruik maken van de producten of diensten ervan, om welke reden dan ook, kan het bedrijf niet voortbestaan en zal het verdwijnen. Een ander argument voor privatisering is de binnenlandse markt open te stellen voor buitenlandse aanbieders. Dit is een doelstelling die binnen bijvoorbeeld de Europese Unie algemeen opgeld doet. In Nederland is vooral binnen de tijdsperiode van 2002-2006, een golf van privatisering tot stand gekomen. Het beleid dat deze periode kenmerkt was dan ook sterk liberaal getint. Het zou echter een misverstand zijn te denken dat voornoemde periode de liberalisatie pas werd ingevoerd. Immers in de jaren tachtig hebben veel neo-liberale regeringen de liberalisatie al doorgevoerd. In Nederland gebeurde dit ondermeer onder de kabinetten Lubbers, Kok en Balkenende. Met dit laatste wil ik vooral laten zien dat in brede politieke kring het liberalisme al langer werd omarmd. Ook in Nederland is de PvdA al lang geen socialistische partij meer. Intussen heeft ook in Nederland de privatisering plaats gevonden op het terrein van zorg en dienstverlening: de thuiszorg, het openbaar vervoer, energie bedrijven, het verschil tussen ziekenfonds - en partikuliere verzekering is opgeheven, de posterijen zijn geprivatiseerd, enz. Ondanks het idee dat liberalisering, en het daarmee verbonden zijnde privatiseringsproces, concurnentie in de hand zou werken en dus alles goedkoper zou worden, is het tegendeel waar gebleken. De gezondheidszorg is vooral voor hen, die eerst in aanmerking kwamen voor een ziekenfondsverzekering, veel duurder geworden. Ondanks dat nu de nieuwe "volksverzekering" verplicht is gesteld lopen er tienduizende inwoners zonder ziekenkosten verzekering rond. Zij kunnen het bedrag van de maandelijkse premie niet opbrengen. Tevens is er een regeling ontstaan, dat zij die in een jaar geen gebruik hebben hoeven te maken van medicijnen en/of van een organisatie of instelling die binnen het terrein van de gezondheidszorg vallen, met uitzondering van de huisarts, een deel van de betaalde premie terug ontvangen. Diegenen die dus regelmatig zorg nodig hebben, bijvoorbeeld zij die aan diabetes (suikerziekte) lijden) ontvangen nooit iets terug. Zij worden dubbel gestraft. Ontdaan van enige solidariteit en een zeer onsociale regeling. Gezondheidszorg is dan ook tot handelswaar verheven. De kosten zijn niet meer in de hand te houden en de partikulieren zorgverzekeraars hebben een dikke vinger in de pap gekregen. Ook de energie prijzen zijn enorm gestegen, mensen die dit niet meer kunnen opbrengen worden van gas en/of electra afgesloten of steken zich in de schulden in de hoop op betere tijden. Mensen die de huur van de woning niet meer kunnen opbrengen worden na een bepaalde periode op straat gezet. Gelukkig komen velen van hen nog in aanmerking voor de bijstandswet en een huursubsidie regeling. Ook het openbaar vervoer is duurder geworden, mede dank zij de verhoging van de energieprijzen. Veel oudere, gepensioneerden, laten de auto staan of zijn genoodzaakt hun auto te verkopen, de benziene prijs is voor hen onbetaalbaar geworden. Ook de posterijen hebben intussen de prijzen verhoogd. Door schaalvergroting toe te passen hopen een aantal bedrijven beter de concurentie aan te kunnen met de buitenlandse bedrijven; zij verwerven in Nederland zelf langzaam maar zeker een monopoliepositie, waardoor de prijzen opnieuw zullen stijgen. Het is de laatste jaren wel duidelijk geworden dat ook in de zorg en de dienstverlenende sectoren het maken van winst primair wordt gesteld en dat dit ten koste gaat van de kwaliteit, de service en de veiligheid. Ook hier de vraag aan de politici van het CDA en al hun aanhangers; waar kan ik, in de voornoemde regeerperiode van vier jaar, de essentie en de ethiek van het Christendom terugvinden???? Tot volgende week.
Als ik een vertaalslag maak, doe ik dat vanuit de Nederlandse situatie. Ik ben er echter van overtuigd dat omschreven situaties zich ook voordoen in: Amerika, Belgie, Duitsland, Engeland en Frankrijk om maar een paar landen te noemen. Ik beperk mij dus tot Nederland en vooral tot de laatste vier jaar.( 2002-2006) In 2002 werd een nieuwe regering gekozen. Deze regering bestond uit de samenstelling van drie politieke partijen: Christen Democraten Apel(CDA), Volkspartij voor Vrijheid en Democratie(VVD), Democraten 66(D66). Het CDA leverde de Minister President, de VVD leverde de Minister van Financiën en de Minister van Intergratie. Deze laatste minister moest zich gaan bezichhouden met het integratie - en asielbeleid. Ik beperk mij tot deze drie functies omdat zij ,in mijn ogen de belangrijkste rol vervullen in de door mij gesignaleerde problematiek. Laat ik beginnen met het:
Asielbeleid.
In mijn vorige stuk schreef ik dat door de toepassing van het marktmechanisme en het streven naar steeds meer en meer op alle mogelijke terreinen van het leven een bedreiging vormen voor traditionele levensstijlen, culturen en maatschappijstructuren en dat dit niet anders kan leiden dan tot verdere individualisering, ontworteling van hele volkeren, enz. Hoe komt dit nu tot uiting op landelijk niveau? Een van de grootste gevolgen van dit wereldwijde systeem van privatisering en de dictatuur van de vrije martpolitiek is wel de trek van hele bevolkingsgroepen uit de arme derde wereld landen naar het rijke Westen. In de hele Westerse wereld is wat nu waarneembaar is al meer dan veertig jaar geleden voorspeld. Immers toen werd in de toenmalige politieke partij de Progresieve Partij Radicalen(PPR), die zich had afgesplitst van de toenmalige KVP, in kleine kring al voorspeld dat als de derde wereld landen niet daadwerkelijk geholpen werden we de kans liepen dat de inwoners van deze landen massaal naar het Westen zouden trekken om daar een betere toekomst op te bouwen voor zichzelf en hun nageslacht. Ook in Nederland werd en wordt men sinds jaren met dit fenomeen geconfronteerd. Ik ben er van overtuigd dat de hele ontwikkelingshulp heeft gefaald en nodig op de schop moet. Waar Nederland eerst een grote tolerantie vertoonde met de door haar gevoerde politieke beleid, sloeg dit in de laatste vier jaar(2002-2006) totaal om en werd er een hartvochtig en intolerant beleid gevoerd ten opzichten van deze economische vluchtelingen die in ons land asiel vroegen. (Politieke vluchtelingen worden in dit stuk buiten beschouwing gelaten.) Doordat de procedure voor asielaanvragen steeds werden uitgesteld en op de lange baan werden geschoven en vele asielzoekers die in eerste instantie werden afgewezen gebruik maakte van hun recht op beroep, gingen er vele jaren voorbij voordat duidelijk werd of asielzoekers een verblijfs vergunning kregen of niet. Vele asielzoekers die geen verblijfvergunning hadden maar soms al meer dan tien jaar in Nederland verbleven, volledig waren ingeburgerd, hun kinderen in Nederland waren geboren en naar school gingen, werden plotseling het land uitgezet en terug gezonden naar het land van herkomst. De kinderen van deze mensen sprake in vele gevallen de taal van dat land niet eens meer. Zij werden vaak letterlijk uit de schoollakalen gehaald in kwamen in een opvangscentrum en gevangenissen terecht waar zij met hun ouders werden opgesloten in afwachting van hun uitzetting. Door sommige politici, die zich hier vreselijk aan ergerden werden deze opvangscentra vergeleken met de concentratiekampen uit de 2de wereldorlog. De meerderheid van de leden van de Tweede Kamer stonden echter achter het beleid van de Minister. Ook voor kinderen die in hun laatste studie jaar zaten kenden men geen pardon. Zonder diploma moesten zij het land verlaten. Alle investering in onderwijs was in een klap te niet gedaan. Vele asielzoekers die waren uitgeprocedeerd verdwenen in de illigaliteit. In een stad als Rotterdam leven er alleen al meer dan twintigduizend illigalen die maar moeten zien hoe zij zich in leven houden. Sommigen worden opgepakt, twee of drie maanden vast gehouden en vervolgens weer op straat gezet zonder geld, voedsel, onderkomen, recht op zorg en onderwijs. De burgemeesters van alle dorpen en steden werden door deze minister van intergratie opgeroepen om deze mensen niet te helpen. De meeste Burgemeesters gaven hier echter geen gehoor aan en voorzagen hun illigalen inwoners van geld, voedsel, kleding en onderkomen. Dit alles met medewerking van vele vrijwilligers(sters) en de plaatselijke kerken. Vele kerken lieten echter ook verstek gaan en vertoonde nauwelijks enige intresse in deze mensen. Toen duidelijk werd dat de Burgemeesters niet bereid bleken medewerking aan de Minister te geven, ontvingen zij een brief dat medewerking vereist werd en kwam er een verbod op voornoemde hulpverlening. De Burgemeesters waren niet onder de indruk en voerde hun eigen beleid. Nederland werd dan ook door de Parlementaire Assemblee van Europa, die landen controleerd op het naleven van mensenrechten op de vingers getikt. Op vijftien punten moest Nederland zich verbeteren, maar de Minister legde dit naast zich neer. De hele regering, inclusief de Christen Democraten bleef, evenals een groot deel van de leden van de Tweede Kamer achter de Minister en haar beleid staan. Nederland werd door de mensenrechten organisatie en door Amnestie in de hoek gezet voor psychologische marteling en het schenden van mensenrechten. De Politieke Partij D66 verliet uiteindelijk, uit onvrede van het door de Minister van Integratie gevoerde beleid, de regeringscoalitie waardoor de regering ten val kwam. Nieuwe verkiezingen moesten worden uitgeschreven, maar tot zo lang was de minderheids gegering demisionair. Wat ik de Christen Democraten zou willen vragen is dit; in welke zin heeft deze Christenlijke Democratische Partij, onder leiding van de Christen Democraten Minister, een bijdragen geleverd aan de essentie en de ethische waarden van het Christendom?? (volgende week de groter wordende verschillen tussen arm en rijk.)
Mijn vorige stuk handelde over de mythe van de "Vrije Markt" politiek waarbij er processen aan de gang zijn die door politici niet of nauwelijks meer te controleren zijn. Maar afgezien daarvan ook het fysieke voortbestaan van de aarde en de mensheid ondermijnen, met alle grote maatschappelijke en individuele ellende die hieruit voorvloeit. Ik noem: Ontwikkelingen als explosieve bevolkingsgroei, de sterke groei van de consumptie, de tendens tot globalisering en schaalvergroting op allerlei terrein, wereldwijde concerns en internet, die leiden tot grote onevenwichtigheden in de verdeling van macht en rijkdom, tot enorme uitbuiting van hulpbronnen door een klein deel van de wereldbevolking, (waartoe ook wij behoren) en die het ecologische systeem aarde steeds kwetsbaarder maken. De toepassing van het marktmechanisme en het streven naar steeds meer en meer op alle mogelijke terreinen van het leven, zowel binnen als buiten de economie, bedreigen in steeds sterkere maten traditionele levensstijlen, culturen en maatschappij strukturen, en kan niet anders dan leiden tot verdere individualisering, ontworteling van vele volkeren, verslaving en vervreemding op grote schaal, met als gevolg oorlog en geweld. Wereldwijd zijn we getuigen van een indrukwekkende vrijheidstrijd van het kapitaal, dat de ene na de andere overwinning behaalt en een soort dictatuur van de vrije markt nastreeft, die overigens al in een ver gevormd stadium is. Dit gaat ten koste van de soevereiniteit van de nationale staten en hun inwoners. Charles Derber formuleert het in zijn boek "Corporation Nation"als volgt: "Het wezen van de opkomst van de bedrijven is de stilzwijgende overdracht van de soevereiniteit, die onze democratie tot in de wortels aantast". Er zijn signalen te over dat politici steeds meer aan de leiband van het kapitaal lopen. Martin en Schumann schrijven bijvoorbeeld in "die Globaliserungsfalle": Maar als regeringen in alle extentiële toekomstvragen alleen nog verwijzen naar de almachtige pressie van de supernationale economie, stagneert de politiek tot een schouwspel van machteloosheid en verliest de democratische staat haar legitimiteit". En hij vervolgt: "Globaliserung leidt tot de ondergang van de democratie". En terwijl ik nu ( 24 januari) dit stuk zit voor te bereiden, lees ik in de dagbladen van vandaag, dat in de Zwitserse plaats Davos, het jaarlijkse World Econamic Forum, het grootste politieke en economische congres is begonnen. Er worden 2500 van de machtigste der aarden uit het zakenleven en de wereldpolitiek verwacht. De steeds diepere kloof tussen arm en rijk staat hoog op de agenda evenals het milieu en de klimaatsverandering. Intussen is het gerenommeerde bergoord door de Zwitserse politie, met steun van het leger en zelfs de luchtmacht, van de buitenwereld afgesloten. Anti Globalisten maken hier geen schijn van kans, zo is de verwachting. Nederlandse staatslieden ontbreken op de deelnemerslijst, zij hebben het te druk met formeren van een nieuw kabinet. Wel aanwezig zijn de Nederlandse topmannen uit de zakenwereld zoals van: de ABN-Amro, Rabobank, ING, TNT, AKZO Nobel, Heineken, Unilever en Shell. Zij kunnen kennismaken en netwerken met hun collega's van ondernemingen als Coca-Ccola, Google, Sony, Bill Gates, Russische en Arabische oliboeren en Zwitserse top bankiers om er maar een paar te noemen. De Nederlandse politici zullen door onze Nederlandse zakenlieden wel worden bijgepraat neem ik aan. Wat voor megaomelet deze 2500 "koks" uit negentig landen van al die geklutste eieren moeten bakken is voor mij nog een raadsel. Waarschijnlijk een mooi geschreven raport met hoogdravende woorden en beginselverklaringen, maar geen bindende resoluties. Mogelijk iets over, de steeds nijpender wordende vraag ten aanzien van de klimaatsverandering?? Maar het zal vooral een unieke gelegenheid zijn om nieuwe internationale contacten te leggen of contracten af te sluiten. In dat opzicht is Davos vijf dagen lang het Mekka van het wereldkapitalisme waarin de politiek nauw verweven is met de multinationals van de hele wereld. ( de volgende keer: de vertaling van wereld - naar landelijk niveau.)
In mijn vorige stuk, " De Weg Van Christus", heb ik het gehad over de essentie, de ethische fundamenten van het Christendom. In dit stuk gaat het over de hedendaagse essentie de waarden van de politiek. Daarom geef is dit stuk de titel:
"De Weg Van De Vrije Markt"
Al in1927 merkte Kurt Tucholsky op: "In Europa zijn alleen de misdaad en het kapitalisme internationaal georganiseerd" Dat is helaas nog steeds een goede beschrijving van de situatie, hoewel daar bij moet worden opgemerkt dat communicatie en het financiële verkeer hier is bij gekomen. Het concept van de "vrije markt" is in de achttiende eeuw bedacht door de Engelsman Adam Smith, als mogelijkheid om alle landen en burgers in het kader van liberalisatie gelukkiger te maken. De socialisten en communisten hebben zich hier altijd tegen verzet, maar hun concept is uitgelopen op een droevige mislukking. De kerken hebben zich nooit wezenlijk verzet tegen de kapitalistische invloed, integendeel. Immers in 1967 verscheen de encycliek "Populorum progressio" ( de vooruitgang der volkeren) van Paus Paulus VI. Als waarschuwing werd toen al gezegd: ik citeer "Helaas is samen met de industrie een systeem ontstaan dat winst beschouwt als de eigenlijke motor van maatschappelijke vooruitgang, concurentie als hoogste economische wet, bezit en productie goederen als absoluut recht, zonder enige beperking en zonder enige overeenkomstige verplichting tegenover de maatschappij" En hij eindigt haast bezwerend: "Nog eenmaal moge er plechtig aan herinnerd worden dat de economie in dienst staat van de mens". Maar de woorden van de Paus werden door de kerk van de katholieken opzettelijk genegeerd. De kerk is haar macht en invloed allang kwijtgeraakt aan hogere machten zoals de vrije markt, dividend profijt en winstmaximalisatie, die het in de "kerk van het kapitaal" absoluut voor het zeggen hebben. Intussen steunen vrijwel alle regeringen ter wereld de "Vrije Markt" en komen de weinigen die daar nog niet aan toe zijn steeds verder onder druk te staan. Ook de Europese regering gaat, sinds 1988, uit van de liberale vrije markt politiek. Na de ineenstorting van het Oostblok, in Duitsland juchend begroet als die Wende, werden de laatste hindernissen opgeruimd voor de "global players", de internationale spelers in de vorm van multinationale bedrijven, en verkregen een niet eerder vertoonde vrijheid van handelen. Langzaam maar zeker wordt het doel, dat de wereld een grote handelzone moet worden, verwezenlijkt. De positie van de politici die deze bedrijven moeten controleren doet in veel opzichten lijken op die van artsen die een kankerpatiënt behandelen wiens uitzaaiingen niet onder controle te krijgen zijn. De wereld economie ligt allang niet meer in de handen van de politici maar in de handen van de internationale bedrijven. Er hoewel de politici het ons nog steeds willen doen laten geloven, geloven er intussen velen van hen er zelf niet meer in. Uit volkomen machteloosheid hebben de meesten zich er dan ook mee verzoend. De in partikulieren handen berustende macht van de economie is sterker als die van de staat, en is deze in vele opzichten al gaan overheersen. Ook in de zorg en de dienstverlenende sectoren ziet men intussen de zelfde tendensen ontstaan. Privatisering van het openbaar vervoer, van de energie markt, de zorg, enz. De methoden van het nieuwe liberalisme wordt bepaald door de wetten van het geld en zijn niet onderworpen aan enige controle van de staat of door enige ethiesche controle. Geld wil altijd meer geld verdienen: de rest, bijvoorbeeld mensen (materiaal), behoort tot de categorie "mee lopen". De Amerikaanse auteur Chales Derber gaat er vanuit dat de bedrijven met hun geldmentaliteit niet alleen ons dagelijks leven, maar ook onze algemene sociale verhoudingen en waardensystemen bepalen. In mijn waarneming is dit reeds langere tijd het geval. Het concept van de grenzeloze markt, dat de bedrijven de gelegenheid geeft tot efficiënte maar onmenselijke strategieën, wordt doorgezet onder de hoede van de zogenaamde G7. Duitsland, Frankrijk, Groot - Brittannië, Italiën, Japan, Canada ende V.S. (wordt vervolgt)
Voor dat ik ga schrijven over meditatie wil ik U mijn kijk op Christendom en Politiek niet onthouden. In de gehele wereld is er immers een combinatie van beide zichtbaar; vooral in de concrete politiek van iedere dag. Laat ik mij echter bij het zichtbaar maken van deze, naar mijn mening, onzinnige combinatie beperken tot Nederland. Ik doe dit vooral omdat in ons land de president afkomstig is uit het Christen Democratien Ápel, het CDA. Voor Christenen speelt het leven van Jezus en zijn leer als voorbeeld voor eigen bestaan. Natuurlijk zou het hier te ver voeren om de hele leer, voor zover mij bekent, hier neer te schrijven. Ik wil dan ook volstaan met de essentie die deze leer inhoud, waarbij ik vooral "De Bergrede" wil aanhalen, die van essentieel belang is geweest voor de formatie van de ethische fundamenten van het Christendom. Het onderstaande zal ik de titel meegeven;
"De Weg Van Christus"
Gedurende de hele geschiedenis van het Christendom is er weinig veranderd in de fundamentele principes die bedoeld zijn om de gelovigen een christelijk leven te laten leiden. Christelijke ethische voorschriften hebben vaak de vorn van goddelijke bevelen of geboden. De belangrijkste bron voor de christelijke ethiek wordt gevormd door de "Tien Geboden", die Mozes volgens Exodus 19: 24-20: 17 en Deuteronomium 5: 6-21 op de berg van Sinaï van God ontvangen heeft, en door de leer van Jezus. In beide gevallen zijn de schriftelijke bronnen constant gebleven, hoewel de rooms-katholieken en de lutheranen enerzijds en de oosterse - orthodoxen en protestanten anderzijds enigszins verschillen in de manier waarop ze de tien geboden ordenen. De interpretatie van de Schrift is, afhankelijk van de histhorische, sociale en geografische context en denominatie, ook aan verandering onderhevig geweest. De oude Inquisitie gebruikte om de status-quo te handhaven bijvoorbeeld dezelfde principes als de hedendaagse bevrijdingstheologie* gebruiken om een radicale sociale agenda op te baseren. De tien geboden of de "decaloog"zijn fundamentele religieuze en sociale voorschriften en worden in de bijbel expliciet als woord van God bestempeld. In deze regel wordt de relatie tussen individu en God, de ouders, de echtgeno(o)t( )e vastgelegd. De eerste vier geboden hebben betrekking op de relatie met God - men moet uitsluitend God aanbidden (afgodendienst vermijden), de sabbat houden en Gods naam eren. Na aansporing ook de ouders te eren hebben de overige vijf geboden betrekking op ethisch maatschappelijk gedrag met een verbod op diefstal, hebzucht, leugens, moord en overspel. Het evangelie van Mattheüs bevat een lang verslag van een redevoering voor de menigte die Jezus op de heuvel hield. Deze zogenaamde "Bergrede" (Mattheüs 5-7) is van essentieel belang geweest voor de formatie van de ethische fundamenten van het christendom. Jezus, begint met de menigte mee te delen dat hij niet gekomen is om de wet van Mozes te ontbinden maar om deze te vervullen en hij waarschuwt hen er voor dat wie zich niet aan de tien geboden houdt of anderen aanspoort dat niet te doen, "zeer klein" zal zijn in het koninkrijk der hemelen. (Mattheüs 5: 17-20). Hij gaat verder met het schetsen van een geheel nieuw ethisch systeem dat ver uitgaat boven de Mozaïsche wet, waarmee de basis gelegd werd voor een geheel eigen christelijke etiek. Jezus, breidt het verbod om te doden uit tot een verbod op het hebben van haatgevoelens jegens een ander; het verbod tot overspel breidt hij uit tot een verbod op het zelfs maar denken aan overspel; en het verbod om Gods naam ijdel te gebruiken omvat nu ook het zweren bij de hemel, de aarde of zichzelf**( De Zaligsprekingen) Het hart van de christelijke etiek ligt echter bij Jezus op de "herwaardering van het liefdesgebod". Verderop in het evangelie van Mattheüs vraagt een wetgeleerde wat het grootste gebod is. Jezus, citeert dan de bijbel: U zult de Here uw God liefhebben met geheel uw hart, en uw ziel en met heel uw verstand" (Dueteronomium 6-5) Dit is het grote eerste gebod. Het tweede is daaraan gelijk: "" Gij zult uw naasten liefhebben als uzelf " (Leviticus 19-18) "Aan deze twee geboden hangt de ganse wet en de profeten" (Mattheüs 22: 36-40); ook Marcus 12;36-40 en Lucas 10: 25-28). Op persoonlijk niveau moeten mensen niet alleen degene liefhebben die die liefde beantwoorden, maar ze moeten ook hun vijanden liefhebben en zich met hen verzoenen. Tot zover "de weg van Christus"
* De term "bevrijdingstheologieën" is een verzamelnaam voor een aantal christelijke stromingen, waaronder de eigenlijke bevrijdingstheologie en feministische theologie. De bevrijdingstheologie is ontstaan onder de katholieken in Latijns-Amerika. Met name bischop Oscar Romero heeft hier een groot aandeel in gehad. Om de armoede uit te bannen streeft men radicale, sociale veranderingen na en men ziet Jezus als de belangrijkste bevrijder van de onderdrukten.
** De term "De zaligsprekingen" is een verzameling van negen zegeningen die volgen op goed gedrag, bijvoorbeeld: "Zalig zijn de zachtmoedigen, want zij zullen de aarde beërven".(Mattheüs 5: 3-12) Deze woorden worden in de westerse kerk "zaligspekingen"genoemd en in de oosterse kerk spreekt men van de "geboden van zaligheid". In tegenstelling tot de tien geboden zijn de zaligsprekingen niet als ethische imperatieven geformuleerd. Ze spreken van een bepaald kwaliteit die de volgelingen van Jezus zouden moeten nastreven om een staat van zaligheid en eeuwig hemels leven te bereiken. In deze kwaliteiten weerklinken de centrale christelijke deugden als: nederigheid, eenvoud, een actief verlangen naar rechtvaardigheid, medogen, vredelievendheid en de bereidheid om vervolgingen te doorstaan voor het geloof. Lucas 6: 20-26 heeft een andere versie van zaligsprekingen waarin een contrasterende serie vervloekingen is opgenomen.
Wat is eigenlijk een religieuze geest, hoe ziet die eruit? Wat betekent het woord religie in werkelijkheid? Historisch gezien hebben de religies tot nieuwe beschavingen en nieuwe culturen geleid. Niet tot de wereld van techeniek, niet tot computers, de onderzeeërs en het oorlogmaterieel. Evenmin zijn ze de oorsprong van zakenlieden, managers of economen. Religieuze mensen hebben een geweldige verandering in de wereld teweeggebracht. Daarom moeten wij ons tenminste afvragen, wat we met het woord "religie" bedoelen. Wat betekent het? Is het louter een kwestie van bijgeloof, iets zinloos en onlogisch? Of bestaat er inderdaad iets veel machtiger, zoiets als oneindige schoonheid? Is het omdat te weten te komen niet nodig, dat we ons eerst losmaken van alles wat het denken over religie heeft uitgedacht? Ik wil proberen er achter te komen, wat de ware betekenis van religie is, wat er aan diepte in schuilt en waar het ophoudt. Immers de mens heeft altijd naar iets gezocht, naar wat boven het materiële bestaan uitging. Altijd heeft hij om zich heen gekeken en anderen gevraagd, hij heeft er voor geleden en soms zichzelf er voor afgepijnigd om te weten te komen, of er zoiets bestaat wat niet met tijd en denkwerk te maken heeft en dat ook geen geloof of godsvertrouwen is. En om daar achter te komen moet je volkomen vrij staan; want als je verankert zit aan een bepaalde vorm van geloof, zal juist dit je beletten dat te gaan verkennen, wat eeuwig is, als er zoiets bestaat als het eeuwige, dat alle maat te boven gaat. Als het je ernst is met je onderzoek naar wat eigenlijk religie is, moet je je daarom bevrijd hebben van alle door het denken uitgedachte en opgebouwde dingen, die als religieus beschouwd worden. Dat geld bijvoorbeeld voor alles wat het hindoeïsme ooit heeft uitgedacht, met al zijn bijgeloof, al zijn dogma,s, al zijn beelden en oude geschriften zoals de Oepanishad, daar moet je volkomen los van staan. Als je aan dit alles hangt is het uiteraard ondoenlijk datgene te ontdekken, wat oorspronkelijk is. Met andere woorden: als mijn geest, mijn hersenen gekneed en gevormd zijn door bijgeloven en geloofsvormen, door dogma,s en afgoderij van het hindoeïsme met al zijn oude tradities, dan liggen ze voor anker, dan hebben ze geen bewegingsvrijheid meer. Evenzo is dit het geval bij de islam, bij het boeddhisme, bij het jodendom en het christendom, maar ook bij de oude Japanse en Chinese tradities. Maar ook bij de zogenaamde Japanse "Nieuwe Religies", Shinco Shukyo"( een verzamelnaam van in de vroege 19de eeuw opkomende spirituele bewegingen) De meeste hiervan zijn van het shintoïsme afgeleid, hoewel de meest diepgaand beïvloed zijn door ideeën uit een verscheidenheid aan bronnen, waaronder het boeddhisme, Chinese tradities als confucianismeen en taoïsme, het christendom en zelfs het westerse occultisme. Wat maar wil zeggen, dat ondanks voorkomende exessen en naar mijn soms mening verhaspelde theologische onderbouwing, de "Nieuwe Religies" zowel in de Oosterse als de Westerse landen, het levende bewijs zijn, dat de oude drang naar religieuze vernieuwing nog steeds zeer levendig en vitaal is. Maar ook hier zie je vaak een voortborduren op zowel Oosterse als Westerse tradities aangevuld met nieuwe gedachtespinsels. En zo moet je ook volkomen losstaan van alle gedachtespinsels in de vorm van ritueel, van dogma,s, overtuigingen, symbolen, heilanden en nog veel meer van het christendom. En dat nu wordt een stuk moeilijker, want daarme zijn we dichter bij huis. Hoe dan ook, alle godsdiensten zijn, of het nu christendom is of islam, het hindoeïsme of het boeddhisme, de "Nieuwe religies", zonder uitzondering een denkgebeuren, dat voortgezet en in stand gehouden wordt door het element tijd, door litratuur en de symbolen, dus door de menselijke geest en de hand gemaakte dingen. In de moderne wereld wordt dit als religieus beschouwd. En vele van bovenstaande religies en godsdiensten bestrijden elkaar niet alleen in woord of geschrift, maar ook daadwerkelijk. Let wel, ik wil niets of niemand aanvallen, maar we proberen goed te observeren: we slaan de menselijke geest in al zijn absurditeit gade en zien, hoe gemakelijk we ons laten misleiden en hoe lichtgelovig we zijn. De religieuze geest is dus een zeer op feitelijkheden ingestelde geest: hij houd zich met feiten bezig, met wat werkelijk aan de hand is in zowel in de wereld buiten ons als in onze binnenwereld. De wereld binnen ons is de uiting van de wereld binnen ons: er bestaat geen verdeeldheid tussen binnen en buiten. Religie moet inwerken op de manier waarop we leven, dat is de betekenis van leven. Alleen dan heerst er orde in ons leven. Maar wij leven in wanorde, dat wil zeggen: in conflict, in tegenstrijdigheid, we geloven dit en doen dat, we denken op een bepaalde manier en we handelen op een geheel andere. Dat is tegenstrijdigheid en waar tegenstrijdigheid, verdeeldheid heerst, is chaos onvermijdelijk. We zouden ons dan ook eens moeten afvragen of het mogelijk is, dat sommige mensen, die zeggen religieus te zijn en geloven in de christelijke waarden en normen, zich kunnen bewegen binnen de aktieve politiek. Immers aan een religieus geest is alle wanorde vreemd. Een religieuze leven is daarom een leven van orde, van oplettende inzet, waaraan je werkt aan wat feitenlijk in je leeft zonder eneige illusievorming, zodat je daardoor een rechtschappen leven leidt. Wanneer dat fundament eenmaal onwankelbaar overeind staat kunnen we ons afvragen, wat meditatie is. ( meer hierover later) Zie ook eerdere artikelen m.b.t. religie van 14-08- 2006 en 22-08-2006.
Vanuit de Aziatische landen is over de hele wereld het idee van de reïncarnatie overgenomen. Het geloof in reïncarnatie wil zeggen dat de ziel, het ego, het "mezelf", dat uit een bundel herinneringen bestaat, in het volgende leven in betere omstandigheden geboren zal worden als ze zich juist gedragen. Dit houdt in, dat ze zich rechtschapen betonen en een leven zonder geweld, zonder hebzucht en zo meer leiden. Dan krijgen zij in hun volgende reïncarnatie een prettiger leven en een betere maatschappelijke positie. Maar zo'n geloof in reïncarnatie is niet meer dan een overtuiging, zoals er zovele religieuze overtuigingen zijn, want diegene die hier zo stellig van overtuigd zijn, leven toch geen rechtschapen leven. Het is even als al die andere geloven niet meer dan een loos denkbeeld. Het huidige leven is zo verwrongen, zo veeleisend, zo gecompliceerd, dat we onze hele overtuiging er door vergeten. Dat is één aspect van het sterven, dat geloof in een volgend leven. Maar dat wat zich gaat reïncarneren, wat is dat eigenlijk? Wat precies zet zich voort? Wat bezit in ons leven continuïteit? Dat is de herinnering aan belevennisen, genoegens. angsten en spanningen van gisteren, en dat soort continuïteit blijft ons hele leven lang bestaan en zal worden overgedragen van generatie op generatie, zoals dat al eeuwen lang aan de gang is. Tenzij.... we daar mee breken en uit de stroom stappen. De vraag is nu, of dat mogelijk is, terwijl je aan het leven bent met alle onrust, met alle energie en vermogens waarover je beschikt, een einde maken aan die gehechtheid? Want als je sterft gaat dat gebeuren. Nu ben ik misschien sterk aan mijn vrouw gehecht, aan je man, aan je kinderen, aan je bezittingen hoewel ..... dat is tegenwoordig erg riskant; dan maar liever aan een geloof, aan je geloof in god. Dat geloof is echter niet meer dan een projectie of een bedenksel van het denken, maar we zijn er aan gehecht omdat het hoe illusoir ook, een zeker gevoel van geborgenheid geeft, een gevoel ergens bij te horen. En sterven betekent de beeïndiging van die gehechtheid, van die band. En de vraag is nu, of we terwijl we ons leven leven, vrijwillig, zonder enige moeite, een einde kunnen maken aan die vorm van gehechtheid? Wat inhoudt af te sterven aan iets dat we goed gekend hebben. Zijn we daartoe in staat? Want dat betekent dat je gelijktijdig leeft en sterft en niet gescheiden door een periode van vijftig of honderd jaar, in afwachting van een of andere ziekte die me het hoekje omhelpt. Integendeel, het betekent dat we met inzet van onze volle vitaliteit, energie en intellectuele vermogens en machtige gevoelens, tevens een einde maken aan allerlei gevolgtrekkingen, aan stokpaartjes, hebbelijkheden, ervaringen, gehechtheden en gekwetstheden, dat we aan dit alles een einde maken. Zodanig dat sterven geen veraf gebeuren is, dat de dood niet iets is aan het eind van je leven, door ouderdom, ongeval of ziekte. Maar beeïndiging van alles, wat met herinnering te maken heeft, dat is sterven. Dat wil dus zeggen, dat sterven niet gescheiden is van leven.
Een van de mooiste tijden om over leven en sterven te praten vind ik de overgang van het oude naar het nieuwe jaar. Je haalt herinneringen op en je overdenkt ze. Op de T.V. doet men op oudejaarsdag het zelfde. Men geeft een overzicht van het afgelopen jaar. Ook dit zijn herinneringen. Welnu, naar mijn mening is ons ego, onze persoonlijkheid, onze hele structuur geheel en al uit herinneringen opgebouwd. Ons hele leven, ons dagelijks leven is een proces van herinnering. Heel ons brein, onze geest bestaat uit herinnering; we zijn eenvoudig herinnering. Is er ook maar een plekje of een hoekje in onze geest waar helderheid heerst? Ik geloof het niet. Natuurlijk moet je nu niet zomaar aannemen wat ik hier neer schrijf, maar we kunnen het wel nader onderzoeken. Nu kun je natuurlijk wel geloven en hopen en er vertrouwen in hebben, dat er iets binnen je woont dat onbesmet is, wat goddelijk is, een vonk van het tijdloze, maar zulk geloof is louter waan. Elk geloof is een illusie. Wat echter een feit is, is dat ons hele bestaan een kwestie van geheugen, van herinnering is. Vanuit ons geheugen, vanuit onze herinnering leven en functioneren we. En sterven betekent voor ons het beëindigen van wat je je herinnert. Herinneringen waar we aan gehecht zijn. Mijn huis, mijn eigendommen, mijn ervaringen, mijn verhoudingen tot mensen, mijn vrouw, mijn kinderen, mijn vaardigheden die ik tot mijn voldoening gedurende een bepaalde levensperiode kan eigen maken. Dat alles, ben ik. Daar aan hecht zich het denken. En die gehechtheid brengt allerlei mogelijke problemen met zich mee, want als je aan iets of iemand gehecht bent, ben je bang dat te verliezen. We hechten ons omdat we ons eenzaam voelen, in een blijvende diepgewortelde verlatenheid die ons wurgt en isoleert. En mocht je als kind die ervaring van eenzaamheid - en verlatenheid al eerder ervaren hebben, zal ook dat in je herinnering aanwezig zijn en extra angstig maken voor herhaling. En hoe meer we aan elkaar gehecht zijn, hoe groter de problemen worden. Gehecht ben ik aan een naam, aan een vorm; heel mijn bestaan is gehechtheid aan herinnering, die ik heel mijn leven verzameld heb. Maar ik onderken en neem waar, dat gehechtheid samen gaat met onwaarachtigheid, met verdraaiing van de waarheid. Want wanneer ik aan een overtuiging gehecht ben in de hoop, dat dat me zowel psychologisch als materieel een zekere geborgenheid zal geven, belet die gehechtheid me, me verder nog iets af te vragen. Wanneer ik sterk aan iets gehecht ben, aan een persoon, aan een idee of een belevenis, huiver ik ervoor, me krities iets af te vragen. En zo leef ik in onwaarachtigheid, zodra ik gehecht ben. En dan beweegt ons hele leven zich binnen het gebied van het gekende, dat ligt toch voor de hand. En sterven betekent dat er een einde komt aan het gekende. Een beëidiging van alle herinnering waar ik uit besta, want ik ben niets als herinnering, dat is het gekende. En ik huiver ervoor dat alles wat mij zekerheid en geborgenheid biedt los te laten, wat voor mij sterven inhoudt. Althans verbaal is dat dunkt mij vrij duidelijk. Verstandelijk redenerend kun je dat als logisch aanvaarden, door normale ogen gezien is dat een feit. (Volgende week hierover meer.)
Om vrij te zijn van angst, moet je zijn bron leren kennen, Absolute eenzaamheid, Volledig isolement, En dit met rust laten, Zonder enig oordeel, Er niets aan doen, Te weten. Dit is de bron van angst, En die te overstijgen, Brengt een fundamentele, Verandering tot stand, Waar voor angst, Geen enkele plaats meer is, En absolute vrijheid, Wordt geboren.
Het denken kan alleen fragmenteren, het kan de "heelheid"niet aan. Het denken schiet hiervoor te kort.
Vraag:nemen we de ware werkelijkheid wel waar of bestaat er nog een andere werkelijkheid? Lees hier later meer over op mijn blog.Jomeij.
Het denken schept verdeeldheid onder de mensen, het denken kan de heelheid, en de daarmee verbondenheid, van de mensen niet aan. Het denken veroorzaakt en schept immers alle grenzen. Niet alleen tussen de landen maar ook in die van de relaties en in de persoon zelf. Jomeij.
De honger en de armoede in de wereld wordt in stand gehouden door de armoede van de geest. Jomeij
Het leven is zo simpel, je hoeft het alleen maar te leven. Jomeij
Voor ons betekent VREDE alleen nog het ontbreken van OORLOG.
Moeten wij ons dan niet van de mens bevrijden?
Zij die menen dat de wereld en de kosmos een gescheiden bestaan leiden kennen zichzelf niet
De oorzaak van angst is vaak bekend.
De angst is angstaanjagend.
Heb lief al wat leeft.
Nee, wat is democratie?
Ook met politieke ruimte is er geen democratie.
Alle politieke partijen dienen stevig te worden opgesloten.