XX 16/8/10 Ik ben wel niet van plan er een echt dagboek van te maken door per dag iets te melden, maar het weer en andere omstandigheden zijn ernaar om momenteel toch iets dergelijks te doen. We zijn in Altkirch in Alsase ( Elzas), we vinden er geen straat die een beetje vlak is tenzij een strook die zowat de hoofdbaan naar het stadje is. Wel plat maar met veel lawaai en vroeg opstaan dus. Dit en het feit dat het blijft regen maken dat we nogal vlug te been zijn om verder te trekken. Jammer want ik had maar al te graag een paar woorden gewisseld met enkele locals. Spijts Frankrijk zijn alle dorpen er Duitsnamig en spreken de mensen onder elkaar een soort gesplet, (erger dan plat dus) Duits. XX 17/8/.10 Eindelijk is het gestopt met regenen. We rijden Zwitserland binnen, nu niet echt het land van mijn dromen spijts de soms bijna bovenmenselijk prachtige natuur. We gaan dat dus vlug afhaspelen. Basel, Wintherthur en we stoppen in Vaduz, de hoofdstad van het ministaatje Liechtenstein. De autoplaten beginnen steevast met mijn initialen F(ranquet)L(eo) maar staan in feite voor Furstendom Liechtenstein. Want het staatje heeft een echte vorst die woont in een echt kasteel hoog in de bergen ( zie foto) . Rika stelt terecht vast dat alle meneertjes zo midden in de week zo mooi in hun maatpakken zitten, waarbij en supplement meestal een modieuze das geshowd wordt. Mooi maar niet meer van deze tijd denkt ze. Mis, want in Liechtenstein krioelt van de banken en een bank eist van zijn personeel dat soort van outfitjes, ook bij ons nog een beetje. Ik spreek als ervaringsdeskundige. Het staatje is eigenlijk een stukje Zwitserland met een apart statuut, waar rijke burgers wel enig voordeel kunnen uit putten. De munt is er de Zwitserse frank, Vaduz voetbalclub speelt in de Zwitserse competitie en noem maar op. Een tip voor niet gejaagde reizigers die door Zwitserland zouden trekken. Men denkt nogal eens dat je verplicht bent een vignet te kopen om in het land te mogen reizen. Niets is minder waar. Wij hebben er geen wat dan het enorme voordeel brengt dat je Gps, ingesteld op geen tolwegen je soms via derderangwegen door een prachtig decor brengt. Je moet dan wel tijd en een gps hebben XX 18/8/10 De dag begint goed als we de parking in Vaduz willen verlaten. Je mag er s nachts gratis staan, maar vanaf 7.00 tot 17.00 moet je na één uurtje gratis 0.50 betalen. Het is dat laatste dat de machine me vraagt als we een stuk na zeven vertrekken. Ik steek één euro in de gleuf, krijg iets terug dat ik zonder bekijken voor 50 cent neem. Ik geraak met mijn ticket niet buiten en roep de Vaduz politie op. De man vraagt dat ik gedetailleerd het ganse proces zou faken er me erna op wijzend dat er met CHF franken en niet met euro dient betaald. Ik heb er geen. Na over en weer argumenteren zegt de vriendelijke agent dat het vaderland Liechtenstein dan maar 0.63 eurocent verlies aan ons zal maken. Danke, bitte en het bareel gaat open. De dag eindigt ook bijna slecht. Zoals gezegd rijden wij op alternatieve wegen geleid door onze Bernard-gps. Die brengt ons over de Flüelapas, 2383meter hoog met wat sneeuw aan de top.(zie foto). Prachtig, prachtig. Er op en erover en als we bijna aan de voet aan de overkant zijn, na verschrikkelijke haarspeldbochten en meer dan 10% stroken, leg ik onder het rijden mijn hand op Rikas hoofd en stel, dat ons bakske dat goed gedaan heeft. Helemaal beneden (met hoerechance) blijkt ineens dat wij geen remmen meer hebben. Paniek. Ik kan alleen maar zeggen dat het nu bewezen is dat Rika geen houten kop heeft en verder bezoeken wij een garage die er geen meer is maar de man ons zegt dat hij er zo vier per dag aan zijn deur krijgt. Dat het alleen komt omdat ik teveel geremd heb. Maar ik rem op de motor zeg ik. En zonder dat je het weet heb je ook 1000 keer je voet op de rem gezet antwoord hij. Laten afkoelen en weer aanzetten is zijn advies. Maar we moeten nog over een pas, de Ofenpas , 2149 meter. Maar gezien ik dit hier nu tik moet het goed af gelopen zijn, ook met Rika die een uurtje met waarschijnlijk een nogal verhoogde hartslag gezeten heeft.
XX We zijn vrijdag en de dertiende . De count down is begonnen en het is nodig. We hebben nood aan andere en bredere horizonnen dan die van de Brugse ring, ook aan tijd over hebben en afspraakloze dagen beleven. Karper zie je hem of zoiets. Natuurlijk zien we terug op menig mooi moment met familie en vrienden waar wij benevens invitaties voor al eens een culinair hoogstandje de Marokkaanse tagine, met succes, hier en daar mochten introduceren. Straks rijden we naar het schijnbaar steeds meer buitenland wordende Wallonië weg van het, tja wat moet je ervan zeggen, Bisdom Brugge. Ik weet nu al met welke Belgian Joke er succesvol op de lachspieren van onze toekomstige buren voor een nacht zal kunnen gewerkt worden. Schouppe en de kleur van zijn nieuwe autoplaten. Een hilarisch ventje is dat. Minder hilarisch lijkt me het moment dat 1500 mensen een staande ovatie gaven aan iemand die toch nogal vaststaand verdacht wordt wetenschap te hebben gehad van minstens 50 seksuele delicten. Binnen een maand of zoiets komen we in Rome, kzal het d aar eens aan den Dicky gaan uitleggen zie. XX 14 aug.2010. We hebben Bernard onze GPS ingesteld en onder een zijn best doend zonnetje rijden we naar Durbuy, onze eerste pleisterplaats. Niets van, het is er zo druk, van alles een beetje te (zie foto van markt Durbuy) dat we beslissen naar Chiny door te rijden, waar we ons geheim plaatsje hebben, om alleen en niet gestoord een paar dagen te kunnen nemen om weer op onze plooi te geraken. Ook weer niets van , de ganse nacht regent het en er worden nog pakken van dat verwacht voor de komende dagen zodat we beslissen, ons heil wat dieper in Frankrijk te gaan zoeken. XX 15 aug 2010 Al jaren aan een stuk de datum dat mensen er me via opbellen of sms-sen aan herinneren dat ik weer een nummertje hoger in de rangschikking van oud zijn ben geworden. Er zijn er zelf die het aandurven te vragen: en hoe oud ben je nu? Het omgekeerde van het jaar waarin ik geboren ben en waarvan de som van beide cijfers gelijk is aan 10 lijkt me een politiek correct antwoord dan. We tanken vol in Luxembug (0.98/L), rijden over Metz en Nancy, waar we beslissen om tot Gérardmer door te rijden om de champagne te ontkurken. Het regent de ganse rit door La Lorraine, een naam die me eerder aan nimfachtige toestanden doet denken vergeleken met Lotharingen, de Nederlandse vertaling. Visachtiger kan toch niet. Gérardmer, een stadje in de Vogezen blijkt ook een toeristentrekpleister te zijn aan een meertje. Met 665meter boven de zeespiegel zal het behalve dat we dicht tegen een zwart dreigende hemel lijken te liggen, ook een stukje kouder worden. We halen ons winterslaapgerei uit de koffer en laten de wereld voor wat hij is en na enkele roemers godendrank zingen we luidkelig dankwoorden voor de milde sponsors uit Londen en Wervik. Ha-le-loe-ja