Sedert een uur waren wij op de plaats,tusschen een haag soldaten.Al de huizen aan den rechterkant der marktplaats stonden in brand?Wat vooral opviel ,was dat de bandieten met volmaakte orde en methode te werk gingen.Het gebeurde niet met den drift ,met welke mannen,die aan zichzelf zijn overgelaten,plunderen. Ik kan bevestigen,dat zij op bevel en met orde te werk gingen.Terwijl de huizen brandden,zag men soldaten in de andere huizen binnentrekken;ze waren van elektrische lampen voorzien,zochten de huizen door ,openden de ramen en wierpen de matrassen zn dekens naar buiten,welke aan de arme menschen werden gegeven. Van tijd tot tijd riepen de soldaten ons toe;"Gij word doodgeschoten,gij wordt doodgeschoten?" Ondertuschen kwamen de soldaten uit ons huis,de armen vol flessen wijn;de vensters van de vertrekken werden open gedaan en alles wat er voorhanden was hadden ze gestolen.Ik wende mij om, ten einde de plundering niet meer te zien.Bij den akeligen brandgloed vielen mijn blikken op mijn man,mijn zoon en mijn zwager in gezelschap van andere heeren,die naar de plaats der terechtstelling werden geleid.Nooit zal ik dat schouwspel vergeten,noch den blik van mijn man, die een laatste maal zijn huis zocht en zichzelf afvroeg , waar zijn vrouw en zijn dochter waren:en om hem de moed niet te benemen,mocht ik hem niet toeroepen;Hier ben ik.
|