's Anderendaags na het middagmaal,zat Gabrielle een tas torrealine te drinken. Met veel lawaai vielen drie mannen bij haar binnen; twee Duitschers en een Antwerpenaar.Als zij zich kenbaar gemaakt hadden, antwoorde Gabrielle:"u,"boches",kan ik niets verwijten, gij vervult uw stiel?Maar gij, Belg, boezemt mij afschuw in.Gij moest beschaamt zijn?"Na 2 uren huiszoeking, klonk het bevel:"Gij zijt onze gevangene. Mee met ons naar de kommandantuur?"Men bevool haar nevens den begeleider van een grijze auto plaats te nemen, goed in 't zicht, als om de voorbijgangers den indruk te geven dat ze met de Duitschers in bevriende verstandhouding leefde.Doch Gabrielle Petit nam het zoo niet op?Ik ben geen geleidster der Boches, maar eene Belgische gevangene", schreeuwde zij de menschen toe.De chauffeur bevool haar te zwijgen." Zwijgen ,doe ik niet", riep ze verontwaardigd"'k Heb het recht op mijn ongeschonden reputatie, mijn landgenooten wil ik niet schandalizeeren?""Zoo ge niet zwijgt", dreigde de Duitscher;" geef ik u een slag in 't aangezicht?"" Doe het als ge durft", dreigde Gabrielle terug, "maar met mijn hoedenspeld steek ik dwars door je hand, zoodat de auto zich tegen de huizen te pletter loopt."Den 21*Januari 1916 kwam een net gekleede heer in haar woning,Antwerpschen steenweg 61 te Brussel en vroeg naar mej Legrand. Men antwoordde hem, dat er daar geen mejuffer Legrand woonde. De man ondervroeg ook andere huurders, en vernam dat er daar wel een jong meisje leefde." Haar naam?" " Mejuffer Petit, maar ze is nu niet thuis."Hij hield aan en vernam dat Gabrielle ook een kamer had in de schouwburgstraat,19 Daar werkte ze.Dat was genoeg,en de aanhouding had plaats, zooals wij die hiervoren vertelden. De zaak werd geleid door een der oversten van de geheime politie Goldsmidt.Gabrielle Petit werd in de gevangenis van Sint-Gilles opgesloten gehouden.Na de lange marteling der herhaalde, pijnigende ondervragingen, waarin de Duitschers steeds opnieuw,doch vergeefs, poogden haar medehelpers om den draad van haar werk te kennen, werd zij eindelijk voor een zoogenaamd gerecht gebracht.(wordt vervolgd op 4)
|