Wanneer wandelaars en natuurliefhebbers van zwammen spreken, denken ze in de regel niet aan de talloze zeer kleine, alleen met een microscoop op naam te brengen vormen, maar aan "vruchtlichamen met een hoed en een centrale steel".
Dergelijke hoedzwammen vindt men alleen onder de Basidiomyciten waartoe ongeveer 30 % van de 120000 op aarde levende soorten hogere zwammen (Fungi) behoren.
De zwamvlok (mycelium), dwz. het vlechtwerk van zwamdraden (hyfen) bevindt zich in het substraat (de grond, of strooisel, hout, mest e.d.) en haalt daaruit de benodigde voedingstoffen.
De bekende vruchtlichamen zijn slechts de periodiek gevormde organen voor de produktie en verspreiding van de sporen.
|