Een broer van opa Eggink had een oud jachtgeweer en was in dienst bij de baron van Dorth tot Medler. Hij woonde op de Jager( iedereen zegt De Jaeger) in Mossel. Hij deed hand- en spandiensten voor de baron en zorgde ook voor het afschieten van wild. Daarvoor had hij dat jachtgeweer van de baron gekregen. Later gaf hij het weer aan opa Johan. Die heeft er zo nu en dan een konijntje mee geschoten, want ja
dat was goedkoop eten. Het was echter geen hobby van hem, zo vertelde tante Jo, maar puur uit behoefte deed hij dat. Later heeft ome Bram het geweer gekregen, maar die vond dat het weer terug moest naar de Achterhoek en dat is gebeurd. Er zijn twee houdertjes bij, één voor het kruit en de andere voor de hagel. Je moest er dan een slagdopje op leggen en dan kon je er mee schieten. Ome Bram heeft er de datum ingeslagen: 1902, en de naam Hermannus Hendrikus Eggink. Dat klopt echter niet, we moeten tante Jo nog maar eens naar de naam van opas broer vragen, die op De Jager woonde.
Toch wel gemakkelijk dat Harry Bruger, één van de jongens van Josien en Dolf genealogie als hobby heeft. Hij heeft stamboom van de Egginks uitgezocht. Hij komt zelfs tot 1600. Hij is alleen uitgegaan van tante Heintje en de rest van de 10 kinderen staan er niet bij. Hier vond ik de naam van opas broer: Hendrik Jan, geboren in 1881, 3 jaar jonger dan opa Johan.



Opa had zijn hond geleerd om het aangeschoten wild op te halen, maar dat ging op een keer helemaal mis. Hij had de kippen van buurman Dinkelman zien lopen en had gedacht: Hé dat is ook wild en bracht er een aantal mee naar huis. Toen buurman Dinkelman er achter kwam dat de hond van Eggink dat gedaan had kreeg opa om de oren. Wat vond opa dat erg! Hij heeft de hond moeten doodschieten, want ruzie in de buurt was wel heel erg vervelend. En wat voelde hij zich schuldig
. Hij had het t hondje zelf geleerd. Opa heeft het hondje achter de schuur begraven en er een steen opgezet. Hij had er op geschreven: Lieve Wiedo, het is mijn schuld. Of heette het hondje nou toch Tillie. Volgens Joop weten tante Jo, oom Bram en/of tante Jantje de naam nog wel.
 Twee houdertjes: voor het kruit en voor de hagel
|