Streep door Obama's gedoogbeleid: Trumps jacht op illegalen begint
Nu Trump acties laat uitvoeren om illegalen uit te zetten, zijn ongedocumenteerde immigranten vogelvrij. Het is een streep door het gedoogbeleid van Obama, die zelf eerst overigens ook niet echt mild was voor illegalen.
Het is begonnen: afgelopen week werden honderden illegalen, die soms al jaren in Amerika werden gedoogd, opgepakt en het land uitgezet. De complexe context: zo is Barack Obama ook begonnen, maar zo is hij niet geëindigd.
Met haar tranen achter de tralies van een arrestatiebusje werd Guadalupe García de Rayos donderdag het gezicht van de nieuwe hardheid van president Donald Trump. De Mexicaanse (35), die al 21 jaar in de Verenigde Staten woonde, werd opgepakt nadat ze zich kwam melden voor een routineafspraak bij immigratiedienst ICE, waartoe ze verplicht was omdat ze negen jaar geleden als illegale werker was aangetroffen in de administratie van een waterpretpark in Arizona. Na een veroordeling werd ze gedoogd: ze is moeder van twee in Amerika geboren en daarmee Amerikaanse kinderen. Tot donderdag, toen ze werd afgevoerd naar Nogales in Mexico. Door de tralies nam ze afscheid van haar tienerzoon en -dochter.
'Gerichte handhaving'
ICE deed nog meer, vorige week. De dienst voerde acties uit in zeker zes regio's, waaronder Atlanta, Chicago, New York en Los Angeles, Texas en South Carolina. Agenten vallen binnen in horeca-gelegenheden, kloppen in latino-wijken op de deuren en zetten verkeersfuiken op. Daarbij zijn honderden immigranten zonder papieren opgepakt.
Een woordvoerder van ICE noemde de acties tegen The Washington Post 'routine'. Ze zei het woord razzia (raid) liever niet te gebruiken, en de voorkeur te geven aan 'gerichte handhaving'. De belangrijkste doelwitten waren criminelen, zo zei ze. Maar Daarbij zijn ook niet-veroordeelden 'opgeveegd'. Wat de precieze verhoudingen zijn is niet bekendgemaakt, maar David Marin, ICE-baas in Los Angeles, zegt dat vijf van de 160 illegalen die daar zijn gedeporteerd niet onder Obama zouden zijn opgepakt.
Daarmee wordt het harde anti-immigratiedecreet van Donald Trump werkelijkheid. In zijn executive order van 25 januari schreef hij dat hij de jacht op illegalen wil verbreden. Hij richt zich niet alleen op veroordeelde criminelen, in de laatste jaren de prioriteit van Obama, maar op alle illegalen die 'in de ogen van de immigratie-agent een risico vormen'. Dat betekent dat alle ongedocumenteerde immigranten op papier vogelvrij zijn verklaard.
De Democraten zijn de laatste decennia ook niet vies geweest van een hard uitzetbeleid, al kreeg dat minder media-aandacht
De Democraten zijn de laatste decennia ook niet vies geweest van een hard uitzetbeleid, al kreeg dat minder media-aandacht. In 1996 tekende Bill Clinton een wet die de bevoegdheden van de immigratiedienst sterk verruimde, waarna het aantal deportaties begon te stijgen. Tijdens de Bush-jaren ging de lijn gestaag verder omhoog, om te culmineren bij Barack Obama, die in 2012 400 duizend immigranten uitzette. Het leverde hem onder activisten de bijnaam deporter-in-chief op.
Onder de slachtoffers zaten waarschijnlijk tienduizenden vrouwen zoals Guadalupe García de Rayos. Volgens cijfers van ICE werden tussen juli 2010 en oktober 2012 zeker 200 duizend ouders van in Amerika geboren kinderen verwijderd.
Dubbele focus
Maar Obama veranderde van mening. Met twee gedoogdecreten probeerde hij twee groepen illegalen uit de wind te houden en tijdelijke rechten te geven. DAPA was bedoeld voor de ouders van in Amerika geboren (en dus Amerikaanse) kinderen, DACA was bedoeld voor kinderen die met hun ouders de grens over zijn gekomen en in Amerika zijn opgegroeid. DAPA werd door de rechter tegengehouden, maar de intentie bleef: deze groepen waren geen deportatieprioriteit.
Obama richtte zich steeds meer op veroordeelde criminelen en minder op onschuldigen, en richtte zich meer op uitzetting van verse immigranten (die net de grens over zijn gekomen) en minder op de deportatie uit het binnenland (waar immigranten vaak al jarenlang wonen).
Daardoor daalde het aantal binnenlandse deportaties van 180 duizend in 2012 tot 65 duizend in 2016. Het aandeel criminelen in die groep steeg in die periode van 75 procent naar 92 procent. Die criminelen zijn overigens lang niet allemaal bendeleden en verkrachters: onder die definitie vallen bijvoorbeeld ook immigranten die zijn uitgezet en daarna opnieuw zijn binnengekomen. Maar het effect van die dubbele focus is geweest dat het aantal gedeporteerde 'onschuldigen' sterk is afgenomen.
Trump heeft nu door dit gedoogbeleid een streep gezet. Of de acties van vorige week routine waren of niet, ze worden hoe dan ook gezien als een signaal van de nieuwe orde. De angst is toegeslagen, zei Ali Noorani van het National Immigration Forum in een verklaring. 'De verhalen van razzia's in immigrantengemeenschappen zijn een grote zorg.'
Niemand is veilig
Op sociale media wordt gewaarschuwd voor ICE-agenten die op deuren van woonwagens kloppen, in sommige steden durven afwassers in restaurants 's avonds niet meer te voet naar huis, Ken-Uw-Rechten-bijeenkomsten zitten bomvol en de wethouder van onderwijs stuurde in New York een brief rond om ouders van schoolgaande kinderen gerust te stellen ('ICE-agenten worden niet tot de school toegelaten zonder de vereiste wettelijke papieren').
Opvallend is dat de deportaties van vorige week onder meer plaatsvonden in zelfbenoemde vrijplaatsen als New York en Los Angeles. De burgemeesters van die steden hebben gezegd dat ze niet meewerken aan uitzettingen, maar dat laat federale agenten vrij om zelf op zoek te gaan. Mensenrechtenadvocaten denken dat ook hiermee een signaal wordt afgegeven: niemand is veilig.
ICE-agenten hebben door het decreet van Trump meer macht gekregen. Eén van de bepalingen is dat privacy-regels voor buitenlanders niet meer gelden. Dat betekent dat de agenten in gemeentelijke administraties op zoek kunnen gaan naar hun gegevens. In New York wilde de burgemeester de gegevens van een gemeentelijke identificatiekaart vernietigen, maar een rechtbank heeft dat verboden.