God, ik zoek even contact met U. Wil je mij nabij zijn? Geef mij geloof en vertrouwen kracht en volharding zodat ik mij ten volle kan geven aan de opdracht die ik nu mag vervullen. Amen
Als ik wankel, houd mij staande. Als ik aarzel , maak me gaande . Als ik struikel, help me overeind. Als ik twijfel, wijs mij de weg. Als ik huiver, beur mij op. Als ik treur, troost mij.
Jezus van wie ik hoop, dat Hij met me mee loopt als gids en reisgezel,
DE TWEE LEERLINGEN VERTELDEN WAT ER ONDERWEG GEBEURD WAS EN HOE HIJ ZICH AAN HEN KENBAAR HAD GEMAAKT DOOR HET BREKEN VAN HET BROOD.
(LUCAS 24, 35-48)
Ze kunnen er niet over zwijgen, ze zijn er vol van, hun blijdschap en hun vreugde staat op hun gezicht te lezen! Waarom is bij ons dan alles zo dikwijls droog en ‘serieus’, zo weinig blij? Is de Verrezene misschien nooit aan ons gebeurd? Maken we ruimte voor hem? Mág en kan Hij aan ons gebeuren? Bidden wij?
Heer Jezus, Ik ben een beetje beschaamd. Ik vergeet U zo gemakkelijk. Ik ben zo weinig blij om U. Kom a.u.b. bij me binnen, overrompel me met uw vrede.
WAT IS DAN EEN MENS DAT U AAN HEM DENKT EN NAAR HEM OMZIET.
‘Portiuncula’ was de naam die de jonge Franciscus destijds gaf aan het verkommerde Mariakapelletje buiten de muren van Assisi, dat hij eigenhandig had hersteld. De gerestaureerde kapel werd opnieuw ingewijd op 2 augustus 1208. In de loop van de 16de en 17de eeuw werd omheen de portiuncula-kapel een indrukwekkende barokke basiliek gebouwd, die opgedragen werd aan Onze-Lieve-Vrouw-ter-Engelen. Het originele kapelletje staat er nog altijd, pal in het midden van de basiliek.
Volgens de traditie zou Franciscus van Paus Honorius III destijds een volle aflaat hebben verkregen voor iedereen die de het kapelletje bezocht. Aanvankelijk kon dat alleen op 2 augustus, maar sinds 1952 ook voor een bezoek aan andere kerken en kapellen en op andere dagen. Vooral op Allerzielen liepen destijds veel mensen hun parochiekerk in en uit. Het ging immers om een zogenaamde ‘toties-quoties’-aflaat, d.w.z. dat men een aflaat verdiende telkens als men de kerk binnenging en er bepaalde gebeden bad. In de volksmond heette dit ‘persjoenkelen’ of ‘persjonkelen’, een verbastering van portuincula.
Onder de gebruikelijke condities zegt men het Credo op, bidt men vijf Onze-Vaders, vijf Wees-Gegroetjes en vijf Eer-aan-de-Vaders ter intentie van de Paus. Men moet zich ook biechten en tijdens de mis ter communie gaan.
Deze aflaat is te verkrijgen in elke Basilica Minor (33, § 2, c), elke Kathedraal (33, § 3, e) of elke parochiekerk (33, § 5, b).
Een goede week geleden is de lente begonnen. De dagen worden langer dan de nachten, de zon schijnt langer, er is meer licht dan duisternis, de vogels beginnen te fluiten, lentebloemen bloeien, de bomen krijgen bladeren, kortom, het leven groeit en bloeit in al zijn vormen. Zo is ook Pasen: een feest van geloof en hoop in bloeiend leven. De hoop dat het goede het altijd zal halen van het kwade. Het goede in onszelf, in ons gezin, in onze omgeving, in onze Kerk, in de wereld. De hoop, die zekerheid is, omdat God zijn schepping nooit in de steek laat, net zo min als Hij Jezus in de steek heeft gelaten. En ook de hoop die zekerheid wordt dat het licht het altijd zal halen van de duisternis. Het licht van Gods liefde en vrede, het licht van leven in de palm van Gods hand. Het licht van de verrijzenis en het leven.
De dag vóór Pasen, ook wel stille of heilige zaterdag genoemd, waarop vroeger in de morgen de liturgische plechtigheden van de vigilie van Pasen gevierd werden; deze zijn nu naar de avond van Paaszaterdag verplaatst en worden gevolgd door de eucharistieviering van Pasen zelf. Het is een dag die er zowat een bijtje uitvalt in deze intense week. Er is niets te doen, maar velen hebben daar een antwoord op gevonden door de nacht door te brengen in sitlte en gebed, tee waken bij de dode. Anderen doen het in de voromiddag van deze Stille Zaterdag. er worden geen klokken geluid en in vele plaatsen worden nog altijd geen begrafenissen gehouden op deze dag. dan gebeurt een woorddienst of wordt de begrafenis uitgesteld voor zover mogelijk.
Laten we daarbij de blik gericht houden op Jezus, de grondlegger en voltooier van ons geloof: denkend aan de vreugde die voor hem in het verschiet lag, liet hij zich niet afschrikken door de schande van het kruis. Hij hield stand en nam plaats aan de rechterzijde van de troon van God.
‘EEN VAN JULLIE ZAL MIJ OVERLEVEREN.’ MATTEÜS 26,14-25
Verraden worden door een van je beste vrienden, het is zo hartverscheurend pijnlijk, zo onbegrijpelijk en indroevig! En daarna door allen in de steek gelaten en verloochend worden. Het moet ongelooflijk veel pijn gedaan hebben!
Heer Jezus, juist dan hebt U, in een teder gevend gebaar, U zelf helemaal, als brood en wijn weggeschonken aan ons, voor ons, voor mij. Hoe kon U dat Heer? Stil kijk ik naar U.
Vier Litause meisjes, gevangen in Noord-Siberië roepen tot MARIA: RED ONS! Op kleine blaadjes papier schreven zij deze gedachten neer om een zuste te redden uit de wanhoop. Later werden de teksten gebundeld in een lapje stof. Nog later gedrukt en de omslag is gesneden uit de grote communistische krant "PRAWDA", dat betekent waarheid en ook wel gerechtigheid...MARIA RED ONS is de titel dat de mleisjes zelf aan hun klein gebedenboek gaven.
Jezus wil ons in de goede week laten zien dat waarachtig leven vraagt dat je moeilijke dingen niet uit de weg gaat, dat je trouw blijft aan je levensopdracht: je dienstbaar maken aan medemensen.
Ik hoop dat jullie allemaal ezels willen zijn, geen domme ezels, ook al zijn jullie dat misschien in de ogen van anderen, die er niets van begrijpen. Maar wel trouwe ezels, bereid om lasten van anderen mee te dragen. Misschien ook een beetje koppige ezels, koppigheid schijnt ook een eigenschap van ezels te zijn. Koppigheid in de zin dat je je niet op sleeptouw laat nemen door de mode van deze tijd, die houding van ieder voor zich en God voor ons allen, maar dat je durft vasthouden aan je overtuigingen. Dan alleen doen we recht aan die profeet Jezus, die koning op een ezeltje.
Jezus en zijn vrienden naderen Jeruzalem. Ze staan op de Olijfberg. Daar zegt Jezus tegen twee leerlingen: ‘Ga naar het dorp vlak voor je. Jullie zullen daar een ezelin vinden. Ze is vastgebonden en er staat een veulen bij. Maak ze los en breng ze bij Me. Als er iemand iets van zegt, zeg dan: “De Heer heeft ze nodig. Hij zal ze meteen terug sturen.” ’
De leerlingen gaan weg en doen wat Jezus gevraagd heeft. Een tijd later brengen ze de ezelin en het veulen. Ze leggen er kleren overheen. Jezus gaat op de ezelin zitten. Zeer veel mensen spreiden hun kleren uit op de weg, anderen snijden takken van de bomen en leggen die op de weg. De mensen die voor Jezus uit lopen en de mensen die Hem volgen, roepen luid: ‘Hosanna, leve Jezus, de Zoon van David. Gezegend is Hij die komt in de naam van de Heer. Hosanna, leve Jezus.’
Sint Jozef, man van groot geloof, bereid om Gods bedoelingen te aanvaarden. Als een trouwe en liefdevolle vader hebt u voor uw zoon Jezus en moeder Maria gezorgd. Misschien hebt u in uw hoofd veel vragen gehad, maar u hebt steeds uw hart laten spreken voor uw gezin. Help ons om in ons gelovig zijn een beetje op u te lijken, opdat ook wij onze liefde voor uw zoon Jezus steeds gestalte geven in onze liefdevolle zorg voor elkaar. Help ons om juist als u bescheiden doe-mensen te zijn. Mogen wij zo het koninkrijk van de hemel een beetje dichterbij brengen.
Amen
Door aanhouden problemen op mijn blogs, wat je eerder kon lezen, moest deze eerbetuiging eigenlijk op het naamfeest van de Heilige Jozef komen. Maar het mag natuurlijk alijd en overal. Mijn tweede naam is trouwens Jozef.
In onze kerk was er de mogelijkheid het sacrament van de biecht te ontvangen, en dat tijdens de eucharistieviering zondag laatst. De biecht is al langer niet meer zo populair en de biechtstoelen zijn een deel van het meubliair geworden. Toch zijn er creatieve manieren om het sacrament te ontvangen, door bijvoorbeeld uit de rij te komen en je de handen door een prester te laten opleggen. Er was ook kans een bechtgesprek te hebben bij een andere priester. Wie meende dat dit nu niet het gepaste moment was, kon zijn handen in een bekken water steken en ze dan afdrogen. Voor wie het deed, een zinvol ritueel. Ik heb gemerkt dat heel velen op één of andere uitnodiging zijn ingegaan. Het blijdt natuurlijk altijd een opdracht jouw fouten te belijden.