MARCHE DES COMPAGNONS DE SAINT-HUBERT. / LES COMPAGNONS DE SAINT-HUBERT. / AUBEL 17/03/2012.
MARCHE DES COMPAGNONS DE SAINT-HUBERT.
LES COMPAGNONS DE SAINT-HUBERT.
AUBEL.
Aubel, dat in het hart van het Land van Herve ligt, is sinds 1630, toen voor het eerst de wekelijkse markt werd georganiseerd, het handels- en ontmoetingscentrum voor de dorpen in de omgeving.
Rond de Place Nicolaï getuigen rijke burgerhuizen nog steeds van de voorspoed van de stad. In het centrum herinnert het kapelletje van Saint-Hubert (1760)eraan hoezeer de heilige verbonden blijft met de geschiedenis en de folklore van dit stadje. Je ziet het ook aan de naam van de wandelclub hoe zeer de heilige nog verbonden is met de mensen uit Aubel. Uit vroegere tijden hebben de inwoners talrijke gebouwen bewaard, die soms diep verscholen zitten in een steegje. Een paar stappen van het marktplein en het vertrekpunt van onze wandeling bevindt zich de herberg Vieil Aubel (1500), die door de inwoners wordt gekoesterd. Eens we buiten het dorp zijn eist de verspreide bewoning die zo kenmerkend is voor het Land van Herve, weer zijn rechten op.
Op onze wandeling zijn schitterende hoeven te zien die aan een voorvaderlijke architectuur herinneren. Door hun venster met kruiskozijn in steen laten ze zien hoe de Maaslandse Renaissance hier een belangrijke invloed heeft gehad. We wandelen verder door het prachtige landschap van Herve en komen in het dorpje Saint-Jean Sart een van de mooiste plekjes is de kapel van Sint Rochus, deze was de beschermheilige voor de inwoners tegen de pest en besmettelijke ziekten. De boeren riepen deze heilige aan als bescherming voor hun vee en hun familie. De kapel gelegen op een heuveltje en bewaakt door twee lindenbomen, gewoon mooi. we wandelen even verder en komen langs een plantage van de cider van Stassen.
Wij wandelen verder door de weilanden steeds weer klimmen en dalen door het golvend landschap. In de verte duikt een ronde toren van een kasteel op door de mist en lichte regen lijkt het wel een sprookje. We wandelen verder en voor ons duikt de Abbaye de Val Dieu op. Ze is in het begin van de dertiende eeuw gebouwd door monniken van de orde van Citaux, de cisterciëzers. Een woordje geschiedenis De Heilige Robertus van Molèsmes wilde terug naar de zuivere beleving van de regel van Benedictus. De cisterciënzermonniken vestigden zich op geïsoleerde plekken. Hun doel was om zich terug te trekken van de wereld en te kiezen voor een omgeving die onbewoond was, meestal in valleien. De enige mogelijkheid om te overleven was het bewerken van de gronden, zodat deze zich ontwikkelden tot vruchtbare gebieden. De vallei van de rivier de Berwinne voldeed aan deze voorwaarde. Gelegen op de grens tussen het Hertogdom Limburg en het Graafschap Daelhem, onstond door de oprichting van de abdij van Val-Dieu de karakteristieke omgeving van het land van Herve.
Wij komen naar de abdij toe gewandeld door het park. Achter de abdij bevindt zich een monumentaal park uit de achttiende eeuw, dat de status van historisch monument heeft. In het park staan achttien bomen die beschouwd worden als Waals erfgoed. De aanleg is van zo'n bijzondere stijl dat je er verschillende biotopen kunt terugvinden. Rekening houdend met dit bijzondere kader en de staat waarin het park is gerestaureerd, deed een project ontstaan van een beschermd park, dat toegankelijk is voor publiek en vandaag mogen wij er door wandelen en genieten van de prachtige bomen. Als we door het park wandelen komen we aan de brouwerij, deze opende zijn deuren in 1997 en is ondergebracht in verschillende gebouwen van de abdij. Het bier is geïnspireerd op een recept van de monniken. Het betreft dus een echt ambachtelijk abdijbier van hoge gisting en zonder kunstmatige toevoegingen!
Wij nemen de tijd om wat rond te kijken op deze wel mooie site. Verlaten de abdij door het poortgebouw en steken de weg over om aan de Molen van de abdij te komen. Deze watermolen werd in 1354 afgestaan aan de abdij van Val-Dieu door Renard de Bombaye. Het huidig gebouw werd opgetrokken in 1716 en 1731. Het groot metalen bovenslagrad heeft een diameter van 6 meter en is 1,5 meter breed. Het werd in 1965 hersteld. In de jaren 1980 was de molen nog beroepsmatig in gebruik. Op 10 februari 1942 werd de abdij van Val-Dieu beschermd als monument, terwijl het park en omgeving (waaronder de watermolen) als site werd beschermd.
Thans is in de molen een drank- en eetgelegenheid en een winkeltje met streekproducten gevestigd. Het gietijzeren raderwerk is nog draaivaardig. Er is ook een nog bedrijfsklare mechanische maalderij aanwezig. Die levert o.m. het meel ten behoeve van het restaurant, de abdij en voor particuliere bakkers uit de omgeving, met als merknaam "Abbaye Val Dieu". Het is mooi om even binnen te gaan en te kijken naar de nog maalvaardige molen.
We verlaten de site van Val Dieu en klimmen uit de vallei. Wij wandelen door het prachtige landschap en komen aan een monument uit de oorlogsjaren. De bunker en de omgeving zijn prachtig in orde gebracht en behouden voor de volgende generaties, er is een Panoramawijzer op de veldlocatie Knuppelstok. Te zien op de hoogtes van Saint-Jean-Sart, op de veldlocatie " Knuppelstock" , in de gemeente Aubel.
Op basis van de cartografie van het Nationaal Geografisch Instituut werd het hele landschap dat zich aan de wandelaar voordoet in een blauwe hardsteen van anderhalve meter doorsnee gegraveerd en versierd met bronzen details. Het geheel weegt ongeveer één ton. Wij bezoeken even de bunker en keren dan terug naar ons parkoers. Nog even door de weilanden om dan weer in Aubel aan te komen, het was een pracht van een wandeling in Het Land van Herve.
LENTETOCHT. / DE LOONSE TSJAFFELEERS. / HOEPERTINGEN 12/03/2012.
LENTETOCHT.
DE LOONSE TSJAFFELEERS.
HOEPERTINGEN.
Hoepertingen bezit een aantal prachtige monumenten, tegenover de Sint Vedastuskerk het kasteel van Hoepertingen.
Het kasteel is sinds 1929 in eigendom van de Annunciaten van Heverlee, die er van 1930 tot 1986 een school in hadden. Het kasteel heeft veel van zijn oorspronkelijkheid verloren. volgens een ets van Remacle Leloup van 1744 werd het waterkasteel met voorburcht omstreeks 1620 door Jean Willem van Scharenberg herbouwd. Resten van deze bouwfase in Maaslandse renaissance zijn zichtbaar in de twee trapgevels van de hoofdvleugel, de noordelijke hoektoren. Het poordgebouw van omstreeks 1700, met wapenschilden van diverse eigenaars gaf toegang tot de omgrachte voorburcht. De dienstgebouwen van de voorburcht werdeb gesloopt allen de ronde toren bleef behouden. Rond het kasteel is nog een deel van de gracht bewaard. Het kasteelpark bezit nog een paar oude bomen waaronder een van grootste tulpenboom van Limburg. Vandaag zijn er nog een 4 zusters die leven op het kasteel en de rest van de gebouwen doet dienst als verblijfscentrum en worden cursussen gegeven.
Tegenover het kasteel de kerk. De 11de-12de eeuwse romaanse westertoren is gemaakt uit silex. Hij heeft waarschijnlijk dienst gedaan voor drie kerken, de eerste kerk was een zaalkerk, de tweede, die dateert uit de 17de eeuw, is alleen het huidige koor overgebleven. De derde kerk is de huidige driebeukige basilica met zadeldak die in 1788 verbreed werd. De kosten voor de uitbreiding werd betaald door de abdij van Herkenrode, het wapenschild van Augustine de Hamme abdis van Herkenrode bevind zich boven de zuidelijke ingang. De abdij van Herkenrode heeft ook de uit 1790 gebouwde pastorie gebouwd. Het kasteel en ingangspoort is sinds 1963 beschermt en de pastorie sinds 1981 beschermt. Hoepertingen heeft nog een paar andere belangrijke monumenten zoals het Paanhuis het was een banbrouwerij van de 17de eeuwse heerlijkheid. Het huis heeft sinds de 17de eeuw verschillende functies. Banbrouwerij, plaatselijke gerechtshof, gevangenis en lokaal van de schuttersgilde van Sint-Sebastiaan gesticht in 1571.
Verschillende grote en oude haspengouwse boerderijen. De dAwanswinning uit 1799, Bartholeynshoeve van 1700 en de 18de eeuwse Bilterhoeve het tweede paanhuis van de heerlijkheid en buitenherberg. Een bijzonderheid is de Sint-Jobskapel uit 1113. De wapenschilden van de adellijke familie bevinden zich nog altijd in de kapel. We wandelen een eind langs de oude fruitlijn door de velden en langs de akkers. Het is een mooie wandeling met veel afwisseling. Een wandeling met veel mooie gebouwen van historische waarde.
MARCHE DES JONQUILLES. / FOOTING CLUB FOSSES ASBL. / SART-EUSTACHE 11/03/2012.
MARCHE DES JONQUILLES.
FOOTING CLUB FOSSES ASBL.
SART-EUSTACHE.
Sart-Eustache landelijk met inde vallei velden en weilanden en op de heuvelruggen bossen.
Prachtig golvend landschap met hier en daar een grote hoeve passend in het landschap. Vandaag een zonnige dag maar met wolken geeft mooie fotos. ook als we langs het beekje wandelen door het bos mooi. Aangenaam om door te wandelen brugje over en weer brugje over is zelf wat speels om te wandelen. Dan weer een eind door de weilanden met bossen op de achtergrond.
We komen in Cocriamont een klein dorpje met prachtige oude huizen, een manege en kasteeltje. Wel prachtig gelegen. Wat verder twee poesen liggen te zonnen op de bank voor het huis, simpele dingen maar toch zo mooi. Weer verder langs dorpswegen en steken het riviertje over weer het bos in, een heel eind verder komen we er weer uit en gaan naar de tweede controlepost weer in een paardenhotel. We vervolgen onze weg en komen zo terug in Sart-Eustache.
Wij willen graag nog even het kasteel van Sart-Eustache zien om een paar fotos te maken. Een vierkante rode bakstenen toren, een toren in natuursteen met nog sporen van de ophaalbrug en een groot bakstenen gebouw. Een beetje verder nog een vierkante bakstenen huis alles gelegen in een prachtige omgeving. Hier eindigt voor ons de wandeling in Sart-Eustache.
MARCHE DES PRIMEVERES. / AL VILE CINSE BERNEAU. / BERNEAU. 10/03/2012.
MARCHE DES PRIMEVERES.
AL VILE CINSE BERNEAU.
BERNEAU.
Berneau een deelgemeente van Dalhem, ooit een oude vestingsstad en hoofdstad van het graafschap Dalhem.
Berneau bezit een klein museum met voorwerpen uit de Gallo-romeinse tijd. Spijtig vandaag niet open, we starten aan de bij gelegen zaal om het dorpje en de omgeving te verkennen. De gemeente bezit verschillende oude panden uit de 17de en 18de eeuw. In het centrum staat het Chateau des Comtes de Borchgrave van oorsprong 14de eeuws gravenkasteel. Thans is het in restauratie.
We wandelen het dorp uit onder het viaduct en dan het natuurreservaat in. Het natuurreservaat van Berneau gelegen aan de Berwijn, 11 ha met interessante avifauna en kalk minnende flora. Prachtige natuur, glooiend landschap en kleine hoeven uit vervlogen tijd. We komen zo in Bombaye - Bolbeek. Oorspronkelijk spraken de inwoners van Bolbeek één van de plaatselijke Nederlandstalige dialecten in Overmaas, die wegens het toebehoren aan de Republiek onder Hollandse invloed raakte. Bolbeek kende vanaf de achttiende eeuw echter een geleidelijke verfransing. In de negentiende eeuw was het dorp volledig Franstalig.
We wandelen door de prachtige omgeving genieten van de mooie gebouwen. Komen aan de kapel midden op de weg een mooie kapel en wel uniek gelegen. Ook in het centrum prachtige oude boerderijen. Na de controle gaan we verder door het landschap genietend van al het moois dat je tegen komt. Wat verder komen we in Neufchateau. Het landschap op zijn best, de grote hoeves met duidelijke verwijzing naar de adellijke families.
Mooi wat verder en we zijn terug in Bombaye, met de dubbel kasteelhoeve de steenweg over terug door het natuurreservaat en het kasteel van Berneau duikt voor ons op nog even en we hebben ons eindpunt bereikt. Een mooie en aangename wandeling.
Het pittoreske dorpje Zammelen, deelgemeente van Kortessem, regeert aan de rand van het Haspengouws leemplateau over de vallei van de kronkelende Mombeek. Een combinatie van water, leem, kalk en zand zorgt ervoor dat in dit waardevol natuurgebied afwisselende beemden, typische hooilanden, mysterieuze moerassen en broekbosjes een bijzondere aantrekkingskracht uitoefenen op zeldzame plant- en diersoorten. Dit is op en top vochtig Haspengouw!
De wandeling loopt langs verschillende natuurgebieden. In het natuurgebied Herkwinning, in de vallei van de Mombeek, is de das de belangrijkste bewoner. Zelden zal je dit schuw dier overdag ontmoeten. In het gehucht Zammelen heerst absolute rust en het natuurgebied van Zammelen heeft de Mombeek zich diep in het leem plateau ingesneden en kronkelt op natuurlijke wijze door het landschap.
We lopen ook door het natuurgebied Sint-Annavallei over lijn 23. Deze spoorlijn werd in 1879 geopend om voor de afvoer van appelen en peren te zorgen. Na de tweede wereldoorlog, met de opkomst van het vrachtvervoer, werd de lijn gesloten en al meer dan dertig jaar is de spoorlijn ontmanteld. Wij wandelen een eind langs de oude lijn 23 en komen zo het station van Jesseren.
Bij de opening van de lijn in 1882 was er enkel een stopplaats die vanuit het Station Piringen werd beheerd. De treinen stopten er enkel op de marktdag. Vanaf 1884 kwam er een dagelijkse dienstregeling. In 1886 werd de stopplaats opgewaardeerd tot spoorweghalte en in 1891 werd het een station met eigen beheer. Na de sluiting van de spoorlijn in 1957 werd het gebouw ingericht als een café. Tegenwoordig is het een woning. Wat verder komen we aan het goederenstation. Het goederenstation bediende de stroopfabriek "Grande Siroperie Limbourgeoise" die aan het stationsplein gevestigd was. De fabriek werd in 1999 afgebroken, het goederenstation is nog steeds aanwezig. Voormalige stroopfabriek van de Société Anonyme La Grande Siroperie Limbourgeoise. het grootste gedeelte van de gebouwen is verdwenen. Alleen aan de zijde van het stationsplein rest een bakstenen vleugel onder zadeldak, met geschilderd opschrift: FABRIQUE DE SIROPE... wat verder ligt het Kasteel van Jesseren.
Wij wandelen een eind verder over de spoorwegzate richting Gors-Opleeuw dat we links laten liggen om zo terug naar Zammelen te wandelen. Door het natuurgebied en over het planken pad. We klimmen terug naar de kerk waar onze wandeling eindigt. Zammelen is een wandel- en natuur paradijs.
NACHT VAN DE GESCHIEDENIS:DRANK / BROUWERIJ WILDEREN. / WILDEREN. 20/03/2012.
NACHT VAN DE GESCHIEDENIS: DRANK.
BROUWERIJ WILDEREN.
WILDEREN.
Een authentiek industrieel monument anno 1743 in het hart van het Truiense streekdorpje Wilderen te midden van uitgestrekte fruitboomgaarden. Een hedendaagse brouwerij en distilleerderij, een imposante alcoholstokerij uit 1890 en een monumentale Haspengouwse vakwerkhoeve maken deel uit van dit uniek verhaal.
De brouwerij van Wilderen vertelt ons een vroege geschiedenis, die ons helemaal terugvoert tot het jaar 1642. De winning van Wilderen was een economische productie-eenheid die in eigen behoeften voorzag. Met het hout van de bomen timmerde men de schuur, met de grond leemde men de muren van de boerderij, schapen en runderen zorgden voor melk, wol en leer. Landbouw en veeteelt zorgden voor voedsel. De grote winningen zoals die van Wilderen hadden hun eigen brouwketels waarvan de draf dan weer richting ossenstal ging en daar bevindt zich nu de brouwerij anno 2011.
Als er in de winning al veel en hard gewerkt werd, zo kon men er ook uitbundig feestvieren!!! Vooral met kermissen, en wel verschillende dagen aan een stuk. Onder de genodigden was er een bultenaar die vooraleer in zijn roes in slaap te vallen, de gewoonte had luidruchtig te zingen: "Een heel klein kanneke, voor een heel klein manneke. Goed volgetapt is gauw uitgelapt!" Daar men zelf brouwde was het niet moeilijk deze dorstige kozijn te laven! De brouwerij stond op de plaats waar later het bakhuis, de melkerij en het washuis gebouwd werden. Deze gebouwen zijn reeds verdwenen maar enkele jaren geleden kon men nog de dichtgemetselde keldergaten van de brouwerij zien. In de oude alcoholstokerij van Wilderen leeft de traditie eindelijk verder. Laat je fascineren door de vervlogen geschiedenis.
Zij hebben de deur die in 1939 werd gesloten in 2011 terug opengedraaid. De stokerij anno 1890 viel binnen accijnsgebied onder de zogenaamde landbouwstokerijen. Er werd alcohol van 95° gestookt. Deze werd aan jeneverstokerijen over heel België verkocht. In 1913 breidde de alcoholstokerij uit met een gigantische rectificeerkolom zodat ook ter plaatse een fijn stooksel kon worden gedistilleerd. Vooral de enorme stoomketel valt op. Deze stoommachine van 40 pk is het enige voorbeeld in Limburg van een machine met liggende zuigers. De opgewekte stoom werd gebruikt voor o.a. het opwarmen van het brouwsel. Met de stoommachine werd ook elektriciteit gemaakt. Het was zelfs de bedoeling om ook stroom te leveren aan het dorp zelf. En ook werd de gehele boerderij van stroom voorzien maar aangezien er 's avonds, wanneer men precies verlichting nodig had, niet gestookt werd, moest de geproduceerde elektriciteit opgeslagen worden in accu's.
Ook de schoorsteen is een land mark in Wilderen. De technische installatie is quasi volledig bewaard en vormt daarmee een uniek stuk industrieel erfgoed op Europees niveau. Grondstof voor de stokerij was gemout graan, in dit geval vooral gerst. De winning zelf bestond uit een alcoholstokerij, brouwerij & mouterij. Een rondleiding onder deskundige leiding van Mike is een hele beleving, de verhalen en de liefde voor dit monument zijn uit zijn woorden te horen.
Een gezellig afsluiten gebeurt in de gerestaureerde vakwerkschuren, een stukje historisch bouwwerk zorgvuldig hersteld in zijn oorspronkelijke staat. Het proeven van Wilderen Goud in zijn speciaal glas en de Tripel Kanunnik moet zeker op het programma staan. Gezeten in de schuur waar het haardvuur knettert gewoon een bijzondere beleving.
HERDENKINGSTOCHT TOINE VANDERSPICKEN. / W.S.V. DE SCHOVERIK. / DIEPENBEEK. 04/03/2012.
HERDENKINGSTOCHT TOINE VANDERSPICKEN.
W.S.V. DE SCHOVERIK.
DIEPENBEEK
Koorddansen op de Demer, dat doet Diepenbeek. Op het fijne lijntje dat Haspengouw scheidt van de Kempen. Al profileert Diepenbeek zich de laatste jaren steeds meer als onderdeel van Haspengouw. In het zuiden van de gemeente zijn er de vruchtbare Haspengouwse akkerlanden en weiden. Zandgronden met niet veel meer dan heide en vennen kenmerken de noordelijke kant van de gemeente. Wij vertrekken met de wandeling in Rooierheide waar het klooster omgevormd is tot rusthuis. Het park blijf toegankelijk voor de wandelaars en we wandelen voorbij de vijvers en verlaten het park. Wij verlaten het dorp en stekken het kanaal over. Een eind door de natuur en we komen langs één van de bunkers die bedoelt waren als bewaking van het kanaal. Vandaag zijn ze een deel van de omgeving geworden. Nog een eind door de bosjes en dan keren we terug naar ons vertrek. Het is maar een korte wandeling omdat ons Jefke erg ziek is.
15E ROMMELARENTOCHT. / DE ROMMELAAR. / HOESELT. SINT-HUIBRECHTS-HERN. 25/02/2012.
15DE ROMMELARENTOCHT.
DE ROMMELAAR.
HOESELT.- SINT-HUIBRECHTS-HERN.
In Hoeselt, een krans van schilderachtige dorpjes, heerst een ongekende rust in een ongerepte en tevens zeer afwisselende natuur en dat we ons op de grens van Droog en Vochtig Haspengouw bevinden.
De rijke diversiteit die Vochtig Haspengouw ons biedt aan landschappelijke bakens zijn het sterke reliëf van vlakke plateaus afgewisseld met smalle, vochtige beekvalleien, droge heuvelruggen, bosjes, holle wegen en kasteelparken binnen vrij korte afstand. En verder een mooi kleinschalig en heuvelachtig landbouwgebied met akkers en fruitbomen. Het Steenbroek. Op vrij korte tijd werd dit gebied vlakbij Vrijhern -in beheer van de Nationale Boomgaarden Stichting- uitgebouwd tot een pareltje van hoogstamboomgaarden, gemengde hagen, houtkanten en hooiweiden. We wandelen door Hern en komen langs een paar mooie vakwerkhuizen. Prachtig om te zien wat verder komen we aan het Kasteel Schalkhoven.
Het oorspronkelijk waterkasteel werd in 1588 gebouwd door Rijkaard van Elderen. Rond 1770 werd het verbouwd en ingericht in classisistische stijl. De grote achterliggende kasteelhoeve, in Maaslandse renaissance, is deels uit de 16de eeuw, maar werd in de 18de eeuw sterk verbouwd. Het kasteel was achtereenvolgens eigendom van de families Vanelderen, Vaes, van Eijll, de Heusch, Barthels, du Vivier en de Borman. Het is gelegen in een prachtige omgeving met een park en veel landbouwgronden. Wat verder wandelen we de Oude tramweg op, vandaag word deze beheer door natuurreservaten, langs de tramhalte en oude stoomzagerij.
Op elke belangrijke plekken staan borden met oude postkaarten en zo hebben we en zicht op het oude dorp en de gebouwen die er nog staan of stonden. We wandelen weer verder en keren terug naar het centrum van het dorp langs de kerk en zo komen we terug aan ons vertrek. Een mooie wandeling in Sint Huibrechts-Hern.
nu 't rouwrumoer rondom jou is verstomd de stoet voorbij is, de schuifelende voeten nu voel ik dat er 'n diepe stilte komt en in die stilte zal ik je opnieuw ontmoeten en telkens weer zal ik je tegenkomen we zeggen veel te gauw: het is voorbij Hij heeft alleen je lichaam weggenomen niet wie je was en ook niet wat je zei ik zal nog altijd grapjes met je maken we zullen samen door het stille landschap gaan nu je mijn handen niet meer aan kunt raken raak je mijn hart nog duidelijker aan.
MARCHE D'HIVER. / LES FOUGNANS. / CELLES-HOUYET. 19/02/2012.
MARCHE DHIVER.
LES FOUGNANS.
CELLES-HOUYET.
Voor de oorsprong van Celles, dat verdoken ligt in het dal van een vallei omgeven door vier heuvels, moeten we heel ver terug in de tijd. Met de komst van de monnik Hadelin in 669 beleeft Celles zijn hoogtepunt. De Saint-Hadelinkerk is een prachtige staaltje van romaanse bouwkunst. Op de heuvel die boven de kerk uittorent, ligt de Saint-Hadelinhermitage. Deze twee zullen we na de wandeling eens bezoeken.
Celles is ook van Les Plus Beaux Villages de Wallonie. We wandelen het dorp uit en als we omkijken zien we hoe prachtig dit dorp is met zijn heel typische huizen van breuksteen waarvan ramen en deuren omlijst zijn met gehouwen steen, zijn uitstekend bewaard en getuigen van heel wat smaak. Wij volgen een eindje Promenade de la sabliere en komen zo aan het punt Les Reches Voies ook hier weer een mooi panorama op het dorp. Waarom dit gedeelte de wandeling van het zand heet is duidelijk wanneer we aan de zandkuil komen, de exploratie is dan wel gestopt maar het is een indrukwekkende plek, de verschillende kleuren geven het een speciaal effect.
We wandelen verder door het golvend landschap met veel afwisseling, stukken bos dan weer wat landbouwgrond. Nog steeds wandelen we op de route de la sabliere en komen aan het punt Bois Marcaux wat verder zijn we in Grande Trussogne we moeten ons niet laten leiden door de naam van het dorpje want Grande is het niet enkele huizen in het veld. We dalen hier af en komen zo in het bos met mooie boswegen waar het fijn is om te wandelen. De donker bossen met ervoor de groene weilanden is wel een mooi contrast.
Wat verder komen we langs een grote boerderij en dan is er ee rust post, weer verder door het mooie landschap en komen zo aanLes combles een groep gebouwen rond de grote kasteelhoeve. Weer verder door de velden en langs bossen en zo komt Celles terug in Zicht. We wandelen voorbij Le Fontaine Saint-Hadelin wij wandelen nu terug het dorp binnen en bezoeken de kerk.
De Saint-Hadelinkerk (11de eeuw) : de crypte, de 11de eeuwse koorstoelen, een 12de eeuws wijwatervat, glas-in-loodramen, een stenen oksaal, een stenen kruisweg. Daarna beklimmen we de berg naar De Saint-Hadelin hermitage, langs de trappen naar boven staat een mooie kruisweg, spijtig dat enkele stuk zijn en omliggen. Boven aan de hermitage hebben een prachtig zicht op de gemeente en de omgeving. Terug naar beneden en zo eindigt hier een pracht van een wandeling in een bijzonder kader.
Het bloedrode, diep kelkvormige vruchtlichaam, de groeiwijze (op hout) en de vroege groei zijn kenmerkend voor deze soort. Het vruchtlichaam is twee tot zes cm breed en heeft een ronde tot langwerpige kelkvorm. De binnenkant is glad, bloed- tot scharlakenrood; de rand is licht okerkleurig en ietwat gekarteld. De buitenkant is fijnviltig, in het begin wittig van kleur, later vaalroze en tenslotte okergeel wanneer de paddestoel oud is en begint te verdrogen. In het algemeen is de steel vijf tot zes cm lang, vier tot vijftien mm dik, kort en cilindrisch - het komt ook voor dat hij vrij lang en wigvormig is. In uitzonderlijke gevallen is hij zelfs helemaal niet ontwikkeld. De steel is stevig, buigzaam, donzig tot fijnbehaard, vuilwit tot vaalroze. Het vlees is wittig, vrij dun, bij jonge exemplaren wasachtig maar nooit broos. Later wordt het vlees taai.
Deze kelkzwam groeit van februari tot april op het vochtige, dode hout van bomen en struiken, vooral op takken van de beuk, de iep maar ook op rosaceeën (meidoorn, sleedoorn, kersenboom). Hij hecht zich vast aan takken die op of gedeeltelijk onder de grond liggen. Rode kelkzwammen komen vrij algemeen voor, met name op grote hoogte en in heuvelachtige gebieden. Ze verschijnen vrij snel na het smelten van de sneeuw en vormen in het landschap een schitterend voorjaarstafereel. Deze paddestoel is eetbaar, maar de smaak is matig. Opmerking : Sarcoscypha austriaca en Sarcoscypha jurana hebben beide veel weg van de rode kelkzwam. De austriaca groeit voornamelijk op takken van de espenboom, acacia, wilg, esdoorn en de jurana vooral op die van de linde. Deze drie Europese soorten zijn alleen met de hulp van een microscoop van elkaar te onderscheiden.De info heb ik bekomen op de website van WORLDEXPLORER
38e MARCHE DU FORT DE BATTICE. / MARCHEURS DU FORT BATTICE. / BATTICE. 18/02/2012
38E MARCHE DU FORT DE BATTICE.
MARCHEURS DU FORT DE BATTICE.
BATTICE.
Wij vertrekken met de wandeling in het centrum van Battice, met zijn prachtige gemeentehuis werd gebouwd in 1716. Tussen 1790 en 1794 was het Hof van Justitie van Herve er gevestigd. Na 1880 door een groter gebouw vervangen dat diende als eerste gemeentehuis, maar in augustus 1914 werd het verwoest door de Duitser. Het gebouw brandde af. In 1923 werd het huidige gebouw heropgebouwd. Op de buiten muur bevinden zich twee stenen met het wapen van Charles Joseph, graaf d'Aspremont Lynden en de heer van Crèvecoeur (datum: 1716) en een andere steen met het wapen van Caldenbourg en Barbieus (datum: 1642). Deze twee stenen zijn van het kasteel van Crèvecoeur. Deze werden ook verwoest in augustus 1914 door de Duitsers. Wij wandelen het dorp uit en gaan richting Charneux.
Langs stille wegen en prachtige boerderijen komen we in het centrum van Charneux. Prachtige boerderijen die laten zien hoe rijk de streek eens was. Komen zo aan de kerk spijtig deze kerk is al sinds1959 gesloten, op het kerkhof verschillende oude grafkruizen. Wij wandelen weer verder en komen langs Chateau de Beauregard een uit de 18de eeuw kasteel gelegen in een prachtige omgeving. We wandelen weer verder langs veldwegen en door de weilanden langs de kleine voetpaden die Het Land van Herve rijk is.
Weer wat verder en we komen langs het industriegebied terug in Battice. Op een van de gebouwen staat een plaket dat verwijst naar het mijn verleden van de streek Charbonnages Reunis de la Minerie-Battice: 23-09-1890 tot 14-05-1960 nog wat verder en we komen terug op ons vertrek. een mooie en aangename wandeling in Het Land van Herve