LES SPITANTS DE NAMUR. / 43E MARCHE DE LA CITADELLE. / NAMUR. 09/01/2022
LES SPITANTS DE NAMUR.
43E MARCHE DE LA CITADELLE.
NAMUR.
Vandaag wandelen we in Namur-Namen vertrek in het Arsenal een deel van de universiteit. Van daar uit vertrekken we naar de citadel. Deze plek heeft een lange geschiedenis, het historische fort dat is geclassificeerd als uitzonderlijk erfgoed van Wallonië. De citadel van Namen ligt op een heuvel waar Samber en de Maas samenkomen. De functie van de vesting was dit kruispunt te verdedigen en te bewaken. Al van in de prehistorie werd deze plek af en toe bewoond, maar pas in de 3de eeuw een militaire functie. In de middeleeuwen bouwde men een versterkte residentie op de top van de rots, die geleidelijk werd omgevormd tot een echt kasteel de laatste bestond uit twee delen, het kasteel zelf en een damwand ervoor binnen de omheining bevonden zich de residentie van de graven van Namen Tussen 1631 en 1675 werd een nieuw verdedigingsdeel aangelegd, genaamd ‘Terra Nova”. Na verschillende ingrepen die het fort grotendeels van zijn militaire functie ontdeden, en een gedeelte herbouw, werden de laatste grote versterkingswerken van de Citadel doorgevoerd tussen 1815 en 1830. Na de Franse nederlaag in Waterloo werd het Belgisch territorium aan Nederland toegevoegd. De Citadel werd herbouwd door de Nederlanders, gedeeltelijk langs het traject van de oude muren. Deze bouw is nu goed zichtbaar, ongeveer 90 procent van de Citadel zoals we die nu kennen dateert uit deze late periode. We wandelen rond op de citadel en zien dat er veel verandert is ziens ons laatste bezoek. Een kabelbaan die vanuit het stadscentrum vertrekt brengt de mensen naar de top van de Citadel. Na onze route rond de Citadel dalen we terug af naar het centrum. We wandelen langs de Maas steken deze over en wandelen terug richting start. Op een moment komen we op de plek waar de Samber in de Maas vloeit. Nog een eind langs de Samber en we zijn terug op ons vertrek. Wat een mooie wandeling, de hele tijd schijnt de zon en het is genieten van de vele mooie vergezichten vanop de Citadel. Een top wandeling door Les Spitants de Namur.
PLEZIERWANDELINGEN OSTBELGIEN. / DE VENEN VAN SOURBRODT. / SOURBRODT. 08/01/2022.
PLEZIERWANDELINGEN OSTBELGIEN.
DE VENEN VAN SOURBRODT.
SOURBRODT.
Hoge venen wit van de sneeuw, moeten zeker eens gaan wandelen. Wat kies je dan? Oostbelgië heeft een 20 tal wandelen die goed bewegwijzerd zijn en in de zomer hebben we de wandeling van Sourbrodt gedaan en het is een prachtige wandeling met veel afwisseling en nu er meer dan 15 cm sneeuw ligt is het zeker de moeite om hier opnieuw te komen wandelen. Sourbrodt twijfelt tussen twee culturen, beneden klopt het hart van België terwijl de stationswijk haar Duitse herkomst niet verloochend. Het oude station neemt ons mee terug in de tijdperk waarin de stoomtrein de venen doorkruiste. We vertrekken met de wandeling aan het oude station van Sourbrodt. Is een voormalig spoorwegstation van de lijn 48. Ook gekend als de Vennbahn, van 1991 tot 2001 werd de lijn toeristisch gebruikt door de vzw Vennbahn, wij hebben deze treinreis ook gemaakt. Wij gaan onze wandeling aanvatten en gaan langs het stationsgebouw en langs de sporen waar enkele wagons staan. Op het einde van het spoor achter een laatste wal die gevormd wordt door een rij dennen, gaan we in de richting van het planten meer van de Hoge Venen. De weg neemt ons mee naar de Rur, zwart als een veenrivier. Wat verder de Troupa-ven beschermd een groepje van coniferen, op deze koude en desolate grond, probeerden Russische gevangen te overleven: op de weg is er een orthodox kruis opgericht voor hun nagedachtenis. Verder langs de het hoogplateau zo prachtig, plekken als Nesselo met weidse zichten over de vennen, langs het pankenpad en over beekjes. Zo mooi. Vergande is ook zo een plek waar het prachtig is om over het landschap kijken en zeker met de sneeuw. Wat verder komen we aan het Monument des Aviateurs alliés. Een motor van het verongelukte vlieger geeft de plek aan. Nu nog even door de venen en dan komen we terug het dorp binnen en wat verder staan we terug aan het station. Een pracht van een winterwandeling een 8kilometer lang met veel mooie plekken.
DRIEKONINGENTOCHT. / DE RAKKERS. / HEUSDEN ZOLDER./06/01/2022.
DRIEKONINGENTOCHT.
DE RAKKERS.
HEUSDEN ZOLDER.
Vandaag 06 januari Driekoningen brengt ons naar Bolderberg. Waar de rakkers hun Driekoningentocht houden. We mogen deze wandeling niet missen een blauwe hemel en zon wel fris ideaal voor een mooie wandeling. We kiezen voor de 10 kilometer in het natuurgebied Bolderberg. Wat een prachtig gebied om te wandelen heide, bomen en openvlakten. We wandelen door dit prachtig gebied en komen op het privé domein van Baron de Villenfagne de Vogelsanck waar de kluis van Bolderberg op staat. Wat verder op de hoogte staat de kluis. Tot 1880 woonden er twaalf kluizenaars. Het gebouw had te lijden van de Franse revolutionairen en vandalisme. De Baron Henri de Villenfagne de Vogelsanck, eigenaar van de kluis , besloot eind jaren 1980 de kluis te restaureren. De kluis werd beschermd als monument in 1996. In 2004 starten de restauratiewerken die eindigden in 2006. Sindsdien is de kluis terug bewoond en kan de kapel bezocht worden. We wandelen rond de kluis en gaan even binnen zien. We volgen de route en komen op een prachtige plek met een uitzonderlijk zicht naar het kasteel van Terlaemen. Dit domein word al in 1293 genoemd en we komen te weten dat dit kasteel een link heeft bij de Graven van Loon. In 1330 werd het overgedragen aan Marten van Loon, een bastaardzoon van Graaf Arnold V van Loon. Het kasteel werd tot 2018 bewoont door de familie De Bellefroid d’Oudoumont. Het is een prachtig zicht vanop deze plek en in de verte met een grote vijver voor ligt het kasteel. We vervolgen onze wandeling door het prachtig natuurreservaat waar we nu komen op het nattere gedeelte met grote vijvers, hoe prachtig de blauwe lucht weerspiegelt in het water. Wat verder komen we terug in de bewoonde wereld. Waar onze wandeling eindigt.
30E MARCHE DE L’EPIPHANIE. / LES ROTEUS DI HOUSSAIE. / BEYNE-HEUSAY. 05/01/2022
Woensdag 5 januari 2022.
30E MARCHE DE L’EPIPHANIE.
LES ROTEUS DI HOUSSAIE.
BEYNE-HEUSAY.
Hoewel er sinds de 13de eeuw op kleine schaal steenkool werd gewonnen in deze streek, gebeurde dit in de loop van de 19de eeuw in toenemende mate op industriële schaal. Verstedelijking en industrialisatie trad op, wat ten koste ging van de agrarische activiteit. Het aantal mijnmaatschappijen nam af van 7 in 1842 tot drie in 1879 en één in 1956. Niet lang daarna eindigde de steenkoolwinning. De rijkdom van het mijnverleden zie je ook aan een aantal gebouwen zoals het Raadhuis. We wandelen nu naar de oude spoorweg “Ligne 38” nu een Ravel. De lijn 38 is één van de oudste mythische van alle Ravel’s. Hier ontdek je het Land van Herve. De route loopt door een groene en licht boste omgeving. We krijgen de gelegenheid om het landschap uitgebreid te bewonderen. Ligne 38 gaat van Plombiéres tot Chénéé. Wij genieten van de mooie omgeving vanop de Ravel. We verlaten de Ravel en wandelen nu het landschap in. We komen aan een manege waar de controle is, hoe mooi is dit versiert op en top kerst. Gezellig om even bij te komen en wat bij te praten met vrienden. We gaan verder nog een paar kilometers en we zijn terug binnen. Maar eerst kunnen we nog genieten van een paar mooie vergezichten over het Land van Herve. We gaan verder en komen langs een prachtig kapel de “Sint Annakapel” gelegen in het landelijke Beyne de kapel ligt boven op een plateau dat uitzicht biedt op het dal van Maas en Vesder. De kapel word omringd door 3 monumentale lindebomen spijtig de vierde is gesneuveld. In 1794 sneuvelden hier vijf Bretonse soldaten. In de Bretonse stad Auray was een sterke devotie tot Sint Anna. Een Sint Annabeeld bevond zich vroeger in een gevelkapelletje dat zich tegenwoordig in een veldkapel bevind en draag de datum 1794. Een prachtige plek met een waanzinnig zicht op de omgeving. We wandelen terug de Ravel op en komen langs het kasteel van Neufcour, wat al een heel oude heerlijkheid was en reeds in 15de eeuw vermeld werd. In 1659 werd het kasteel aangekocht door Lambert de Neufcour die het lied herbouwen in 1661-1663 maar op 3 januari 1689 werd het kasteel geplunderd en in brand gestoken door Franse troepen. In 1915 kwam het vervallen kasteel in bezit van de mijnbouwonderneming Société anonyme des Charbonnages de Wérister. Welk het kasteel restaureerde en werd de woning van de directeur van de mijn tot hij in 1982 overleed. Nadien werd het verkocht aan een laboratorium. Het kasteel en de bijhorende boerderijgebouwen zijn gegroepeerd om een vierkante binnenplaats. Spijtig dat we het kasteel maar vanop een afstand kunnen zie, wat verder komen we aan het station dat nu dienst doet al technische dienst van de gemeente. Nog wat verder en we zijn terug op ons vertrek dat bij de Sint Laurentiuskerk ligt. De huidige kerk werd in 1889 gebouwd. Hier eindigt onze eerste wandeling met onze Waalse wandelvrienden.
NIEUWJAARSTOCHT. / WSV DE SCHOVERIK. / DIEPENBEEK. 03/01/2022
Maandag 03 januari 2022.
NIEUWJAARSTOCHT.
WSV DE SCHOVERIK.
DIEPENBEEK.
Onze eerste wandeling met onze club is een feit. Nieuwjaarswandeling is wandelvrienden zien en wensen overbrengen. Maar ook een mooie sleutelhanger van de Schoverik na aanleiding van hun 40ste verjaardag. Wij gaan wandelen en ondanks de regen kiezen we voor de 6km. We wandelen de natuur in en we wandelen langs de Demer. Diepenbeek word doorsneden door vele beken die aflopen naar de Demer. Door deze afwateringen en de vele vijvers ontstaan door de turfwinning en delving van ijzerzandsteen zorgen voor het zo typische wijerlandschap wat vele wandelaar aantrekken. We genieten van de wandeling door de bossen en langs de vijvers. Gelukkig valt de modder mee op deze route maar de regen valt met bakken uit de hemel. We zijn dan ook blij als we de aankomst zien. Toch is het een aangename wandeling met het zien van vrienden wat het allemaal mooier maakt en zeker nu dat er zoveel georganiseerde wandelingen wegvallen door corona. Bedankt aan onze club dat ze ondanks alles toch een wandeling georganiseerd hebben. Een fijn nieuwjaar aan alle wandelvrienden.
Noville-Les-Bois is een deelgemeente van Fernelmont. Bij de vorming van de nieuwe gemeente in 1977 koos men voor de naam Fernelmont omdat het kasteel Fernelmont centraal gelegen was, het stadhuis is gelegen in Noville-Les-Bois. De wandeling vandaag is een organisatie van ADEPS. Alles word coronaproef georganiseerd. Na onze inschrijving kiezen we voor de gele bewegwijzering-10km- we wandelen het dorp uit en gaan zo op wandel in het landschap afwisselend akkers, weilanden. We komen aan Sentier de Coignebeau. Waar we wandelen langs de rand van het bos met weidse zichten over de akkers. Zo komen we in Sart d’Avril. Ook hier veel landbouw, maar ook stroken van bomen en struiken. Toch mooi om te wandelen. We komen ook grote boerderijen tegen zelf een paar kasteelhoeves. Prachtige gebouwen als we wat verder wandelen komen we langs een stuk natuurgebied met een beek, achter de bomen zien we het rood kasteel liggen. We komen in Tillier met zijn kerk, en oud kerkhof met verschillende grafkapellen van adellijk families. Nu wandelen we het bos binnen dit stuk van de wandeling is zeker mooi maar zoveel modder dat het niet meer plezant is. Toch moeten we verder. Weer grote boerderijen die verspreid liggen in het landschap nog langs een paar oude huizen. Aan de andere zijde van het veld ligt het kasteel van Fernelmont. Het kasteel bestaat uit een 13de eeuwse donjon, een 16de eeuwse woonhuis en een achterhuis uit de 18de eeuw. Het kasteel bestaat uit 4 vleugels rond een binnenplaats. Wat verder komen aan het gemeentehuis van Fernelmont wat mooi versierd is voor de feesten. Dan komen op het marktplein en zo eindigt onze wandeling met Adeps in Noville-Les-Bois.
Wandelknooppunten wandeling Tongerlo. De volgende knooppunten.
1-342-380-341-2-382-3-4-7-8-9-10-183-14-12-13-19-131-130-16-20-21-6-5-343-1 de afstand 12km en vertrek aan de de hoofdingang van de Abdij van Tongerlo.
Na ge lezen te hebben over het Land van de Merode moeten w etoch eens daar gaan wandelen. We kregen van een wandelvriend de boven knooppunten. We gaan wandelen in Tongerlo vertrek aan de Abdij van Tongerlo.
Westerlo en Tongerlo vormen samen één gemeente en verwennen ons met prachtig natuurgebied van de Beeltjes en Krawekken. We kunnen er rustig wandelen en genieten van de prachtige natuur. Maar ook de vele prachtige kastelen, gebouwen. We vertekken met de wandeling aan de Abdij, we bezoeken eerst de abdij via de prachtige toegangspoort. Komen zo op het grote binnenkoer. Omgeven door prachtige gebouwen. Heel bijzonder. We zetten onze wandeling verder door de machtige lanen ronddom de Abdij. We gaan verder en gaan door het natuurgebied gewoon geweldig om te wandelen en hoe rustgevend, bijzonder vandaag is dat op 1 januari we onze eerste vlinders zien, het is ook bijzonder zacht weer. We gaan verder en komen langs het Kasteel de Merode. Het kasteel is nog steeds bewoont door de prinsen van Merode. Het kasteel zoals we het nu zien is van na de grote restauratie in de 19de eeuw. Maar bevat nog vele oudere gebouwen zoals de donjon.chet grote domein is nog altijd prive maar 1 keer per jaar kun je het bezoeken. We wandelen verder en komen langs een bijzonder monument. Het Trammeke, beschermt monument het is een mobiele dam die met een ingenieus spoorsysteem toeliet om via kanalen de omliggende akkers onder water te zetten enwerd gebruikt om de kasteelvijvers met spoelwater te reinigen. We wandelen ook door het natuurgebied van de Kwarekken, een drassig natuurgebied de naam is afgeleid van “krek”n” het sluit aan bij de vallei van de Grote Gete, we wandelen een heel eind langs de Grote Gete en aan de deandere zijde staan struiken met daar tussen waterplassen. Het vorm samen met de Beeltjens een natuurgebied van meer dan honderd hectaren. We wandelen nu Westerlo binnen langs het marktplein. Een beetje verder komen we langs het gemeentehuis. Het kasteel gebouwd tussen 1909-1911 en is een mooi voorbeeld van de Branbantse neo-gotiek. Het behoorde toe een de de gravin Jeanne de Merode.
Na haar dood 1944 werd et een tijdje gebruikt als rustoord voor priesters, sinds 1972 doet het deinst als gemeentehuis. De naam Merode duikt in de geschiedenisboeken van Westelo al op het eind 15de eeuw. Toen kwam Westerlo zelfs in handen van de addelijke familie via huwelijk. Tot aan de Franse Revolutie bleef dat zo. Toen werd Westerlo uitgeleend aan het hertogdom Brabant.Voor het gemeentehuis prijkt een schitterende fontein met drie badende vrouwen een kunstwerk van Rik Poot. Nog eeneindje door de straten en zo komt de abdij terug in zicht.
De Norbertijnerabdij heeft een lange geschiedenis die begon rond 1130. Zo bezit dan ook een rijkdom aan gebouwen. Na de gebruikelijke machtovernamens kon de orde zich in1838 opnieuw verenigen en nam ze in 1840 terug haar intrede in de abdij. Het is een indrukwekkend geheel en alhoewel je de prive vertrekken niet kun bezoeken is er en mogelijkheid om de kerk en de tiendeschuur te bezoeken waar je de geschiedenis van de Norbertijner kunt zein. Er is ook een museum het Da Vinci museum maar dit is nu gesloten voor restauratie.
Een aanrader is deze wandeling wel als je de tijd neemt om alles wat nader te bezien en zeker de abdij. Een top wandeling van een 12 kilometer. Zelfs nu na zoveel regen d elaatse tijd is de wandeling goed bewandelbaar zonder al te veel modder.
REGIONAAL LANDSCHAP HASPENGOUW EN VOEREN. GREENSPOT GROOTLOON. BORGLOON. 31/12/2021
Vrijdag 31 december 2021.
REGIONAAL LANDSCHAP HASPENGOUW EN VOEREN.
GREENSPOT GROOTLOON.
BORGLOON.
Je start met de wandeling in onze stad Borgloon, het historische hart van het Graafschap Loon, we wandelen de stad uit en gaan zo het eeuwenoude landschap binnen, het golvend Haspengouwse landschap met beemden, boomgaarden en akkers met bijzondere vergezichten. We wandelen de beemden binnen en hier hebben we een zicht op Bollenberg. Deze plek was vroeger waar de grote prijs motorcross gehouden werd vandaag is het een plek van rust en natuurreservaat. In de verte zien we het doorkijkkerkje en de kersentoren, straks komen we er langs maar wij wandelen verder op de route. We klimmen even en komen zo op de kruizing we nemen rechts af om de prachtige vergezichten te zien richting Broekom en Sassenbroek. Wat verdre hebben we een prachtig zicht op het bos van kasteel van Heks. Nu dalen we ven en komen langs het kunstwerk Twijfelgrens. Een stalen draad in het landschap en als je de juiste plek ontdekt kun je Twijfelgrens lezen. Ook hier weer verzichten over het Haspengouwse landschap. We wandelen langs de plantages en komen zo aan de speelboomgaard. Een hoogstamboomgaard waar je rustig kunt genieten van een picnick bij mooi weer. Vandaag wandelen we er maar langs wat verdre een prachtig zicht op Grootloon met zijn kerk. Wij wandelen verder en komen dan aan de bekenste plek van Borgloon het “Doorkijkkerkje” altijd is er wel volk ook vandaag zijn er die het eindejaar komen uitwandelen en een bezoek aan de doorkijkkerk. Voor ons een zicht op Borgloon centrum met de kerk en burchtheuvel. We verlaten Bollenberg en steken de steenweg over en komen langs het kasteel “De Groote Mot” we dalen af tot in het dal en klimmen dan naar het centrum van Borgloon langs de burchtheuvel, de kerk en Speelhof, nu dalen we af naar het Grevenhuis, ons stadhuis. Achter het stadhuis ligt Klappoel waar de wandeling eindigt. Wat is er mooier dan de laatste wandeling te doen in je eigen stad, genieten van de prachtig natuur en de historische gebouwen, de kunst in het landschap. Dit is Borgloon onze stad onze thuis.
Vandaag wandelen we langs de fietsroute “fruitlijn” naar Kerniel. We wandelen naar het Stationsplein, langs het stroopfabriek en zo richting Colen Kerniel. Gelukkig regent het niet en een flouw zonnetje. We hebben geluk een groep Staartmezen zijn zich tegoed aan doen, het zijn mooie vogeltjes. Maar wel erg actieve beestjes, toch enkele op de foto kunnen zeten. Ook vinken zitten hier veel, wat kan de natuur ons toch boeien. We wandelen verder en komen aan de brug van Colen. Hier nemen we het nieuwe plankenpad. Dit brengt ons naar de vijver waar de Odiliabron in uit komt. Dit stukje natuur is bijzonder doordat er verschillende bronnen zijn die de vijver van vers water voorziet. Ook een prachtig kunstwerk werd er geplaatst. We klimmen de trappen op en zijn terug op de fietsroute en wat verder komen we aan het nieuwe hondenweide, en zo zijn we dan aan het stationsplein van Kerniel, ooit was hier een stopplaats voor de treinen. We wandelen nu naar de kerk, op het pleintje voor de kerk staat de eertse school van Kerniel, later werd het gemeentehuis en nu staat het leeg. Gebouwd in 1840 door pastoor G Schuermans. Toen het schooltje te klein werd verhuisde de school naar het gemeentehuis op de Oorsprongstraat. Langs het gebouwtje staat wat bij de mensen van Kerniel bekent staat als baronshoeve. Vroeger was het een cafe “Bij de Rooie” een druk bezochte cafe na de hoogmis waar gekaart werd en namiddag werd er haantje zingen. Een sport dat veel beoefend werd in deze streek. De hanen werden in hokje gezet en de eigenaar probeerde te voorspellen hoe dikwijls zijn haan zou zingen en wie het dicht bij zijn voorspelling was de winnaar. Was dikwijls heel spannende. In Kerniel waren ook verschillende boerderijen waat stroop gestookt werd. Stroopstokerij Coenen op de Dorpsstraat nu Nielstraat is er zo eentje het is een gesloten geheel gebouwd circa 1860-1870. We wandelen de Nielstraat af tot we bij mijn moeder komen waar we even binnen gaan. Nadien wandelen we verder naar beneden langs de kapel met treures. Zo verder terug naar Borgloon, langs het zuiverings station naar Colen waar we terug op de fietsroute komen en langs het stroopfabriek terug naar thuis. Een mooie en aangename wandeling in het Land van Loon.
Een wandeling van toerisme Tongeren. Zij hebben verschillende wandelingen uitgezet. Allemaal bordjes met Ambiorix op en de kleur van het te volgen route. Vandaag doen we de wandeling s’Herennelderen. De start is aan De Kleine Graaf, Ginstraat 31, ’s Herenelderen en bedraagt een kleine 7 kilometer.
Wandeling doorheen het pittoreske 's Herenelderen
De wandeling start aan de vierkantshoeve de Kleine Graaf. Deze gesloten kwadraathoeve is typisch voor het Haspengouws landschap. De grootte en opbouw van dit soort hoeves weerspiegelen perfect de rijkdom van de Haspengouwsde bodem. De kern van deze hoeve gaat terug tot de 17 de eeuw. Vandaag vind je er een brasserie en restaurant waar je proeft van de bourgondische Haspengouwse levensstijl. Verderop wandel je door de pittoreske dorpskern van 's Herenelderen. De mergelstenen St-Stefanuskerk werd opgetrokken in Maasgotische stijl ter ere van de eerste Christelijke martelaren en dateert uit de 15de eeuw. Het u-vormig Kasteel van 's Herenelderen was van oorsprong een waterburcht. Daarvan getuigen de 16de-eeuwse laatgotische delen. In 1162 woedde een hevige brand. Het landgoed ging in vlammen op. Bijna 50 jaar duurde het voor het gebouw in zijn huidige barokke stijl gestalte kreeg. Het kasteel is privé eigendom en niet toegankelijk voor bezoekers. Even later stap je door Ketsingen. Oorspronkelijk was dit een onafhankelijke gemeente. Tot de Fransen het dorp in de 18de eeuw als gehucht bij Berg voegden. Hier in Ketsingen ontspringt de Demerbron. Het is de authentieke bron van de Demerbeek die samen met de Molenbeek en 's Herenelderenbeek de Demer voedt.
Opnieuw begonnen met het schrijven van wandelverslagen, door corona een hele tijd geen verslagen meer gemaakt, Onze wandeling vandaag gaat door in Stokrooie, Stokrooie werd in 1154 voor het eerst schriftelijk vermeld als Stocherode. Dit is afgeleid van het Germaanse stukka(stok) en roya(gerooid bos).Aan de meest westelijke kant van Stokrooie, bevindt zich het natuurgebied de Groene Delle, Hier wandelen we door.
De Groene Delle is een natuurgebied. Het is een gebied van 100 ha. Het waardevolle natuurgebied bevat een rijke flora en fauna en vormt het natuurlijke verbindingsgebied tussen de vijvergebieden van Bolderberg en Zonhoven enerzijds en de Demervallei en het Schullenbroekanderzijds. Zulke verbindingen zijn belangrijk voor de verspreiding en dus ook het voortbestaan van verschillende dier- en plantensoorten. Het schraal moeraslandschap dat zich hier gevormd heeft is van groot belang voor zeldzame soorten als oeverkruid, waterteunisbloem en wilgfonteinkruid, Er leven Europees beschermde soorten vleermuizen. Men treft er trilvenen aan, mosrijke op het water drijvende plantenmatten.
Wandelwegen voor bewegwijzerde wandelroutes doorkruisen het gebied, onder meer rond de waterplas die een omtrek heeft van 1.350 meter. De begroeiing bestaat voornamelijk uit eiken en berken, deel uitmakend van een eeuwenoud zomereiken- en berkenbos en een vijvergebied dat reeds in de 13de eeuw werd ontwikkeld. Van eiken zijn takken afgezaagd om te dienen als omheiningspalen en ook als brandhout en zij kregen bij het verder groeien grillige vormen. Na de Dellen wandelen we terug door de straten naar ons vertrek. Een 7 kilometer die we droog hebben kunnen wandelen, na de wandeling nog een paar wandelvrienden gezien en zo eindigt onze laatste georganiseerde wandeling van 2021,
Iets ten oosten van de abdij Marienlof is het landschap opgebouwd als een soort amfitheater.
Op de steile hellingen van dit amfitheater ontspringen een aantal bronnen die stroomafwaarts samen komen en een klein beekje vormen (Kleine Herk).
De aanwezigheid van maretak in de bomen, verraadt dat er kalk in de bodem aanwezig is. Deze maretak komt in bomen voor zelfs daar waar de Zanden van Alden Biesen niet dadelijk aan de oppervlakte liggen maar heel wat dieper in de ondergrond te vinden zijn en hier slechts voor de diepere wortels de aangeplante populieren bereikbaar zijn.
Een andere kenmerkende plant van dit amfitheater is de reuzenpaardenstaart. Ook hij is gebonden aan het kalkrijke bronwater in het gebied.
Het kalkrijke water blijft op takjes en blaadjes achter als kalktuf.
In dit brongebied zal de wandelaar in de toekomst ook rondgeleid worden langs de kalktufbronnen, door velden van reuzenpaardenstaart en door het maretakkenwoud via een vlonderpad.
Time Traveller
Het kunstwerk gaat een dialoog aan met de geologische aanwezigheid van fossielen die specifiek voorkwamen in de Mergels van Alden Biesen en waarbij het werk eveneens een relatie aangaat met het beeldend kunstwerk 'Time Capsule' (aan het schelpenstrand van Borgloon), iets verderop langs de oude spoorzate.
Door de vele schelpen is de bodem rond Borgloon op veel plaatsen erg kalkrijk. Een kalkrijke bodem is in onze streken uiterst zeldzaam, net zoals de dier- en plantensoorten die erop leven.
Het kunstwerk ligt aan het knuppelpad en toont de geschiedenis van ons landschap die door de tijd van duizenden jaren op deze locatie is ontstaan.
In 1667 werd de laatste Limburgse heks verbrand op de Tjenneheuvel
In 1667 werd de laatste Limburgse heks verbrand op de Tjenneheuvel
Wie kent er Jeanne Machiels?
Volgens de ene bron uit Helshoven, volgens een andere uit Mettekoven. Een braaf mens, dat zich onledig hield met kruiden, maar Tjenne was blijkbaar bij enkele andere dorpelingen een doorn in het oog. Zo erg, dat ze dood moest.
De naam ‘Tjenne’ verwijst naar een zekere Johanna Machiels uit het Zuid-Limburgse Helshoven, in beschuldiging gesteld voor hekserij in 1665 en na een twee jaar durend proces veroordeeld tot de doodstraf in 1667. ‘Tjenne de heks’ zou de verpersoonlijking van het kwaad zijn geweest en anderen tot allerlei wandaden hebben aangezet. Haar straf werd uitgesproken aan de voet van een reusachtige linde nabij een vierdorpenkruispunt van twee oude Romeinse heirbanen. De verbranding van Johanna Machiels vond plaats op de brandstapel zo’n honderd meter verder op het hoogste punt van de vallei, later de Tjenneheuvel genoemd.
Klassenjustitie van de bovenste plank
Vanop de Tjenneheuvel liggen Borgloon, Heers en Sint-Truiden aan je voeten, de vroegere gemeenten Hoepertingen, Mettekoven, Gotem en Voort vormden er een vier-dorpen-kruispunt. Op dat kruispunt stond een boom, die door alle reizigers gebruikt werd als baken in het landschap. Zijn omtrek bedroeg 5,6 meter en in zijn spleten konden gemakkelijk vier personen zitten. Hier werd Tjenne levend verbrand, “ten veure” (door het vuur) terechtgesteld. Dat het proces al twee jaar geduurd heeft, en voeg daarbij de nodige martelingen toe om een bekentenis af te dwingen, dat mogen de heren en geestelijken-rechters van toen een hele bussel pluimen op hun hoed van klassenjustitie steken.
Tjenneheuvel met Tjenneboom
Een kruispunt, op een hoogte gelegen, op de dorpsgrens, dat was de ideale plek om terechtstellingen uit te voeren. Op de plek waar de brandstapel van Tjenne stond werd een lindeboom geplant die uitgroeide tot een reusachtig exemplaar. In 1888-1889 stierf de oude lindebomen er schoot een populier (een canadaboom) uit de grond. Die boom kende een woeliger bestaan, want volgens de overlevering was de rusteloze geest van de veroordeelde Jeanne Machiels in de buurt van de Tjenneheuvel blijven rondwaren. Bij het begin van de Eerste Wereldoorlog werd de boom getroffen door natuurgeweld, of was het de toorn van Tjenne, maar hij overleefde deze slag. Intussen deed de Tjenneheulvel dienst als uitkijkpost voor het Belgisch leger, nog voorn de Duitse inval. Vanop de heuvel heb je inderdaad een panoramisch zicht op Haspengouw, een groot deel van Limburg en Luik. Ook de Duitse en Amerikaanse troepen maakten gebruik van deze strategische locatie.
Levend verband door snotneuzen
De Yankees waren nog maar net vertrokken, of een blikseminslag reet de stam van de boom open en rond 1960 waren het spelende kinderen die vuurtje-stook speelden en de holle boom ging in de vlammen op. Bijna 300 jaar na de terechtstelling van Tjenne, werd ook de Tjenneboom levend verbrand. Enkel een stronk bleef nog staande maar het bleek -excusez le mot- slechts uitstel van executie en de restanten van de eens zo machtige populier kwamen terecht in een nabijgelegen tarweveld.
Een derde Tjenneboom
Dankzij de inspanningen van lokale bezielers rees er uiteindelijk een derde Tjenneboom uit de as van Jeanne Machiels. Op 22 april 1970, tien jaar later, werd onder impuls van burgemeester Vrancken van Voort en broeder Arsène Martens van Zepperen, de bezieler van de kapel van Helshoven, een nieuwe boom geplant, een witte abeel (zilverpopulier). Jozef Weyns, de eerste conservator van het Openluchtmuseum van Bokrijk, schreef een gedicht voor de gelegenheid, dat voor kort nog naast de Tjenneboom prijkte:
Opnieuw geplant
Door Vranckens hand
Waar ‘k eeuwen overschouw
Ons vruchtbaar Haspengouw
Er werd ook een monument opgericht: Jeanne Machiels kreeg eerherstel in de vorm van een beeld waarbij ze ten hemel wordt gedragen en de bijbehorende zuilen voor meer samenwerking en verdraagzaamheid staan. Die witte abeel staat er nog steeds, al 50 jaar. Nog steeds is hij een merkpunt voor kaartentekenaars en landmeters. Nog steeds in het zicht van onder zijn kruin adembenemend. De rust op de Tjenneheuvel lijkt wedergekeerd. En nog steeds wordt Tjenne herdacht. Of het nu nog gebeurt weten we niet, maar voor 10 jaar toch alleszins werd Tjenne opnieuw verbrand door de dorpsbewoners die het verhaal van de vermeende heks tussen Mettekoven en de Tjenneheuvel nieuw leven inbliezen. Alleszins een traditie om, als ze verdwenen zou zijn, weer in ere te herstellen. Als je er met de fiets op uittrekt, zorg dat knooppunt 161 op je fietsroute ligt. En als je houdt van wandelen, parkeer aan de Kapel van Helshoven en wandel naar de Tjenneboom toe. Wees wel voorzichtig, want de fietsers die van boven naar beneden komen, hebben vaak grote snelheden, en soms heb je daar exemplaren tussen met weinig respect voor voetgangers.
WANDELING KANNE. REGIONAAL LANDSCHAP HASPENGOUW EN VOEREN. KANNE. 01/01/2021
Vrijdag 01 januari 2021,
WANDELING KANNE,
REGIONAAL LANDSCHAP HASPENGOUW EN VOEREN,
KANNE,
Vandaag het nieuwe wandeljaar ingezet met en wandeling in Kanne, Hier is een nieuwe wandeling toegevoegd en wij gaan ze even verkennen. Het vertrek van de wandelingen is verplaats onder de brug van Kanne, hier is e rook meer parking. We wandelen een stukje langs het Albertkanaal, het dorp wordt sinds de jaren 1930 in tweeën gedeeld door het Albertkanaal. Het gedeelte aan de noordoostelijke kant van het kanaal heet Neerkanne; het zuidwestelijke deel heet Opkanne. Aan de noordzijde grens het aan de Nederlandse gemeente Maastricht. Het zuidelijk deel van Opkanne ligt in de Waalse gemeente Visé. Wij wandelen verder de Sint-Pietersberg. Op en rond dit kalkplateau kan je eindeloos kuieren en je in het zuiden van Frankrijk wanen. De kalk en het microklimaat trekken bijzondere planten en dieren aan. De Sint-Pietersberg is het plateau gelegen tussen de lage valleien van Jeker en Maas. De kalkachtige ondergrond van deze streek werd gevormd tijdens de krijtperiode, meer dan 65 miljoen jaar geleden, in een zeemilieu waarin dieren goed gedijden. Dat blijkt uit de ontdekking van talrijke fossielen waaronder de befaamde mosasaurus. In de loop der eeuwen ontstond in deze streek geleidelijk aan een typische plantengroei, de kalkgraslanden, vooral door gebruik van de hellingen als weilanden voor schapen en geiten. Omdat hier gemiddeld weinig neerslag valt, de zon meer schijnt, de hellingen beschut liggen en de kalkbodem strek doordringbaar is, komen hier veel zeldzame dier- en plantensoorten voor. Om deze unieke biotoop van de kalkgraslanden te behouden moet regelmatig opschietend struikgewas en bos gekapt worden. Eenmaal ontbost, onderhouden sterke mergellandschapen deze graslanden. Door eeuwenlange mergelontginning is er in dit gebied een indrukwekkend ondergronds gangenstelsel ontstaan dat een van de belangrijkste overwinteringscentra is voor duizenden vleermuizen uit heel West-Europa, over het gehele gebied liggen ook tientallen open mergel-, krijt-, en silexgroeves verspreid. Van zodra de ontginning in een groeve stopt, neemt de natuur op spectaculaire wijze weer de bovenhand, in dit mooie gebied wandelen we vandaag, bijzonder zijn ook de Doline. Een doline komt voor in gebieden waar kalksteen aan de oppervlakte ligt en ontstaat wanneer deze steenlaag door de werking van zure regen wordt aangetast. Er zijn twee manieren waarop een doline kan ontstaan: ofwel door een plaatselijke sterke verwering aan het oppervlak, ofwel door de (gedeeltelijke) instorting van een onderliggende grot. Dolines kunnen tot tientallen meters groot worden. Op onze wandeling komen we er verschillende tegen. We steken ook even de taalgrens over, hier ligt Hoeve Caestert. Hoeve Caestert maakte deel uit van het in 1972 afgebrande Kasteel Caestert. Deze hoeve is gebouwd in de karakteristieke Maaslandse renaissance . De sluitsteen boven de ingang stamt uit 1686 en geeft toegang aan het binnenterrein van de hoeve op 1 april 2013 brandde de hoeve af, vandaag zijn de restauratie werken bezig. We wandelen verder en flirten met de grens met Nederland. We gaan nu terug richting Kanne met een prachtig zicht op Kasteel Neercanne, langs de begraafplaats wandelen we Kanne terug binnen, Langs de Sint-Hubertus kerk waar we even binnen kijken en dan eindigt onze wandeling terug onder de brug van Kanne. Een mooie en aangename wandeling op de 1ste januari 2021, een fijn begin om het nieuwe jaar en wandeljaar in te zetten,
Op 11 november 1918 om 11 uur ‘s morgens werd de wereld uit de nachtmerrie van de Grote Oorlog verlost. In Rethondes, in een treinwagon in een bos in het Franse Compiègne, hadden enkele uren voordien de bevelhebbers van het Duitse leger de capitulatie ondertekend. De wapens van de oorlogvoerende partijen zwegen na vier jaar strijd. Wapenstilstand is sindsdien de dag om alle oorlogsslachtoffers, burgers en militairen, te herdenken, ook de slachtoffers van oorlogen die nadien volgden. De Eerste Wereldoorlog, zoals we de Grote Oorlog tegenwoordig noemen, betekende immers oorlogsvoering op een tot dan toe ongekende schaal. De dodenteller stond stil op een geschatte negen miljoen. Onder de slachtoffers waren zowel militairen als burgers. Franse, Belgische, Duitse, Britse, Australische, Amerikaanse, Canadese en zelfs Afrikaanse en Aziatische (koloniale) troepen hadden aan het front gevochten en grote verliezen geleden.
De wandeling van de Demerstappers vertrekt aan Sporthal De Kimpel. Ruime parking en een ideale plek om de wandeling te starten. We verlaten het sportcomplex en wandelen langs het dierenpark en zo verder, dan komen we langs een prachtige vakwerkhoeve. Deze hoeve heft een lange geschiedenis. In 1685 kwam familie Compeer hier landbouw bedrijven vandaag de naam van de hoeve “Van Compeer” gelegen op de Roode Borneveld. De familie Compeer bleef op de hoeve tot 1957 toen de laatste Henri Compeer overleed, hij was een jonkman en er was geen verder familie meer. Bijna 3 eeuwen hebben de Van Compeer op deze hoeve geleefd en gewerkt. Wat verder komen we in de Demervallei. Dit stukje Demervallei, ongeveer 13 ha, werd in 1996 in het kader van natuur- en landschapsbehoud door Limburg.net in huur gegeven aan Orchis vzw. Ondertussen heeft Orchis vzw er verschillende terreinen weten te verwerven. Oorspronkelijk was dit gebied deels KMO-zone, deels agrarisch, landschappelijk waardevol gebied. Op voorstel van Orchis kwam er een bestemmingswijziging. Nu is het op het gewestplan ingekleurd als natuurgebied. Dit terrein heeft ook een cultuurhistorische waarde door de aanwezigheid van de ruïne van de Motmolen. Het natuurgebied omvat ecologisch zeer waardevolle terreinen, bestaande uit een kwelgebied met elzenbroekbos, graslanden en verruigd rietland. In het broekbos vinden wij massaal eenbes, gevlekte aronskelk, vogelmelk en keverorchis. In het natte gedeelten staat er moerasspirea, moesdistel, dotterbloem en herfsttijloos. In een groot deel is er een sterke ontwikkeling van een rietland. Kleine karekiet, ijsvogel, buizerd en boomvalk zijn er regelmatige broeders. We wandelen door het gebied en we krijgen Alde Biezen in zicht. We wandelen nu naar het kasteel. Door de lanen met bomen in prachtige herfstkleuren. We wandelen langs het kasteel en gaan even onder het poortgebouw binnen. Hier nemen we even pauze. Alden Biesen is de vroegere landcommanderij van de Duitse Orde in Rijkhoven, Bilzen en tot 1795 de hoofdzetel van de balije Biesen. De architecturale uitwerking van het geheel geeft blijk van een verrassende dualiteit tussen enerzijds een middeleeuwse besloten waterburcht met krijgskundige betekenis en anderzijds geeft het geheel vorm aan een weids openliggend classicistisch opgevat kasteel. Het geheel gelegen in een prachtig domein is zekekr de moeite omeens te bezoeken. Wij moeten verder met onze tocht. Langs de Rentmeesterij, de voormalige Rentmeesterswoning van het Kasteel van Alden Biesen, dat dateert uit de 17e eeuw. We wandelen verder en gaan langs een van de 7 dreven van het kasteel om zo het domein te verlaten. Langs een geel veld –mosterzaad- komen we op de plek waar op 16-17 augustus 1941 een Britse vlieger neerstorte en de 5 militairen om het leven kwamen, een gedenkplak verteld het verhaal. Weer verder met onze tocht. Verder met onze tocht en we komen op “De Tram” een stoomtramlijn die gebouwd werd vanaf 1908 en in gebruik genomen in 1910. Deze tramlijn verbond Genk met de Luikse staalindustrie om kolen naar daar te vervoeren. In augustus 1948 einde het verhaal van de lijn en in 1952 werden de sporen opgebroken, vandaag is het een mooie wandelweg. We volgen de tramlijn tot we aan he park van Bilzen komen. Het Park Haffmans is een Engelse landschapstuin uit de 19de eeuw (6 hectare) en een stuk grond in de Katteberg (4 hectare). De stad kocht het park van de erfgenamen van Leon Haffmans, burgemeester van 1947 tot 1979. Aanvankelijk was het de eigendom van Petrus Lambrechts, een notaris in Hoeselt. Met het oog op een carrière in Bilzen kocht die een flinke lap grond in de buurt van de Brugpoort waarop hij een monumentale villa met koetshuis en paardenstal liet bouwen. Burgemeester Hauben, de volgende eigenaar en eveneens notaris, maakte van de tuin een park van 5 hectare. Het grootste deel van het park is biologisch waardevol. Omdat het langs de Demer ligt, is het een belangrijke corridor en buffer. In het park en de aanpalende Kattenberg staan allerlei prachtige bomen: amberboom, Japanse notenboom, tulpenboom, magnolia, zomereik, zwarte walnoot, valse christusdoorn… De mix van golvende grasvelden, beboste delen, twee vijvers, een beek, de oude molen, de helling met rotsblokken en het bronnetje zorgt voor een romantisch landschap met verrassende doorkijkjes. De Engelse landschapstuin heeft een heel natuurlijk uitzicht dat bij veel bezoekers in de smaak valt, het is een beschermd dorpsgezicht. De Bilzermolen, gelegen in het Park Haffmans, draait opnieuw zoals vroeger! De geschiedenis van deze watermolen gaat terug tot de 13de eeuw. Meerdere malen is de molen verbouwd. In de tweede helft van de 19de eeuw liep de Bilzermolen ernstige schade op, maar het grote rad en het molenaarshuis werden gerestaureerd. De watermolen is voorzien van een vistrap die de vissen de mogelijkheid geeft om te paaien in het stroom opwaartse gedeelte van de Demer. We wandelen over de trambrug en dan langs de vijver en zo komen we terug in de sporthal de Kimpel
HERSTWANDELING. TIJDELIJKE WANDELING. DE SCHOVERIK. DIEPENBEEK 15/10/2020.
HERSTWANDELING.
TIJDELIJKE WANDELING.
DE SCHOVERIK.
DIEPENBEEK.
Vandaag een tijdelijke wandeling van de wandelclub De Schoverik Diepenbeek. We vertrekken met de wandeling aan cafe De Schoverik, waar we kunnen kiezen welke afstand we willen doen. We kiezen voor de 12 km met rust aan het Demerstrand. Langs de kapel die nu mooi kleurt in de herfstzon, de bomen beginnen nu prachtig te verkleuren. We wandelen het veld binnen langs weilanden en akkers. Na een tijdje komen we aan de dreef van Sint Lutgardus instituut. We wandelen door het park, langs de stilte plek. Een monument en een plek voor de bewoners van het instituut waar ze tot rust kunnen komen, we wandelen hier in het Park Rooierheide / Patersbos. Het Park Rooierheide vormt een groene stapsteen tussen de Maten en de Dorpsbemden-Dauteweyers. Dankzij de ligging op de overgang tussen de Kempen en Haspengouw is er op deze relatief kleine oppervlakte (12 ha) een buitengewone diversiteit aan biotopen. Zo vind je er een glanshaverhooiland, een dotterbloemgrasland, vijvers, een eiken-beukenbos en enkele oudere dreven. Er is een vlonder, een prieel en een Mariagrot. We moeten verder. Door de mooie omgeving en komen aan de visvijver “De Pomperik” . We wandelen verder en komen zo de Dorpsbemden, (60 ha) strekt zich uit ten oosten van de Stationsstraat tussen de visvijver “De Pomperik” en de Demer. De Dorpsbemden zijn ontstaan uit de vroegere gemeenschappelijke weidegronden. Na een tijdje komen we aan het Demerstrand. We nemen hier even onze pauze. Daarna wandelen we gewoon verder, en wie zit daar op de bank onze vriend Moustafa. We wandelen langs de vijver en zo het bos in. Mmoi si het nu wel door dat de hersft zijn intrede gedaan heeft. We komen zo aan De Dauteweyers en het Ganzebroek. De Dauteweyers zijn ontstaan enerzijds door de aanleg van visvijvers en anderzijds door de winning van ijzererts in de 19e eeuw. Tegenwoordig zijn de vijvers een thuis voor heel wat dieren, waaronder wel 70 soorten broedvogels en verschillende amfibieën zoals de kamsalamander en de gemeentelijke adoptiesoort de boomkikker. De vijvers staan we laag, weinig water. Aan de eerste vijver daar lopen paarden om te begrazen. We wandelen verder langs de vijvers en genieten van de natuur. We komen ook nog wat libellen tegen en een enkle vlinder. Toch prachtige dieren nog een eindje verder en daar komen we onze eertse paddenstoelen van de wandeling tegen en wat een fijne ontdekking de rode met witte vlekken paddenstoel. De vliegenzwam is een opvallende paddenstoel. Verder nog enkele prachtige exemplaren. Wat kan de herfst toch voor verrassingen zorgen, de natuur die zich voorbereid op de winter. Wat verder door de prachtige natuur en we komen zo terug aan ons vertrek. Het si een prachtige herfstwandeling geworden dank zij de wandelclub De Schoverik.
PERMANETE WANDELING. AVIAT ST TRUIDEN. MECHELEN BOVELINGEN. 05/10/2020
PERMANETE WANDELING.
AVIAT ST TRUIDEN.
MECHELEN BOVELINGEN.
In 1219 werd Mechelen voor het eerst vermeld als: Mechlen en in het Romaans als Ma(r)lines. Vanaf de 14e eeuw werd ook de naam Quaedmechelen gebezigd, waar Quaed gewoon of klein betekent, om het te onderscheiden van de stad Mechelen. De naam Bovelingen zou betrekking hebben op een -heem naam, huis van Bova. Bovelingen werd later ook wel Schalkhoven genoemd. Mechelen en Bovelingen zijn door lintbebouwing aan elkaar gegroeid. Het gehucht Pepingen verdween in 1706 na uitbreiding van het domein van het Kasteel van Bovelingen. Mechelen-Bovelingen ligt in de vallei van de Herk welke hier in noordelijke richting stroomt. De vallei ligt op een hoogte van ongeveer 70 meter. De Grondelingenbeek, die zich ten oosten van Mechelen-Bovelingen bevindt, komt ten noorden van het dorp in de Herk uit. Ook kleinere beken vloeien hier in de Herk. Overigens bevinden de vochtige valleien zich in Droog Haspengouw. Op het leemplateau, ongeveer 120 meter hoog, bevindt zich open landbouwgebied. We wandelen een eind door de velden rond Bovelingen en komen dan aan in het natuurgebied Overbroek-Egoven. Het Overbroek is een oase waar tal van zeldzame en kalkminnende planten een toevlucht vinden. Op verscheidene plaatsen kan je mergel ontdekken. Egoven is een beemdgebied aan de bovenloop van de Herk. In dit natuurgebied vloeien de Grondelingenbeek, de Fonteinbeek, de Molenbeek en de Kasteelbeek in de Herk. Egoven is een vrij moerassig natuurgebied in de vorm van een groot hoefijzer met grote stukken rietland, populierenbossen en weilanden met grote zegge. Talrijke knotwilgen geven het landschap een typisch waterlandkarakter. In het natuurgebied Overbroek ligt een oude mergelgroeve. Echte mergel, dat bestaat uit kalk, klei en leem, werd vroeger gebruikt om akkergronden minder zuur te maken. Het gaat om een openlucht groeve met erbovenop een bos en een permanent grasland met kalkminnende planten. Speciaal zijn wilde narcis en de wasplaten-paddenstoelen. In de gevonden bladfossielen in de mergelgroeve werden maar liefst 59 verschillende plantensoorten ontdekt, waarvan vele nog nooit eerder gevonden werden. De 57 miljoen jaar oude blad-, naald- en zaadafdrukken maken van de mergelgroeve een wereldbelangrijke referentie. De rondtrekkende schaapskuddes zijn nu uit het Overbroek verdwenen. Om de typische kalkplanten in stand te houden, schakelen we nu gallowayrunderen in. Deze koeien, afkomstig uit de Schotse landstreek Galloway, zorgen net zoals de schapen van vroeger, dat typische, kalkminnende planten zoals naakte lathyrus en hokjespeul kunnen overleven. Gallowayrunderen stellen weinig eisen aan de kwaliteit van hun voeding. Deze eigenschap laat toe om deze dieren op onbemeste gronden te laten grazen. We wandelen door het gebied het is prachtig verschillende paddenstoelen, Plankenpad dat ons door het natte gedeelte breng mooi is het wel. We genieten van de wandeling door het natuurgebied en zo komen we terug aan ons vertrek, De wandelclub AVIAT heeft hier een mooie wandeling uitgezet bedankt,