MARCHE DES MYRTILES / ALTITUDE 505 GEDINNE 22/07/2007
MARCHE DES MYRTILES
ALTITUDE 505 GEDINNE.
GEDINNE.
Gedinne in de vallei van de Houille is een prachtige groene streek. La Croix Scaille op 504 meter is het hoogste punt van het dorp gelegen in het natuurreservaat de Fange de lAbime.
De streek rond Gedinne, met zijn valleien van de Semois en de Houille, een bosrijke streek met diepe dalen waar wilde rivieren en schilderachtige wegen die cerdoor heen slingeren. Plateaus met wijdse zichten, wildrijke bossen, de bosrijkste en mooiste plekken. We vertrekken in het dorpje en klimmen het bos in eerst verlaten we het dorp op de berm ligt een jonge vos die doodgereden is, hier komt nog veel wild voor en de vos is er een van. We komen aan een weiland waar de hooirollen liggen, mooi zicht.
Wat verder zitten we al in de bossen. Prachtige omgeving om te wandelen, we komen aan een klein dorpje met een kasteel in blauwe steen. Het is een aangenaam dorpje en dan weer terug de natuur in, we komen zo terug aan in het dorpje Gedinne een rare gebouw met twee ronde torens passeren we en dan de Houille over en we zijn terug aan ons vertrekpunt.
Een mooie en aangename wandeling in de provincie Namen.
Wat verder ligt het dorpje Sohier.
SOHIER Les plus beaux villages de Wallonie
De V.Z.W. "Les Plus Beaux Villages de Wallonie" werd in 1994 naar Frans voorbeeld opgericht en bekroont de mooiste landelijke plekjes in Wallonië met haar kwaliteitsmerk.
Onder monumentenzorg geplaatste gebouwen en uitzonderlijk erfgoed (in een ongerepte omgeving) harmoniëren er met de wil van de inwoners hun geluk daar te leven met u te willen delen. Met zijn goed onderhouden of gerenoveerde traditionele huizen waaronder dertien hoeves straalt Sohies kwaliteit en eenheid uit. Het straatbeeld is uitnodigend door de speelse inplanting van de woonvolumes met hun bijgebouwen, de voortuinen die uitgeven op de straat en de perfect onderhouden open ruimte.
Het kasteel, de school en de pastorie verrijken en onderstrepen het straatbeeld. Het merendeel van de huizen stamt uit de 19de eeuw en is opgetrokken in kalksteen. De inplanting ervan versterkt het homogene straatbeeld. Maar de bebloeming van het dorp is wel uitzonderlijk mooi.
Bij de kerk ligt ook achter de muur het kasteel van Sohier met zijn prachtige tuin, je kun er wel even naar kijken over de muur het is prachtig, langs de wegen staan oude landbouwwerktuigen beplant met bloemen, aan de oude school staat een paard met kar ook met bloemen versierd telkens weer prachtige plaatjes.
We wandelen door de straten met bloemen en taferelen uit het leven van het dorp.
Er word ook voorstelling gegeven van het harde werk van de houthakker die zorgt dat de er hout is voor in de kachels en haarden van de inwoners. Overal liggen stapels hout bij de huizen. Een prachtig dorp we hebben het al in het verleden bezocht maar elk jaar is het toch weer is anders. Zo eindigt een prachtige dag in de provincie Namen.
Bij ons bezoek aan het kasteel van Groot Bijgaarden deze lente kochten we enkele knollen van de Gloriosa Rothschildiana. Op de foto's stond de bloem afgebeeld nu hebben we zelf enkele prachtige exemplaren op ons balkon staan
Gloriosa is bijzonder. Niet alleen is de bloem fraai om te zien, botanisch gezien is het een zeldzaamheid, dat een knolgewas en bovendien een lelieachtige klimt. De plant hecht zich met bladranken aan een klimoppervlak. De bladranken hebben de vorm van kurkentrekkerachtige, slanke stengels. Met behulp van de bladranken kan Gloriosa een hoogte van anderhalve tot twee meter bereiken. Van oorsprong komt de plant uit gematigde zones van Afrika en West-Azië. Gloriosa moet geplant en gehouden worden in een goed doorlatende, licht humeuze grond. Leg onder in de pot een flinke hoeveelheid potscherven als drainage. Waar de plant absoluut aan kapot gaat, is gietwater dat te lang blijft staan. Door te lang vasthouden van water verrot de knol. Tijdens het groeiseizoen van de late lente tot het begin van de herfst: geef de plant wekelijks een beetje vloeibare mest met het gietwater mee. Gloriosa stelt geen eisen aan een bepaalde luchtvochtigheid, maar wel aan de temperatuur. Een minimumtemperatuur van 16 °C is nodig om een gezonde plant te houden.
Te lage buiten- en grondtemperatuur veroorzaken bladluis. In de herfst begint Gloriosa af te sterven. Dit is normaal. In de gebieden waar de plant van nature groeit, gebeurt dit ook. Daarom is het noodzakelijk om vanaf het begin tot halverwege de herfst het water geven geleidelijk aan te verminderen en aan het einde van de herfst helemaal geen water meer te gegeven. De knol overwintert dus in vrijwel droge grond. De plant moet binnen overwinteren bij een temperatuur die niet lager is dan 13 °C. Plant de knol aan het begin van de lente in een pot van vijftien centimeter in doorsnede. Breng een gronddekking van tweeëneenhalve centimeter boven de knol aan. Zodra de stengels lengtegroei vertonen, mag er weer vloeibare kamerplantenmest en gietwater worden gegeven. Gloriosa 'Rothschildiana' is de bekendste en het minst moeilijk te houden. Kroonbladen van deze variëteit hebben grote, rozig rode bloemen met langs de rand een diepgele kleur. De kroonbladen zijn sterk gegolfd
Wanneer we deze morgen opstaan en even buiten kijken twijfelen we eraan om naar Zeeland te gaan, regen en harde wind. Toch maar opstap met de familie. Wij rijden richting Antwerpen en dan naar Zeeland. Gelukkig is het opgehouden met regenen. Als we in Goes aankomen kunnen we toch buiten gaan zonder nat te worden. We bezoeken eerst het stadje.
GOES STADHUIS.
GOES
Is een stad en gemeente op het schiereiland Zuid-Beveland in de Nederlandse provincie Zeeland. Goes is in de tiende eeuw ontstaan aan de rand van een kreek. Goes bezit verschillend prachtige monumenten. Het stadhuis aan de markt, daterend uit de 15de eeuw, gebouwd in gotische stijl. Hotel 'de Korenbeurs', gehuisvest in het voormalige burgemeesterhuis, gebouwd in 1753. De Grote of Maria Magdalenakerk in laat-gotische stijl, daterend uit 1423 interessant zijn het koor, het orgel en een grafmonument. Een getijwaterkorenmolen 't Soepuus aan de Kleine Kade, die tot ongeveer 1800 in werking is geweest, met koepeltorentje uit 1624. Verschillende oude poortjes, o.a. in de Zusterstraat, daterend uit 1655. Het is een gezellig stadje met op het plein een wekelijkse markt.
STATION GOES
STOOMTREIN GOES HOEDEKENSKERKE
Op het museumterrein in Goes komt het spoorwegbedrijf van de jaren `30 weer tot leven! We zien niet alleen het historische spoorwegmaterieel, maar ook de bijpassende gebouwen. Sommige van die gebouwen, zoals de grote Goederenloods, zijn speciaal naar Goes verhuisd om daar onderdeel te worden van het openluchtmuseum.
GOES
Aan veel van het materieel wordt nog gewerkt, op het terrein staan nog veel interessante historische rijtuigen en wagens, die in de toekomst volledig gerestaureerd zullen gaan worden. Er is een gezellige loods omgebouwd tot ontvangstruimte.
Aan het station van de stoomtrein staat de stoomtrein al puffend op ons te wachten. De rit brengt ons naar Hoedekenskerke door het Zeeuwse landschap.
HOEDEKENSKERKE
Hoedekenskerke is het eindpunt van de rit.
HOEDEKENSKERKE
Hier wordt de locomotief naar de andere kant van de trein gereden, zodat de trein weer gereed is voor de terugrit. Maar voordat de locomotief weer aankoppelt, moet er eerst water worden bijgevuld in de watertenders. Zo`n stoomloc verbruikt zo`n 6000 liter water per dag. Een dorstig type dus!
In park De Pluimweide treft u ook gebouw De Buffer aan. Op rijdagen van de stoomtrein demonstreert de klompenmaker hier zijn ambacht. Hoedekenskerke ligt aan de Westerschelde Het station van Hoedekenskerke ligt aan de voet van de Westerscheldedijk.
Vanaf de dijk en het havenplateau hebben we zicht op Zeeuws-Vlaanderen en natuurlijk op het drukke scheepvaartverkeer van en naar Antwerpen. Een wandeling door het dorpje en dan terug met de stoomtrein naar Goes.
DISHOEK.
We rijden nog even naar Dishoek, met zijn prachtige strand en duinen. Het weer is intussen opgeklaard en we genieten van de zon. Een van de meest karakteristieke plekjes van Zeeland is de kuststrook van Dishoek.
Met spierwit geschilderde, houten strandhuisjes. Ze lijken zo van de Amerikaanse kust bij Long Island te zijn geplukt. Via een trapje kom je op de veranda. Daar kun je heerlijk zitten met uitzicht op de zee en het geluid van de branding. Vanaf een duintop kun je bij helder weer de felrode vuurtoren van Westkapelle zien, 12 kilometer noordelijker.
De kuststrook van Walcheren met het witte strandt en de hoge duinen is hier prachtig. We wandelen een heel eind langs de zee en genieten van de zon al is de wind vrij hard. We lopen tot aan strandpaviljoen Kaapduin waar we ons even op het terrasje zetten lekker uit de wind maar heerlijk in de zon. We keren terug langs de duinen die hier prachtig zijn. Natuur op zijn best.
Na onze prachtige wandeling begint onze inwendige mens te klagen. We rijden naar
MIDDELBURG.
Middelburg is de hoofdstad van de Nederlandse provincie Zeeland en ligt op het schiereiland Walcheren in de regio Midden-Zeeland.
Is een prachtige stad met veel historische gebouwen, het stadhuis in Vlaamse Laat Gotiek en de Abdij toren Lange Jan met zijn 89 meter hoogte zijn prachtige gebouwen in de stad. Ook de vele huizen zijn de moeite om te bekijken. Een gezellige winkelstad met vele mooie gebouwen.
We komen aan de Kuiperspoort uit 1586 het zijn pakhuizen van de Oost Indische Compagnie die gerestaureerd zijn, het begin al avond te worden en we zoeken ons een gezellig restaurantje Café Brooklyn hier worden Zeeuwse mosselen aangeboden voor 11,95 euro.
In het harte van Zeeland moet je toch de Zeeuwse mosselen proeven, aan deze prijs kun je het niet laten. Na een gezellige maaltijd wordt het stilaan tijd om terug richting België te gaan. Een fijne en gezellige dag met de familie in Zeeland.
De wandeling vertrekt aan de skihutte, hier op de Tomberg. Na de wandeling zullen we even het biermuseum bezoeken. Maar eerst de wandeling.
In het prachtige bos langs de wegen, maar ook langs bospaden met prachtige bomen. Maar ook komen we langs plekken waar vroeger naar ertsen gezocht werd, het landschap vertoond nog steeds de sporen van het zoeken ernaar. Langs een bosweg dalen we af naar de schieferstollen van Recht
Lange tijd werd blauwsteen in steengroeven gewonnen. Toen de diepte ervan te groot werd, beslisten ze in 1886 uit economische redenen, zijdelings een gang in de berg te slaan, om de Rechterse steen te winnen. In 1890 werd zon 50 meter dieper een tweede mijn aangelegd. Deze is de huidige bezoekersmijn. De ondergrondse ontginning had men in 1908 stopgezet. Maar tot in de jaren 20 leverden de Rechterse steenhouwers producten van bijzondere natuursteen. Vandaag kunnen we de Rechtersemijn bezoeken.
Overal op onze wandeling komen we getuigen uit deze prachtige blauwe steen tegen, in de bossen vinden we kruizen in blauwsteen, maar ook de huizen en de boerderijen in lokale steen. Gewoon prachtig.
We wandelen wat verder en genieten van het prachtige landschap, wat verder komen aan een andere steenmijn uit 1886, nu is het een vleermuizen reservaat. De natuur is hier gewoon prachtige vlinders, vogels komen hier veel voor, op een takje zit een geelgors te fluiten, toch mooi.
Wat verder komen we an den goldgruben op 520m. hier kunnen we ook nog de sporen zien van het zoeken naar het goud. Op vele plaatsen in het bos komen we plekken tegen waar naar ertsen gezocht is. We komen terug aan de skihutte.
Tegenover ligt het biermuseum aan de Tomberg. Dit museum bevat ongeveer 4000 flessen van verschillende biersoorten van de daarbij horende glazen en uiteenlopende werktuigen, evenals enkele antiquiteiten. De flessen zijn afkomstig uit 140 verschillende landen en maken de bezoeker vertrouwd met het brouwerijleven van 5 continenten. We hebben niet alleen de mogelijkheid bierflessen te bewonderen, maar kunnen ook hier het bier proeven, zoals bijvoorbeeld het speciale bier van het huis Biermuseum, dat een blond of donker bier is. Zo kan een dagje Rodt een zeer gevulde dag worden in een van de mooiste streken van België.
De hortensia is één van de meest favoriete heesters voor de tuin. Geen wonder: het is een makkelijk te kweken struik met grote, opvallende bloemschermen in prachtige kleuren en een lange bloeiperiode. Hortensia's zijn klassieke tuinplanten die oorspronkelijk in boerderijtuinen of bij romantische landhuizen stonden. Maar ook in een kleinere tuin zorgen ze voor een landelijk sfeereffect. Een aantal hortensia's bij elkaar geeft een enorme kleurexplosie.
LACECAP
U kunt ze ook boerenbont groeperen in met buxus afgezette perken, of langs het pad naar de voordeur. In ruime potten of kuipen brengen ze sfeer op elk terras. Omdat de bloemen aan de struik langzaam drogen en mooie herfsttinten krijgen, blijft de hortensia tot de eerste nachtvorst decoratief.
MOPHEAD / BOLHERTENSIA
De bloemkleur van hortensia's hangt af van de samenstelling van de bodem. Op ijzerhoudende grond kleuren roze bloemen bijvoorbeeld blauw. Door de grond met aluin te mengen of een zakje speciaal 'hortensiablauw' kunt u ervoor zorgen dat de bloemen blauw blijven.
BOLHORTENSIA
U kunt niet alleen variëren met kleuren, maar ook met vormen. Een mophead (bolhortensia) heeft dikke bollen vol onvruchtbare bloempjes; en een lacecap bestaat uit een plat scherm van kleine vruchtbare bloempjes omringd door een krans grotere bloemen. De mophead geeft meer kleureffect, de lacecap is door de luchtige bloeiwijze meer verfijnd, oosters bijna.
MARCHE DES VACANCES / LA RICHELLOISE / RICHELLE 08/07/2007.
MARCHE DES VACANCES
LA RICHELLOISE.
RICHELLE.- VISE.
Het kasteel van Richelle is een gebouw gelegen in het centrum van het dorp. Hij heeft de traditionele uitzicht van een kasteel niet, maar eerder van een grote bouw. Zijn ouderdom is niet duidelijk te bepalen. De verschillende aanpassingen en de brand hebben het uitzicht van het gebouw gewijzigd, gans het dorpscentrum is een historisch geheel.
KASTEEL RICHELLE
Het Hof van Justitie en Het hof van Aix zijn twee historische gebouwen dicht bij de kerk. We wandelen uit het centrum door de prachtige omgeving over de brug van de Maas met een prachtig zicht op Vise. We wandelen een heel eind langs de Maas met mooie zichten op de beide oevers. Met zijn prachtige huizen.
Wat verder komen we in Hermalle sous Argenteau. Hier aan de oever van de Maas staat een van de mooiste industriële gebouwen in baksteen met een mooi oud woonhuis.
We klimmen terug door het bos en komen aan het grote kasteel van Richelle. Dit prachtige kasteel met zijn ommuurde tuinen zijn een streling voor het oog met een uitzicht op de Maas.
We klimmen terug naar Richelle centrum. De prachtige gebouwen en huizen in natuursteen zijn zeer mooi en prachtig om te bekijken. Een prachtige wandeling in een prachtig dorpje aan de Maas.
4 peren boter kervel 4 soeplepels water peper en zout 2 soeplepels Sherryazijn 4 worsten van land 2 soeplepels Loonse stroop
Bereiding:
Bak de worsten 10 minuten op een zacht vuurtje in wat boter. Kruid met peper en zout. Snijd de peren in blokjes van 1,5 cm x 1,5 cm. Laat ze stoven in een klontje boter. Voeg er de stroop en azijn bij. Serveer de worst met de perenbereiding. Bestrooi met peterselie en versier met enkele plukjes kervel.
Er zijn heel wat misverstanden over stroop. Dat je er ook siroop tegen mag zeggen. Neen dus: siroop is een geneesmiddel. Dat het stijf staat van de suiker. Ja, van de vruchtensuikers. Aan echte stroop wordt geen gram suiker toegevoegd. Dat het arme-mensen-kost is. Tijdens de eerste helft van de vorige eeuw was dat zeker en vast zo. Toen sloeg men ettelijke kilo's op om tijdens de wintermaanden voldoende calorieën te hebben. Een gemiddeld gezin zette 400 kilogram (!) opzij. Stroop maken was eertijds een oplossing voor een praktisch probleem. Fruit werd tot stroop verwerkt om het te kunnen bewaren. De overvloedige oogst werd na de pluk in grote koperen stookketels gekookt en in industriële persen uitgeperst tot sap. Dat sap werd opnieuw langdurig gekookt en dikte zo in tot stroop: voedzaam en vooral goedkoop broodbeleg. De geschiedenisboeken melden dat in de 17de eeuw al stroop werd gemaakt. Landbouwers verwerkten de appels en peren uit hun boomgaard tot koopwaar. De eerste industrialisering duikt op aan het einde van de 19de eeuw. Dankzij de stoommachine en hydraulische persen konden grote hoeveelheden worden geproduceerd. Zo ontstaan de eerste industriële stroperijen. Vanaf de tweede helft van de twintigste eeuw gaat de activiteit sterk achteruit. Koelsystemen verlengen de bewaartijd van fruit en zorgen ervoor dat het niet langer seizoensgebonden is. Bovendien komt er ook concurrentie van tal van nieuwe producten. Vandaag is stroop (uit het Arabische sarab via het Latijnse siropus) goed op weg om een delicatesse te worden. Ambachtelijk gemaakte stroop wordt een rariteit in onze contreien. In het Land van Herve zijn er nog 4 ambachtelijke en 2 industriële stroopfabrieken. In de Voerstreek wordt op een aantal plaatsen nog perenstroop gestookt. Ook in Haspengouw was de activiteit zo goed als uitgestorven. In het aangrenzende Nederlands Limburg zijn er trouwens maar 2 stroopkokers over. Maar er is goed nieuws. Bijna 20 jaar nadat de laatste Loonse stroopstoker het vuur doofde, nemen vier telgen van een Wellens stropersgeslacht hun intrek in de oude stroopfabriek Wijnants-Groenendaels in Borgloon. Chauffeur Raf, koeltechnieker Tom, informaticus Gert en psycholoog Kim Bleus - ook wel bekend als de Bleus Brothers - zijn de zesde generatie van een vermaard geslacht van stroopstokers. Vader Johny Bleus maakte tot voor kort de - dankzij Armand Schreurs wereldberoemd in Vlaanderen geworden - stroop van Vrolingen. Omdat er daar geen plek was om uit te breiden, kwamen zijn nijvere zoons in Borgloon terecht. Geen betere plek voor een stroopstokerij dan een stroopstokerij natuurlijk... Loonse stroop is beschikbaar als Loonse Peerstroop, Gemengde Stroop (peer, appel en suikerbiet), stroop van aardbeien en stroop van rode bessen. Voorlopig wordt er met mondjesmaat geproduceerd. Vanaf 2008 staat er een volwaardige fabriek die de Bleus Brothers onmetelijk rijk moet maken. Geheel in de rijke traditie van Loonse humor zegt hun website dat er "van elk potje 1 euro gaat naar de actie 'Help de Bleuskes aan een dikke BMW'." Ambachtelijk stroopkoken is een kunst die tijd vergt en veel handenarbeid vraagt. De erkenning voor dat geduld en dat werk groeit. De bekende internationale beweging Slow Food ijvert voor regionale voedselproducten die dreigen te verdwijnen als gevolg van onbekendheid, namaak of overdreven hygiënewetgeving. Om het uitsterven te voorkomen werd in 1996 het project 'Ark van de Smaak' opgestart. Stroop heeft ondertussen een - fel gegeerde - plek bemachtigd in die boot. Het gaat wel om stroop uit Nederlands Limburg maar die is erg verwant aan de Belgische variant. Die aandacht zorgt voor de herwaardering van échte stroop. Een stuk cultureel erfgoed waarbij 1 kilogram fruit wordt ingekookt tot 100 gram stroop. Een biologisch en gezond product waarvan de prijs eigenlijk belachelijk laag is. Eten is bezwijken.
Het boomblauwtje is een klein blauw vlindertje. Het mannetje is helemaal blauw. Het vrouwtje heeft zwarte randen langs haar blauwe vleugels. Je kunt het boomblauwtje makkelijk herkennen als je naar de onderkant van zijn vleugels kijkt. Deze zijn zilverwit met kleine zwarte stippen. Meestal zit dit vlindertje dicht en kun je de onderkant dus goed zien.
Wanneer vliegt hij?
Het boomblauwtje vliegt van half april tot begin juni en weer in juli en augustus. Hij leeft in de winter als pop. Waar kun je hem vinden? Het boomblauwtje houdt van plaatsen waar bomen en struiken staan, bijvoorbeeld langs bosranden. Hij vliegt soms best hoog (wel een paar meter boven de grond) en het is een echte fladderaar.
Waar leven de rupsen?
De rupsen leven van de knoppen van verschillende planten zoals hulst, klimop en de vlinderstruik. Deze planten staan ook vaak bij mensen in de tuin, dus daar kun je het boomblauwtje ook tegenkomen.
LANDKAARTJE, Araschnia levana
Hoe ziet hij eruit?
Er is iets heel geks aan de hand met het landkaartje: in het voorjaar ziet de vlinder er anders uit dan in de zomer! De vlinders die in april en mei vliegen zijn oranje-bruin met zwarte vlekken en de vlinders die je in juli en augustus ziet, zijn zwart met een witte en oranje band over de vleugels. Aan de onderkant van zijn vleugels staat een ingewikkeld patroon van gekleurde vlekken en strepen. Dit is net een landkaart, daarom heet de vlinder zo.
Waar kun je hem vinden?
Nu kun je het landkaartje in het hele land tegenkomen. Het landkaartje leeft in de buurt van bosranden, het liefst met inhammen. De vlinders hebben, als enige dagvlinder, een voorkeur voor witte bloemen om nectar uit te drinken.
Waar leven de rupsen?
Het vrouwtje legt haar eitjes onderaan het blad van de brandnetel. Ze legt steeds een nieuw eitje op het vorige eitje, net zo lang tot ze een ketting van eitjes heeft gemaakt. De rupsen van het landkaartje leven vaak in groepen. Ze eten vaak netjes op een rij van een brandnetelblad.
Verspreid op de Graef, de oude stadsomwalling van Borgloon wacht de grafelijke familie om hun verhaal te vertellen, de zoon van de graaf op de Burchtheuvel, de Gravin aan de Mot en de dochter in het klooster.
Vertrek van de verhalenwandeling op Speelhof.
BURCHTHEUVEL
Op de Burchtheuvel, waar het kasteel van de Graven van Loon stond verteld de oudste zoon zijn verhaal , een heldhaftig verhaal maar eigenlijk is hij een bange wezel. Hij moet de Stad beschermen terwijl zijn vader vecht in buitenland.
WEIDE AAN DE MOT.
Hier verteld de Gravin hoe haar man vecht voor de Hertog en haar zoon in wie ze veel vertrouwen heeft de stad verdedigd en bewaakt maar het verhaal van haar dochter is niet zo gunstig en omdat ze alleen naar haar vader luisterd word ze in het klooster onder gebracht, de moeder ziet het als een straf maar wat zegt de dochter?
KLOOSTERTUIN
De dochter door haar moeder ondergebracht in het klooster en non geworden verteld het verhaal van haar leven en hoe ze door de moeder verplicht werd toe te treden in het klooster maar zij ziet het niet als straf maar als een verlossing van allerlei verplichtingen, en een ontsnapen aan een huwelijk wat ze niet wil, zijn is gelukkig in het klooster en zal er de rest van haar leven blijven, ze hoop dat ze het tot heilige zal brengen.
Het boterbloempje (Pseudopanthera macularia) is een vlinder uit de familie van de spanners en komt voor in het oosten en zuiden van het land langs zonnige bosranden en droge gebieden. De vlinder vliegt overdag. De vlinder verschijnt vanaf half april en is tot begin juli te zien. Er is één generatie per jaar. De vleugels zijn geel met deels in banden geordende, bruine tot violetachtige vlekken. De spanwijdte van de vleugels is 23 tot 28 mm. De rupsen zijn er van begin juli tot half september.
GEELSPRIETDIKKOPJE Thymelicus Sylvestris.
Het geelsprietdikkopje (Thymelicus sylvestris) is een dagvlinder uit de familie van de dikkopjes. De vleugel varieert in lengte tussen de 12 en 15 millimeter. Het geelsprietdikkopje heet naar één van de kenmerkende verschillen met het zwartsprietdikkopje, dat de onderkant van de sprietknop bij het geelsprietdikkopje geel of geelbruin is, en bij het zwartsprietdikkopje zwart. De kleur kan soms echter toch behoorlijk zwartbruin zijn Andere van het zwartsprietdikkopje onderscheidende kenmerken zijn de tweekleurige onderkant van de voorvleugels, en bij de mannetjes het niet parallel aan de aderen lopen van de geurstreep Het leefgebied van het geelsprietdikkopje beslaat heel Europa en vliegt van zeeniveau tot 1900 meter in berggebied. De vlinder geeft de voorkeur aan bloemrijke plaatsen met hoge grassen als leefgebied. De vliegtijd is van mei tot en met augustus. De waardplanten worden gevormd door diverse grassoorten
Toerisme Vlaanderen, VRT, Het Nieuwsblad en Lannoo stuurden afgelopen maanden hun regionale experten op pad, op zoek naar dé 50 mooiste dorpen van Vlaanderen.
Twee van de 50 mooiste dorpjes zijn deelgemeenten van Borgloon. Kuttekoven en Gors opleeuw
OUDE PASTORIJ
KUTTEKOVEN
In de middeleeuwen was Kuttekoven een Loonse heerlijkheid die ressorteerde onder de rechtsbevoegdheid van de schepenbank van Graethem. In beroep gaan tegen het vonnis van deze Loonse buitenbank kon bij het oppergerechtshof van Vliermaal. Het begevingsrecht en de tienden van de kerk wisselden nogal vaak van eigenaar. Aanvankelijk behoorden Voort en een deel van Gotem tot de parochie Kuttekoven.
Via de graven van Loon en de Heer van Kortessem gingen ze in het midden van de 13de eeuw definitief over naar de abdij van Herckenrode. Deze abdij had tot aan de Franse Revolutie veel invloed op de gemeente. Naast het patronaatsrecht en een deel van de tienden had ze hier een grote hoeve en bezat ze meer dan de helft van het grondgebied. De boerderij is verdwenen, maar in de voorgevel van de huidige kwadraathoeve de Clee zijn drie wapenschilden van de voormalige abdijhoeve ingemetseld.
KASTEEL DE CLEE EN KASTEEL HOEVE
Een wandeling door Kuttekoven geeft 3 prachtige kastelen, het kasteel van Rullingen met zijn park. Het kasteel van de Clee met de kasteelhoeve. En een derde kasteel kun je vanaf Kuttekoven bewonderen dit van de Hulsberg.
KASTEEL VAN RULLINGEN
De spoorweg de fruitlijn tussen Tongeren en St Truiden paseerd Kuttekoven, ondanks het kleine dorpje waren en toch twee spoorbruggen, waarvan een afgebroken is, deze aan de oude pastorij is bewaard gebleven. Kuttekoven bezit ook een natuurreservaat.Het gebied in Kuttekoven werd samengevoegd met de aangekochte gronden van het OCMW, om alzo een mooi natuurreservaat te kunnen ontwikkelen.Het reservaat in de vallei bestaat uit hoogstamboomgaard (op de hellingen) en nat hooiland (in de bron- en kwelgebieden). De vallei van Kuttekoven is het brongebied van de Rullingenbeek die later uitmondt in de Herk.
OUDE SPOORWEGZATE EN KAPEL
Een wandeling vanuit het Het Provinciaal Domein Rullingen dat gelegen is in een typisch Vochtig Haspengouws landschap, op de zijvallei van de Herk, tussen hooi- en weilanden en fruitaanplantingen. De huidige provinciale eigendom in Rullingen, ongeveer 13 ha, bestaat uit het kasteel met de daarbij horende tuin, het aansluitende parkbos en de boomgaard. De idee om bij het kasteel een fructuarium of museumboomgaard aan te leggen, kwam er na de verdwijning van vele hoogstamboomgaarden in de streek. De boomgaard bevat voornamelijk zeldzame variëteiten van pruimen en kersen. Het parkbos werd aangelegd, maar wilde planten kleden het verder aan.
LENTE IN KUTTEKOVEN
De Landschapswandeling Rullingen brengt ons door het prachtige dorpje Kuttekoven.
Hoe kun je stemmen voor Kuttekoven.
Nu is het aan jou! Klik op jouw favoriet dorp en stem!
De vijftien dorpen met de meeste stemmen gaan door naar de finale. Zij worden in 2008 voorgesteld op tv, radio en in de krant. Stemmen kan nog tot en met 4 augustus.
Tijdens de middeleeuwen waren in de parochie Leeuw, twee Loonse heerlijkheden. Gorsleeuw en Opleeuw. Gorsleeuw was in handen van volgende families, de familie van Leeuw(13de eeuw), van Gelinden(14-15de eeuw) van de Bosch (1436-17de eeuw) van Bodbergen (17de eeuw) en de Copis (1701) Opleeuw was aanvankelijk in de handen van een plaatselijk ridder geslacht van Opleeuw, maar werd in 1469 door de Luikse prinsbisschop aan de familie van Mettecoven geschonken. Dit geslacht zwaaide er de scepter tot het eind van het Ancien Régime. Gors-Opleeuw heeft zijn dubbele entiteit uit zijn middeleeuwse verleden goed bewaart. Enerzijds is er de dorpskom (vroeger Gorsleeuw) met zijn kastelen. het is eentypische kasteeldorp, anderzijds is Opleeuw een straat gehucht. We bevinden ons in het overgangsgebied tussen Droog en Vochtig Haspengouw. Het golvend landschap is het decor van niet minder dan 4 kastelen.Ook hier bevind zicht het grootste bos van Borgloon, het Bellevuebos.
GORS
KASTEEL GORS
Op het kerkplein, een van de mooiste uit de fusie staat de gietijzeren pomp en de Sint-Martinuskerk deze beheerst de westkant van het driezijdige dorpspleintje met lindebomen. De 14/15de eeuwse toren is een eerder zeldzaam voorbeeld van Haspengouwse plattelandsgotiek. Het classicistisch schip dateert van ca. 1775. Op het kerkhof bevinden zich een dozijn grafkruisen uit de 17de, 18de en 19de eeuw met referenties naar o.m. oud-pastoors, dorpsnotabelen en kasteelheren.
SINT - MATINUSKERK
Het kasteel en de kasteelhoeve, hier is ook de Bakkerij bewaard geleven. De grote Schuur is de voormalige rijschool voor boerenpaarden. Het geheel is bijzonder prachtig Het kasteel van Gors was in de middeleeuwen het centrum van de Loonse heerlijkheid Gorsleeuw. De naam Gors is afgeleid van "Godfried van Leeuw die er in het begin van de 13de eeuw woonde. Het huidige kasteel rust op de grondvesten van een 17de eeuws renesaissancistisch waterslot, het gebouw verwierf zijn Classicitische uitzicht in 1820. In het park bevind zich een ijskelder.
KASTEELHOEVE PAARDENSCHOOL EN BAKOVEN
OPLEEUW
KASTEEL OPLEEUW
Het kasteel van Opleeuw. Het neorococo-stijl(1874) is slechts één derde van het oorspronkelijk kasteel.Enkele jaren geleden is de 600 jaren oude ceder, uit de tijd van de kruistochten door de bliksem geveld.
KASTEEL OPLEEUW
KASTEEL BELLEVUE
Kasteel Bellevue gebouwd als jachthuis van het kasteel Opleeuw. Hier ook het grootste bos van Haspengouw. Het Bellevuebos een totaal van 128ha. Het classicistische kasteeltje opgetrokken in wiite geschilderde baksteen.Het kasteel en de omliggende tuin zijn ommuurd wat in Gors-Opleeuw als een algemeen gegeven beschouwd word.
KASTEEL BELLE VUE
GALLO-ROMEINSE SITE
In 1967 ontdekte men de Gallo-Romeinse site niet ver van het kasteel Belle-Vue. Er werde 12 graven met grafvondsten ontdekt uit de 1-2de eeuw na Christius. Er werden olielampjes, glas- en aardewerk en brons gevonden. De plek is aangegeven door een info bord.
HAAGSMEER
KASTEEL HAAGSMEER EN KASTEELHOEVE
Het landbouwgehucht Haagsmeer met een kasteel en hoeve. Kasteel Haagsmeer werd ca 1890 gebouwd als jachtpaviljoen van het kasteel van Opleeuw. De Oude Winning is een kwadraathoeve die in aanleg uit de 18de eeuw dateert welke nog prachtig vakwerk bezit en nog steeds in bedrijf is.
OUDE WINNING
Hoe kun je stemmen voor GORS-OP¨LEEUW
Nu is het aan jou! Klik op jouw favoriet dorp en stem!
De vijftien dorpen met de meeste stemmen gaan door naar de finale. Zij worden in 2008 voorgesteld op tv, radio en in de krant. Stemmen kan nog tot en met 4 augustus.
Merlin Spie creëerde in de stroopfabriek van Borgloon een nieuwe installatie/performance. Als basis voor dezae installatie gebruikte de kunstenares peerstroop, een duurzaam en voedzaam voedingsmiddel. De ambachtelijkeheid ervan is belangrijk. Het product wordt vervaardigd volgens een generatielange familietraditie.
MERLIN SPIE aan het werk.
Het werk impliceert de idee van de "cultuur der zintuigen" en hun intuïtieve oorspronkelijkheid. Er is een landschap in peerstroop"Capital of Grossly" geheten, de hoofdstad van overvloed. In de ruimte werd met stroop een oneindig soms rustig, dan weer dreigend wolkenlandschap gecreëerd. Horizontaal daarboven hangt een gigantische kruis. Dit refereert naar religie en verbondenheid.
Tijdens het werk
De hangende sculptuur is een kleine jongen. Hij zit zoals het voor een kind past met zijn hoofd in de wolken, maar tegelijkertijd is zijn gezicht ook verborgen achter het kruis. De vrouwelijke figuur die voor hem neernielt biedt steun en bescherming. De schaduw die het kind afwerpt tegen de oneindigheid is verbonden met artificiële zuurtsof die via de navelstreng het kind binnendringt. De zuurstof staat voor zuiverheid.
De bron wordt gebruikt als beeld voor de oorspronkelijkheid en duurzaamheid van d ebasis. Het water van de bron wordt weggetrokken uit de oorsprong en wordt aangezogen door de leden van de gemeenschap. Hun gezichten zijn bedekt met perenstroop, waardoor ze als het ware een tweede of een omgekeerde huid krijgen. De gezichten worden on,herkenbaar waardoor ze representatief worden cvoor elk ander gezicht.
Bijna Af.
De kunstenares maakt als performer zelf deel uit van het werk. Dit geeft bezieling, waardoor de idee achter het werk anders inwerkt en de gedachten worden opgetrokken.
Jantje zag eens pruimen hangen, O! als eijeren zo groot. 't Scheen, dat Jantje wou gaan plukken, Schoon zijn vader 't hem verbood. Hier is, zei hij, noch mijn vader, Noch de tuinman, die het ziet: Aan een boom, zo vol geladen, mist men vijf zes pruimen niet. Maar ik wil gehoorzaam wezen, En niet plukken: ik loop heen. Zou ik, om een hand vol pruimen, Ongehoorzaam wezen? Neen. Voord ging Jantje: maar zijn vader, Die hem stil beluisterd had, Kwam hem in het loopen tegen, Voor aan op het middelpad. Kom mijn Jantje! zei de vader, Kom mijn kleine hartedief! Nu zal ik u pruimen plukken; Nu heeft vader Jantje lief. Daarop ging Papa aan 't schudden Jantje raapte schielijk op; Jantje kreeg zijn hoed vol pruimen, En liep heen op een galop.
Oud Nederlands verhaal door Hiëronymus van Alphen (1746 - 1803)
Zaterdag voormiddag liep het voetbalplein van FC De Jeugd in Borgloon langzaam aan vol. Mensen in het rood, in het wit, met hartjes op hun gezicht of vleugeltjes op hun rug. Ze waren er allemaal. Toen de meisjes van K3 aankwamen, hoorde je enkel de "sst" uit duizenden monden. Na het aftellen, barste het publiek los in luid gejuich: ze waren er helemaal klaar voor.
Vorm het grootste levende hart ooit met 3000 mensen in het rood
Een doodnerveuze Mario stapte het podium op. De kledij was er, het hart was er, maar had hij genoeg mensen kunnen verzamelen? Na een prachtige demonstratie van het bonken van het immense hart, kreeg Geena op een papiertje het aantal deelnemers binnen. Er werden er heel wat afgekeurd en verklede honden telden niet mee, maar Mario slaagde er toch in om meer dan 3300 mensen te verzamelen. De eerste ster van Borgloon was binnen!
Laat het hele publiek de kusjesdans doen met een vurig live orkest
Marie-Claire vond haar opdracht best moeilijk: hoe kon je duizenden mensen allemaal tegelijk een kusjesdans laten doen? Verschillende mensen wilden haar daar gelukkig mee helpen en na wat chaos stonden een twintigtal kringen op het voetbalveld. Op de tonen van de vurige live versie van de kusjesdans, kwamen de kringen in beweging en werd er heftig gezoend. K3 vond het schitterend en gaf Borgloon de tweede ster.
Verzamel 1000 Cupido's
An kwam stralend, maar zonder stem het podium op. Ook voor deze sleutelpersoon was het een zware, maar mooie week geweest. Na haar startsein kwamen de Cupido's met pijl en boog langs het podium 'gefladderd'. Steph, Geena en de meisjes van K3 telden en bleven tellen. An verzamelde meer dan duizend Cupido's en haalde zo de derde ster binnen.
Speel de balkonscène van Romeo en Juliet met minstens 500 liefdesparen
Greet en haar kompanen waren tot op het laatste moment in de weer met het verzamelen en aankleden van de liefdesparen. Een prachtig versierd balkon stond vol met Juliets en de Romeo's stonden klaar om naar boven te klimmen. De romantiek werd nog heviger toen honderden rozen in de lucht werden gegooid. In het totaal werden 512 Juliets en 501 Romeo's geteld. Een vierde ster voor Borgloon!
Zorg dat er minstens 10.000 originele liefdesbrieven vertrekken vanuit Borgloon
Hoewel het nooit Mick zijn bedoeling was mee te werken aan Fata Morgana, heeft hij plezier beleefd aan de opdracht. Enkele postbodes brachten zakken vol brieven naar het podium en de postmeester kon met vreugde vertellen dat er geen 10.000, maar meer dan 20.000 brieven waren geschreven. Heel wat mensen zullen dus de komende dagen een liefdesbrief in hun bus vinden en Borgloon kreeg zijn vijfde ster.
En zo werd Borgloon op deze eerste stralende dag sinds weken, een vijfsterrenstad. Proficiat en bedankt voor de aangename en warme sfeer!
Onze kleine insekten, heb je ze al eens van dichtbij bekeken. Wat een kleurenpracht. Dikwijls zien we hen niet maar een wandeling langs een berm en wat goed uitkijken zien we deze prachtige diertjes wel zitten. Enkele foto's om het te laten zien hoe mooi het kan zijn, de verscheidenheid van kleuren gewoon prachtig.
KLEINE RODE WEEKSCHILD KEVER. Rhagonycha fulva
De volwassen kevers vind je heel erg vaak op bloemen, waar ze zitten te zonnen. Behalve dan de Kleine Rode Weekschildkever hierboven, want die schijnt weinig anders te doen te hebben dan te paren.
DISTELBOKTOR. Agapanthia villosoviridescens
Let eens hoe mooi de kleuren van de sprieten zijn. Alleen al in de Benelux leven wel zo'n 100 soorten boktorren. De meeste zijn snel als zodanig te herkennen: een tamelijk lang lichaam, meestal fraai gekleurd en met heel lange voelsprieten.
GROENE STINKWANTS. Palomena prasina
De Groene Stinkwants doet zijn naam alle eer aan en niet alleen qua kleur. Hij produceert namelijk een stinkende stof en dat maakt hem tot een onaangenaam beestje. Die stof produceert hij niet alleen bij gevaar, zoals lieveheersbeestjes dat doen, nee, overal waar hij overheen loopt laat hij een stinkend spoortje achter. Ook op bramen bijvoorbeeld en dat merk je soms bij het plukken: een stinkende braam die uiterst onaangenaam smaakt, heeft meestal bezoek gehad van een stinkwants. Stinkwantsen hebben dan ook maar weinig natuurlijke vijanden.
Etienne verraste mij met het doorgeefstokje. Eerst wist ik niet wat ermee aanvangen. Maar hier dan mijn verhaal.
Als vader van twee zonen, waar ik trots op ben. Als man van een fantastische vrouw, waar ik niet zonder kan. Wat kan ik nog meer willen.
Voor mijzelf eigenlijk niet veel, nu en dan eens een fijne wandeling maken, Met vrouw en hond, het onafscheidelijk trio.
Voor mijn jongste zoon, dat hij vlug vader word, Ons het genoegen schenk van grootouders te worden.
Onze oudste zoon, die nog altijd bij ma en pa is, Dat hij vreugde in zijn leven heeft.
Een grote vreugde voor ons was zeker het terug vinden van verloren vrienden, Etienne en Rosette en hun kinderen en kleinkinderen. Niet dat deze verdienste de onze was, zij hebben hemel en aarde bewogen om ons terug te vinden.
Vriendschap, liefde en vrede voor alle mensen, verdraagzaamheid onder elkaar. Een droom, die moeilijk te verwezenlijken is. Maar als alle bloggers elkaar verdragen en ieders werk waardeert zijn we al een klein beetje op de goede weg.
Genieten van al het moois dat we op deze prachtige aarde tegenkomen, En helpen om het instant te houden, Ieder op zij eigen manier. Waardering voor Gods schepping, als goede huisvaders het beheren.
Voor al mijn vrienden, dat hun dromen moge uitkomen, Kleine wensen die vreugde brengen.
Bedank lieve bloggers, jullie hebben al een deel van mijn droom verwezenlijkt, Vriendschap ieder dag weer, een lief woordje of afbeelding in het gastenboekje, doet ieder keer weer goed.
Johnny en Christiane.
Op mijn beurt wil ik het stokje doorgeven,aan MARLEENTJE, CLAIREKE, BOMPAJACK.
MARCHE DES MEURIERS / LES MEURIERS / ZETRUD-LUMAY 01/07/2007.
MARCHE DES MEURIERS
LES MEUNIERS.
ZETRUD-LUMAY.
Zetrud-Lemay het eerste dorpje over de taalgrens, Waals Brabant.
Brabants Haspengouw met zijn rijke bodem, geschikt voor tarwe en suikerbieten. Met vierkantshoeven die kasteelallures hebben. Een rustige en aangename wandeling door het dorp, we komen aan een mooie vijver, met veel libellen, waterjuffers en kikkers.
KASTEEL VAN ZETRUD
Een prachtige plaats om even te verblijven. Na de vijver komen we langs de boerderij en het kasteel van Zetrud, spijtig dat het zo verscholen ligt.
OUTGAARDEN
We wandelen verder en wandelen door de holle weg, met een prachtig zicht over de velden. We komen in Outgaarden, een dorpje met veel boerderijen en op iedere hoek een kapelleke. Mooie bloemen tegen de gevels van de boerderijen. Dan weer de velden in met een zee van tarwe gewoon prachtig. We komen aan de controle, hier proeven we een Saint-Jozef een lekker bruin biertje we zitten in Saint Jean Geest. Terug naar Zetrud in de verte zien we de toren van de kerk van Hoegaarden.
SAINT-JOSEPH
We komen terug aan de molen van Zetrud-Lemay. Vele huizen zijn gebouwd in Gobertangesteen, een lokale steen uit de steengroeve van Gobertange.
Melin Les plus beaux village de Wallonie
Een dorpje verder zitten we in Melin, welke één van de mooiste dorpjes van Wallonië is. Prachtige herenboerderijen, vooral de boerderij Cense du Seigneur cense = grote boerderij van de heer Een bewijs dat Melin ooit een heerlijkheid is geweest. Het plein en de omringende huizen zijn zeer mooi.
Aangenaam om ook dit dorpje nog eens te bezoeken. Prachtige huizen en boerderijen en een mooie omgeving. Zo sluiten we een dagje Waals Brabant af.
Bigonville een deel van Rambrouch, met zijn hoog gelegen akkers en weilanden naast kronkelende valleien.
We vertrekken in het centrum van het dorpje en komen langs een prachtige fontein die het verhaal van de boerin en de melkkoe naar kaas vertelt. Ondanks de dreigende wolken zetten we ons op weg door de prachtige streek veel weilanden en akkers met stukken bos ertussen. Langs veldwegen wandelen we door deze prachtige streek, met nu en dan en prachtig zicht in de diepe valleien.
We wandelen verder en genieten van onze wandeling we nemen een korte pauze aan een oud kapelleke en dan verder langs de groene valleien. Een prachtige wandeling door de Luxemburgse natuur.
Na de wandeling nemen we even de tijd om een bezoekje te brengen aan Wilz.
WILZ.
Kasteel van Wilz en Brouwerijmuseum.
STADSHUIS
GERECHTSKRUIS
De stad Wilz ligt in het hart van de Ardennen, met zijn bosrijke heuvels en rustige dalen rond het Natuurpark van de Boven-Sûre. De bovenstad ligt op het plateau en word gedomineerd door het kasteel van de vroegere graven van Wilz.
KASTEEL VAN WILZ
Een wandeling door de stad met zijn vele stenen kruizen die ons herinneren aan de feodale tijd (gerechtskruis uit 1502). Het stadhuis is een prachtig gebouw gelegen bij het kasteel.
BIERMUSEUM
We wandelen naar het kasteel met zijn museums, we bezoeken vandaag Béiermusée het biermuseum. Wilz is bekend om zijn lekkere bier en een museum is hier wel op zijn plaats.
Een ongelofelijk verzameling van bierflessen, een minibrouwerij en een gezellige gelagzaal. We genieten van ons bezoek aan het museum, we wandelen over de binnenkoer van het kasteel en ander museum is het oorlogsmuseum. We wandelen door het stadje met zijn prachtige huizen.
De platbuik Libellula depressa is een algemeen voorkomende echte libel uit de familie van de korenbouten (Libellulidae). De platbuik is een pioniersoort en meestal te vinden bij kleine wateren met weinig vegetatie.De platbuik is 39 - 48 mm lang en heeft een spanwijdte van 7 à 8 cm. Het is een gedrongen libel die door zijn brede en afgeplatte achterlijf en de opvallende basisvlekken op de vleugels goed van andere soorten, zoals de bruine korenbout, te onderscheiden is. Mannetjes zijn vaak blauw berijpt op het achterlijf.
MARCHE D'ETE / LES AMIS DE MAELIE / FAMILLEUREUX 23/06/2007.
MARCHE DETE
LES AMIS DE MAELIE.
FAMILLEUREUX.
Familleureux een dorpje bij Seneffe. Het is heerlijk wandelen in de omgeving van Seneffe. Ook Familleureux is zeker de moeite, het kasteel van de familie Carton, die er nog steeds wonen, dateert uit de 12de eeuw. Het werd in de 18de eeuw tot een romantische landhuis omgebouwd. Vlakbij bevind zich de église Saint- Barthélémy uit de 13de-17de eeuw die vroeger deel uitmaakte van het kasteeldomein. Op het kerkhof staan de bijzondere grafstenen van de edelen die het kasteel bewoonde.
FAMILLEUREUX
De wandeling brengt ons langs de mooiste plekjes van de omgeving, langs een kanaal waar het zalig wandelen is en waar je de eenden met jongen kunt gadeslaan. We wandelen langs de prachtige huizen die getuigen van de welvaart in het verleden. We wandelen verder en komen langs het kasteel van Buissert. Een prachtig gebouw gelegen in een prachtige park in het groen, wij wandelen rondom het domein hebben daardoor een prachtig zicht op het kasteel.
KASTEEL FAMILLEUREUX
Na een prachtige wandeling door de natuur en de omgeving komen we terug in Familleureux. Langs het kasteel met zijn plein ervoor waar met de kaatsbal het kaatsenspel speelt. Een sport die in deze streek veel gespeelt word, er is zelf een kaatsmuseum in Ath. In het centrum van Familleureux staan prachtige oude huizen in baksteen. Zo komen we aan het einde van een prachtige wandeling.
CHATEAU BUISSERT
Misschien nog even een woordje over de wandelclub deze is wel bijzonder, 5jaar geleden opgericht om een meisje uit het dorp te steunen die een erge ziekte had is ze blijven bestaan om de familie financiële steun te geven. Een prachtig voorbeeld van hoe mensen elkaar helpen als het nodig is. Niet ver hiervandaan is het dorpje Ecaussinnes.
CHATEAU ECAUSSINNE
We bezoeken het dorpje met zijn kastelen en prachtige omgeving. Het chateau fort de Ecaussinnes werd gebouwd in de 12de eeuw door graaf Boudewijn V van Henegouwen en omgevormd tot residentie in de XVde eeuw, de zuidelijke vleugel en de ingangtoren dateren uit de XVIIIeeuw.
ECAUSSINNE
We bezoeken het kasteel met zijn prachtige gemeubileerde zalen, groot salon en slaapkamers. Het middeleeuws gedeelte met de wapenzaal, keuken en de gevangeniscel onder de kapel. In de zalen bevinden zich indrukwekkende verzamelingen. Van glas tot aarde werk uit de streek. Ook de gotische kapel is een bezoekje waard.
Het is een droom om hier rustig rond te wandelen in dit museumkasteel. Ook de hoeve die bij het kasteel hoort is een prachtig monument met de ingang de twee ronde torens. We wandelen het dorpje binnen en genieten van de indrukwekkende burg.
CHATTEAU "LA FOLLIE"
We wandelen verder en komen aan het Kasteel La Follie maar eerst wandelen we door de romantische gangen rond het kasteel deels in openlucht deels afgesloten. We wandelen rond het domein en hebben een mooi zicht op het kasteel. Wat verder komen we aan de ingang van het kasteel. Het kasteel La Follie is een oude vesting uit de XIIIe XVIe eeuw. In de XVIIIe eeuw restaureert baron de la Barre de Flandre het kasteel. Het is nu eigendom van de Familie Lichtervelde.
CHATEAU "LA FOLLIE"
We wandelen terug naar het plein waar een prachtige kiosk staan en op het rond punt de stoomlocomotief uit een van de Blauwe steen groeve die in hier veelvuldig aanwezig waren. 15 waren actief rond 1900. Veel getuigenissen van dit glorierijk verleden zijn verwerkt in vele monumenten over geheel het land.
Ronddwarrelende witte vlindertjes rond de bloemen in de tuin: een vertederend zomers beeld, In onze streken zijn de koolwitjes één van de meest voorkomende dagvlinders. Men onderscheid vooral het kleine koolwitje (Pieris rapae) en het grote koolwitje (Pieris brassicae), hoewel ze ogenschijnlijk op elkaar gelijken zijn zowel de uiterlijke kenmerken van vlinder, ei, rups en pop verschillend van elkaar.
Kleine koolwitje (Pieris rapae)
Het kleine koolwitje heeft een vleugelspanwijdte van 45 - 58 mm en op de bovenkant van de voorvleugels een kleine driehoekige zwarte puntvlek, vanaf de onderkant van de vleugel is deze vlek eveneens zichtbaar. Het wijfje heeft twee zwarte vlekken bovenop elk van haar bovenvleugels, het mannetje heeft slechts één vlek
Grote koolwitje (Pieris brassicae)
Dit koolwitje is groter (zoals de naam aangeeft) heeft een vleugelspanwijdte van 65 mm De vlinders hebben op de bovenkant van de voorvleugel een zwarte randvlek die zich uitstrekt van de top tot over de helft van de vleugel. Vanaf de onderkant is deze randvlek eveneens zichtbaar, maar is de kleur eerder geelachtig grijs. Het wijfje heeft zowel op de bovenkant als op de onderkant van de voorvleugel twee duidelijke zwarte stippen. Bij het mannetje ontbreken deze stippen op de bovenkant.
De ogen zijn dicht bij elkaar geplaatst en lijken omhoog te kijken. De rug is meestal groenig en op het midden van de rug is bijna altijd een lichtgroene streep aanwezig.
DE BRUINE KIKKER
De bruine kikker wordt ongeveer 10 centimeter lang en heeft een beigebruine kleur met een donkerbruine onregelmatige vlektekening. Geel- en oranjebruine en zelfs roodachtige exemplaren komen ook voor. Kenmerkend is de grote donkerbruine oogvlek met onderaan een gele streep en duidelijk zichtbare tympana of trommelvliezen waarmee de kikker goed kan horen