KERST IN LIER.
DE KLEITRAPPERS.
LIER.
Een wandeling in en rond Lier is zeker de moeite. Lier in Kerstsfeer is zo bijzonder. Wij vertrekken met de wandeling en gaan al vlug op de Stad vest waar we wandelen naar Het Spui.






Het Spui is het vroegere sashuis aan de Binnennete. Na het uitgraven van een verbinding tussen de Grote en de Kleine Nete in 1426, bouwde Antoon Keldermans het Groot Spui in 1508-1516. Er komen twee sluizen, het Groot en het Klein Spui. Nu blijft enkel het Groot Spui over. Het sashuis had een dubbele functie: versterking van de stad en bescherming van de mechaniek, die de waterstand van de stad regelde. Tegenwoordig is het Spui een tentoonstellingsruimte. Wij wandelen nu een eind langs de Nete en gaan zo het centrum in.






Over de brugjes en dan duikt voor ons de Sint-Gummarustoren op deze is 80m hoog. Door meerdere rampen duurde de bouw bijna vier eeuwen. Dit zien we in de verschillende bouwstijlen: gotisch onderaan, de daarop rustende achtkant is laat-gotisch, de bovenste achtkant is laat-barok en de torenbekapping is rococo. Boven staat een uniek 18de-eeuwse beiaard. Ter gelegenheid van zijn 300ste verjaardag werd in 2003-2004 een grondige restauratie doorgevoerd aan de klokken, de speeltrommel en het uurwerk. De beiaard telt nu 52 klokken met een totaal gewicht van circa 30 ton. De Sint-Gummarusklok is de grootste en weegt 7,5 ton. Na een beklimming van 296 treden , krijg je boven een adembenemend zicht over Lier en omstreken. We wandelen wat verder langs prachtige panden en komen zo aan het park. Hier een mooi zicht op de Sint Gummaruskerk.







We wandelen naar het centrum met verschillende interessante gebouwen. Het Belfort. In 1369 bouwde Hendrik Mijs een gotisch belfort naast de lakenhalle. In de middeleeuwen werden in de belforten de oorkonden en vrijheden van de stad bewaard en was het wapenarsenaal ondergebracht. Sinds 1971 heeft de toren een kleine automatische beiaard met 23 klokken. Samen met 23 andere belforten werd het in 1999 door UNESCO als Werelderfgoed erkend. Het Stadshuis. Het stadhuis met belfort domineert de Grote Markt. Het huidige stadhuis is de vroegere lakenhalle. In de 15de eeuw werd de lakenhalle overgebracht naar het Vleeshuis. In 1740 verbouwde architect Jan Pieter van Bauerscheit de Jonge het gebouw grondig in Brabantse rococostijl. Het Vleeshuis was het gildehuis van de slagers. Het dateert uit 1418 en heeft verschillende functies gekend: gildehuis, lakenhalle, vredegerecht, gevangenis. Het werd verschillende malen verbouwd in andere stijlen. De huidige gevel is een neogotische reconstructie uit 1920. De twee stenen leeuwen met het opschrift S.P.Q.L. stonden vroeger aan het stadhuis. Nu is het Vleeshuis een tentoonstellingsruimte.







Aan de vaart komen we aan de Fortuin. De Fortuin werd vermoedelijk in de 17de eeuw gebouwd en in de 18de eeuw aangepast. Het werd eerst gebruikt als graanopslagplaats, daarna als steenkoolopslagplaats, limonadefabriek, schrijnwerkerij en stadsmagazijn. Nu is het een restaurant-taverne. De recente windwijzer stelt Fortuna voor met de hoorn des overvloeds. Wij komen dan aan de Gevangenenpoort. De Gevangenenpoort is het enige restant van de 5 binnenpoorten van de oude stadsomwalling. De Gevangenenpoort werd in 1375 opgericht als onderdeel van de toenmalige stadsomwalling. Van in de 16de eeuw tot 1930 doet de poort dienst als gevangenis, vandaar ook de huidige naam. De Gevangenenpoort, vroeger Eeckelpoort of Eikelpoort, is een gotische stadspoort, later aangepast met classicistische kenmerken (±1728).






Aan de zijde van de Begijnhofstraat werd de oorspronkelijke spitsboog bewaard. Er zijn ook nog verschillende Godshuizen. Godshuizen werden tijdens de middeleeuwen gesticht als onderkomen voor bejaarden en behoeftigen. Het Sint-Anna en Sint-Joachim Godshuis (1588) is oorspronkelijk gevestigd in de Kluizestraat. Het wordt in 1613 overgebracht naar de Begijnhofstraat. Het Sint-Beatrix Godshuis (1848) staat iets verder in dezelfde straat. Rond 1863 fusioneren de beide godshuizen. Na de overbrenging van het Sint-Barbara Godshuis (± 1870) vanuit de Rechtestraat krijgt het Godshuis zijn huidige vorm en dubbele benaming. Het bestaat uit een geheel van kleine woningen rond een binnentuin. Momenteel zijn de huisjes verhuurd. We komen dan aan de Zimmertoren het bekendste plekje in Lier. In de Zimmertoren en het Zimmerpaviljoen ontdek je het levenswerk van Louis Zimmer: de Jubelklok, de Astronomische Studio en de Wonderklok. De vroegere Corneliustoren uit de 14de eeuw, deel van de toenmalige stadsomwalling, werd in 1930 omgebouwd tot Zimmertoren. In 1960 werd het Zimmerpaviljoen gebouwd, waar je ook Zimmers atelier kan bekijken. We zijn nu op de kerstmarkt met zijn vele kraampjes en deze brengt ons naar het begijnhof. Het begijnhof in Lier ontstaat in 1258. Begijnhoven waren besloten hoven waar weduwen en ongehuwde vrouwen een religieus geïnspireerd, maar zelfstandig leven leidden.







Er was zelfbestuur onder leiding van een grootjufrouw. De begijntjes voorzagen in hun levensonderhoud door te weven, kant te maken of te borduren. Ze legden de gelofte van zuiverheid en gehoorzaamheid af, maar niet van armoede. Er was een grote harmonie tussen het spirituele en materiële leven. Op elk moment konden ze het begijnhof verlaten. In 1994 stierf zuster Agnes, het laatste Lierse begijntje. In dit stratenbegijnhof zijn 162 huisjes verspreid over elf smalle straatjes en centraal gelegen is de Sint-Margaritakerk. Een calvarieberg en een tuintje met poort bevinden zich op de plaats van de vroegere boomgaard. Verder is er een convent en een infirmerie, die later meisjesweeshuis werd. De ingang in de Begijnhofstraat wordt geaccentueerd door een monumentale arduinen poort (1690). Bovenop staat een terracottabeeld van de Heilige Begga (1777), de patroonheilige van de begijnen. Links naast de poort staat een gepolychromeerd beeld van Onze-Lieve-Vrouw-van-Remedie (14de eeuw). In 1998 werd het Liers begijnhof, samen met 12 andere begijnhoven in België, als UNESCO Werelderfgoed erkend.







Wij verlaten de kerstmarkt en steken opnieuw het Marktplein over om zo terug naar ons vertrek te wandelen. Het was een mooie en aangename wandeling in Lier.
Voor het fotoalbum de link volgen
|