NATIONAAL PARK HOGE KEMPEN.
BUITENGEWOONNATUURLIJK.
CONNECTERRA.
EISDEN.
Connecterra is de panoramapoort van het Nationaal Park Hoge Kempen.
Dit bijzondere gebied ligt op de voormalige mijnterreinen van Eisden op de grens met Dilsen-Stokkem. Een kwart eeuw geleden draaide de mijn nog op volle toeren, nu is het op en top natuur.
De komende jaren liggen er grote plannen klaar voor dit gebied, met respect voor natuur en erfgoed. Het wandelgebied is uitgewerkt en de routes tonen je het mooiste panorama van Vlaanderen in een verrassend landschap van bergen en meren. Waar 26 jaar geleden de steenkoolmijn van Eisden nog op volle toeren draaide, fladderen nu de zeldzaamste vlinders. Je kan er genieten van een verrassend landschap van bergen en meren en hoge toppen met spectaculaire panoramas!
Eeuwenlang bestond het Maasland slechts uit kleine dorpskernen te midden van akkers en velden, weiden, heide en bossen, beken en de Maas. De mensen moesten hard werken om te overleven. De meeste Maaslanders waren landbouwers die hun brood verdienden met landbouw of veeteelt. Op de onvruchtbare heidegronden van Eisden was dat bijzonder moeilijk. Sommigen zochten een uitweg in seizoensarbeid: "naar de brikken" in Duitsland...Aan deze toestand kwam pas een einde bij het begin van de 20e eeuw. Reeds in 1876 verklaarde de Leuvense professor Guillaume Lambert als eerste dat in de Kempense bodem een dikke steenkoollaag verborgen lag. Het bewijs werd geleverd toen geoloog André Dumont in de nacht van 1 op 2 augustus 1901 kolen aanboorde te As. In meerdere Limburgse gemeenten werden mijnen opgestart.Voor het Maasland werden in 1907 concessies verleend aan de "NV Limburg-Maas", met vestigingsplaats te Eisden.
Ten gevolge van de Eerste Wereldoorlog zou het echter nog tot 1921 duren eer de eerste schacht voltooid was. Pas op 7 september 1922 werd het eerste wagentje met kolen opgehaald. De industriële geschiedenis van Eisden kon beginnen... Tot in de jaren 40 bleven de steenkolen de voornaamste energiebron. Door de ontwikkeling van nieuwe energiebronnen, in de jaren 50, verloren de steenkolen aan belang. Bovendien waren buitenlandse steenkolen beterkoop, de ontginning van de Limburgse steenkoollagen via diepe schachten was bijzonder duur en uiteindelijk niet meer rendabel. De meeste mijnen begonnen verlies te maken en konden nauwelijks overleven. In de jaren 80 volgden dan de mijnsluitingen. Eisden kwam in 1987 aan de beurt... Na de sluiting van de Eisdense mijn bestond er een voorstel om de voornaamste mijngebouwen te beschermen. Hun uitgesproken architectuur vormde immers een unicum in het Limburgse mijnpatrimonium. Uiteindelijk kwamen, in functie van de beschikbare restauratiegelden, slechts drie gebouwen in aanmerking: de oude magazijnen, schachtbok II en het indrukwekkende hoofdgebouw. In een latere fase werden de tekenburelen en de gevel van de badzaal nog erkend als beschermd monument.
Bij de restauratiewerken van de beschermde schachtbok II dreigden de kosten zodanig uit de hand te lopen dat hij vervangen werd door een kopie in prefab elementen... Lokale mijnwerkers gaven dan te kennen dat ze de originele schachtbok I, de Koninginneschacht wilden aankopen en behouden. Uiteindelijk werd dan toch een beschermingsprocedure ingezet en kocht het gemeentebestuur de schachtbok aan. Hier vertrekt dan ook de prachtige wandeling. Wij genieten van de mooie wandeling wat een afwisseling wat een prachtige zichten wat een prachtig landschap.
|