MIKMANNENTOCHT.
WELLENSE BOKKERIJDERS.
WELLEN.
We wandelen vandaag in Wellen. De wandeling was mooi in het Haspengouwse landschap; maar sommige vragen zich af vanwaar de naam Wellense Bokkerijders komt. Daarom is het misschien nuttig even het verhaal in het kort hier te vertellen.
Wellen is het epicentrum van de Bokkenrijders van Zuid-Limburg. Het fenomeen Bokkenrijders dateert van de 18de eeuw. Het grote kapitaal zat in die tijd bij kasteelheren, grootgrondbezitters, adel en clerus. De bevolking moest hard zwoegen. Hun karige loon werd hen dan nog regelmatig door vreemde soldaten en avonturiers ontnomen. Wellen was immers een onderdeel van het land van Loon, onder de voogdij van het prinsbisdom Luik. Het prinsbisdom Luik stelde zich neutraal op in de toenmalige Spaanse Successieoorlog. De boerenbevolking werd daarom het slachtoffer van plunderingen door ronddolende soldaten en vernielingen van de oogsten. Zo moest de autochtone bevolking noodgedwongen zelf gaan stelen: hieruit ontstond de beweging van de Bokkenrijders. De activiteiten van de Bokkenrijders waren in geen enkel opzicht goed te keuren, hoewel ze roofden uit pure noodzaak. Het handelsmerk van de Bokkenrijders was de brandbrief: hierin dreigden ze met brand tenzij de bedreigde een zekere som overmaakte. Ze waren echter minder crimineel en wreed dan beweerd werd. In onze moderne tijd zouden we spreken van ‘kruimeldiefstallen’. Van grote rooftochten was nooit sprake. Volgens de legende zweefden De Bokkenrijders ’s nachts op bokken door de lucht. Dit verhaal werd althans via foltering uit de verdachten geperst. Het is gebaseerd op een Germaans volksgeloof, waarbij demonen in een dierlijke gedaante in een storm door de lucht raasden. In het christendom werden deze demonen assistenten van de duivel genoemd. De rechterlijke macht (indertijd was de geestelijke en wereldlijke heer van Wellen de abdis van Munsterbilzen) trad hard op tegen De Bokkenrijders. De vonnissen (1774-1776) van 27 ter dood veroordeelde Bokkenrijders uit Wellen werden voltrokken op twee verschillende plaatsen; in Munsterbilzen of in de Bonderkuil in Wellen.
Het vertrek van de wandeling is in het centrum en we wandelen langs de neogotische kapel
Op verzoek van pastoor Pluymaekers werden in 1851 enkele zuster-Ursulinen van het klooster van Tildonk naar Wellen gestuurd om er het basisonderwijs uit het slop te halen. Het resultaat mocht er zijn: in 1930 telde de school 400 leerlingen en was het internaat bekend tot buiten de landgrenzen. Sinds de jaren ’60 verloor de school aan belang. Uiteindelijk werd ze gesloten. Het gebouwenbestand werd door de gemeente aangekocht en in 1987, met uitzondering van de kapel, gesloopt. Er werd een groene, open ruimte gecreëerd, met een passende fontein. De neogotische kloosterkapel (gebouwd in 1899) bleef bewaard en kreeg een multifunctionele, culturele bestemming. Het is een sfeervolle plaats waar vergaderingen, bijeenkomsten en tentoonstellingen plaatsvinden. Specialisten typeren het gebouw als ‘een totaalkunstwerk van architectuur en toegepaste kunsten’. Waardevol zijn vooral de decoratieve schilderingen op de plafonds en de muren. De kleurrijke ramen illustreren de glas-in-loodtechniek.
We wandelen door het veld en gaan richting Kerniel “in de volksmond Wellenveld” genoemd. We komen dan aan de Kalverstraat die we opgaan en een stuk van de Verborgen Moois Marienlof opgaan en zo komen we aan de Abdij Colen. Daar nemen we de Fruitlijn de oude spoorweg naar Station Borgloon langs de Stoomstroopfabriek en het stroopfabriek Meekers. Dan wandelen we het voetbalveld op waar controle is. Dan gaan we verder langs het Kasteel van de Klee en de hoeve De Clee daar wandelen we de veldweg in die ons naar Wellen brengt een heel eind langs velden en akkers en verschillende laagstam plantage tot we in Herten komen waar we het natuurgebied “Broekbeemd” binnen gaan. Toen Limburgs Landschap vzw er samen met de plaatselijke vereniging ’t Bokje startte, waren vele terreinen sterk verruigd en/of beplant met populieren. In 1992 startte er het eerste Limburgse begrazingsproject met Schotse hooglandrunderen. En dit project heeft zijn nut duidelijk bewezen. De vegetatie is er gevarieerder geworden. Langzaamaan worden de populierenbestanden omgevormd tot een mozaïeklandschap met vochtige ruigtes, inheemse bosjes, kleine landschapselementen en kalkmoeras. Dat kalkmoeras (of alkalisch laagveen) is zeer zeldzaam: de totale oppervlakte in Vlaanderen bedraagt maar een 10-tal ha. En de Broekbeemd omvat daar een mooi stukje van, met heel wat zeldzame planten- en diersoorten als paddenrus, schubzegge en tangpantserjuffer. Het beschermen waard dus! Het water van de talrijke bronnen in het gebied wordt in een tiental poelen opgevangen om vervolgens naar de oude bedding van de Herk te stromen. We wandelen door het gebied en je ziet elk jaar weer hoe minder bomen er staan en hoe de natuurlijke soorten de overhand nemen wat heel bijzonder is. Ook de verschillende poelen zijn mooi om te zien, vandaag is de herfst al ver gevorderd en de struiken staan er kaal bij maar ook mooi om te zien zijn de haagstruiken met hun rode vruchten, wat verder komen we langs de Schotse hooglanders, spijtig dat deze prachtige runderen hier vervangen gaan worden. Nog even verder door het reservaat en we komen aan de watermolen.
De Wellenmolen op de Herk is een onderslagmolen die fungeerde als korenmolen. Reeds in 1235 werd melding gemaakt van deze molen, die een banmolen was van de Abdij van Munsterbilzen. Het huidige molenhuis stamt uit 1775, terwijl het molenaarshuis, dat uit het begin van de 20e eeuw stamt, samen met het molenhuis onder één zadeldak is verenigd. Dit alles staat haaks op het riviertje. Bij de bouw van het molenaarshuis is ook het molenhuis gewijzigd. Resten van de vakwerkbouw, die later versteend is, zijn nog aanwezig. Ook de laaddeur is nog aanwezig. Er is een metalen onderslagrad aanwezig, en ook het sluiswerk is nog intact. Ook het binnenwerk, bestaande uit twee steenkoppels, is nog aanwezig. De molen kan in principe draaivaardig worden gemaakt.
Nu nog enkele meters wandelen en we komen terug aan het vertrek. Een prachtige wandeling met de Wellense Bokkerijders.
|