57E KASTELEN MONUMENTENTOCHT.
WSV DE VELDLOPERS.
GULPEN.
De wandeling vertrekt in De Zwarte Ruiter op de Markt in Gulpen. Herberg
De Zwarte Ruiter dankt haar naam aan de Rutten’s Bierbrouwerij De Zwarte Ruiter N.V., opgericht in 1893, een brouwerij die succesvol was met de productie van Maastrichts Oud (“Mestreechs Aajt”) en Maastrichts Jong. Mestreechs Aajt is een donker, lichtrinzig bier. Ooit de bierstijl van Maastricht, maar het verdween aan het eind van de 50-er jaren als gevolg van het verlangen naar pils. Vanaf 1991 herleeft de historie in Herberg De Zwarte Ruiter.
We wandelen Gulpen uit door de velden en gaan richting naar Wittem. We komen de Wittemermolen. 'Wittemer-molen' (watermolen) gebouwd in 1733. Gebouw van baksteen. Hardstenen vensterbanken en deuromlijsting. Zadeldak. IJzeren waterrad op houten as.
Wat verder komen we aan Kasteel Wittem.
Het huidige kasteel, bestaat uit twee vleugels met een ronde hoektoren. Beide vleugels en de toren hebben nu nog een middeleeuwse kelderverdieping, een hoofdverdieping en daarboven nog twee verdiepingen en een zolder. Het is opgetrokken uit kiezelzandsteen, voorzien van moderne kruisvensters en in de binnenhoek van een neogotisch voorportaal. De westervleugel is afgesloten met een bakstenen muur (19e eeuw) en op de buitenhoek een ronde toren. Aan de noordhoek van de westervleugel zijn nog duidelijk de aanzetten zichtbaar van een achterkanten hoekarkel en nog enkele schietgaten. Oostelijk van het kasteel, de thans met een woonhuis verenigde kasteelpoort met boven de dichtgemetselde spitsboogdoorgang, is nog een wapensteen te zien in een korfboognis van vroeg renaissance. In 1611 werd het kasteel door Floris II van Pallant weer gerestaureerd op de 15de-eeuwse resten en opgetrokken uit onregelmatige lagen kiezelzandsteen. De omgrachting is daarbij nog maar gedeeltelijk aanwezig. Later (1729-1732) stichtte Graaf von Plettenberg er een klooster der Capucijnen.
SLOTHOEVE van natuursteen en baksteen, ten dele met speklagen van mergel, XVII-XIX. Voormalig poortgebouw met dichtgemetselde spitsboogdoorgang, waarboven een nis in gebeeldhouwde omlijsting, XVI.
Wat verder de Kloosterkerk Wittem: Deze fraaie kloosterkerk is gebouwd door de Müntsterse grootmeester van de Westfaalse barok, Johann Conrad Schlaun (1695-1773). De eerste steen werd gelegd op 16 juni 1729 en op 16 mei 1733 werd de kerk ingewijd. De kloosterkerk is daarbij gesticht door Ferdinand Adolf, graaf van Plettenberg en Wittem, als een slotkapel en streekkerk met erbij behorend klooster. De eerste paters waren Duitse Capucijnen. Sinds 1836 bedienen de Redemptoristen de kerk.
We verlaten Wittem en wandelen verder en komen aan de grensstenen van “Herschaff Wittem 1743” hier in het parkje staat het Oorlogsmonument Eyserlinde Het verzetsmonument op de Eyserlinde te Wittem (gemeente Gulpen-Wittem) is een zuilvormige beeldengroep, vervaardigd uit één stuk Limburgs natuursteen. Drie nabestaanden dragen een oorlogsslachtoffer. De beeldengroep is geplaatst op een voetstuk. Het gedenkteken is 4 meter 50 hoog. Op de zijkanten van het voetstuk zijn de namen van 22 militairen, twee burgers en negentien verzetsmensen aangebracht die door oorlog of verzet zijn omgekomen. Het monument is gewijd aan de christelijke offergedachte: de 'Gevallene' en de 'Geofferde' worden gedragen in de handen van de nabestaanden.
Vanop de heuvel hebben we een prachtig panorama tot in Mechelen en de omliggende dorpen. Gewoon prachtig om hier even stil te houden en genieten van de omgeving. Dan dalen we af de velden in en komen aan het Oorlogsmonument Cartils: Het 'Monument voor Canadese Militairen' in Cartils is een zwerfkei met plaquette. Het monument is onthuld op 28 april 1994. Het 'Monument voor Canadese Militairen' in Cartils is opgericht ter nagedachtenis aan vier gesneuvelde Canadese bemanningsleden van een bommenwerper die op 28 april 1944 is neergestort. '28-4-1944 TER HERINNERING AAN DE OMGEKOMEN LEDEN VAN DE ROYAL CANADIAN AIR FORCE V.J. GOWNDEN, G.F. MAFFRE, G.W. SNOW, R.A. MEEK'.
Weer wat verder en we komen aan Kasteel Cartils: De eerste heer van Cartils was, zover bekend, ene Theodoor, die met een juffrouw Printhagen uit Geleen was getrouwd. Hun zoon Ivo trouwde met een dochter van de familie Hoen uit Voerendaal, hetzelfde geslacht dat ook later eigenaar is geweest van o.a. kasteel Schaloen te Oud Valkenburg. Dit geslacht bleef tot 1772 in bezit van Cartils en vestigde daarmee een record in Limburg. De familie Hoen was niet altijd even vriendelijk in die tijd. Regelmatig hadden zij aanvaringen met de overburen van Cartils, de heren van Wijlre, over de eigendomsgrenzen van het ministaatje. Ene Maximiliaan Hoen maakte het zelfs in 1732 zo bont dat hij met getrokken zwaard voor kasteel Wijlre ging staan en het waagde iedereen aan zijn zwaard te zullen rijgen indien zij zich buiten de poort zouden begeven. Na het overlijden van de dochter van Maximiliaan Hoen (in 1772) kwam het kasteel in handen van een ver familielid, de graaf de Liedekerke, op zijn beurt weer familie van de graven van Eysden. De Liedekerke woonde in Maastricht en vond het daar prettiger wonen dan in het boerendorpje Cartils. Daarmee kwam Cartils leeg te staan en werd het een paradijs voor zigeuners en Bokkenrijders die er zich veilig wisten voor de sterke arm. Cartils was immers een miniatuurstaatje waar schouten, schepenen en heren van andere heerlijkheden niets hadden in te brengen. Dus iedereen die iets had uitgevreten dat niet in de haak was, trok onmiddellijk naar Cartils, want de rechterlijke arm reikte slechts tot aan de grenzen van het heerlijkheid. Rond 1800 verviel Cartils aan de Fransen en werd de heerlijkheid Cartils deel van de nieuwe gemeente Wijlre. Het kastelencomplex bleef ook in de Franse tijd in eigendom van de grafelijke familie Liedekercke. In 1847 werd het kasteel aangekocht door Johannes, Theodurus Frijns, die tot op dat moment al jaren verbleef op de grote boerderij.In 1907 trad vervolgens zijn dochter in het huwelijk met Mr. Janssen de Limpens welke in latere jaren kantonrechter werd in Gulpen en Heerlen. Hun zoon de bekende rechtshistoricus mr. Karel J. Th. Janssen de Limpens bleek zeer gehecht te zijn aan zijn geboortegrond en schreef menige publicatie over de geschiedenis van Wijlre en Cartils. Na zijn dood in 1980 werd een dochter eigenaar van Cartils, welke op haar beurt begin negentiger jaren het kasteel verkocht aan een tweetal tandartsen. Het rechthoekig van natuursteen opgetrokken gebouw, bestaat uit twee verdiepingen. De Arkel en de ronde toren aan de achterzijde bevatten nog fragmenten uit de 15e en begin 16e eeuw en is versierd met wapenschilden. De fraaie toegangspoort met klokvormig dak, daterend uit de 17e eeuw, gaf vroeger via de voorburcht toegang tot het kasteel. Helaas heeft de renovatie, uitgevoerd in 1883-1884, veel van zijn oorspronkelijke karakter verloren doen gaan.
We stekken de straat over en volgen een tijdje de stroompje om zo terug in Gulpen te komen. Wat een prachtige wandeling. Veel mooie monumenten en dankzij Josy Vaessen die de beschrijving van enkele kastelen en monumenten die tijdens de tocht gepasseerd worden beschreven heeft, en mij deze teksten door gestuurd heeft waarvoor onze dank.
|