PROVINCIALE WANDELTOCHT
WSV TEMPO GELEEN.
GELEEN
We wandelen naar de Sint-Janskluis van 1699, vermoedelijk als ziekenhuis, gesticht door Maria-Dorothea von Dietrichstein - von Salm. De eerste kluizenaar bewoonde de Sint-Janskluis in 1722. De laatste kluizenaar, broeder Antonius, stierf in 1912.
KLUIS
Na de laatste restauratie in 1985 is de Sint-Janskluis ingericht als bidkapel annex tentoonstellingsruimte. We wandelen dan naar het Geleenbeekdal. Verspreid rond de Geleenbeek liggen natte graslanden, hellingbossen en moerasbosjes. Door de afwisseling in hoogte, bodemstructuur en vochtigheid is in het Geleenbeekdal een grote variatie in flora en fauna aanwezig. Begin maart bijvoorbeeld groeien er speenkruid en bosanemonen. Ook kunnen we er reeën en eekhoorns zien.
We wandelen naar de Danikerberg werd in 1997 aan Natuurmonumenten geschonken. Hier is in een voormalige steenfabriek het Centrum voor Natuur- en Milieueducatie Westelijke Mijnstreek gevestigd. Langs de Platsbeek en bij de Muldersplas liggen hooilandjes en een bronbosje. In het Kathagerbroek ligt een zeer waardevol hooilandje. In het beekdal leven veel zeldzame dieren, zoals de zeggekorfslak. De heggenmus, staartmees en kuifmees en ook de grote bonte specht en de grote gele kwikstaart is hier te zien en te horen. En met een beetje geluk ziet u een ijsvogel in de buurt van het water.
SWEIKHUIZEN
We wandelen verder en komen in Sweikhuizen en ligt op een vrij steile heuvel. Halverwege de helling ligt een kleine kerk die in 1739 gebouwd is. Onder aan de Sweikhuizerberg ligt een monumentale hoeve. De Biezenhof. Aangenomen wordt dat de naam Sweikhuizen afkomstig is van het woord Zweihuizen oftewel twee huizen. De naam slaat op de bebouwing tussen twee huizen.
Er is ook een pruimensoort die van hier afkomstig is. Het zijn haar Sjweikeser Rèngelaote, Joep Boyens (1865-1953) gold in zijn tijd in Sweikhuizen als de grootste autoriteit inzake pruimenteelt. Van hem schijnt ook de benaming Sjweikeser Rèngelaot te stammen. Men probeert deze pruimensoort terug in het dorp te laten groeien. We komen dan in het Landschapspark De Graven, is circa 5.700 ha groot en omvat het gebied van Kasteel Millen in Sittard tot de Mulderplas in Schinnen. Tot voor kort was dit mooie stukje Limburg door versnippering van het landschap moeilijk voor de toerist toegankelijk. Met de oprichting van Stichting Landschapspark de Graven wordt flink geïnvesteerd in natuurontwikkeling, zoals erosiebestrijding, bosaanleg en het in natuurlijke staat terugbrengen van beken, graften en holle wegen.
SINT JANSGELEEN
We komen aan de overblijfselen van het vroegere Kasteel Sint-Jansgeleen bevinden zich iets ten noorden van Spaubeek. Het domein ligt al buiten het dorp. De resterende kasteelhoeve ligt met haar ingang aan de lokale weg naar Geleen, dicht bij de spoorlijn, die de haakse bocht in de (Geleenbeek) met een boog volgt, maar ter plekke het riviertje bijna raakt. Het domein vormt een piekvormige noordelijke uitstulping van Spaubeek, behorend tot de gemeente Beek. Het is een lager gelegen, smal en driehoekig stuk niemandsland, fraai aan de beek gelegen en door haar doorsneden, maar voor het bebouwd gedeelte in hoofdzaak ingeklemd tussen de autoweg en de spoorlijn. Wel heeft het gebied gelukkig zijn landelijk karakter weten te behouden. Het complex is thans een beschermd monument. De belangrijkste bijgebouwen zijn gerestaureerd. Het oudste deel is de voormalige brouwerij, een tweelaags mergelstenen gebouw uit 1567. De voorhof of pachthoeve (neerhof) met voormalige pachterswoning dateert van 1730. Zij verkeren in goede staat en worden bewoond. De grote schuur is uit 1720 en de haaks daarop staande stal waarschijnlijk van rond 1775.Aan de overkant van de Geleenbeek bevindt zich voorts de geheel gerenoveerde (Sint-) Jansmolen, die al in de 14e eeuw bij het kasteel hoorde. Het huidige molenhuis is gebouwd door prins Charles de Ligne in 1775. Wat verder komen we in Schinnen.
KASTEEL TERBORGH
WATERMOLEN TERBORGH
In het Geleendal te Schinnen ligt in een delta van de Geleenbeek de ruïne van de oude waterburcht "Terborgh".Het tegenwoordige kasteel is in feite de verbouwde voorburcht en hoeve. Het kelderplan is uit de 16e eeuw en het woonhuis kwam rond 1600 tot stand. De op de binnenplaats tegen de gevel aangebouwde kapel werd door een Roermondse bisschop in 1625 gewijd. Links en rechts van de ingangspoort zijn nog de katrollen aanwezig welke gediend hebben om de valbrug op te halen. De brug zelf is van latere datum, toen dreiging van overval en inbraak niet meer te duchten was. De ramen werden in de 18e eeuw vergroot, door het verwijderen van de tussendorpels van de oorspronkelijke tussendorpels. Kasteel Terborgh was tevens schepenbank en gevangenis, in roerige tijden rond de 18e eeuw werd in de gevangenis van de burchthoeve leden van de zogenaamde "bokkenrijders" ingesloten. Nadat er diverse families in het kasteel gewoond hadden, volgde er een leegstand die precies 60 jaar duurde. In 1941 werd het kasteel verkocht en gerestaureerd, bij het kasteel staat ook nog de Banmolen in vakwerk.
PUTH
Nu komen we in de gemeente Puth, hier is ook controle. Na een rustpauze wandelen we Puth uit en genieten van de vakwerkhuizen die we op weg tegenkomen. Wandelen we nu terug naar het Geleenbeekdal en de Danikenberg. Hier staat de Steenfabriek Sint Jozef ook Steenfabriek Plinthos is gelegen in een natuurrijke omgeving in Geleen, temidden van het landschapspark De Graven.
STEENFABRIEK ST JOZEF
Plinthos was een van de laatste steenfabrieken in Limburg. De Steenfabriek is in 1920 gebouwd en tot 1956 werden er in de fabriek handmatig stenen gefabriceerd, nu is de ringoven gerestaureerd en we hebben geluk dat we ven binnen in de oven mogen rondkijken. Zo komen we terug aan de Kluis en het einde van onze wandeling.
|