Over veelzijdige persoonlijkheid van André Demedts We willen hier een archief aanleggen over André Demedts. Uw bijdrage en/of informatie over de veelzijdige activiteiten van André Demedts is hierbij van harte welkom...
12-08-2006
WAKKEN EN ANDRE DEMEDTS.
2006 is het jaar dat er hulde wordt gebracht aan de zeer verdienstelijke auteur André Demedts
(°1906). Tal van activiteiten worden op het getouw gezet met als doel het leven en werk van deze ijverige Vlaming te herdenken. Ook vanuit Wakken willen we ons bij deze terechte hulde aansluiten en waar mogelijk onze bijdrage leveren.
Tussen de figuur van André Demedts en het Mandeldorp Wakken is er steeds een innige band geweest. De Elsbos en de Neringen waar de Familie Demedts woonde, was slechts op een boogscheut van Wakken gelegen. Talrijk waren inwoners van aldaar die alover Teeuwkensbrug en langs de Baliekouter naar Wakken Kerk gingen. Op korte afstand passeerden ze drie herbergen nl.de Drie Koningen, De Princeen De Keizer.
Ook vader Maurice Demedts was verbonden met het Wakkense dorps-en culturele leven
Het is algemeen bekend dat hij auteur was van diverse artikels in deMandelbode (een weekblad dat verscheen omstreeks de eeuwwisseling en voorloper was van de latere Mandelbode die ontstond in 1943). André Demedts is jarenlang ijverig op zoek geweest naar de pennevruchten van zijn vader en vroeg daartoe om hulp. Helaas hebben we deze documenten nog niet op de kop kunnen tikken en konden we aan zijn vraag niet voldoen.
In 1912 liep André Demedts school te Wakken. Aanvankelijk bij de Zusters van de H.Jozef in de Kapellestraat (waar ook zijn moeder 6 jaar op pensionaat was geweest). In 1914 liet zijn vader hem inschrijven in de Gemeentelijke Jongensschool bij Meester Jules Lobel. Aan hem bewaarde Demedts de beste herinneringen omwille van zijn toewijding, hoewel hij het met de jongens van zijn leeftijd minder goed kon vinden.
Zijn middelbare studies volgde hij aan het Sint-Lievenscollege te Gent. Hij werd er Vlaamsgezind, leerde lectuur kennen over de Frontbeweging, ontdekte ook het tijdschrift Ter Waarheid (afkomstig van de Wakkenaar Joris Van Severen (1894-1940) en had
belangstelling voor het werk van Hugo Verriest (eveneens gewezen pastoor te Wakken 1888-1895).
Op het eind der jaren 20 werd hij te Wakken lid van het AKVS (Algemeen Katholiek Vlaams Studentenverbond). Deze groepering voerde enkele toneelstukken op in de voormalige patronage zaal DEN TAP. André Demedts was hier één der acteurs. Ook in zijn latere leven is de band met Wakken steeds hecht geweest. Aldus trad hij regelmatig op als spreker voor het plaatselijke Davidsfonds-de 11 julivieringen-voor diverse verenigingen of als inleider voor de tentoonstellingen van kunstschilder Leon Beel.
Zijn spreekbeurt over Streekverhalen (kalle bak mijne wafel, de varende vrouw, Pastoor Laridon en de ontucht in een bepaalde herberg) werden in Wakken gewaardeerd. In 1981 werd te Wakken een nieuw toneelgezelschap gesticht met de naamMandelinck (verwijzende naar het pseudoniem van Guido Haerinck (° Wakken in 1937). Op deze officiele doopplechtigheid werd het woord gevoerd door André Demedts, die het had over het bloeiende Rederijkersverleden van de Gemeente.
Op 13.05.1984 onthulde Demedts te Wakken het bronzen Plakket van Hugo Verriest aan de kerk (foto). Dit gebeurde ter gelegenheid van de grote tentoonstelling Verriest-Vanseveren ingericht door het Komitee Wakken Herdenkt.
Daarnaast verwees hij ook regelmatig in zijn werk naar Wakken. Dit voornamelijk in de romancyclus:De eer van ons Volk, die dit jaar opnieuw is uitgegeven in een verzamelbox met zijn verzamelde gedichten. Deze cyclus behandelt enerzijds een brok familiegeschiedenis en anderzijds bevat ze een kroniek van de Algemene en Vlaamse geschiedenis in de periode 1789-1815. Hoofdpersonage is Karel Guillemijn die woont op de Neringenen dicht bij den Elsbos.
Veel voorkomend is de benaming Aksele (literaire benaming voor Wakken + Sint-Baafs-Vijve samen). In deel I (De Belgische Republiek) zijn er verwijzingen naar de hoek van de Mandelstraat-Het Schaek-den Bastaard van Bourgondie de Rekkedijk (tussen de Mandel en Wakken-Kerk)de Rederijkerskamer De Lelie die vergadering hield in het Cruysse van Bourgondien)
In Hooitijdvinden we iets terug over de jonge kerels van den Drogenbroodhoek, het gesprek met pastoor Goethals in het Schaek over de Sansculottes en over de voornaamste herberg van Maartgem (Markegem), nl.De Klok rechtover de Kerk bij Judocus De Voldere.
InGoeden Avond wordt Teeuwtjesbrug vermeld (de weg naar de Kalberg).Hier duikt ook Seef Vermeire op, de facteur van Rederijkerskamer De Lelie. Demedts heeft het hier ook over de dichter P J de Borchgraeve, die herhaaldelijk met lauweren werd bekroond en citeert bepaalde verzen (oa.Ode aan de vrijheid).
In het laatste deel Een houten kroon volgen we Karel Guillemijn en Marianne met het paardenrijtuig naar de kerk te Wakken. Ze spannen uit in Het Schaek waar Djenten Lassuyt op hen wacht. Ook hij heeft het over PJ de Borchgraeve die aan de kermistafel zijn laatste gedichten voorleest en over een openbare vergadering van het armbestuur in het Schaek (voor verpachting van gemeentenaren die geen middelen van bestaan hadden).
Het hoeft geen betoog dat André Demedts in Wakken veel vrienden telde. Namen opsommen is onbegonnen werk.
Een bijzonder interne samenwerking had hij wel met een andere Wakkenaar Luc Verbeke (°1924), de stichter en algemeen secretaris van het Komitée van Frans Vlaanderen (KFV). In het tijdschrift Vlaanderen (oktober 1976 blz.279-280) schrijft Luc Verbeke over zijn kennismaking met André Demedts:
In Wakken kenden zij elkaar van zien en een meer intense kennismaking volgde in Waregem waar beiden hun beroepsloopbaan startten. Samen stonden zij aan de wieg van de letterkundige afdeling van het Kunstverbond te Waregem. Hieruit zouden dan de Frans-Vlaamse cultuurdagen groeien waar beiden veel energie aan besteed hebben en jarenlang enorm goed samenwerkten.
Luc Verbeke vat het als volgt samen:André wordt overal gezien als mijn mentor. In elk geval, we waren twee zielen in een zak.
Onvergetelijke theaterwandeling met sterke acteerprestaties
De theaterwandeling "De levenden en de doden" gisterenavond n.a.v. de 100e geboortedag van André Demedts is uitgegroeid tot een onvergetelijk gebeuren op verschillende podia in het unieke kader van de omgeving van het André Demedtshuis in zijn geboortedorp André Demedts. De voorstelling voor genodigden werd bij aanvang door gids Anton Cogen aangekondigd als de try-out voorstelling en achteraf bleek het om een bijzonder geslaagde productie te gaan met sterke acteerprestaties van alle acteurs en alleen de duurtijd van de wandeling een probleem was. Het theatergebeuren is geprogrammeerd voor 12, 13 en 14 augustus, telkens om 18 en 20 u. Het uurschema kan nog wijzigingen ondergaan, daar de voorstelling van dinsdagavond ruim dubbel zo lang uitliep dan het voorziene anderhalve uur.
De zowat 50-tal aanwezige genodigden waren achteraf allemaal bijzonder opgetogen over de theaterproductie van Anton Cogen en acteerprestaties van alle artiesten van het theatercollectief ES-battement. Onder die genodigden waren ondermeer provinciegouverneur Paul Breyne, Vicaris-generaal Vandecasteele, burgemeester Lambrecht van Wielsbeke, Rudolf van de Perre, Demedts-autoriteit en ondermeer auteur van de André Demedtsmonografie,dochter Hilde Demedts, Allen maakten het ruim drie uren durende theatergebeuren met belangstelling mee.
Provinciegouverneur Breyne zei graag in te gaan op de uitnodiging als waardering voor André Demedts. Hij heeft André Demedts nog meerdere malen van nabij mogen meemaken en na wat André Demedts heeft gepresteerd en betekent voor de provincie West-Vlaanderen hield hij eraan om hier op de 100e geboortedag van André Demedts aanwezig te zijn. Voor hem en veel genodigden was het ook een aangename kennismaking met het talent van de verschillende acteurs balladezangers van het theatercollectief ES-battement.
Anton Cogen had achteraf woorden van lof voor de prestatie van zijn acteurs. Ze werden volgens hem bijzonder geïnspireerd door de literatuur van André Demedts om een sterke prestatie neer te zetten. Het feit dat al de deelnemers ruim drie uren geboeid bleven door de voorstelling en zich geen moment hebben verveeld zegt veel over de boeiende aanpak van het theaterstuk en de acteerprestaties van alle acteurs.
Hoofdrolspeler Robin David uit Antwerpen zette een bijzonder sterke prestatie neer in de rol van Hans Dammaert, die uiteindelijk op het einde zou worden terechtgesteld. Bewondering was er ook voor Lieven De Bondt uit Erpe-Mere in de rol van sleutelfiguur Steven Van Huysse, Wim Rasschaert uit Wetteren in de rol van communist Peter DHooghe,Nele Lisabeth in de rol van tante Yvonne, Cecile Rigolle in de rol van moeder Anna, Marcel Baptiest uit Hasselt in de rol van vader Waldemar Van Huysse, Filip Destoop in de rol van Arseen Dammaert, Els Verfaillie in de rol van moeder Aline, Ann Ribbens uit Zottegem in de rol van Lena Aerens, Antoon Vandendriessche in de rol van SS-er, Lieven Verriest in de rol van Witte Brigade-chef, Marnix De Craemer in de rol van koster-wetsdokter en Johan Debisschop uit Ronse in de rol van Rector Vervoort.
De balladezangers waren Lucina en Guido Eeckhout, na de vertoning ook de gewaardeerde artiesten bij de café-chantant. De muzikanten daarbij zijn Roland Deblaere (gitaar), Olivia (accordeon) en Corine Vanhaesebrouck (drums), Martin Heyse, Jurgen Vermeersch en Hein van Huyse. Bijzondere waardering is er voor Anton Cogen voor zijn theaterbewerking van de roman van André Demedts, zijn regie en zijn begeleiding als gids. Hilde Wauters zorgde voor regie-assistentie en de administratie bij ES-battement wordt verzorgd door Hubert Loosveldt. Tresora Vanhaesebrouck, Martine Heyse, Jurgen Vermeersch, Marnix De Craemer, Johan Debisschop, John Moerman, Rita Fourneau, Kevin Deschijnck en Frenand Wille speelden een figurantenrol. Decor en techniek wordt verzorgd door Rudy Vanschuylenbergh, Raf Veldeman en Valère Deblaere. Linda Provost staat in voor make-up en Hilde Wauters voor kledij.
We weten nog niet of de 100e geboortedag van André Demedts een vermelding heeft gekregen in de Vlaamse schrijvende dagbladpers. We hadden vandaag in avondpost van Radio 2 West-Vlaaanderen wel een uitgebreide bijdrage met Anton Cogen, n.a.v. de theaterwandeling van ES Battement vandaag en volgend weekeind in het kader van het André Demedtsjaar. Ook de TV-omroep WTV-Focus bracht André Demedts vandaag uitgebreid in de herinnering met ondermeer beelden van de André Demedts-tentoonstelling in de Waregemse bibliotheek en de aankondiging van het unieke theatergebeuren "De levenden en de doden" van Anton Cogen en ES-Battement in de omgeving van het André Demedtshuis in zijn geboortedorp Sint-Baafs-Vijve. De try-out vandaag van deze voorstelling vandaag voor genodigden groeide uit tot een onvergetelijke en sterke productie, die ruim drie uren duurde, maar al die tijd bijzonder bleef boeien. Aandacht voor de theaterbewerking van Anton Cogen is er ondermeer ook in het Gouden Blad en de Streekkrant.
In elk geval stond volgende bijdrage vandaag, 8 augustus 2006, in La Voix du Nord :
COMMÉMORATION
Au KFV, lannée André Demedts
Le comité pour la Flandre française (KFV) célèbre cette année lun de ses cofondateurs, André Demedts, né le 8 août 1906. Le fils du second cofondateur, Dirk Verbeke, évoque lhomme et son héritage, un siècle jour pour jour après sa naissance.
Qui était André Demedts ?
« Cétait un homme du peuple, fils dagriculteur devenu fermier lui-même. Poète, il a été ensuite professeur au collège de Waregem, en 1921, puis directeur, en 1949, de la radio-télévision de Flandre occidentale, future BRT2. »
Dans quel contexte a-t-il créé, avec votre père, le KFV ?
« Membre dun cercle artistique, il a souhaité créer après la Seconde Guerre une journée de rencontre entre artistes du Nord de la France et de la Belgique. Après cela, André Demedts et mon père ont eu trois objectifs : éditer un bulletin périodique sur la Flandre française ; monter une action pour ceux qui parlaient le flamand ; et organiser des cours de néerlandais. En plus dune journée culturelle en Flandre, aux Pays-Bas et dans le Nord de la France. Le tout afin de faire émerger une coopération frontalière, avec peu de moyens. »
Quels sont aujourdhui les objectifs du KFV ?
« On se concentre sur les cours de néerlandais, sur notre bulletin édité à 5 000 exemplaires et sur notre journée culturelle, dont la 59e édition se tiendra à Bailleul le 24 septembre ».
Pe. DI
(illustratie uit pentekening Frans-Vlaamse kunstenaar Bottin)
8 augustus 2006, de 100e geboortedag van André Demedts
André Demedts werd geboren op 8 augustus 1906 te Sint-Baafs-Vijve op de eenzame hoeve Het Elsbos, tussen de Mandel en Leie. Hij was het eerste kind van Maurits Ferdinand Demedts (1872-1943) en van Maria-Celesta Vandenhende (1878-1966).Uit dertien bevallingen bleven maar vier kinderen over: naast André de oudste, Gabriëlle geboren in 1909, Paul in 1914 en Michel in 1922. Weinig auteurs waren zo verbonden met hun geboortegrond en hun voorgeslacht als André Demedts.
Zijn grootouders aan vaderszijde waren Ivo Demedts en Rosalia DHondt, die afstamt van het geslacht van de Wakkense cartograaf en graveur Hondius (1563-1612). Langs moederszijde waren zijn grootouders Modest Vandenhende en Rosalia Baert. De moeder van Ivo Demedts was Coeta Ghellemijn (1791-1852), die op haar beurt de jongste dochter was van Karel Ghellemijn (1765-1848). Ook het Demedts-land tussen Mandel en Leie zal regelmatig terugkomen in zijn werk.
Een bijdrage van zijn zuster Gabriëlle voor het Demedtsnummer van het tijdschrift Vlaanderen in 1976 biedt ons meer informatie over de eerste levensjaren van André. Hun moeder vertelde haar dat André, die slechts zeven maand gedragen was toen hij geboren werd, alleen gekoesterd in haar armen in slaap geraakte. Ook, dat hij niet schreeuwde als andere kinderen, maar echte tranen weende. Om hem te kunnen voeden, moesten ze trachten hem te verstrooien, zodat hij vergat waarmee hij bezig was. Vader beproefde het op een avond met zijn lijflied 'Souvenirs du jeune age'. En alles ging goed tot hij naar een ander lied wilde overgaan. Het moest telkens opnieuw hetzelfde zijn. Het langzame weemoedige, het eerst gehoorde. Of grootvader nam hem met fles en al op de arm, ging ermee van stal tot stal en liet hem aan klinken en grendels rammelen. Wie met zo'n kleine levenshonger begint, blijft het lastig hebben...
Gabriëlle Demedts: Ik herinner mij een verre avond uit mijn kindertijd : moeder had André verzocht bij mij te blijven, in een drukke tijd dat zijzelf voor het melken moest instaan. Ik kon nog niet lopen en dat deed ik op mijn derde jaar, dus kan hij nog geen zes geweest zijn. Hij verzon vertellingen en naarmate het meer schemeren ging, geheimzinniger en beangstigender. Het ging net over een gróte beer in een diepe spelonk, toen onze bandhond, verwonderd over zichzelf en onze schrik, in de deuropening kwam staan. Voor mij was hij de beer uit het verhaal, zo sterk was reeds mijn broers suggestievermogen. Eigenlijk ging er als een kracht van hem uit. Zijn grote schuchterheid belette niet dat men onder de indruk kwam van zijn anders en méér zijn. Dit deed een vriend-priester aan mijn grootouders zeggen : 'hij zal eens een groot missionaris worden.'
Gedurende de eerste wereldoorlog zijn wij veel meer thuisgeweest dan dat we school-gelopen hebben, zo dikwijls werden de klaslokalen door Duitse soldaten bezet. Moeder gaf ons af en toe les, maar het grootste deel van de tijd hebben we in vrijheid doorgebracht. Het moet soms voor André en mijn neef Marcel, die bijna altijd bij ons was, een soort plaag geweest zijn: het meisje dat maar half meekon en steeds met de jongens buiten wilde zijn.. Tot uw aller geruststelling kan ik er echter onmiddellijk bijvoegen dat ze dikwijls aan mijn aandacht konden ontsnappen. Dan hoorde ik nadien van Marcel weidse verhalen over het vinden van nesten van zeldzame vogels, hoog of diep verborgen. De eitjes werden als trofeeën meegebracht en, in een twijfelachtig geval, moest vader uitmaken om welk soort het ging. De geheimvolle 'Wulfputten' en de waterbossen (of ging dat alles om één bos, André ?) ken ik slechts uit het enthousiasme van Marcel, mijn broer deelde die nood tot praten niet.
Er werden echter ook dikwijls rustiger spelen op touw gezet, waaraan ik volop mee kon doen. U ziet, vreugde en teleurstelling was zon beetje verdeeld ! Het opzetten der spelen ontsproot gewoonlijk uit André's verbeelding, maar eens dat ze op gang waren, verloor hij vlug alle belangstelling en verdween zo maar. Dan was hij in huis met een boek terug te vinden en verder onbereikbaar.
Wie André's 'Dag voor gisteren' las, weet hoe hij tot de ontroering van het schone in de letterkunde is gekomen en over het ontstaan, zeer vroeg, van zijn eerste geschriften. Later, toen zijn gedichten in tijdschriften begonnen opgenomen te worden, zou hij er mij af en toe een nieuw voorlezen. Zij hebben mij diep geraakt, ik wist hoe reëel het leed was dat erachter stond en de machteloosheid van mijn goede wil. Ook toonde hij me een lovende brief van Menno Ter Braak, over een novelle die hij naar 'Forum' had ingestuurd.
Zijn vertrouwen toen heeft mij gesteund en helpen mens worden. In mijn vrije tijd las ikzelf veel en mijn boeken kreeg ik uit André's hand. En eens, ik was toen vijftien, kreeg ik 'Celbrieven' van Wies Moens. Ik bracht het terug, ik wilde een verhaal, een roman. 'Eerst dat nu eens' zei André. Op zijn gezag begon ik eraan, maar een drietal bladzijden waren genoeg, om mij als het ware op te nemen in de eenheid van klank, ritme en betekenis van dat lyrische proza. Het was voor mij als een openbaring. Voortaan zou ik automatisch het eerst de gedichten lezen in de binnenkomende tijdschriften. Het was een tijd, in de literatuur, van grootmenselijk idealisme en broederlijkheid. Het klonk alles zo waarachtig en verwezenlijkbaar. De wereld zou met ons opnieuw beginnen !
Tot slot hier nog een fragment uit de inleiding in De weg terug (verschenen in Biekorf, Westvlaams Archief, 1963):
Terug te mogen denken aan mijn kinderjaren is mij een vreugde en een troost, zowel een troost als een vreugde. Met het voortgaan der jaren besef ik beter en beter hoeveel ik toen gekregen heb, dat me niet meer kan ontnomen worden. Het land waar ik geboren en opgegroeid ben, de streek tussen Mandel en Leie, is vlak als een tafel. De einder ligt waar de blik in gebreke blijft om dieper in de verte door te dringen. Er zijn geen grenzen, geen begrensdheden in de ruimte. Ze bestaan evenmin in de tijd. Verleden, heden en toekomst waren gelijktijdig aanwezig; sagen en overleveringen verhaalden dat alle toekomstvooruitzichten en voorspellingen aleens gebeurd waren en ons niets kon overkomen dat onze voorouders niet medegemaakt hadden.
André Demedts-tentoonstelling in Waregemse bibliotheek
Naar aanleiding van zijn 100e geboortemaand loopt deze maand in de stedelijke bibliotheek van Waregem een André Demedts-tentoonstelling. Op 8 augustus 2006 is het precies 100 jaar geleden dat André Demedts geboren werd in Sint-Baafs-Vijve. Hij woonde van 1938 tot 1953 in Waregem, was leraar aan het Heilig Hartcollege en actief in het culturele leven in de gemeente. In 1986 werd hij de eerste ereburger van Waregem.
Van 1 tot en met 31 augustus is op de tentoonstelling in de Waregemse bibliotheek naast boeken en tijdschriftartikels uit de eigen collectie ook heel wat fotomateriaal uit het stedelijk archief verzameld. Dit is aangevuld met bruiklenen uit het H.-Hartcollege en merkwaardige privé-archivalia.De tentoonstelling belicht vier aspecten van Demedts rijkgevulde leven. In een eerste deel wordt Demedts belicht als de literator. Een tweede deel toont André Demedts als de cultuurpromotor . Vervolgens krijgen we nog jeugdauteur Koen Lisarde en de link met Waregem. Bij de 20-tal fotocommentaren op de hoofden van de boekenrekken op het gelijkvloers en de verdieping is telkens een passende getuigenis, stuk poëzie of boekfragment te lezen. Zijn leraarsperiode wordt speciaal belicht met twee grote fotokaders, waarbij de bezoekers uitgenodigd worden om de 50 leerlingen van zijn eerste titularisjaar te identificeren.
De tentoonstellling kan bezocht worden tijdens de openingsuren van de bibliotheek. Dit is op maandag, donderdag en vrijdag van 13.30 u. tot 20 u., op dinsdag tot 18 u., op woensdag van 13 tot 20 u. en op zaterdag van 10 tot 16 u. Voor informatie kunt u terecht bij waregem@bibliotheek.be.
André Demedts werd geboren op 8 augustus 1906 op de ouderlijke hoeve "De Elsbos" in Sint-Baafs-Vijve. Reeds op jonge leeftijd verslond hij in de bibliotheek van zijn vader en grootvader, grote klassiekers uit de wereldliteratuur. In 1937 werd André Demedts leraar aan het Waregemse Heilig Hartcollege. Hij trad een jaar later in het huwelijk met Germaine Ide en werd vader van 4 kinderen. In 1949 ging hij aan de slag als directeur bij BRT West-Vlaanderen.
André Demedts drukte door zijn duizenden lezingen en tientallen boeken een belangrijke stempel op het Vlaamse cultuurleven. Hij was stichter en twintig jaar lang voorzitter van het Komitee voor Frans-Vlaanderen. Hij ontving verschillende literaire prijzen zoals de August Beernaertprijs in 1946 voor de roman "Het heeft geen belang", de Joris Eeckhoutprijs in 1956 voor het essay "Stijn Streuvels" en de Emile Bernheimprijs in 1981 voor "Geluk voor iedereen". In 1962 kreeg hij de Prijs voor Letterkunde van de Vlaamse Provincies voor De levenden en de doden (1959) en in 1976 opnieuw voor zijn hele oeuvre. In 1963 werd hij benoemd tot lid van de Koninklijke Academie voor Taal en Letterkunde. In 1990 ontving hij de hoogste literaire prijs, de Driejaarlijkse Staatsprijs voor zijn hele schrijverscarrière.
De titel van ereburger werd toegekend aan André Demedts tijdens de gemeenteraadszitting van 1 juli 1986. Zijn grote betekenis als dichter, romanschrijver, essayist en causeur, leraar aan het Waregemse Heilig Hartcollege, zijn actieve betrokkenheid bij het culturele leven in Waregem en zijn grote verdiensten op cultureel gebied in Vlaanderen maken van hem een waardige ereburger. André Demedts overleed te Oudenaarde op 4 november 1992.
Op 18 augustus gaat de stad Waregem André Demedts nog herdenken met de inhuldiging van een gedenkplaat en een lezing. De gedenkplaat komt aan de woning in de Guido Gezellestraat 45, waar hij laatst gewoond heeft in Waregem. De lezing wordt gebracht door classicus en recensent Jooris van Hulle.
Op de foto ziet u Luc Verbeke, vriend van André en medestichter van KFV, en samensteller Filip bij het gedeelte van de tentoonstelling aan de ingang van de bibliotheek. Wie wil meezoeken naar de 50 leerlingen van de titularisklas van André Demedts tijdens het schooljaar 1937-38 in het H.-Hartcollege in Waregem kan terecht op het Waregemse stadsblog op http://blog.seniorennet.be/wareber2/