Reisverslagen

06-09-2004
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.OOSTENRIJK GROSSARL 2004 deel 1

GROSSARL – OOSTENRIJK

4.9.2004 – 20.9.2004

Zaterdag 4 september 2004

4.30 u: opstaan

5.50 u: vertrekken – kilometerstand 84.588 – we rijden via de E 40 naar Brussel wegens de werken aan de ring rond Antwerpen. Het is ca 16 graden, mooi weer en geen wolkje aan de lucht.

6.22 u – 50 km: we rijden de ring rond Brussel op richting Luik.

6.33 u – 69 km: verlaten de ring rond Brussel en beginnen aan de snelweg naar Luik.

7.20 u – 158 km: rijden voorbij Luik. Het is 16 graden.

7.43 u – 195 km: stilstand aan de parkeerplaats Lichtenbusch (even voor ? of na ? de Belgisch-Duitse grens) voor een sanitaire stop. We vertrekken er terug om 8 u.

9.08 u – 208 km: rijden Aken voorbij.

9.00 u tot 9.20 u – 293 km: stilstand op de raststatte Siegburg.

11.11 u – 440 km: rijden de luchthaven van Frankfurt voorbij.

11.40 u – 480 km: ter hoogte van Kleinmorthsheim is er stilstaand verkeer. Na 5 minuten is het probleem opgelost.

11.49 u – 487 km: rijden Aschaffenburg voorbij. Wij vragen ons nog steeds af waarvoor de overspanning over de weg, die voorzien is van grote ramen, wel moet dienen.

12.40 u tot 13.14 u – 559 km: stilstand op de raststatte Würzburg. We eten er iets. We vragen ons af of we niet beter zouden doorrijden naar onze eindbestemming. Het weer is uitstekend en het verkeer geeft geen problemen (tot nu toe). We bellen met de GSM naar Schütsenhof om te vragen of we een nacht vroeger mogen komen. Burgl (afkorting voor Walburga) zegt dat er een kamer vrij is voor ons maar dat we de volgende dag pas naar onze gebruikelijke kamer kunnen. We zullen dus een kleine verhuis moeten doen. Ik verwittig haar dat het gerust 19 u a 20 u kan zijn als we daar aankomen. Ook dat is voor haar geen probleem. Na het eten van elk twee croissants en een koffie vertrekken we terug.

14.34 u – 683 km: we stoppen aan de raststatte Nurnberg en tanken er 42,38 liter diesel voor € 41,28 (€ 0,974/liter tegen € 0,904 in België) Het grote prijsverschil waarover men het in de pers had is dus fel overdreven.

15.50 u – 811 km: wanneer we in de buurt van Munchen komen krijgen we een file te verwerken veroorzaakt door het samenkomen van enkele wegen met de ringsnelweg rond de stad en gepaard gaande met werken op die plaats.

16.17 u – 818 km: einde van de file daar wij de ringsnelweg verlaten en de snelweg nemen richting Salzburg.

17.09 u – 862 km: stoppen een tiental minuten aan een raststatte, kopen er twee autowegenvignetten voor Oostenrijk (2 x 10 dagen) en eten er wat.

18.18 u – 967 km: passeren de Duits-Oostenrijkse grens.

18.32 u – 993 km: rijden door de eerste Oostenrijkse tunnel.

18.52 u – 1011 km: na het verlaten van de snelweg te Bisschofshofen rijden we even verder door Sankt Johan in Pongau.

19.09 u – 1037 km: aankomst te Grossarl aan hotel Schütsenhof. Het avondmaal is volop aan de gang en het is dus druk voor de uitbaters Burgl, Hias en Monika. Toch vinden ze even de tijd om ons welkom te heten en ons onze voorlopige kamer voor één nacht (nr. 2) aan te wijzen. Na vlug onze spullen in de kamer te hebben gezet en genoten te hebben van een verfrissende douche gaan we eten. Nergens bespeuren we bekenden van vorige jaren.

Avondmaal:

Menu:
Eierflockensuppe
Salat vom Buffet
voor Lea: Jägerschnitzel dazu Duchessekartoffeln
voor mij: Kasnock’n (dit zijn “spätsele” – kleine, in water gekookte deegballetjes – in een kaassaus)
dessert: Pfirsichkompott mit Sahne

Als afsluiter van de maaltijd krijgen we de traditionele welkomstsnaps aangeboden. Daarna gaat het richting kamer en schrijf is de eerste dag van mijn reisverslag. Rond 21 u gaan we doodmoe slapen maar horen boven ons een groep mannen bekende liederen zingen(kamer 2 bevindt zich op de verdieping -1 –onder de gelagzaal). Ware het niet dat we zo moe waren, we zouden nog eens naar de stube teruggekeerd zijn om mee te zingen, maar nu houden we het op wat meeneuriën in ons bed. Even na 22 u valt het zingen stil en dommelen we in (juister is: we vallen in slaap als een steen).

Zondag 5 september 2004

5.00 u: na een diepe en verkwikkende slaap wordt ik wakker maar blijf nog wat liggen tot 7.50 u. Ik sta op, ga douchen en wandel daarna even rond het hotel om van de ontwakende vallei te genieten. Het weer is wat bewolkt maar de zon zal gans de dag overvloedig schijnen. Wanneer ik terug ben op de kamer is Lea bijna klaar en gaan we samen ontbijten. Alles is gebleven zoals vorig jaar. Bij het ontbijt kunnen we kiezen uit twee menu”s voor ’s avonds. Deze staan op een blad en kan men het gekozene aankruisen. Voor de kleine eters is het mogelijk een kleine portie aan te kruisen. De rechterhelft van het blad, waarop de menu’s staan, scheur ik telkens af en bewaar ik om mijn verslag aan te vullen. Indien de twee voorgestelde menu’s niet voldoen aan de wensen van de gasten mag men ook een gerecht kiezen van de kaart. Ik vraag tijdens het ontbijt aan Burgl wanneer onze kamer (nr. 16) klaar zal zijn zodat we kunnen verhuizen. Dit zal zowat rond de middag zijn.

Na het ontbijt wandelen we naar het centrum van Grossarl en verpozen wat op een bank midden in het dorp. Blijkbaar is dit de kortste weg naar de kerk want heel wat bewoners passeren ons om de mis van 10 u bij te wonen (de enige mis op zondag). Velen zijn gekleed in “trachten”, de traditionele klederdracht. Onder hen enkele jonge gezinnen met hun kleine kinderen. Ook deze laatste zijn in klederdracht, wat mooi is om zien. Tegen 10 u gaan we in richting van de kerk die men bereikt na een korte steile klim. De kerk, die prachtig versierd is met met bladgoud belegde beelden, zit bomvol zodat we achteraan moeten rechtstaan. Een jeugdkoor zingt een prachtige hymne. Halfweg de dienst verlaten we de kerk en keren we terug naar het hotel. Onze kamer is echter nog niet klaar maar na een half uurtje wachten en het drinken van een koffie kunnen we aan de verhuis beginnen. De meeste bagage hebben we in de valies en de tassen laten zitten zodat de verplaatsing vlug gebeurd is. We krijgen dezelfde kamer als vorig jaar (nr. 16) zodat we ons al vlug terug thuis voelen. Na alle bagage te hebben uitgeladen en in de kassen geschikt te hebben rusten we wat uit .

14.00 u: we rijden met de auto naar het daleinde van het Grossarldal en verbruiken iets op het terras van het restaurant Talwirt (apfelstrudel met behoorlijk wat slagroom en Lea een sorbet van perziken en gekonfijt fruit, overgoten met yoghurt met elk een koffie).

Rond 16.00 u zijn we terug in het hotel en besluiten de sauna uit te proberen. Die bevindt zich op de -1 verdieping. We leerden dit fenomeen voor het eerst kennen in Houffalize. Hier is het gebruik van de sauna echter gratis, dus iedere dag dat het past zullen we gebruik maken van de sauna.

Na de sauna brengen we de rest van de tijd tot aan het avondeten door op het terras van het hotel en genieten van de ondergaande zon.

18.00 u: avondmaal

Menu:
Ridssuppe mit Frittatenroulade
Salat vom Buffet
Grillteller mit Kräuterbutter dazu Ofenkaroffel mit Sauerrahm-Specksause
dessert: Tropicana (vanille-ijs met appelsiensap)

22.30 u: gaan slapen

Maandag 6 september 2004

6.45u: opstaan.

7.00 u: ik maak een wandeling in de omgeving van het hotel.

7.45 u: ontbijt. Een gewoonte van dit hotel is dat op maandagmorgen de gasten een “morgenpost” ontvangen. Dit is een blad met wat inlichtingen op en waarop ook de wandeling van morgen met de gasten van het hotel onder leiding van Hias wordt aangekondigd. De wandeling van morgen gaat naar de Bachalm.

9.15 u: we rijden naar het dal en naast de kabelbaan is de winkel Billa gevestigd. Billa is een winkelketen, best vergelijkbaar met Aldi en Lidl. We doen er enkele inkopen en keren dan terug naar het hotel.

10.30 u: vertrekken met de auto naar de parkeerplaats gelegen boven het dorp Huttschlag

10.45 u vertrekken op wandeling naar de Hub-Grundalm. Twee jaar geleden was ik daar met de gasten van het hotel tijdens de wandeling met Hias. Lea ging toen niet mee. Het weer is ronduit schitterend, aangename temperaturen en geen wolkje aan de lucht, een licht briesje die het allemaal aangenaam maakt. De weg naar de alm is een licht stijgende grintweg. Onderweg krijgen we een telefoontje op onze GSM van Marijke maar door de slechte ontvangst (door te weinig antennes of teveel bomen) wordt het gesprek afgebroken. Ik stuur dan maar een sms-je naar Marijke dat wel terecht komt. De alm bereiken we om 12.30 u. Met zicht op de zonovergoten bergen eten we elk een boterham met hesp (schenckenbrodt) en drinken we een Almdudler en een koffie.

13.15 u: we keren met een langzame stap terug naar beneden.

Omstreeks 15.00 u zijn we terug aan de wagen en rijden naar het hotel. Daar maken we gebruik van de sauna en tussen 17.00 u en 18.00 u drinken we nog iets op het terras van het hotel. De ondergaande zon zet het tegenoverliggende Elmaudal in een zacht avondlicht.

18.00 u: avondmaal.

Menu:Ridssuppe mit Goldwürfel
Salat vom Buffet
Rindsroulade dazu Butternudeln
Melonen im Holunderblütensaft

Nu ontdek ik dat men hier ook donker bier heeft. Het is maar een flauw afkooksel van onze donkere bieren, wat het alcoholgehalte betreft, maar de smaak kan er door.

Na het avondmaal kijken we nog even van op ons terras naar de deemstering die over het dal valt.

Dinsdag 7 september 2004

5.00 u: ik wordt wakker maar blijf liggen tot 6.50 u.

7.50 u: ontbijt

Na het ontbijt maken we ons klaar voor de wandeling met de gasten van het hotel onder leiding van Hias. Het is de eerste keer dat Lea meegaat op een gezamenlijke wandeling.

9.30 u: we vertrekken met de wagens, in colonne, naar het startpunt van de wandeling dat gelegen is tussen Grossarl en Huttschlag. We rijden de berg op tot aan de “schrancke” (het hek – een gesloten hek mag men niet voorbijrijden, ook de verbodsborden “verboden voor alle voertuigen” die vergezeld zijn van een bord “OBF” (Östenreichischer Bundesfrost – Bosbeheer Oostenrijk) mag niet voorbijgereden worden). Doordat we met een 8-tal wagens zijn laat een deel zijn wagen achter voor het hek en rijdt de rest achter Hias die enkele bochten verder nog een andere parkeerplaats voor een 5-tal wagens aanduidt.

9.45 u: Samen met Hias beginnen we aan de wandeling. Een van de gasten van het hotel rijdt met zijn wagen tot aan de alm. Langzaam stijgend vordert de groep onder een stralende zon (in het dal was het bij het vertrek 7 graden). Iedereen is opgewekt en kwettert er lustig op los. Halfweg de beklimming stopt de groep en deelt Hias bier en frisdrank uit (daar waarschijnlijk achtergelaten door de gasten die met zijn wagen onderweg zijn naar de alm). Het gebaar werd waarschijnlijk ingegeven door het vrij warme weer van de laatste dagen.

11.30 u: aankomst op de Bachalm. Lea heeft de beklimming zonder problemen meegemaakt. Het is de gewoonte dat Hias zijn gasten trakteert op een “obstler” (snaps). Weinigen zeggen neen tegen het prikkelend drankje. Verder gebruiken we er drie “gespritste” appelsappen (appelsap opgelengd met spuitwater) en een kleine breteljause (bretel: plank, jause: voedsel, versterking van de inwendige mens). Oostenrijkers zijn specialisten in het mengen van allerlei dranken. Dit alles kost ons € 7,60. Daarnaast kopen we nog een prentkaart met een foto van de alm. Rond 13.00 u is het tijd om terug te keren. Onderweg nemen wij een zogenaamd “kortere” weg, een smal kronkelig en gebrekkig paadje, maar uiteindelijk doen we er langer over dan dat we de gewone weg hadden gevolgd.

14.30 u: we zijn terug aan de wagen en rijden naar beneden. Daarbij is het uitkijken geblazen omdat de grintweg zodanig bolvormig is dat het niet uitgesloten is dat men met de onderkant van de wagen de weg raakt.

In het hotel aangekomen nemen we vlug een douche en steken dan onze voeten onder tafel voor de gratis koffie en koeken ons aangeboden door Burgl. Ondertussen praten we wat met de andere (Duitse) gasten. Het valt ons op dat we dit jaar gemakkelijker contact met hen maken.

18.00 u: avondmaal.

Menu:
Zucchinicremesuppe
Salat vom Buffet
Gebackene Hendlbrust dazu Rahmkartoffeln
dessert: Bananenmilch

De rest van de avond: idem dito

Woensdag 8 september 2004

7.00 u: opstaan

7.55 u: ontbijt

8.50 u: vertrek uit het hotel, te voet, naar het dalstation van de kabellift. Het hotel is uitstekend gelegen voor de skiërs die ’s winters de kabellift willen nemen. Via een weide naast het hotel skiën ze naar het dalstation, amper 2 minuten ver. Voor ons is het ook maar 10 minuten stappen. We zijn nog op tijd om mee te kunnen met de kabellift. Die werkt slechts om het uur en zolang er wandelaars staan aan te schuiven. In dit seizoen werkt de lift op zondag en woensdag. Bij regenweer wordt de dienst verschoven naar ’s anderendaags.

9.15 u: aankomst in het bergstation van de kabellift. We vertrekken naar de Kreuzkogel die we van hieruit zien en die bereikt kan worden na een korte maar steile helling.

ca 10.00 u: aankomst aan de voet van de spits van de Kreuzkogel. Van hieruit hebben we zicht op de Gasteinervallei en Dorfgastein. Ikzelf klim nog even naar de top van de Kreuzkogel om er een wandelstempel te halen. Die is te vinden aan het “gipfelkreuz” (het kruis op de top). Wegens het goede weer is het op deze top zeer druk, je zou bijna van filevorming kunnen spreken. Op de top is er op dat ogenblijk een groep die onder begeleiding van een harmonica een mooi lied zingen.

Van de Kreuzkopel gaat het naar de Fulseck. Dit is een graatwandeling waarvan het laatste deel vrij steil is en flink in de kuiten bijt.

10.40 u: op de Fulseck stappen we in het bergstation in de kabellift en dalen af naar Dorfgastein. Halfweg moeten we overstappen in het tweede deel van de kabellift.

ca 11.00 u: we stappen uit de gondel van de kabellift te Dorfgastein. Tijdens de afdaling zien we enkele “drachenfliegers” of “paraglijders”. Van het dalstation naar het dorp is het slechts vijf minuten stappen. Voor ons is het een nostalgisch gevoel hier, na meer dan 25 jaar, weer eens te zijn. De twee vorige jaren deden we Dorfgastein ook aan maar toen regende het meestal (bij mooi weer blijven we meestal in het Grossarldal). Onder de stralende zon komen de herinneringen aan vroeger terug naar boven. Uit een vorig bezoek weet ik dat de vroegere hotelbaas van Steindlwirt, Joseph Rieser, reeds overleden is. Ik wandel even op het kerkhof naast de kerk en vind een familiegraf waarop vermeld staat: “ Jozeph Rieser + 1987”. De man heeft ons laatste bezoek amper 9 jaar overleefd.

Na een wandeling door het kleine dorpscentrum, dat er bevreemdend stil bij ligt, gaan we iets eten op het terras van een patisserie (2 croissants, 1 croissant met chocolade, een kersenstrudel en twee kannetjes koffie = € 16).

13.00 u: we zijn terug aan het dalstation van de kabellift en gaan terug naar boven. De liften die we die dag gebruikt hebben zijn eenmalig gratis door de aankoop van een Salzburgerland Card (€ 44 voor 12 dagen). Van de Fulseck gaat het terug naar de Kreuzkogel en naar het bergstation van de kabellift naar Grossarl. Daar neemt Lea om 14.05 u de lift en ik zal te voet naar het hotel gaan. Deze tocht is ongeveer 10 km lang en de weg loopt langs het hotel. Boven staat aangegeven dat deze wandeling 2 ¼ u duurt (tot in het dorp van Grossarl) maar ik doe er maar anderhalf uur over tot aan het hotel.

Eens terug in het hotel en na wat gerust te hebben gaan we wat uitzweten in de sauna.

18.00 u: avondmaal. Hias en Burgl hebben mij waarschijnlijk zien afkomen van de berg want beiden vroegen me hoe het gegaan was.

Menu:
Ridssuppe mit Nudeln
Salat vom Buffet
Gulasch vom Hirschkalb dazu Birnenkroketten uns Apfelrotkraut
dessert: Topfennockerl auf Erdbeerkompott

Na het avondeten duurt het niet lang of we gaan slapen. Het was een vermoeiende dag, veel zon met slechts enkele wolken.

Donderdag 9 september 2004

9.10 u: vertrek aan het hotel naar de Grossglockner. 85.690 km. we tanken 28,74 liter diesel voor € 25,26 (goedkoper dan in België).

9.31 u: vertrek aan het pompstation in Grossarl. Na ongeveer 25 km (Schwarszach) even opgehouden door werken.

10.09 u: rijden voorbij de afslag naar de Gasteinervallei.

10.28 u – 50 km: afslag naar de Glossglockner. Er is lichte nevel en de toppen van de eerste bergen zitten in de wolken.

10.43 u – 62 km: aankomst aan de kassa waar moet betaald worden. We betalen € 23,80 i.p.v. de normale € 26 (vermindering met Salzburgerland Card). Vooraleer we de kassa voorbijrijden drinken we nog een koffie in de taverne Tauernhaus.

11.04 u: beginnen we aan de tocht over de Hochalpenstrasse.

11.53 u – 77 km: we zijn op de Edelweisspitse waarvan de top op dat moment in de wolken steekt.

13.15 u – 100 km: bereiken de Kaiser Franz Josefhöhe aan de voet van de Grossglockner.

14.16 u – 133 km: we zijn terug aan de kassa.

14.30 u – 146 km: einde van het dal van de Grossglockner te Pichl

15.21 u – 194 km: zijn terug aan het hotel.

Enkel kleine wolkjes gedurende de ganse dag.

Avondmaal:

Menu:
Kürbiscremesuppe
Salat vom Buffet
Putenschnitsel auf Natursaft met Tomaten und Käse überbacken dazu Wildreis
dessert: Vanilleoverscreme mit Fruchtsaft

Verder de gewone avondrituelen.

Vrijdag 10 september 2004

8.00 u: ontbijt

9.00 u: vertrek aan het hotel. Doen eerst enkele inkopen in de Billawinkel en rijden dan door naar de Sonneggbrucke. Daar laten we de auto achter en vatten de klim aan naar de Unterwandalm. Aan de vertrekplaats staat aangegeven dat het 1 ½ u stappen is naar deze alm. Het cijfer is echter uitgekrabd zodat we vermoeden dan de wandelafstand wel wat langer is dan staat aangegeven.

9.40 u: start van de wandeling. De klim is matig steigend. We komen aan op de Unterwandalm op 11.30 u. We drinken er een Almdudler en een koffie.

12.15 u: vertrekken we van de Unterwandalm naar de Karseggalm. De weg verloopt via een smal paadje dat echter vrijwel horizontaal blijft zonder noemenswaardig hoogteverschil. Hiervoor hebben we maar een 10-tal minuten nodig. Beide almen bezochten we reeds vorig jaar maar toen gingen we via de Breitenebenalm. Aan de Karseggalm stoppen we niet en beginnen we aan de steile maar korte afdaling naar de Breitenebenalm. Deze laatste alm bereiken we om 13.15 u. Hier verbruiken we elk een frittatensoep (bouillon met in repen gesneden zoute pannenkoek). Gedurende de ganse dag schijnt de zon volop zodat we zoveel als mogelijk de schaduwplekken opzoeken om niet al te veel te verbranden.

13.15 u: we verlaten de Breitenebenalm (Adelhorst) en beginnen aan de afdaling naar de Sonneggbrucke. Het is de eerste keer dat we deze te voet doen. Wel hebben we in het verleden reeds verschillende keren met de wagen naar de Breintenebenalm gereden. We hebben dus geen juist beeld van de duur en de lastigheidgraad van de afdaling.

14.30 u: aankomst aan de Sonneggbrucke en stappen daar in onze auto om naar beneden te rijden. Alhoewel we de vermoeidheid in de kuiten voelen is de “rondweg”-wandeling best te doen. Eens in het hotel rusten we wat uit en gaan daarna naar de sauna tot 16.50 u.

18.00 u: avondmaal

Menu:
Eierschwammerlsuppe
Salat vom Buffet
Wiener Schnitzel dazu Pommes frites
Hausgemachte Apfelringe mit Zimtzucker (appelbeignets – men spreekt soms ook van “apfelradel” – appelwielen dus)

Zaterdag 11 september 2004

7.00 u: opstaan.

7.55 u: ontbijt.

9.15 u: vertrek van het hotel en doen vooraf enkele boodschappen. Vervolgens rijden we met de auto naar de Aualm. Normaal worden de auto’s achtergelaten aan Pointgrun maar voor de eerste keer rijden we door tot aan de alm zelf. Aan Pointgrun staat aangegeven dat het tot aan de Aualm 2 uur stappen is. Vanaf Pointgrun stel ik de dagteller van de auto op 0. Eens aan de Auheimalm (dit is de lagere gelegen alm) blijkt dat de afstand precies 2 km is. Vanaf de Auheimalm tot aan de Aualm is het 2 km en 100 meter. De weg moet voorzichtig bereden worden vanaf Piontgrun (daar eindigt de tarmacverharding en gaat de weg over in een grintweg. Meestal is het grint al goed vastgereden maar hier en daar ligt nog wat losse steenslag. Ook is de weg tamelijk gebogen zodat het uitkijken geblazen is om niet met de onderzijde van de wagen tegen de weg te slepen.

10.40 u: aankomst aan de Aualm. Voor de alm is er een parkeerplaats voor een 10-tal wagens. We drinken er een koffie die Lea laat staan omdat die te bitter is (de koffie op de almen is meestal Nescafé waardoor er wel eens een lepeltje teveel in de tas wordt gedaan). Het bezoek aan het toilet is een belevenis op zichzelf. Het is er een van het type “plank met gat”. Eronder is er geen beerput aanwezig maar blijft alles voor het nageslacht zichtbaar. Een jager die op het terras rustig zijn biertje zit te drinken schertst “dat we toch niet vergeten hebben het toilet door te sassen” en mompelt nog iets van “reine nostalgia”. Na de koffie stappen we op en klimmen via een smal paadje richting Schuhflicker ( 2214 meter). Het is niet de bedoeling deze te beklimmen, 25 jaar geleden ben ik er ooit opgeweest en om het laatste stukje te beklimmen mag men geen hoogtevrees hebben. Aan de voet van het massief van de Schuhflicker, we zijn dan niet ver meer van de “graat” en over de helft, keren we terug. Het landschap is mooi niettegenstaande de zon zich af en toe achter de wolken verschuilt. Op het paadje is het druk en komen we heel wat volk tegen of loopt ons voorbij. Eens terug aan de Aualm blijken bijna al de plaatsen van het terras te zijn ingenomen door een grote groep wandelaars. Nadat er enkele plaatsen zijn vrijgekomen door het vertrek van een koppel kunnen we ons zetten, drinken we een Almdudler en eten daarbij een “speckbrot”.

13.30 u: we vertrekken naar beneden. Vanaf de Aualm tot beneden in het dal doen we er ca 45 minuten over wegens de afstand en omdat we voorzichtig moeten rijden.

Na wat gerust te hebben en daarna gebruik gemaakt te hebben van de sauna brengen we vanaf 17.15 u tot aan het avondmaal de tijd door met het kijken, vanop het terras van het hotel, naar het door de ondergaande zon verlichte Elmaudal.

18.00 u: avondmaal.

Menu:
Eierflockensuppe
Salat vom Buffet
Zigeunerschnitzel dazu Schupfnudeln (gegrilde varkenssnitsel met paprikasaus)
dessert: Ananaskompott

Zondag 12 september 2004

9.19 u: vertrek naar Bad-Hofgastein. Kilimeterstand: 85.931.

De zon schijnt maar er is wat bewolking. Het is 14 graden.

10.05 u – 45 km: aankomst te Bad-Hofgastein. We gaan het termalbad binnen. De toegang is eenmalig gratis met de Salburgerland Carte (normale prijs met inbegrip van sauna e.d. is € 21,50). Het zwemparadijs is twee jaar geleden volledig vernieuwd. Nog steeds kan men van binnen naar buiten zwemmen en het water is behaaglijk warm. In de benedenverdieping zijn er sauna’s ondergebracht, rustbedden met watermatrassen e.d. In het restaurant eten we een portie friet en drinken een frisdrank.

14.19 u: we keren terug naar het hotel. Ondertussen zijn de wolken steeds maar donkerder geworden en is het aan het regenen.

14.47 u – 60 km: eens buiten het Gasteinerdal slaan we links af richting Dienten en volgen een mooi weggetje. Rijden vervolgens via Mulhbach naar Grossarl.

16.20 u – 128 km: aankomst aan het hotel. Eerst verkennen we nog de weg die naar omhoog loopt langs de andere kant van het dal en gaan dan nog iets drinken in de “stube” van het hotel.

18.00 u: avondmaal.

Menu;
Rindssuppe mit Frittaten
Salat vom Buffet
Hirtenspiess mit Kräuterbutte dazu Ofenkartoffel (in de pel) mit Sauerrahm-Specksause.
dessert: Vanilleeis mit heisen Waldbeeren

Maandag 13 september 2004

9.10 u – 86.060 km: vertrekken aan het hotel naar Berchtesgaden. Tanken in het dorp 25,59 liter voor € 22,49 (€ 0,879/ liter). In het Grossarldal hangt er wat nevel maar eens we uit het dal zijn komt de zon er goed door. We rijden via de snelweg richting Salzburg en nemen de afrit Hallein. Beter was geweest dat we nog iets verder waren gereden tot de afrit waarbij Berchtesgaden staat aangeduid.

10.49 u - 67 km: we rijden door het centrum van Hallein en vinden gemakkelijk de aanduiding naar Berchersgaden.

11.10 u – 88 km: aankomst te Berchtesgaden (Duitsland) en parkeren in het centrum in een parkeergarage. We bekijken de winkeltjes maar we zijn vlug uitgekeken.

12.20 u: aankomst aan de Köningssee en parkeren de wagen op een vrij grote parking. Het is er druk want hele busladingen toeristen worden er aangevoerd. Nadat we wat gegeten hebben stappen we in de boot die op de Kôningssee vaart. We betalen hiervoor € 14/persoon. Tot het einde van het meer is het twee uur varen (de stops inbegrepen). Er wordt onder andere gestopt om op een bepaalde plaats bergwandelaars op te pikken en verder nog aan het schiereilandje met daarop het kerkje van Sankt-Bartelomee. We besluiten nergens uit te stappen. Onderweg stopt de boot en geeft de gids een trompetsolo waarvan de echo tegen de bergen weerkaatst. Het is windstil en dus uiterst geschikt om de echo te laten weerklinken. Met wind wijkt het geluid te veel af. Wanneer men in het terugkeren in de richting van de vertrekplaats kijkt ziet men erachter een bergmassief waarin men een heks kan herkennen die op haar rug ligt.

16.27 u – 93 km: vertrekken aan de Köningssee (de parking kost € 3). Vooraleer te vertrekken maken we gebruik van het toilet en komen tot de eigenaardige vaststelling dat het staande publiek slechts 20 cent dient te betalen en het zittende 30 cent. De ganse dag is het mooi weer met temperaturen die rond de 25 graden liggen.

17.45 u – ca 180 km: aankomst aan het hotel.

18.00 u: avondmaal:

Menu:
Rindssuppe mit Eiermuscheln
Salat nom Buffet
Putenroulade (kalkoenrollade) mit Spinat und Speck gefült auf Kräuterrahmsause dazu Wildreis
dessert: Palatschinke met Marmelade

Zie verder deel 2

06-09-2004 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
05-09-2004
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.OOSTENRIJK GROSSARL 2004 deel 2

Oostenrijk Grossarl deel 2

Dinsdag 14 september 2004

9.30 u: vertrek aan het hotel naar de start van de wandeling met Hias. Vandaag zijn er veel belangstellenden want de autokaravaan die achter Hias aanrijdt telt minstens tien wagens (ca 24 deelnemers). Het lijkt wel een stoet.

9.50 u: parkeren de auto’s net voor de “schrancke” en vertrekken te voet naar de Reitalm. De klim is zeer langzaam met zelfs halfweg een vlak stuk. Waldy, de hond van Hias, loopt zoals gewoonlijk mee en wijkt geen seconde van de zijde van zijn baasje. De ganse wandeling trippelt hij met zijn korte pootjes mee. Monika (de dochter des huizes) vertelde ons dat Waldy een rashond is met een serieuze stamboom. Wanneer Hias in de herfst op jacht gaat wil hij steeds mee en bewaakt hij (volgens mij is het een “zij”) een geschoten stuk wild tot zijn baas het komt ophalen. De zeldzame keren dat hij niet mee mag met Hias verstopt hij zich nukkig in een hoekje. Onderweg vertelt Hias dat op de top van het tegenoverliggende gebergte normaal een 40-tal hertestieren rondlopen maar op dit ogenblik zijn ze allen vertrokken naar de paarplaatsen van de wijfjes. s’ Winters worden de herten eens per dag gevoederd met voedsel dat door de jachthouder aangevoerd wordt met een motorslee. Vroeger trokken de stieren zelfs tot tegen Sankt-Johan i. P. maar door het voederen, het drukke verkeer en de toeristen gebeurt dit niet meer.

11.20 u: aankomst op de Reitalm. Het is een spiksplinternieuwe alm, voorzien van een modern toilet en gebouwd op amper een 100-tal meter van de oude alm. We drinken er in totaal 3 Almdudlers, een “buttermilch” (karnemelk) en eten elk een “schenckenbrot”. Zoals gebruikelijk trakteert Hias zijn gasten op een snaps. Het weer is prachtig maar men verwacht voor morgen regen.

13.00 u: het is tijd om terug te keren naar het dal en er steekt een krachtige windvlaag op. De voorbode van de regen van morgen? De meeste almen verkopen, naast drank en voedsel, ook dikwijls een prentkaart met een foto van de alm. We trachten telkens een dergelijke prentkaart te kopen.

14.00 u: we zijn terug aan de auto’s en keren terug naar het hotel.

14.45 u: de gratis koffie en koeken, ons aangeboden door Burgl, smaken heerlijk. Wegens het goede weer kunnen we deze gebruiken op het terras van het hotel. De stemming is opperbest waardoor de tongen loskomen en er lustig op losgepraat wordt. Aan onze tafel zit een koppel Duitsers die hier voor het eerst zijn tijdens de zomer maar reeds jaren tijdens de winter naar hier komen. Ze vertellen over de sfeer tijdens de winter en de ontspanningsmogelijkheden die er zijn. Zo vertellen ze dat ze dan meestal langlaufen tot het einde van het dal en daar dan de bus terug nemen.

In een hoekje van het terras staat een weerstation. In feite is het een van de vele spitsvondige grappen die je hier in Oostenrijk kan tegenkomen. Het weerstation bestaat uit een horizontaal uitstekend vierkant stokje waaraan een touw hangt (soort galgje). Onderaan dit touw is een steen geknoopt. De bijgaande tekst is overduidelijk:

de steen is nat = het regent

de steen is wit = het sneeuwt

de steen beweegt = het waait

de steen geeft schaduw = de zon schijnt

de steen is niet zichtbaar = er is nevel

de steen is weg = hij is gestolen

Het resultaat niet steeds betrouwbaar

Indien het weer anders is zijn we hiervoor niet verantwoordelijk.

Op het warmste van de dag was het in het dal ca 27 graden maar ook nu de zon stilaan achter de bergen schuilgaat is het nog best aangenaam.

18.00 u: avondmaal:

Menu:
Broccolicremesuppe
Salat vom Buffet
Cordon belu dazu Rahmkartoffel
dessert: Naturjoghurt met Himbeeren

Woensdag 15 september 2004

9.28 u – 86.261 km: vertrek naar de Eisriesenwelt te Werfen. Het regent (zoals gisteren voorspeld is) en het is ca 15 graden. Op het moment dat we vertrekken lopen er op de weg net voor het hotel twee eekhoorns over de straat. Waarschijnlijk komen die pas uit hun beschermend groen bij dit soort weer.

10.22 u: - 39 km: aankomst op de parking van de Eisriesenwelt. Met regenjas en regenscherm doen we de klim naar de kabellift. We doen er een goed kwartier over. Daar heeft men de keuze (?). Ofwel neemt men de kabellift ( € 17/per persoon, toegang tot de grot inbegrepen). Ofwel gaat men te voet. Dit stuk alleen al is minstens ¾ u stappen. Wij nemen de kabellift die ons in enkele minuten een stuk hoger brengt. Van de lift tot aan de ingang van de grot is het dan nog 15 minuten stappen. Deze weg is reeds voor een groot deel overdekt (tegen vallende stenen) en men is nu bezig de laatste gedeelten af te werken. Het bezoek aan de grot is in groep en onder leiding van een gids. Over de groep worden een 7-tal petroleumlampen verdeeld onder het publiek. De grot is afgesloten doormiddel van een deur en wanneer men deze voorbijgaat krijgt men te maken met een krachtige wind die veroorzaakt wordt door het temperatuursverschil binnen en buiten de grot. Bij warm weer, tijdens de zomer kunnen hier windsnelheden bereikt worden van 80 a 90 km/u. In de grot moeten er niet minder dan 700 traptreden beklommen en nadien terug afgedaald worden.

Tijdens de winter wordt de deur opengehouden zodat de koude lucht in de grot kan en opgenomen worden in het gesteente. Zo blijft het het ganse jaar door koud daarbinnen. De grot werd ontdekt op het einde van de 19de eeuw en voor het eerst voor het publiek opengesteld in 1920. De ijsfiguren veranderen soms van vorm. Op diverse plaatsen ontsteekt de gids een magnesiumlont die een fel wit licht afgeeft en voor bijzondere lichteffecten zorgt.

13.30 u: we zijn terug bij de wagen. Men raadt aan voor een bezoek aan de grot een tijd te voorzien van minstens 3 uur, wat klopt met onze bevindingen. We rijden via Mulhbach.

14.05 u tot 14.49 u – 63 km: In Mulhbach stoppen we aan een bakkerij met verbruikzaal en eten er twee koeken en een kaisersmarn. Deze laatste was niet vers maar opgewarmd in de microgolfoven (werd reeds opgediend een drietal minuten na de bestelling en voor een goede kaisersmarn klaar te maken heeft men al gauw 10 a 15 minuten nodig).

Vervolgens rijden we naar Dienten en slaan links af naar Lend en daarna naar St.-Johan en Grossarl.

18.00 u: avondmaal. Voor morgen voorspelt men beter weer.

Menu:
Rindssuppe mit Griessnockerl
Salat vom Buffet
Sxchweinerückensteak aug Gorgonzolarahmsauce
Früchte-Reis fein gerniert

Donderdag 16 september 2004

8.30 u: ontbijt. Het is nog steeds bewolkt. We blijven wat langer aan de ontbijttafel zitten en rijden nadien naar het dorp om er geld uit de muur te halen. Op de kamer, in de kleerkast, is er een brandkastje voorhanden (gratis) waarbij men zelf een code kan inbrengen. Na alles veilig te hebben opgeborgen rijden we richting Gerstreitalm (1575 m). Deze alm staat nog niet op de wandelkaarten van Grossarl maar is te bereiken via een weg die vertrekt aan het Postgebouw in het dorp. Tot aan het jausenstation Vorderstadluck kan men rijden met de wagen op een goed aangelegde weg. Aan dit jausenstation is er plaats om te parkeren. Vanaf hier is het nog 50 minuten klimmen, volgens de aanduiding, maar in werkelijkheid blijkt het ruim een uur te zijn. Reeds meer dan eens hebben we ervaren dat de aanduidingen best met een korrel zout genomen worden. Het blijft bewolkt en bij ons vertrek is het 10.30 u.

Om 11.35 u bereiken we de alm. Ook dit is een nieuw gebouwde alm. Binnen is het behoorlijk vol want de waard van “Der Alte Post” uit het dorp (tevens eigenaar van de Breitenebenalm) is hier met zijn gasten op wandeling. Al gauw worden er wat banken bijgeschoven zodat iedereen kan zitten. De bezwete en vochtige jassen hangen overal verspreid in de stube aan alles wat maar uitsteekt en voor kapstok kan gebruikt worden. Het is er net warm genoeg om onze bezwete T-shirts te laten drogen. Wijzelf vinden een plaatsje aan de tafel waaraan een ouder koppel zit. De vrouw begint ronduit te praten en uit het gesprek blijkt dat ze in Sankt-Johan i. Pongau wonen, dus vlak naast de deur al het ware. Onder het gesprek eten we elk een “speckbrot” ‘of “schinckenbrot” (blijkbaar is dit hetzelfde) en drinken drie Almdudlers en een buttermilch.

13.00 u: we betalen de rekening en nemen afscheid van het vriendelijke koppel. Voor de eerste keer moeten we onze lange regenjassen aantrekken omdat het nog lichtjes regent. De voorspelde zon laat ons blijkbaar in de steek. Na 50 minuten dalen zijn we terug bij de wagen. In het jausenstation Vorderstadluck willen we wat verbruiken maar de gelegenheid is dicht. Dus rijden we naar het dal en rijden in het dorp de volgende straat naar omhoog, naar het gasthof Lamwirt. Daar drinken we elk een koffie en ik eet een apfelstrudel.

15.00 u: aankomst in het hotel. De schoenen moeten gepoetst worden en de regenkledij opgeborgen. Bij het naar boven gaan trapte ik in een verse longplayer maar door het natte gras en even de schoenen afgespoeld te hebben aan een beekje was het euvel al vlug vergetenj.

Voor de rest de gebruikelijke avondrituelen (sauna e.d.m.).

18.00 u: avondmaal:

Menu:
Backerbsensuppe
Salat vom Buffet
Gamsgulasch met Semmelknödel uns Kohlsprossen
dessert: Hausgemachter Obstsalat

Vrijdag 17 september 2004

9.15 u: vertrek aan het hotel.

9.45 u: parkeren de auto aan de Sonneggbrucke en beginnen aan de klim naar de Maurachalm. We zijn niet alleen want tientallen personen stappen in dezelfde richting. Vandaag wordt daar de “Almabtrieb” (het naar beneden drijven van de koeien) gevierd. De klim naar de alm duurt ca 2 uur. Onderweg stappen we een tweetal koppels voorbij waarvan de man van een koppel het duidelijk moeilijk heeft om vooruit te geraken. De mist bemoeilijkt het ademen. Ook wij ervaren dit, zij het dan in veel mindere mate. Eens we uit het bos komen zien we in de verte de Maurachalm liggen maar de nabijheid is bedrieglijk daar het nog zeker 10 minuten stappen is vooraleer we er zijn.

Eens we daar aankomen blijkt daar reeds heel wat volk aanwezig te zijn. Wie niet te voet kan gaan kan een taxibusje nemen. Tegen 12 u aan zijn alle zitplaatsen ingenomen. Een orkestje speelt volksmuziek. Na het drinken van een drietal Almdudlers en het eten van elk een “schenckenbrot” probeer ik een “obstsahnetorte” ‘fruitslagroomtaart”. Vanop de alm heeft men zicht op de met nevel gevulde dalen die onder een stralende zon zorgen voor een mooi spektakel.

14.30 u: men begint met het tooien van de koeien. De oudste koeien krijgen een bontgekleurde kopversiering op en een versiering rond de hals. De jongere koeien moeten in groep blijven achter de oudere. Nog voor de dieren de alm verlaten, om 15.30 u, vertrekken wij reeds om ze voor te blijven. Doordat de dieren in het begin vrij vlug stappen heeft de groep ons al vlug ingehaald en moeten we ze laten voorgaan. Een eind verder halen we de groep terug in omdat er enkele keren moet gestopt worden om de dieren op adem te laten komen. Onderweg proberen enkele jongeren, die de koeien volgen, snaps aan de toeschouwers te verkopen en delen daarbij gebakken erwten uit. Aan de Sonneggbrucke stappen we in de auto en halen we de drijvers met hun koeien in. Die laten ons op een geschikte plaats voorbijrijden. Beneden aan de Wimbrucke, vlak bij de weg die doorheen het dal loopt, staan er heel wat toeschouwers de groep op te wachten. Vorig jaar stonden we hier ook maar toen regende het (nu scheen regelmatig de zon en bleef het droog). Na de wandeling voelen we dat we flink gestapt hebben vandaag (2 uur gaan en 2 uur terugkeren).

18.00 u: avondmaal:

Menu:
Knoblauckcremesuppe
Salat vom Buffet
Forelle “Müllerinart” dazu Peterselienkartoffel
dessert: Topfentascherl mit Valinnesauce

Bij het avondmaal brengt Monika ons een Himberensnaps en een Marillensnaps. Meestal krijgen de gasten die ’s anderendaags vertrekken een “afscheidssnaps”. Wij beginnen al te veronderstellen dat er een vergissing in het spel is en dat men denkt dat we morgen naar huis vertrekken. Ik zeg tegen Monika dat we maar pas op zondag naar huis vertrekken en dat die snapsen waarschijnlijk een vergissing zijn. Het blijkt echter dat ook “halfweg” aan gasten die langer blijven dan een week een snaps wordt aangeboden. Die van ons was men vorige wel vergeten, dus krijgen we die nu.

zaterdag 18 september 2004

9.00 u – kmstand 86.420: we doen enkele boodschappen in het dorp en tanken de wagen vol. 23,94 liter voor € 21,04.

10.30 u – 35 km: aankomst de Werfenweng (deel van Werfen) en nemen daar de kabellift. Boven heeft men een prachtig uitzicht op de omliggende bergen zoals de Hochköning. De dalen zijn gevuld met wolken die onder invloed van de zon stilaan oplossen. De met dons gevulde dalen zorgen voor een bijzonder effect. Op het terras van een gaststube drinken we iets en genieten met volle teugen van het prachtig landschap. Vlak in de buurt stijgen paragliters op die dan minuten later in het dal landen op een voor hen voorbehouden weide. Enkele duiken vertikaal en in een spiraalbeweging de laatste honderd meters naar beneden.

11.30 u: vetrekken te Werfenweng en rijden via Wagrain en Kleinarl naar het einde van het Kleinarldal met de Jägersee.

12.20 u – 80 km: aankomst aan de Jägersee. Het terras van de gaststube aan de oever van het meer is volledig bezet. Wij keren terug op onze stappen.

12.45 u – 85 km: we stoppen aan een gaststube in de buurt van Kleinarl en op het terras eten we iets. De zon schijnt overvloedig, iets wat niet van aard is met enthousiasme aan de terugreis te denken. Voor de gaststube passeren heel wat bewoners die op hun paasbest gekleed zijn in de traditionele klederdracht. Blijkt dat daar in de buurt een trouwfeest aan de gang is.

13.30 u: we vertrekken terug. Het is 18 graden.

14.45 u – 120 km: aankomst aan het hotel.

15.00 u: ik vraag aan Burgl de rekening en betaal € 1095 voor 15 dagen halfpension (€ 36,50/per persoon/ per nacht) en € 98,80 voor de dranken (samen € 1193,80). Meteen spreken we af voor het volgend jaar.

Vervolgens pakken we de koffers en het meeste brengen we reeds naar de wagen. Wij zijn niet de enigen die morgen vertrekken want nog anderen zijn druk bezig de koffer van hun wagen te vullen. Wanneer we klaar zijn gaan we naar het terras van de stube van het hotel en verbruiken er een ijs en pannenkoeken. Het zachte licht van de avondzon die op het tegenoverliggend gebergte van het Elmaudal schijnt maakt het vooruitzicht van het vertrek van morgen weinig aantrekkelijk.

17.45: avondmaal.

Menu:
Eierflockensuppe
Salat vom Buffet
Jägerschnitzel dazu Duchessekartoffeln
dessert: Pfirsichkompott mit Sahne

Na nog wat gepraat te hebben met onze tafelburen en het drinken van de “afscheidssnaps” gaan we slapen.

Zondag 19 september 2004

04.30 u: in het vooruitzicht van de thuisreis ben ik reeds vroeg wakker maar blijf nog wat liggen tot 6.40 u.

06.40 u: opstaan. Daar de meeste bagage reeds gisteren naar de wagen is gebracht moet ik nu nog wat rest voor het ontbijt naar beneden brengen.

7.30 u: alhoewel we niet gehaast zijn gaan we reeds ontbijten. Daar er vandaag heel wat gasten vertrekken zijn er al verschillende die aan het ontbijten zijn. De een na de andere vertrekt na het ontbijt en diegenen die we beter leerden kennen komen van ons afscheid nemen. Daarna gaan we nog eventjes naar de kamer om het resterende mee te nemen en nemen dan afscheid van Burgl (Hias slaapt nog).

8.11 u – kmstand 86.539: vertrek aan het hotel. De zon schijnt volop. Om het wat comfortabel te hebben tijdens de reis heb ik mijn korte broek aangetrokken. Eens buiten het Grossarldal, ter hoogte van Sankt-Johan, hangt er wat nevel of lage bewolking. De temperatuur is 9 graden.

8.41 u – 28 km: rijden snelweg op te Bisschofshofen.

9.07 u – 72 km: rijden Salzburgstad voorbij.

9.10 u – 80 km: passeren de grens met Duitsland.

9.39 u – 119 km: passeren voorbij de Chiemsee

9.56 u – 158 km: stilstand aan een raststatte tot 10.15 u

10.35 u – 199 km: beginnen aan de ring rond Munchen.

10.47 u – 206 km tot 11.39 u – 220 km: file op de ring rond Munchen.

11.47 u: beginnen aan de snelweg naar Nurnberg.

292 km: gestopt om iets te eten.

13.21 u – 302 km: even kort een file die slechts enkele minuten duurt.

Ongeveer 50 km voor Nurnberg verschuilt de zon zich achter de wolken. We zullen geen zon meer gezien tot we ’s anderendaags thuis aankomen.

14.10 u – 371 km: ring rond Nurnberg

15.30 u – 470 km: verlaten de snelweg via de afrit Würzburg – Rottendorf.

15.45 u – 480 km: aankomst aan het Etaphotel. De receptie gaat pas om 17 u open maar het hotel is voorzien van een automaat. Ik probeer deze maar het toestel gaat ergens halfweg de bewerking in de fout. Daar mijn Visakaart reeds door het toestel is gelezen moet ik opletten dat ik geen twee keer betaal. We besluiten te wachten tot 17 u (we kunnen niet anders) maar de gerant komt naar het geblokkeerde toestel kijken (had die een soort alarm ontvangen?). Blijkt dat alle verrichtingen reeds in orde zijn, enkel moesten we nog de toegangscode tot het gebouw en de kamer krijgen. Deze krijgen we van de gerant en kunnen we dus reeds rond 16 u naar de kamer. We halen slechts datgene uit de wagen dat we nodig hebben en wat zichtbaar is van buitenuit (om potentiële dieven niet op gedachten te brengen). Na een verfrissende douche en wat uitgerust te hebben rijden we naar Würzburgcentrum. We rijden er wat rond maar een echt winkelcentrum heeft de stad niet, wel een aantal historische gebouwen. Voor een bezoek aan deze laatste zijn we wat te moe. We besluiten dan maar terug te keren naar het hotel en vooraf te gaan eten in ons gebruikelijk restaurant La Strada op enkele honderd meters van het Etaphotel. In La Strada eten we elk een piza met scampi’s en drinken daarbij een biertje en een halve liter water (€ 25,60).

Om 19 u zijn we reeds terug op onze kamer. Het was een vermoeiende dag, dus gaan we vroeg slapen.

Maandag 20 september 2004

05.45 u: opstaan. We hebben goed geslapen en kunnen dus fit aan het laatste deel van de terugreis beginnen.

06.30 u: ontbijt.

7.05 u – 87039 km: vertrekken aan het hotel. Het is licht bewolkt maar vrij zacht weer. Aan het “rasthof” Würzburg tanken we 34,61 liter voor € 34,75 (d.i € 1,004/liter).

7.40 u – 43 km: ter hoogte van de afrit Wertheim lichte nevel.

7.46 u – 53 km: de nevel is opgelost.

8.07 u – 90 km: Asschaffenburg.

8.13 u – 100 km: -

8.28 u – 109 km: file even voor Frankfurt am Main

8.50 u – 136 km: rijden voorbij de luchthaven van Frankfurt.

9.14 u – 180 km: stilstand op een raststatte tot 9.34 u. Onderweg reed ons een kakikleurige auto voorbij met een blauw licht op en de vermelding “Veldjäger”. Daar de bestuurder ook even een sanitaire stop houdt stel ik hem de vraag wat een “Veldjäger” wel is. Het blijkt een M(ilitaire) P(olitie) te zijn. Tot voor enkele maanden was hij afgedeeld bij de Shape.

10.45 u – 304 km: rijden de Rijn over te Keulen.

11.36 u – 370 km: rijden Aken voorbij.

11.35 u – 381 km: rijden de Duits/Belgische grens over.

11.54 u – 412 km: stilstand aan AC-restaurant te Barchon (over de snelweg). Bij het uitstappen blijkt het hier heel wat frisser te zijn en is er heel wat wind (ik heb nog mijn korte broek aan).

13.43 u – 508 km: begin van de ring rond Brussel.

13.56 u – 527 km: einde ring rond Brussel en beginnen aan het laatste stuk autosnelweg.

Tanken te Drongen 33,50 liter voor € 30,92.

14.40 u - 580 km: we zijn thuis.

Kilometerstand: 87.623 km

Enkele cijfers:

Aantal kilometers voor de heenreis: 1037 (in 2002: 1122 km, in 2003: 1094 km)

Aantal kilometers voor de terugreis: 1084 (in 2002: 1032 km, in 2003: 1117 km)

Aantal kilometers ter plaatse: 914

Totaal aantal kilometers: 3035 (in 2002: 3500, in 2003: 3450 km) Het minder aantal kilometers in 2004 is te verklaren doordat er meer gewandeld werd.

Voor de 3035 km werd 188,76 liter diesel verbruikt die samen € 175,74 (7089 BEF) kostte.

Het gemiddeld verbruik was 6,21 liter per 100 km (tegen 5,20 liter per 100 km in 2003)

Van de 15 dagen waren er slechts 2 regendagen en een dag met zware bewolking met wat regen na een regendag.



Ode aan Salzburgerland
[1]

1

O wie schön ist auf den höhen

O wie herrlich in den tal

O könt ich wieder sehen

Meine heimat noch einmal

Wo die gletscher gluh’n

Reine lift’n[2] zieh’n

Und das edelweiss wie die raute[3] blüh’n

refrein

Geliebte schöne Salzburg

Mein heimatland

Lebe wohl !

Geliebte schöne Salzburg

Mein heimatland

Lebe wohl !

2

Und bin ich von der ferne

Oh geliebte heimat mein

muss als er doelen[4] gerne

Kan nicht immer bei dir sein

Dort hoch in der ferne

Denk ik steeds an dich

K’hab sich herzlich gern

Lieb dich inniglich

refrein

3

Und muss ich von dir scheiden

Oh geliebte heimat mein

Wo deine bergen meiden[5]

Kan ‘nicht mehr zo frölich sein

Deine bergen hoch

Deine täler gruhn

Schöne heimat mein

Ligt mir steeds im sinn

refrein



[1] Lied gezongen door de bewoners van de Viehhausalm te Grossarl – Salzburgerland. Juiste titel niet gekend. Opgenomen op video op 14 september 2003

[2] Lift’n = luft’n?

[3] Raute ?

[4] er doelen ?

[5] Meiden = mijden?, vermijden? : er niet (meer) zijn ?

05-09-2004 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
04-09-2004
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.OOSTENRIJK GROSSARL 2004 deel 3
Klik op de afbeelding om de link te volgen








klik eens op de afbeelding

Pension Schützenhof in Grossarl
zie: www.schuetzenhof.at

04-09-2004 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
28-06-2004
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.HOUFFALIZE 2004

Houffalize – Ol Fosse d’Houth

van 28 juni 2004 tot 2 juli 2004
(samenvatting)

Maandag 28.06.2004

Opstaan om 6 u. Vertrek om 7.30 u. Rijden via Brussel en rechtsaf via de A7, de A 54 naar Namen. Geen file problemen. In Namen nemen we de linkeroever van de Maas (we houden de Maas langs de linkerkant) en rijden naar de abdij van Marredsou. Eten daar een kleinigheid (belegde boterhammen met soep). Keren dan terug naar de Maas en rijden verder via Dinand en daar nemen we de A 4 naar Neufchâteau. We denken vlugger te vorderen met deze omweg dan via de kleinere wegen. Het ganse traject is echter herleid tot één rijstrook in elke richting met een snelheidsbeperking tot 70 km/u. Na Neufchâteau denken we af te zijn van de problemen maar ook hier is de snelweg, de E 25 naar Bastogne, herleid tot één rijstrook in elke richting. In de buurt van Houffalize nemen we de afrit nr. 51 en na enkele minuten zijn we in het dorp. Daar wijzen de borden ons naar Ol Fosse d’Outhe (800 meter van het dorpscentrum). Aankomst omstreeks 14.10 u. Het vakantiecentrum is vrij groot. Het is er nu nog zeer rustig. Aan de receptie krijgen we kamer 8132 toegewezen en krijgen we de afstandsbediening van de TV. De kamer is vrij ver achteraan gelegen. De inrichting van de kamer is zeer doordacht. Een kast scheidt de kamer als het ware in twee (een slaaphoek met twee bedden en een zithoek met een dubbele zetel (kan ook als bed gebruikt worden) en een Tv-toestel. Verder nog een ingemaakte dubbele kast met daarboven een ruimte om een valies in te zetten. Tevens is er een inkomhal met een ruime kapstok en een grote spiegel. De badkamer is eerder naar de kleine kant en uitgerust met een douche en een toilet. Een ruim terras is voorzien van een terrastafel en twee terrasstoelen. De zon kan afgeschermd worden doormiddel van een uitrolbaar scherm.

We verkennen even het gebouw en het terrein. Het geheel is in een diepte (een put) gelegen en omringd door veel groen. Op een tweetal plaatsen staan er speeltuigen voor kinderen. Aan alles is gedacht. Voor de hoofdingang liggen twee borstels om de modder van de wandelschoenen af te borstelen. Even verder is er een wasinstallatie om fietsen en mountainbikes af te spuiten. We kunnen met de wagen tot tegen de kamer rijden en daar een lift nemen. In de kelder zijn er speeltuigen voor de kinderen en ook trekbiljarts.

Wegens het arrangement hebben we vol pension en kunnen we vrij gebruik maken van het zwembad. Ook is er bij het avondeten voor elk een ¼ liter wijn of drank naar keuze en bij het middageten een drank naar keuze. Wel blijkt dat het waarschijnlijk de eerste keer is dat men een dergelijk arrangement aanbiedt want het personeel moet regelmatig eens hierop gewezen worden. Blijkt dat sommige deelnemers ook niet goed ingelicht zijn over waar ze recht op hebben.

Dinsdag 29.06.2004

Etenstijden: ontbijt van 8 u tot 9.30u

middageten om 12.30u

avondeten om 19 u

Het ontbijtbuffet is ruim voldoende. Ook de andere maaltijden zijn voldoende, zeer verzorgd en smakelijk.

In de voormiddag maken we kennis met het zwembad na eerst eens rondgekeken te hebben in het dorp Houffalize. Dit is uitgerust met een gratis sauna, twee stoombaden, een bubbelbad, een glijbaan. Voor het eerst maken we kennis met een sauna en in de loop van de week zullen we hiervan nog veelvuldig gebruik maken.

Na het middageten maken we een wandeling: wandeling nr. 4 “La roche Plate wandeling” – 5 km.

Woensdag 30.06.2004

Zelfde als gisteren: ontbijten (gaan wel vooraf wat fruit kopen in de Sparwinkel in het dorp), zwembad.

Na het middagmaal doen we wandeling nr. 6, de “St-Rochuskapelwandeling” – 7 km.

Voor het avondeten duiken we nog maar eens in het zwembad en de sauna.

Het avondeten zoals gebruikelijk. Daarna nemen we deel aan een bingospel en kunnen nog net een klein prijsje wegkapen.

Tot nu toe was het prachtig weer met temperaturen rond de 22 a 23 graden.

Donderdag 1.07.2004

Na het ontbijt bel ik eerst met de GSM om 9 u naar Free-Time om kaarten te bestellen vooor het Spelleke van Drei Kluiten. Ik geraak vrij vlug bij een operator en kan de kaarten bestellen. De rest van de voormiddag brengen we hoofdzakelijk door in het zwembad. Na het middageten besluiten we niet de wandelen maar wel een rondrit het maken in de omgeving. Het weer is wat bewolkt, er valt een bui af en toe maar ook de zon kom regelmatig ruim schijnen. We rijden naar de Fourneau St –Michel en bezoeken er het museum van “Het IJzer” en vervolgens het openluchtmuseum “La Vie Rurale”. Hiervoor betalen we een combinatieticket (€ 4). Het openlucht museum is wel niet zo groot als dat van Bokrijk, telt nog niet de helft van de gebouwen van dit laatste, maar door zijn langgerektheid is het een behoorlijk eindje stappen. Via kleine wegen keren we terug naar Houffalize. Het is echter te laat om even over de grens (Groothertogdom Luxemburg) onze dieseltank te vullen.

Na het avondeten, dat deze avond uit een gang meer bestaat, (en ook reeds tijdens het eten in de eetzaal) is er een optreden van het orkest Les Macadams. Er zijn slechts 22 deelnemers afgekomen op het speciaal arrangement en andere gasten zijn er op dit moment nauwelijks. De meeste komen echter naar het orkest luisteren en wagen zelfs een dans. Rond 22 u gaan we slapen.

Vrijdag 2.07.2004

Nog voor het ontbijt maken we onze valiezen klaar en brengen die naar de auto. Na het ontbijt geven we de sleutel van de kamer af (dit moet om 9 u tijdens de week en om 12 u op zondag). De kamerservice is beperkt tot het aanvullen van toiletpapier en het ledigen van de vuilnisbak (waarschijnlijk indien nodig ook stofzuigen). Bedden opmaken is voor de gasten zelf.

In de loop van de week bezochten we een appartement. Dit bestaat op het gelijkvloers uit een living, kitchenette, een uitklapbed in de living en TV , een badkamer met douche en op de eerste verdieping een slaapkamer met dubbel bed met TV, een slaapkamer met stapelbed en een badkamer met douche. De kamer met stapelbed en de badkamer kunnen van de rest afgescheiden worden doormiddel van een schuifdeur. Men kan deze ruimte binnenkomen en verlaten via een deur op het eerste verdiep.

De rest van de voormiddag brengen we door in het zwembad en daarna gaan we over de grens tanken.

Na het middagmaal vertrekken we naar huis. Normaal is er nog een afscheidskoffie en een geschenk voorzien (om 15 u) maar daar wachten we niet op.

We rijden nu via Luik en Brussel naar Gent. Op de ring rond Brussel hebben we meer dan anderhalf uur file te verwerken. Houffalize hebben we verlaten om 13.40 u en we bereiken Gent om 17.30 u (228 km).

28-06-2004 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
03-05-2004
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KRETA 2004 deel 1

Kreta

zondag 2 mei 2004

tot

donderdag 13 mei 2004

Wat vooraf ging

Bericht in de krant van 18 maart 2004: Voor de zuidkust van het Griekse eiland Kreta heeft zich gisteren een hevige aardbeving voorgedaan. Ze had een kracht van 6,3 op de schaal van Richter. Ondanks de intensiteit van de beving vielen er geen slachtoffers. Er werd ook geen materiële schade aangericht.

Het zou te verwonderen zijn dat we op reis gingen zonder dat er eens iets niets gebeurde.

Zondag 2 mei 2004 – 1ste dag

Om 3 uur loopt de wekker af. Voor alle zekerheid heb ik ook de wekdienst van Belgacom ingeschakeld. Het zal je maar gebeuren dat net tijdens die ene nacht er een stroomonderbreking is en je elektrische wekker veel te laat afloopt. Na de gebruikelijk ochtendrituelen en het drinken van een kop koffie wekken we Marijke om 3.40 u. Zij zal ons naar de luchthaven brengen.

4.00 u: vertrekken met de wagen richting Brussel Nationale Luchthaven en komen er aan omstreeks 5.00 u. Na het afhalen van de gebruikelijk tas aan de balie van Thomas Cook worden we verwezen naar de incheckbalie 7.15. We hoeven niet lang te wachten want men is volop bezig met het inchecken. We vragen een plaats vooraan in het vliegtuig maar deze plaatsen zijn voorbehouden aan de “premium”-klanten. Die betalen een bepaald bedrag boven de gewone prijs en krijgen daarvoor enkele extra’s zoals een krant, een glaasje fruitsap bij het ontbijt, een plaats vooraan in het vliegtuig en een afzonderlijke incheckbalie waar het normaal wat vlugger zou moeten gaan maar in de praktijk dikwijls zelfs trager. Voor zover we er zicht op hebben is het de opleg niet waard. Onze grote valies weegt iets meer dan 20 kg en de kleine een stuk minder zodat we zeker onder het toegelaten gewicht van 2 x 20 kg blijven. Om bij aankomst onze valiezen gemakkelijke te herkennen, je kijkt ervan op hoeveel gelijkuitziende valiezen er zijn, hebben we langs weerszijden een schreeuwerige gele zelfklever aangebracht die Marijke ons bezorgt heeft. Nadat we onze bagage kwijt zijn en we onze instapkaart op zak hebben gaan we nog vlug een kleinigheid eten en drinken. Het duurt nogal wat vooraleer we besteld geraken en eens we het bestelde hebben binnengewerkt stappen we door de pascontrole. We vertrekken in de nieuwe vertrekhal die echter op een afstand ligt van een klein kwartier stappen. Aan de veiligheidscontrole moet ik even terug want mijn sleutelbos laat het alarm afgaan. Ook Lea heeft blijkbaar problemen met de metalen ritssluiting van haar trui. Zij moet haar jas uittrekken en deze in een afzonderlijk detectietoestel deponeren. Daarna moet ze even in een hokje met een vrouwelijke beambte die haar met een detector aftast. Uiteindelijk kunnen we dan toch doorlopen en plaatsnemen in de zetels van de vertrekhal. Na een 10-tal minuten stellen we vast dat Lea haar jas niet meer heeft (een bodywarmer – jas zonder mouwen). Eerst denken we dat we die vergeten hebben daar waar we koffie dronken. Ik ga bij de man van Thomas Cook die de uitgang bewaakt en die tracht het telefoonnummer van de koffiebar te achterhalen, wat niet al te gemakkelijk lukt. Plots herinneren we ons dat de jas achterbleef aan de veiligheidscontrole. De bediende wijst me de weg naar de lift alwaar ik twee verdiepingen lager de veiligheidscontrole kan vinden en hopelijk ook de jas. Ik loop nog vlug in de aangewezen richting maar kan de bewuste dienst niet onmiddellijk vinden. Ik keer terug naar de vertrekhal omdat ik denk dat het instappen reeds begonnen is. Mijn vermoeden is juist en we stoppen onze zoektocht naar de jas waarin niets van belang in zit. Bij onze terugkomst zullen we deze proberen te recupereren bij de dienst gevonden voorwerpen van BIAC.

Om 6.25 u stappen we het vliegtuig in, een Airbus, waarvan de motoren gestart worden om 7 u. Het vliegtuig heeft 2 x 3 zitplaatsen op een rij. We zitten op de 9de rij en ik zit aan het raam. Het toestel is uitgerust met kleine tv-schermen waarop men de veiligheidsvoorschriften uitlegt en ook films kan vertonen. Het is 7.10 u wanneer het vliegtuig van de grond komt. Omstreeks 8 u vliegen we over de besneeuwde Alpentoppen die reeds veel van hun sneeuw verloren hebben. Om 8.30 u meldt de gezagvoerder dat we over Rimini (Italië) vliegen en vervolgens over de Griekste eilanden zullen vliegen. Ik verzet mijn uurwerk want de Griekse tijd verschild 1 uur van de onze (9 u wordt 10 u). Onderweg krijgen we een lichte maaltijd voorgeschoteld. Op de vlucht zitten een aantal heel jonge kinderen die het op het einde van de reis wat lastig kregen. De aankomst is voorzien om 11.20 u (plaatselijke tijd).

Precies op het voorziene uur landen we op het vliegveld van Iraklion. Deze luchthaven wordt enkel door chartervluchten aangedaan, geen lijnvluchten. Het is er zeer druk daar het gebouw wat naar de kleine kant is om al de bezoekers te ontvangen (men is bezig met bijbouwen). We moeten even wachten op de valiezen. Eens we die hebben gaan we naar de uitgang alwaar we worden opgevangen door de stuwards en de hostessen van Thomas Cook. Die wijzen ons de juiste bus aan (iedere bus heeft een nummer) die zal instaan voor de transfer naar het hotel. Het is licht bewolkt en het is 20 graden. Wij moeten nog een afstand van een kleine 80 km afleggen van Iraklion[1] naar Rethymnon en dit grotendeels via de kustweg E 75 die men hier een “snelweg” noemt maar in vergelijking met onze wegen nog niet eens het statuut van expresweg zou krijgen. Het is trouwens de enige zogenaamde snelweg van Kreta. Hij loopt van het oosten naar het westen van het eiland langsheen de noordkust. Vanaf ongeveer halfweg worden hier en daar hotels aangedaan om de nieuwe hotelgasten te laten uitstappen. Wij zijn de laatste van de ganse bus die onze bestemming bereiken, dit samen met een viertal afkomstig uit Boom. Het is dan ca 15 u.

Aan de receptie wordt de logementfiche ingevuld en krijgen we kamer 421 (op de 4de verdieping) toegewezen. Ik huur tevens een kluis en moet, naast de huurprijs, een waarborg voor de sleutel betalen. De receptionist heeft blijkbaar geen goede dag want terwijl hij met ons bezig is wordt hij diverse keren opgebeld door een lastige klant. Door de vermoeidheid heb ik niet door dat ik waarschijnlijk bij het betalen van de kluis € 5 teveel betaal. Ik veronderstel dat dit niet opzettelijk gebeurd is maar dat de receptionist door het herhaald bellen van de lastig klant een beetje het noorden kwijt is want voor de rest van ons verblijf aldaar hebben we geen andere onfrisse praktijken ervaren, noch in het hotel, noch ergens anders op Kreta.

Het hotel is gelegen vlak aan de “haven” van Rethymnon. Haven is wel een groot woord want het is een ruime parking waar een ferryboot van de Aneklines aanlegt. Die vertrekt ’s avonds om 20 u naar het Griekse vasteland, meer bepaald naar Pireus, alwaar hij aankomt om 6 u in de ochtend. Om 20 u vertrekt in Pireus een andere ferryboot richting Rethymnon. Naast de haven is er ook een gewone betaalde parking. Voor het hotel loopt een weg die van de oude stad richting Fortezza (het oude fort) loopt. Naast het hotel zijn een aantal café die vooral bezocht worden door universiteitstudenten (Rethymnon is een universiteitstad). Vooral in de weekends is het er druk en een “place to be” voor de jongeren. Vanuit onze kamer en het terras hebben we zicht op de zee, een deel van de Fortezza en een deel van de nieuwe stad langsheen de kust. Wanneer de avond valt (hier is dit reeds omstreeks 20.30 u) genieten we van het uitzicht met de tintelende lichtjes. De kamer is eenvoudig, zonder veel franjes maar netjes. Op het terras zullen we dikwijls van het uitzicht op de zee en de omgeving genieten. Sinds ons ontbijt in het vliegtuig hebben we nog niets gegeten. Nadat we onze valiezen hebben leeggemaakt en ons wat ingericht hebben gaan we iets eten om de hoek van het hotel (een pita met kip en wat friet). Een winkel om wat fruit te kopen vinden we niet open. Eerst denken we dat dit komt doordat het zondag is maar later blijkt dat op de meeste dagen de winkels sluiten om 14 u en dan terug opengaan rond 17.30 om dan openblijven tot 22 u. Wel kunnen we in een klein winkeltje wat appels kopen. Eens terug in het hotel nemen we een bad en schrijf ik op het terras mijn eerste bladzijden van dit reisverslag, ondertussen genietend van de warme namiddagzon. Om 17.30 u maken we een korte wandeling in de omgeving.

Het avondeten kan men gebruiken tussen 19 u en 22 u en het ontbijt van 7.30 u tot 10 u. In dit hotel (Ideon) kan er ’s middags niet gegeten worden maar in de omgeving kunnen die welke het wensen zich lazarus eten in de talrijke restaurantjes in de smalle straatjes van de oude stad. Het avondeten bestaat uit een voorgerechtenbuffet (steeds is er soep, een pastagerecht – de spagetti is er overheerlijk – en diverse salades waaronder enkele klaargemaakt met Griekse yogurt), een hoofdgerecht dat opgediend wordt en een nagerechten buffet. Het eten is er van uitstekende kwaliteit naar de Griekse traditie. Al lachende zeg ik tegen de dienster, wanneer ze vraagt of het eten lekker is, “dat het eten niet goed is…voor onze lijn”. De dranken kan men ofwel onmiddellijk afrekenen of op het einde van het verblijf.

Na het avondeten lopen we naar het Venetiaanse haventje alwaar de kelners je proberen te overhalen iets te eten of te drinken. We laten ons in de met zachte kussens beklede rieten zetels zakken en drinken er een ijskoffie (“lait frappé”) koude koffie waarin lucht is ingeblazen waardoor hij luchtig wordt en voorzien is van ijsblokjes. Ikzelf verkies een “nescafe” – een gewone (oplos)koffie dus – dit in tegenstelling met de Griekse koffie, die zeer sterk is en uit een tas gedronken wordt die iets groter is dan een vingerhoed. De feeërieke verlichting van de restaurants en het haventje maakt het ons moeilijk om op te stappen. Maar het was een lange dag en het wordt hoog tijd dat we het bed uitproberen. Even verderop is een motorwedstrijd bezig die voor wat lawaai zorgt maar op de kamer hebben we er geen last van gezien de dubbele afsluiting tussen het terras en de kamer (een schuifdeur en een gewone deur na elkaar).

Op het terras vul ik mijn reisverslag aan, ondertussen genietend van het uitzicht op de zee. De ferryboot vertrekt deze avond met 10 minuten vertraging, om 20.10 u, naar Pireus. De volgende dagen zullen we zien dat die soms drie kwartier te laat vertrekt als er moet gewacht worden op een vrachtwagen die nog mee moet. Bij het vertrek laat de boot vier keer de misthoorn weerklinken en denken we onwillekeurig aan het liedje: ”Die weisse möwen von Pireus..” We zijn al aan het indommelen wanneer we nog even gewekt worden door het eindvuurwerk van de motorwedstrijd aan de haven. Nergens is er hier een thermometer te vinden zodat het moeilijk te weten is hoe warm het is. Blijkbaar maakt niemand zich hierover zorgen …dus wij ook niet.

Maandag 3 mei 2004 – 2de dag

6.30 u: opstaan

7.00 u: terwijl Lea nog bezig is in de badkamer loop ik even naar de aanlegplaats van de ferryboot. De parkeerplaats ernaast is betalend: € 2 overdag en € 2,5 ’s nachts.

7.15 u: we gaan ontbijten. Het ontbijt is in buffetvorm en er is van alles en nog wat: kaas, vlees, een viertal soorten brood, eieren, fruitsap, granen in allerlei soorten, cake (die zeer lekker is), enz. Het eerste Griekse woord dat over onze lippen komt is: kali méra (goedendag).

9.30 u: we gaan op verkenning in het oude stadsdeel van Rethymnon. Via internet (www.rethymnon.gr) heb ik een Duitstalige rondleiding kunnen bemachtigen. Deze brengt ons langsheen de voornaamste bezienswaardigheden: een oude stadspoort (de enige die nog is overgebleven), een minaret uit de Turkse tijd, de Rimondi fontein en diverse versierde deuromlijstingen uit de Venetiaanse periode, de 5 bronnenfontein, en de pittoreske smalle straatjes. Al gauw wordt ons duidelijk waarom de straatjes zo smal zijn. Ze brengen namelijk verfrissing. In de ochtend kan het tamelijk warm zijn op Kreta maar omstreeks de middag brengt een zachte wind wat verkoeling. De smalle straatjes krioelen van de winkeltjes. Vooral lederwaren en juwelen zijn gegeerd bij de toeristen. Wij hadden gehoord dat men net zoals in Turkije ook hier op de prijs kon afbieden maar al vlug ervaren we dat dit slechts in zeer beperkte mate kon en dan nog als men verschillende zaken samen koopt. Van het rondslenteren krijgt men dorst en in een van de straatjes vleien we ons neer op een met groen overdekt terras. Bij onze bestelling wordt hier spontaan een glas water aangeboden. De beleefheid wil dat men minstens even aan het glas nipt maar door de warmte hebben we er geen moeite mee de “beker tot op de bodem te ledigen”. Na een sanitaire stop in het hotel, de Kretenzische olijfolie die bekend staat als de beste ter wereld, doet duidelijk haar werk, doen we nog wat boodschappen. Op het terras van de kamer eten we een meegebrachte belegde sandwich en rusten wat uit. Het hotel heeft langs de achterzijde een ruime binnenplaats met een zwembad en ligstoelen. Het is er verrassend stil en rustig, dit in tegenstelling met de voorkant waar het lawaaierig is. Ik probeer het zwembad. Het water is niet verwarmd maar door de goede omgevingstemperatuur is dit ook niet nodig. Nadien genieten we nog wat aan de rand van het zwembad van de zon. Er is niemand aan het zwemmen en we zien een vleermuis die in de vlucht herhaalde keren water schept.

Rond 16 u zetten we onze wandeling verder die we deze morgen onderbroken hebben. Om terug in te pikken op de plaats waar we gestopt waren lopen we rond de Fortezza en bewonderen we de in bloei staande wilde bloemen. Mei is de maand bij uitstek om alles in bloei te zien. Tijdens onze wandeling lopen we een bakkerij binnen waar men filliadeeg maakt, dit is een zeer dunne bladerdeeg die ook tegenwoordig veel bij ons gebruikt wordt om er gerechten in klaar te maken. De vellen meten 2 meter op 2 meter en worden van elkander gescheiden door een jutedeken. De oude vrouw, blijkbaar de bazin, wenkt ons binnen om eens te kijken maar al vlug probeert ze ons reeds voorverpakte gebakjes aan te smeren. Op het einde van de wandeling zoeken we een terrasje op en drinken er een “nescafé” en een limoenensap. Nog even slenteren we rond het oude haventje en zoeken dan het hotel op voor een verfrissend bad en het avondeten.

Kali spéra (goedenavond).

Na het avondeten probeer ik enkele prentkaarten te versturen. Ik moet nogal wat zoeken naar een brievenbus. Ik vind er een in een onooglijk straatje die op 2 meter hoogte hangt. Ik riskeer mij de prentkaarten hierin te deponeren en wonder boven wonder blijken die achteraf allemaal ter bestemming gekomen te zijn.

Kali nichta (goedenacht).

Dinsdag 4 mei 2004 – 3de dag

6.30 u: opstaan. Ik maak er een gewoonte van, terwijl Lea nog bezig is in de badkamer, even tot aan de pas aangekomen ferryboot te lopen.

7.30 u: ontbijten tot 8.10 u

9.00 u: maken een wandeling langs de wat verderop (richting oosten) gelegen strand en strandpromenade. Aan het begin van de promenade vinden we de winkel van Thomas Cook. We keren terug via de oude stad en kopen er 2 handtassen en twee broeksriemen. In een bakkerij, hier staat de bakoven in de winkelruimte, kopen we een 4-tal croissants. Stilaan komt er meer en meer wind en de zon verschuilt zich af en toe achter de wolken. Soms zijn de windvlagen zeer krachtig en toch kan men in zijn zomerkledij blijven lopen daar het een warme wind betreft. Om 11.30 u hebben we (de pas aangekomen gasten) een afspraak met de hostess van Thomas Cook in de bar van het hotel. Zoals gebruikelijk geeft ze ons wat tips en kunnen we bij haar uitstappen bestellen en betalen. Ze vertelt ons weinig nieuws daar we ons zelf degelijk gedocumenteerd en voorbereid hebben op deze reis. Haar tijd is echter beperkt want ze moet reeds een half uur later in een ander hotel andere pas aangekomen gasten begroeten. Toch maken we een afspraak en betalen we een drietal uitstappen (voor donderdag een uitstap naar het zuidwesten van Kreta, voor vrijdag naar Chania en voor zaterdag een Kretenzische avond in de bergen in het midden van het eiland). Ik had eerst voor zondag plannen gemaakt om de kleine Samariakloofwandeling mee te doen maar ik vrees dat het zaterdagavond wat laat zal worden.

’s Middags eten we iets op het terras van onze kamer en ondertussen komt de poetsvrouw langs om de kamer te poetsen.

Na de middag bezoeken we de Fortezza, het oude fort van Rethymnon, dat vlakbij het hotel ligt. Voor de toegang betalen we 2 x € 3. Het is een vrij groot fort en op verschillende plaatsen is men aan restauratiewerken bezig onder andere aan de Turkse moskee.

Het is 14.30 u wanner we terug aan de uitgang zijn. Soms steken er hevige windvlagen op (ik schat zelfs windkracht 7 of 8), maar de wind voelt warm aan. Ik wil nog het archeologisch museum aan de ingang bezoeken, maar dat sluit om 15 u, dus te weinig resterende tijd. Via een omweg keren we terug naar het hotel en rusten onderweg wat uit op een terras van een restaurantje in een smalle straat. We drinken er een vers fruitsap en een koffie. Spontaan wordt ons een klein gebakje aangeboden, om te proeven, gevuld met kaas en overgoten met honing. Tevens maakt de uitbater reclame voor zijn zaak en zegt dat hij lekker verse roodbaars heeft. We geloven hem wel maar we hebben ons avondmaal in het hotel.

Eens in het hotel duik ik in het zwembad, windvlagen of niet. Voor het avondeten maken we nog een kleine wandeling in de omgeving. Normaal zouden we deze namiddag met een boot meegevaren hebben maar wegens de wind hebben we hiervan afgezien.

Na het avondeten maken we nog een wandeling in de kleine gezellige verlichte straatjes. Ondanks de zon reeds is ondergegaan is het er nog behoorlijk warm. Ondertussen is de wind nagenoeg gaan liggen waardoor het niet meer afkoelt. Terug in het hotel proberen we te slapen maar blijven we nog wat napraten tot omstreeks 23.30 u

Woensdag 5 mei 2004 – 4de dag

6.00 u: ik ben al wakker maar blijf nog wat liggen tot 7.00 u. Dit is een van de schaarse keren dat ik het tv-toestel op de kamer inschakel. In Athene zouden er 3 kleine bommen ontploft zijn, zonder gewonden.

Het is bewolkt en we hebben het vermoeden dat het zo de ganse dag zal blijven. De temperatuur is uitstekend. We besluiten een auto te huren voor één dag. We stappen naar de strandpromenade en vinden er een verhuurbedrijf van wagens en bromfietsen. Er zullen wel meer van deze bedrijfjes zijn maar we nemen het eerste de beste. We doen nog een poging om € 5 af te bieden op de prijs van € 35, wat ons niet lukt. Even voor 10 uur kunnen we vertrekken met “onze” Fiat Ceicento. In de loop van de dag zal het ons opvallen dat er tientallen van dergelijke wagentjes de Kretenzische wegen vullen. De meeste zijn huurwagentjes (ik noem ze “huurlingen”). We nemen de “snelweg “ E 75 richting van Iraklion om dan even voor Stavromenos af te slaan naar het zuiden, naar het Moni Arkadiou (het klooster van Arkadi). We bezoeken het klooster en de kerk. Net zoals op veel plaatsen is men druk bezig met restaureren. De toegangsprijs bedraagt € 2. In de kloostergang zien we een kattin die haar jong aan het zogen is. Zij is van de soort “tijgertype “, grijs met donkere en blekere strepen en doet ons denken aan onze Boldo thuis. Na het bezoek keren we terug richting van de snelweg E 75. In Kiriana stoppen we even om een boer met zijn muilezel te filmen (nadat we hem de toestemming hadden gevraagd). Muilezels worden hier door de boeren nog regelmatig gebruikt. Even verder rijden we voorbij een barakkenkamp (zigeuners?). We rijden via ons hotel en zoeken vervolgens de weg naar Armeni. Na een tweetal keer navraag te hebben gedaan vinden we de goede weg. De weg vragen aan een Kretenzer kan soms problematisch zijn. Steeds wordt je vriendelijk geholpen…ook als ze het antwoord op je vraag niet weten en er dus zomaar iets uitflappen. Nochtans hebben we hiermee nergens moeilijkheden gehad. In Armeni bezoeken we een archeologische site van een laat-Menoïsche begraafplaats. De muren van de toegangen naar de grafkamers, één van die kamers meet ongeveer 3 m op 3 m, lopen conisch smaller naar boven toe (dit doet denken aan de Egyptische piramiden). Na dit bezoek rijden we verder naar het zuiden, naar het Moni Preveli (het klooster van Preveli). Dit plaatsje ligt aan de zuidkust. Onderweg rijden we door een prachtig berglandschap. Vooral de Kourtallotiko Canion munt uit in ruwe schoonheid. De hoogste berg is daar 984 meter. Daarentegen is de hoogste berg van Kreta, de Psiloritis, 2456 meter hoog. Het landschap doet denken aan de Alpen maar de begroeiïng is totaal anders. Naaldbomen komen hier bvb nagenoeg niet voor. Het klooster van Preveli bezoeken we niet maar van op de parking heeft men een mooi uitzicht op de kust. Vervolgens rijden we enkele kilometers in de richting van het binnenland en slaan dan af naar het kustplaatsje Plakias. Dit plaatsje bestaat hoofdzakelijk uit hotels en andere verblijven voor toeristen en restaurants. Het heeft een smal strand waartegen de golven uiteenspatten. In een taverne (taberna) – de naam kafenion wordt steeds minder gebruikt – drinken we een koffie en een fruitsap (€ 2 en € 2,5). Vooral aan de kustplaatsen en –plaatsjes zijn de prijzen aan de hoge kant. Van de kust weg, in het binnenland, kan je nog goed eten voor een treffelijke prijs. Rond 16 u vatten we de terugweg naar Rethymnon aan via de zelfde weg. Dit geeft ons de gelegenheid het gebergte eens in de andere richting te bekijken. Even voor Rethymnon tank ik de auto halfvol. Huurwagens worden in de regel afgeleverd met een halfvolle tank en de huurder moet bij de teruggave de tank tot hetzelfde pijl terug vullen. Het bijvullen kost ons € 11,50. Ik rijd via het hotel, laat Lea daar uitstappen met onze spullen, en breng alleen de wagen terug. Hiervoor moet ik wel een ommetje maken wegens de eenrichtingsverkeerstraten en moet ik het avondspitsuur trotseren. Wonderwel vind ik de weg zonder verdwaald te geraken. Eens de wagen terug gegeven is het nog een goede 5 minuten stappen naar het hotel.

Na een verfrissende douche werk ik op het terras mijn reisverslag bij. Ondertussen wordt ik geplaagd door tientallen kleine dondervliegjes. Het weer is nog steeds bewolkt maar de temperatuur blijft goed. Er is dus iets op komst, maar wat weten we niet. Even worden de straten vochtig maar er valt te weinig regen om ze gans nat te leggen. Dit is trouwens de enige regendruppels die we gedurende ons 12-dagenverblijf op Kreta zullen zien. Zonder voorafgaande planning is het een aangename en interessante dag geworden waarbij we kennismaakten met de bergen van het eiland.

19.00 u: avondeten en rond 21.00 u onder de wol.

Donderdag 6 mei 2004 – 5de dag

06.00 u: ik kijk even naar buiten en zie dat de ferryboot nog niet is aangekomen. Deze heeft duidelijk een vertraging opgelopen want om kwart voor negen is die er nog niet. Ik maak, zoals gebruikelijk, een kleine wandeling en bemerk tot mijn verbazing dat alles (de auto’s, de straten, de zonneschermen, de terrassen, enz.) bedekt zijn met een laag woestijnzand. Het is onmogelijk zo in een auto te stappen en weg te rijden want het is onmogelijk om door de ruiten te kijken. Door de luchtvochtigheid kleeft het goedje nog aan alles en nog wat vast. Ik vraag na of ze dit hier gewoon zijn. Men weet mij te vertellen dat dit zich zo’n 2 a 3 keer per jaar voordoet. De ganse voormiddag wordt er gepoetst dat het een lust is. (Op maandag 17 en dinsdag 18 mei – dus anderhalve week later - komt ook in Gent het resterende zand van de woestijnstorm uit de lucht vallen. Dit merk ik wanneer ik de koer opveeg.)

07.15 u: we gaan iets vroeger ontbijten om tijdig klaar te staan om opgepikt te worden voor de uitstap. Het weer is goed, de zon schijnt en de zwoelte van gisteren is verdwenen.

08.40 u: de bus pikt ons stipt op het voorziene uur op en we rijden via de snelweg richting Chania (dus in westelijke richting). Hier en daar worden er aan hotels toeristen opgepikt die meegaan op de uitstap. Aan een bepaald hotel moeten we 10 minuten wachten op een koppel dat maar niet komt opdagen. Ten lange laatste vertrekken we zonder hen maar even later krijgt te gids op haar gsm het bericht van het reisagentschap dat we moeten terugkeren om het koppel op te pikken. Met een kleine vertraging beginnen we aan onze uitstap. Die gaat via de haven van Souda, die dienst doet als de haven van Chania en die 12 km lang is en 3 km breed. Het is tevens een NAVO-basis die, behalve de oorlogsschepen, nagenoeg volledig onder de grond steekt. Voorbij Chania en even voor Kolimbari slaan we links af en rijden via een smalle weg langsheen ravijnen in de richting van de zuidwestkust. Onderweg stoppen we even in Elon voor een plaspauze en om wat proviand in te slaan. In de bus zitten Nederlands-, Frans- en Duitstaligen zodat de gids alles drie keer moet vertellen (uiteraard spreekt ze ook nog Grieks). Bij het opstappen en met het oog op de tocht langsheen haarspeldbochten en ravijnen drukte ze de passagiers op het hart dat er in voorkomend geval kotszakjes te verkrijgen waren. Zij deed dit zo uitvoerig, en dan nog in de drie talen, dat het me niet zou verwonderd hebben als er passagiers waren die reeds een bepaalde behoefte voelden opkomen. Dicht bij de kust aan de zuidwesthoek van het eiland bereiken we het Moni Chrisoskalitisas en brengen een bezoek aan dit kraaknette en op een pittoreske plaats gelegen kloostertje. Vanaf dit klooster heeft men een panoramisch zicht op de kust en de Libische Zee. Er leven daar amper nog twee monniken (“monarchon” wil zeggen “persoon alleen”). In de (Grieks) Orthodoxe Kerk mogen de monniken niet gehuwd zijn maar kan een man enkel priester (in een parochie) worden als hij gehuwd is. Na dit bezoek rijden we nog enkele kilometer zuidelijker naar het kustplaatsje Elafonisi. Een 300 meter voor het strand laat men ons uitstappen aan de enige taverne die het plaatsje rijk is. Hier kan iets gegeten en gedronken worden. De afstand naar het strand wordt te voet afgelegd. We hebben wel onze badpakken niet mee maar pootjebaden is ook al plezant. Het zeewater voelt op bepaalde plaatsen lauw aan. Met een badpak kan men waden naar enkele kleine eilandjes voor de kust. Hier is geen gevaar om ingesloten te geraken want de Middellandse Zee heeft hier nagenoeg geen getijdenwerking. Om 15.45 u is de afspraak om terug te vertrekken. Iedereen is ruimschoots op voorhand in de bus aanwezig, behalve een Duits koppel dat waarschijnlijk de show wil stelen en hiervoor waarschijnlijk een chronometer hanteren, want minutenlang, zittend op een stuk rots, blijven ze het zand van tussen hun tenen halen. Stipt om 15.45 u, onder de verwonderde ogen van de andere ongeduldig wachtende passagiers, stappen ze eindelijk toch de bus in.

Via dezelfde weg keren we terug en stoppen we aan een vrij grote grot met druipstenen. Er is ook een kleine kerk in de grot gebouwd. Om de grot te bezoeken moeten 260 treden beklommen worden. Lea wacht beneden in de, aan de weg gelegen, taverne en ik bezoek de grot. Na nog iets gedronken te hebben gaat het richting ons hotel. In Chania stapt de vrouwelijke gids uit want die woont daar. Buiten haar goede talenkennis en het aframmelen van enkele cijfers hebben we weinig van haar opgestoken. Een beetje meer uitleg over de levensgewoonten en de volksgebruiken zou interessant geweest zijn.

18.50 u: aankomst aan het hotel.

21.30 u: slapen

De vele skeletten van huizen op Kreta

Overal op het eiland tref je tientallen betonnen skeletten van huizen aan zonder dat er andere bouwactiviteiten merkbaar zijn. Om een bouwvergunning in handen te krijgen is een Kretenzer niet vies om de gepaste (politieke) vrienden aan te spreken. Eens de bouwvergunning is afgeleverd wordt vliegensvlug het betonnen skelet van het huis opgetrokken (meestal enkel van de onderste verdieping). Eens dit is gebeurd kan volgens het Griekse recht de eigenaar niet meer tot afbraak verplicht worden zelfs al zou achteraf blijken dat de bouwvergunning ten onrechte werd afgeleverd. Eens het skelet er staat neemt men rustig de tijd om de rest van het gebouw af te werken.

Een ander fenomeen is dat je dikwijls een afgewerkte onderste verdieping van een huis ziet waar bovenop 50 cm lange betonijzers uitsteken. De uitleg is eenvoudig. Men bouwt de onderste verdieping met de fondsen die men ter beschikking heeft. Meestal ontbreekt het geld om de eerste verdieping te bouwen en wacht men, soms jarenlang, tot wanneer er weer voldoende zaad in het bakje is om verder te doen.

Toiletten

In heel wat toiletten op Kreta tref je een zelfklever boven de spoelbak aan die je vraagt om geen toiletpapier in het toilet te gooien en door te spoelen. Nog heel wat toiletten hebben een smalle afvoerpijp waardoor het niet denkbeeldig is dat het papier een verstopping zou veroorzaken. In alle toiletten treft men een afvalemmer aan. In het beste geval is het er een in kunststof en met een deksel op. In veel gevallen is het een primitieve emmer zonder deksel maar steeds voorzien van een plastiek afvalzak. Dat het in sommige weinig verluchte toiletten onfris ruikt zal wel niemand verwonderen. Wel moet er eerlijkheidshalve aan toegevoegd worden dat er heel wat beterschap merkbaar is. Net zoals in Turkije, waar de toestand van de openbare toiletten soms erbarmelijk is, zie je op plaatsen waar veel toeristen langskomen nieuwe hygiënische toiletten verrijzen. In Turkije is het zo dat veel toeroperators hun halteplaatsen uitkiezen aan de hand van het al dan niet aanwezig zijn van een net toilet. Ook op Kreta is deze tendens waarneembaar.Maar dit alles mag zeker geen reden zijn om Kreta niet te bezoeken.

Vrijdag 7 mei 2004 – 6de dag

06.00 u: opstaan.

06.50 u: ontbijten. Gezien het vroege uur is nog niet alles van het ontbijtbuffet aanwezig maar er is voldoende voorhanden.

08.20 u: op het afgesproken uur komt de bus ons ophalen aan het hotel. We nemen de richting van Chania maar voorbij Georgiupoli slaan we af naar Vamos alwaar we een bezoek brengen aan een deel van het oude dorp en een klein volkskundig museum. De bus die ons tot hier brengt is een dubbeldekker van Neckerman. We hadden ons als afgevraagd of je met dit buitenmaats voertuig wel veilig over de smalle wegen kan. Bij het binnenrijden raakt de bus, die stapvoets rijdt, de betonnen onderkant van een vooruitstekend balkon. Twee ruiten van de bovenverdieping sneuvelen en een passagier loopt door de glasscherven een kleine snijwonde op. Het is nu wachten op een nieuwe bus want met deze kan er niet verder worden gereden. Het probleem is dat het net vrijdag is en er zeer veel transfers naar de luchthavens moeten gebeuren. We moeten dus een uurtje langer wachten dan voorzien. Ondertussen lopen we een winkeltje binnen waar een vrouw aan het kantklossen is en de vruchten van haar arbeid verkoopt. In een bakkerij kopen we enkele pas uit de oven gekomen stokbroodjes. Wanneer we even later iemand naar deze bakkerij verwijzen die graag ook zo’n broodjes zou willen kopen blijken die allemaal verdwenen te zijn en wijst de bakkerin gelijkaardige broodjes aan die reeds verpakt zijn. Al gauw heb ik door dat ze de verse broodjes had laten verdwijnen om de iets minder verse toch nog aan de man te kunnen brengen. Op het terras van een kafenion geraken er sommige van ons aan het converseren met een 66-jarige Kretenzer. De man kent niet anders dan zijn taal en wij kennen de zijne niet, dus is het vooral behelpen met gebarentaal. Wonderwel lukt dit nog ook. Wanneer de vervangbus is aangekomen vertrekken we in de richting van Chania. Onze vrouwelijke gids, van Nederlandse afkomst, die reeds 12 jaar op Kreta woont en gehuwd is met een Griek, is beter op de hoogte dan die van gisteren. Wel is het spijtig dat ze haar kennis op een dergelijke monotone wijze brengt dat het op den duur lastig wordt om naar haar te luisteren. Van een ferme “zaag” gesproken. In Chania brengen we een kort bezoek aan de Venetiaanse haven. Deze is groter dan die van Rethymnon en hier mogen er geen bootjes aangemeerd liggen. Een van de straatjes in de buurt van de haven is bevolkt met winkeltjes die uitsluitend lederwaren verkopen. Chania heeft tevens een overdekte markt waar we even door lopen. Het is behoorlijk warm op dit ogenblik van de dag (namiddag) en de wind brengt nauwelijks afkoeling. Om te genieten van de prachtige omgeving van het haventje met zijn vuurtoren, strijken we neer op een van de terrasjes om er iets te drinken. De lucht is diepblauw. Voor we de bus opzoeken maken we een kleine wandeling langsheen de kaaimuren waar paardenkoetsen op toeristen wachten. Na Chania is de volgende stop het grafmonument van Eleftherios Venizelos, op het schiereiland Acrotiri, van waaruit men een prachtig uitzicht heeft op de zee en de omgeving van Chania. Deze Kretenzische politicus bracht Kreta bij Griekenland en was jarenlang Eerste Minister van Griekenland. De laatste stop van de dag is het rustige kustplaatsje Georgioupoli. Van hieruit heeft men een goed zicht op de nabij gelegen “Witte Bergen” (Katsiveli – 2453 meter – 2de hoogste berg van Kreta) die hun naam niet danken aan de sneeuw waarmee ze ’s winters bedekt zijn maar door het kalkgesteente waaruit ze bestaan.

19.00 u: aankomst aan het hotel.

Na het avondeten bellen we even naar Marijke. Boldo schijnt 4 dagen vermist geweest te zijn maar is nu terug na een telefoontje van iemand uit de buurt.

Zaterdag 8 mei 2004 – 7de dag

Afgelopen nacht was er wat lawaai in de gangen van het hotel. Blijkbaar moest iemand midden in de nacht zijn of haar leven vertellen.

07.00 u: wakker maar sta pas op om 7.30 u. Ik maak een kleine wandeling.

08.00 u: ontbijt.

Nu is reeds te voorzien dat het een warme dag zal worden. We maken nog maar eens een wandeling in de kleine straatjes van de oude stad. Dit verveelt nooit door de afwisseling. We lopen tot aan het begin van de strandpromenade maar de koffie van deze ochtend noopt ons even het hotel aan te doen. Nergens zagen we hier een openbaar toilet, ook niet op de rest van het eiland. Vervolgens zetten we onze wandeling verder en kopen een lederen riem voor Marijke naast enkele andere boodschappen (fruit en enkele flessen water).

11.00 u: installeren ons aan de rand van het zwembad van het hotel. Hier is het rustig in tegenstelling met de voorkant. Vooral de cafeetjes naast het hotel worden tijdens de weekends bevolkt door de jeugd van Rethymnon. De stoerdoende knapen doen niets liever dan met hun auto met gierende banden te vertrekken. Maar hier aan het zwembad dringt het geluid van de voorkant niet door en kan men rustig naar de azuurblauwe lucht liggen staren op een ligzetel. Een briesje laat zachtjes de takken van de palmbomen wiegen. Af en toe neem ik een duik in het zwembad. En voor de rest: “dolce farniënte”. Rond 13 u gaan we naar de kamer en eten er iets op het terras dat we meebrachten van de wandeling. De rest van de namiddag brengen door op het terras van de kamer en aan het zwembad.

17. 00 u: de bus komt ons ophalen om ons naar het dorpje Axos, aan de voet van de Kreta’s hoogste berg de Psiloritis, te brengen voor het bijwonen van een Kretenzische avond. Het dorpje ligt op een hoogte van 550 meter en de weg die er naartoe loopt is zeer bochtrijk. Het landschap is indrukwekkend. We vragen ons af hoe de buschauffeur het er zal van afbrengen wanneer het straks pikdonker zal zijn bij de terugkeer. Ondertussen geeft de gids ons enkele cijfers: Iraklion (hoofdstad van Kreta) 160.000 inwoners, Chania 80.000 inw., Rethymnon 30.000 inw. en Agios Nicolaos 10.000 inw.

18.45 u: aankomst in Axos. We stappen uit 300 meter voor de tarverne waar we moeten zijn. De bedoeling is ongetwijfeld dat we kennismaken met het dorp en om ons aan te zetten iets te kopen in de plaatselijke winkeltjes. Bij de ingang van de taverne wordt iedereen een glaasje raki aangeboden. Dit is een plaatselijk gebruik. De tarverne heeft ook een ruime winkel waar streekproducten worden verkocht zoals honing, olijfolie, enz. Er wordt weinig verkocht. De plaatselijke bevolking moet zich toch eens afvragen hoe wij, met de beste bedoeling, bvb een blik van een liter olijfolie meekrijgen met het vliegtuig. Aan de ingang wordt tevens een foto genomen tussen een in klederdracht uitgedoste jongen en meisje. Bij het vertrek zijn de foto’s te koop aan de uitgang (€ 5). In de kostprijs is de maaltijd begrepen. Ze is niet zo rijkelijk als in het hotel maar ruim voldoende (voorgerecht: een bladerdeeg gebakje gevuld met kaas, daarna een salade met Griekse yoghurt, hoofdgerecht: varkenssaté – het varkensvlees smaakt veel beter dan bij ons waarschijnlijk door de natuurlijke kweekwijze - alles met witte of rode landwijn naar believen of water. De dansgroep bestaat uit 3 jongens en 3 meisje die de traditionele dansen brengen. De muziek doet aan de Turkse muziek denken (alhoewel men dit hier niet graag hoort) maar is wel een stuk uitbundiger. De leider van de groep is een uitstekend danser en heeft een dansschool. Wat later op de avond wordt het publiek aangezet mee te dansen. Op het einde van de avond gaat het meer de populaire toer op met enkele sirtakidansen. De leider van de groep haalt nog een stunt uit door op een drinkglas te gaan staan, op een been, dat op zijn beurt op een fles en een tafel staat. Een evocatie van een (dronken) Zorba de Griek besluit de avond. Een woord hebben we bijgeleerd: “yamas”, wat wil zeggen: “gezondheid”. Om 22.30 u worden de eerder op de avond genomen foto’s verkocht en wordt de terugreis aangevat. De chauffeur heeft (gelukkig) duidelijk niet van de raki geproefd want zonder moeite loodst hij de bus door de moeilijkste bochten in het pikdonker. We komen aan in het hotel omstreeks middernacht. Beneden ons is het een drukte van jewelste in en op de terrasjes van de studentencafés.

Zondag 9 mei 2004 – 8ste dag

06.00 u: word wakker maar bemerk dat dit stadsdeel zonder stroom zit. Ik blijf nog wat liggen tot 7.30 u.

08.15 u: ontbijten. De stroompanne blijkt opgelost te zijn. Tijdens het ontbijt valt de stroom nog enkele seconden uit.

Na het ontbijt maken we een kleine wandeling en brengen de rest van de ochtend door aan het zwembad.

11.45 u: gaan naar het haventje en betalen er een boottocht naar Panormo (2 x € 17). Vooraleer we vertrekken hebben we nog de tijd om een sandwich te verorberen zittend op een bank aan het havengebouwtje.

13.00 u: vertrekt de boot richting Panormo. Alle plaatsen in de boot zijn ingenomen onder andere door een groep gehandicapten. De boot haalt een behoorlijk hoge snelheid. Even voor Panormo varen we twee grotten binnen en varen vervolgens onder een “falaise” (een natuurlijke brug in rotssteen) door. Om 14.00 u stipt komen we in Panormo aan. Hier hebben we een uur de tijd om iets te drinken of te eten. Ik bestel een rijkelijk met honing overgoten baklava. Met een tiental minuten vertraging vertrekken we terug naar Rethymnon (de gehandicapten waren even te laat). Het weer is prachtig en er hangt een heel lichte nevel die voor een broeikaseffect zorgt. Het is zelfs mogelijk om op het achterdek te blijven zitten ondanks de wind.

Terug om 17.00 u. Eens terug in het hotel brengen we de rest van de namiddag door aan het zwembad.

19.00 u avondeten. Nadien bekijken we datgene dat we tot nu toe gefilmd hebben.

21.15 u: lichten uit.

Maandag 10 mei – 9de dag

07.00 u: opstaan

08.00 u: ontbijt

09.00 u: om de hoek van het hotel is er een autoverhuurbedrijfje. Gisteren hebben we daar reeds een auto gereserveerd. We betalen € 61 voor twee dagen (eveneens een Fiat ceicento). Dit is merkelijk goedkoper dan de prijzen van het verhuurbedrijf dat door het reisagentschap wordt aangeprezen. ’s Nachts kan ik de wagen gratis parkeren op het terrein van de haven, waar de ferryboot aanlegt. Wel wordt dit terrein afgesloten van zodra de boot vertrekt en gaat pas open de volgende ochtend wanneer de boot aankomt. We doen een rondrit doorheen het achterland van Rethymnon (toeristische gids Merian p. 161 e.v.). Even buiten de stad keren we op onze stappen terug om een apotheek te zoeken om er zalf te kopen voor Lea die spierpijn heeft in haar nek. Waarschijnlijk heeft ze gisteren een kou opgelopen tijdens de boottocht. Na een tweetal keer vragen vinden we een apotheek en we kopen er een tube pijnstillende zalf(Voltaren).

Voor de tweede keer vangen we onze rondrit aan. We rijden eerst in de richting van Chania en slaan dan af naar Atsipopoulos. Rijden vervolgens via Prines, het dal van Gonia en Kato Valsamonero met zijn kleine Agios Janniskerk. De sleutel van de kerk zou op 2 minuten gaans af te halen zijn maar we vinden de deur open. Vervolgens gaat het via Kaloniktis, Roustica, Agios Konstantinos, Agios Georgios, Zouridi, Argiroupoli, Kato Poros, Asigonia. Hier zijn, op een schaduwrijk plekje met watervalletjes, een viertal tavernen gevestigd. We eten er gegrilde kip met friet. Het terugkeren doen we via Kalikrates, Argiroupoli en Episkopi. De tocht loopt via stille dorpjes met kleine kerkjes en hier en daar een klein klooster. Af en toe moeten we de weg vragen wat zonder veel problemen verloopt. In Asigonia zien we een bord staan naar Kalikrates (12 km). Even verderop staat een man op zijn balkon en wijst de weg naar dit dorpje zonder dat we hem iets gevraagd hebben. Een beetje wantrouwig volgen we toch de aangeduide weg. Al vlug blijkt dat deze weg naar een bergtop gaat via talrijke haarspeldbochten. De weg is in goede staat maar wordt blijkbaar weinig bereden en is bezaaid met stukken steen die van de bergwanden zijn afgevallen. Het is uitkijken geblazen om de onderkant van de auto niet te beschadigen. Wanneer we ongeveer 2 km van de top zijn vind ik het welletjes en keren we terug op onze stappen van zodra we een geschikte plaats vinden waar we de wagen kunnen draaien. Onderweg laten we een geitenhoeder met zijn kudde passeren. In Episkopi volgen we de “old road” naar Rethymnon. Onderweg kopen we nog enkele flessen water. Omstreeks 16.30 u parkeer ik de wagen op het haventerrein. Lea moet even gaan liggen door de pijn in de nek. Tot nu toe heeft de zalf nog maar weinig geholpen. Het schokken van de wagen zal er ook geen goed aan gedaan hebben. Ondertussen ga ik nog een partijtje zwemmen.

Na het avondeten, dat uitzonderlijk volledig in buffetvorm is, is er een Kretenzische avond in het hotel zelf. Om 20 u begint een duo muzikanten te spelen, de ene op een synthesizer en de andere op een soort van luit en een mandoline (de juiste namen zijn: lyra en bouzoukia). Twee jongens en twee meisjes geven eerst een demonstratie van Kretenzische dansen en daarna van Griekse dansen, telkens in de gepaste traditionele kledij. De Kretenzische klederdracht bestaat uit een rijbroek (meestal kakikleurig) lederen laarzen en het typisch zwart hoofddeksel, in breiwerk, met franjes aan. Zoals de vorige keer zetten de dansers ook het publiek aan tot meedansen. Wegens de pijnlijke nek van Lea moeten we omstreeks 21.30 u afhaken.

Dinsdag 11 mei 2004 – 10de dag

06.30 u: opstaan.

07.20 u: ontbijt.

08.15 u: vertrekken met de huurauto. Lea’s spierpijn is reeds veel verbeterd. Via de “snelweg” rijden we van Rethymnon richting Chania. We nemen de eerste afslag naar links na de afslag naar Georgioupoli en rijden via Vresses en de Kare Canyon doorheen een mooi en afwisselend landschap naar Chora Sfakion (Hora Sfakion). Enkele kilometer voor dit kustplaatsje is er een taverne van waaraf men een panoramisch zicht heeft op een deel van de Imbroskloof. Ook een aantal bussen met toeristen stoppen daar, waaronder een bus met Fransen. Op dit uur van de dag wordt er weinig of niet geconsumeerd. Een van de Fransen stelt zich op een stoel van het terras van de taverne om een foto te nemen. De Kretenzische uitbater schiet plots in een “Franse koleire” tegen de toerist - fotograaf omdat die met zijn schoenen de stoel bevuilt. De ware reden zal wel zijn dat een buslading vol toeristen zijn terras overspoelden, niets verbruikten en bovendien nog de stoelen bevuilden. Met veel verontschuldigingen druipen de Fransen af.

Enkele minuten later komen we aan in Chora Sfakion. Dit plaatsje is vooral bekend bij de Samariakloofwandelaars. De bekendste kloof van Kreta ligt meer westelijk, begint aan het dorpje Samaria en eindigt aan het kustplaatsje Agia Roumeli. De afstand bedraagt 18 km waarvan het laatste uur onder een blakende zon. Dit is iets voor geoefende wandelaars. Men kan echter enkel de bewoonde wereld terug bereiken door in Agia Roumeli de boot te nemen naar Chora Sfakion. Zij die het wat voorzichtiger aan willen doen kunnen in Chora Sfakion in omgekeerde richting de boot nemen tot Agia Roumeli en daar dan in tegengestelde zin de laatste 5 km van de Samariakloof doen tot aan de zogenaamde IJzeren Poort. In feite worden dit ook 10 km heen en terug. We bekijken de uren van de boot. Die vertrekt om 10.30 u, 13 u, 16.45 u en 18 u (enkele richting). We zouden nog net meekunnen en ik zou dan eventueel Lea in Agia Roumeli kunnen achterlaten om de korte kloofwandeling te toen. Ik reken even uit dat we ten vroegste hier in Chora Sfakin kunnen terug zijn omstreeks 16.30 u. We beslissen echter deze wandeling voor een volgende reis naar Kreta voor te behouden. Daarentegen strijken we neer op een terrasje van waar we de boot kunnen zien vertrekken. We kopen er tevens enkele belegde sandwichen en even voor elf uur vertrekken we. Nog in het kustplaatsje zien we een wegwijzer naar het 12 km verder gelegen Anopolis. Tientallen haarspeldbochten van de kronkelige weg brengen ons steeds maar hogerop waarbij het uitzicht mooier en mooier wordt. Ook hier is het uitkijken voor de brokstukken die op de weg liggen. Uiteindelijk bereiken we de top en het plaatsje Anopolis dat slechts enkele huizen telt. Hier rijden we een wagen, van het pick-uptype, voorbij waarvan de bestuurder via een luidspreker zijn waren aanprijst. Het is een soort rijdende winkel van potten en pannen. “Als Mozes niet naar de berg komt, laat dan de berg naar Mozes komen” denkt men hier blijkbaar.

Eens op de top keren we terug naar beneden via dezelfde weg en ongeveer halfweg verorberen we onze sandwiches. Van hieruit heeft men een prachtig zicht op de kust en Chora Sfakion.

Eens beneden volgen we de wegwijzer naar Francokastello. De weg daarheen volgt ongeveer de kustlijn. Het plaatsje telt slechts enkele hotels en wordt overheerst door de Venetiaanse kasteelruïne. We lopen even tot op het kleine strand. Het is er zeer rustig. Vervolgens zetten we onze weg verder richting Plakias, waar we reeds eerder langskwamen. We stoppen er niet en volgen de weg naar het klooster van Preveli. Aan een taverne, met in de buurt een oude stenen boogbrug, stoppen we om een terrasje te doen. De weg vervolgen we naar Lambini en willen van hier naar Karines. Ik rij het eerstgenoemde plaatsje binnen zonder oog te hebben voor een op een betonnen muur geschilderde aanwijzing om links af te slaan naar Karines. Ik kom in de zeer smalle straatjes van Lambini terecht, amper breed genoeg om er met de wagen door te kunnen (en we rijden slechts met een kleine Fiat Ceicento). Op een bepaald moment wordt de straat zo nauw dat ik er waarschijnlijk niet door kan temeer wegens de uitstekende treden van een stenen toegangstrap van een huis. Op de trap staat een bejaarde vrouw die met veel armgezwaai mij vriendelijk probeert duidelijk te maken dat ik om naar Karines te rijden terug moet keren tot buiten het dorp en daar een andere weg nemen. Ik begrijp dat we hier niet meer verder kunnen. Ik moet het straatje achterwaarts uitrijden vooraleer ik de wagen kan keren. Net buiten het dorp vind ik de aanduiding en sla links af naar Karines. Het landschap waar we doorheen rijden is betoverend mooi en doen ons denken aan de Alpen, zij het dan met een totaal andere begroeiïng. Vooral de duizenden olijfbomen, waarvan de vruchten in het voorjaar geoogst worden doormiddel van grote netten die onder de bomen gelegd worden, domineren de vegetatie. We rijden nog even tot Patsos en dan is het stilaan tijd om terug te keren naar ons hotel. Even buiten Rethymnon tanken we € 7 (deze morgen hebben we reeds € 10 getankt – wij hebben vergeten de benzineprijzen te noteren om eens te kunnen vergelijken met onze prijzen maar ik meen dat die ongeveer dezelfde zijn met uitzondering van de diesel die er goedkoper is). Eens aan het hotel parkeer ik zoals afgesproken de wagen op het haventerrein en breng de sleutel terug naar de winkel. Deze is op dit moment van de dag gesloten (namiddagpauze) zodat ik enkele uren later moet terugkeren.

Aan de receptie liggen er mappen van reisorganisaties en in die van Thomas Cook vind ik het bericht dat onze terugvlucht vertrekt zoals voorzien om 12.10 in Iraklion. We zullen om 07.55 u afgehaald worden aan het hotel, een treffelijk uur dus. Morgen zullen we het rustig houden en in de namiddag een deel van onze valiezen klaarmaken.

De rest van de avond verloopt zoals gewoonlijk.

21.00 u: taptoe (lichten uit)

Woensdag 12 mei 2004 – 11de dag

07.00 u: opstaan.

Mijn favoriete bezigheid op reis is vroeg in de ochtend een kleine wandeling maken in de omgeving van het hotel. Ook deze keer is dit niet anders. Ik dwaal door de nog verlaten straatjes van Rethymnon en geniet van het ontwaken van de stad. Een elektronisch bord boven de laaddeur van de ferryboot geeft een temperatuur aan van 19 graden (het is nu 7.15 u – om 9.00 u zal dit 24 graden zijn).

09.00 u: gezamenlijk maken we een wandeling door de smalle straatjes en kopen nog wat voor Marijke. We nemen tevens wat mee om deze middag te eten. De rest van de voormiddag brengen we door aan het zwembad. Plots vraagt een Duitstalige dame of ik een klein vogeltje, dat in het zwembad dreigt te verdrinken, kan helpen. Ik ben de enige in zwempak. Ik ga het water in en red het kleine ding van een gewisse verdrinkingsdood. Ik zet het neer op de rand van het zwembad waarna het onder een bloembak kruipt om er zijn pluimen te laten drogen. Een tiental minuten later probeert het vogeltje de overkant van het zwembad te bereiken, waar blijkbaar het nest is in een palmboom maar komt kracht te kort en valt terug het water in. Voor een tweede keer haal ik het kleine ding uit het water en zet het nu neer onder de palmboom. Onmiddellijk wordt het geholpen door de moeder die het enkele vette wormen toesteekt. Rond 13 u gaan we naar de kamer en eten op het terras onze “picknick” op. Daarna komt het minder plezante: het maken van de valiezen. Vooral de gedachte dat het einde in zicht komt voelt niet zo goed aan. Zonder al te veel moeite krijgen we alles in de twee valiezen en de handbagage. De rest van de namiddag brengen we door aan het zwembad en we maken er nog een kort gesprek met een Finse dame en haar 13-jarige dochter. Zij vertelde ons dat de temperatuur vorige week in Finland slechts 3 graden bedroeg en de week daarvoor was het ca 20 graden. In de lente schijnt de temperatuur daar sterk af te wisselen. Op het einde van de namiddag ga ik de in de loop van de week verbruikte dranken afrekenen aan de receptie. Ik breng tevens de kluissleutel terug waarna ik de € 5 waarborg terugkrijg.

Dit is waarschijnlijk een geschikt moment om eens na te denken over het voorbije verblijf op Kreta. Gedurende gans ons verblijf was het mooi en aangenaam weer (niet te warm noch te koud). Eén namiddag was het vrij winderig maar de wind voelde warm aan. Op een avond vielen de enige regendruppels die we op de 12 dagen zagen en nog niet genoeg waren om de straten nat te leggen. De voormiddagen zijn meestal warmer dan de rest van de dag. Tegen de middag steekt een (warme) wind op die maakt dat de temperatuur over gans de dag min of meer gelijk blijft. Voor zover we er zicht op hadden zakte de temperatuur nooit onder de 18 graden, ook ’s nachts niet.

Kreta vergelijken met bvb Turkije is net zoals appels vergelijke met peren. Kreta (en waarschijnlijk ook de rest van Griekenland) heeft een uitgesproken Europese sfeer, Turkije daarentegen doet oosters aan. Grieken en Turken, die geen beste vrienden van elkaar zijn, hebben meer gemeen dan dat ze het zelf goed beseffen en willen bekennen. De Griekse en de Turkse keukens gelijken sterk op elkaar en kunnen gerust wedijveren. De Kretenzische traditionele muziek kan niet verhullen dat het eiland lange tijd bezet werd door de Turken en hiervan de invloed heeft ondergaan. Ze is echter een stuk uitbundiger en vrolijker dan de Turkse muziek. Het afdingen op prijzen wordt hier veel minder gedaan dan in Turkije, zeker in de plaatsen waar veel toeristen komen. Kreta is dubbel zo duur als zijn Turkse buur.

We zijn er ons van bewust dat we slechts een klein deel van Kreta hebben gezien en dat we er vroeg of laat nog eens moeten terugkeren. Het eiland leren kennen doe je best doormiddel van een huurwagen. Uitstappen met reisorganisaties zijn goed voor een eerste kennismaking maar al vlug is men beter af alleen met een gehuurde auto. Het komt zelfs een stuk goedkoper uit. Op die manier is ook het contact met de bevolking intenser.

Die avond betaal ik de drank bij het avondeten onmiddellijk daar ik de rest reeds afgerekend heb. Om 20 u zijn we terug op de kamer, steken nog de laatste spullen in de valiezen en gaan dan om 21 u slapen.

donderdag 13 mei 2004 – 12de dag

05.30 u: opstaan

07.00 u: ontbijten

07.55 u: stipt op tijd worden we aan het hotel opgehaald door de bus. Wij zijn de eerste die opgehaald worden en samen met ons vertrekt ook het viertal uit Boom. Via een aantal andere hotels en de snelweg rijden we naar de luchthaven van Iraklion. Het valt ons op dat er nog meer bloemen in bloei staan dan toen wij hier aankwamen.

10.00 u: aankomst op de luchthaven van Iraklion. Het is er zeer druk maar het inchecken verloopt er vrij vlot ondanks de grote stroom “terugkeerders”. Veel tijd om ons daar te vervelen hebben we niet, amper hebben we de tijd om even naar het toilet te gaan en een kop koffie te drinken.

11.30 u: we stappen in het vliegtuig, een airbus 320 van Thomas Cook. Het vliegtuig is hier pas een half uur geleden (om 11.00 u) geland na een reis vanuit Brussel. Men heeft amper de tijd om de bagage uit en in te laden en bij te tanken.

12.40 u: iets later dan voorzien stijgen we op. Het is 20 graden.

14.45 u (lokale tijd): landen we op Brussel Nationale Luchthaven. We stappen uit via de nieuwe terminal, maar deze keer gans op het einde, wat wil zeggen dat we een heel eind moeten stappen tot aan de bagageterminal. Dit heeft het voordeel dat de bagage er bijna even vlug is als wij en we niet lang moeten wachten. Na onze bagage te hebben opgehaald stappen we naar de dienst verloren voorwerpen van BIAC (aankomsthall). Bij navraag blijkt de verloren jas van Lea terecht en kunnen we die zonder veel problemen meenemen.

Op de onderste verdieping van de luchthaven is het treinstation gevestigd. We kopen een ticket en stappen om 15.50 u de trein in. Eens de trein in gang is bel ik via de gsm naar Marijke om onze aankomsttijd mede te delen in het St. Pietersstation zodat ze ons daar kan komen ophalen.

16.45 u: aankomst te Gent St.-Pieters.

Einde van een Kretenzische droom…

En om er nog eens verder over te dromen:

http://crete.dreamofgreece.com
(geluid aanzetten)

Kriti efcharisto!

(Kreta dankuwel !)



[1] De schrijfwijze van de namen van steden, dorpen en straatnamen kan nogal verschillen. De vertaling vanuit het Grieks gebeurd nogal willekeurig en meestal fonetisch. Iraklion wordt soms Hiraklion, Rethymnon wordt soms Rethymno of Rethimno, Chania wordt soms Xania of Hania.

03-05-2004 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (2)
02-05-2004
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KRETA 2004 deel 2
Klik op de afbeelding om de link te volgen






Rethymnon

02-05-2004 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)


Inhoud blog
  • NORMANDIË 1993 deel 2
  • NORMANDIË 1993 deel 1
  • NORMANDIË 1995 deel 2
  • NORMANDIË 1995 deel 1
  • NOORD-FRANKRIJK 1996 deel 2
  • NOORD-FRANKRIJK 1996 deel 1
  • ZEVENDAAGSE NAAR DE KASTELEN VAN DE LOIRE 1997 deel 2
  • ZEVENDAAGSE NAAR DE KASTELEN VAN DE LOIRE 1997 deel 1
  • BOURGONDIË 1998 deel 2
  • BOURGONDIË 1998 deel 1
  • MONSCHAU 1999 deel 2
  • MONSCHAU 1999 deel 1
  • PARIJS 2000
  • GROOTHERTOGDOM LUXEMBURG 2000
  • TURKIJE 2001 deel 3
  • TURKIJE 2001 deel 2
  • TURKIJE 2001 deel 1
  • PARIJS 2001
  • DE VOGEZEN 2001 deel 2
  • DE VOGEZEN 2001 deel 1
  • KEULEN CARNAVAL 2002
  • BRETAGNE 2002 deel 3
  • BRETAGNE 2002 deel 2
  • BRETAGNE 2002 deel 1
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2002 deel 3
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2002 deel 2
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2002 deel 1
  • TURKIJE 2003 deel 3
  • TURKIJE 2003 deel 2
  • TURKIJE 2003 deel 1
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2003 deel 3
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2003 deel 2
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2003 deel 1
  • KRETA 2004 deel 2
  • KRETA 2004 deel 1
  • HOUFFALIZE 2004
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2004 deel 3
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2004 deel 2
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2004 deel 1
  • TURKIJE 2005 deel 3
  • TURKIJE 2005 deel 2
  • TURKIJE 2005 deel 1
  • VIERDAAGSE VAN DE IJZER 2005
  • GROSSARL 2005 deel 3
  • GROSSARL 2005 deel 2
  • GROSSARL 2005 deel 1
  • Hotel Torre Artale - Trabia - Sicilië - Italië
  • Reis naar Sicilië - Italië 2006
  • De Pyreneeën
  • Lourdes en de Pyreneeën
  • Antalya Turkije 2006
  • Antalya Turkije 2006
  • Grossglockner 3798 m
  • Sankt-Martin bei Lofer - Oostenrijk
  • Kas Turkije 207
  • Kas - Turkije 2007
  • Kusadasi Turkije 2008
  • Kusadasi Turkije 2008
  • Bernau - Zwarte Woud
  • Bernau - Zwarte Woud
  • Bornholm - Denemarken
  • Tenerife 2010
  • Antalya Turkije 2011
  • Malta 2011
  • Tenerife 2012
  • Nieuw
  • Welkom op deze blog
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Archief per jaar
  • 2012
  • 2011
  • 2010
  • 2009
  • 2008
  • 2007
  • 2006
  • 2005
  • 2004
  • 2003
  • 2002
  • 2001
  • 2000
  • 1999
  • 1998
  • 1997
  • 1996
  • 1995
  • 1993
    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.

    Blog als favoriet !
    Gastenboek
  • solar
  • Op bezoek geweest
  • Lieve groetjes
  • Vrolijk pasen
  • xxx

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    T -->

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!