Reisverslagen

20-01-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Tenerife 2010

Tenerife

9 januari tot 20 januari 2010

Wat vooraf ging

1 november 2009: een stuk rots van het massief van Los Gigantes breekt af. Het er onder liggend strand was afgebakend en was niet toegankelijk voor het publiek. Er vielen echter dodelijke slachtoffers.

24 december 2009: een storm raast over Lanzarote. Een vlucht van Rayonair wordt afgelast.

25 december 2009: op een vlucht van Amsterdam naar Detroit laat een terrorist een springstoflading ontploffen. De lading is te klein om het vliegtuig in problemen te brengen. De man wordt door een passagier in bedwang gehouden worden.

Vrijdag 8 januari 2010 – 1ste dag

In de loop van de week zijn de weerberichten nogal verwarrend. De kans bestaat dat het in de nacht van vrijdag op zaterdag zal sneeuwen. Komt daarbij nog dat de grond reeds verschillende dagen bevroren is. Bij een eventuele sneeuwval zal deze blijven liggen, met alle gevolgen van dien. Het kan dus dat we problemen hebben om de luchthaven van Oostende te bereiken. Nadat we gisteren (donderdag) nog verschillende weerberichten geconsulteerd hebben besluiten we een hotel voor één nacht te reserveren in Oostende. Ik heb een 4-tal hotels geselecteerd die bekend staan als luchthavenhotels. Ik bel deze op. Bij de eerste drie vang ik bot: de Miramar antwoord niet, hotel Glenn is gesloten wegens verlof en ook een derde hotel is niet bereikbaar. Bij hotel Ter Streep, Leopold II laan 14 te Oostende hebben we meer geluk. Dit hotel is gelegen in de straat die op het Casino uitkomt en langs de andere kant naar het beeld van de “dikke Mathilde” loopt. We reserveren een kamer voor € 75 (de goedkoopste). Het hotel heeft een nachtreceptionist wat gemakkelijk is wanneer we het hotel vroeg moeten verlaten. Godelieve en Lucien (G/L) beslissen om het er toch op te wagen in de nacht naar Oostende te rijden vanuit Drongen.

In de voormiddag wip ik nog eens binnen in café Bornhem om de kassa over te dragen aan Raymond. Reeds rond 10.30 u zak ik af naar huis om de valiezen te sluiten en de laatste hand te leggen aan de bagage. Om11.30 u gaan we middagmalen. Om 12 u zijn we reeds terug thuis. We laden de valiezen in de koffer van de auto. In de buurt kopen we nog een drietal belegde sandwiches om mee te nemen voor deze avond. Het is 13 u wanneer we vertrekken naar Oostende. De zon schijnt volop, er is geen wolkje aan de lucht. Net alsof de weermaker ons een beetje wil treiteren. De temperatuur schommelt tussen -1 en +1 graad. Daar we tijd zat hebben rijden we tot aan de luchthaven om de situatie nog eens te bekijken zodat we morgen niet moeten sukkelen. In het luchthavenrestaurant drinken we een koffie en zien omstreeks 14.30 u het JetAir-toestel, afkomstig uit Alicante, landen. Het is dit vliegtuig dat ons morgen naar Tenerife zal brengen. Op weg naar het hotel wipt Lea nog even binnen in de winkel van Vögele in de buurt van de luchthaven. Het is 15.30 u wanneer we in Ter Streep aankomen. We checken in en betalen meteen € 75 + € 1,60 stadstaks. Net voor de ingang van het hotel hebben we een vrije parkeerplaats. De bagage laten we grotendeels in de wagen. We hebben slechts enkele hoogstnodige spullen in een tasje meegenomen. De kamer is bescheiden maar ruim voldoende om er de nacht in door te brengen en bovendien netjes. Op de kamer eten we onze sandwiches op. Reeds om 19 u gaan we slapen want het is morgen vroeg dag. Wel winnen we morgenvroeg een uur door hier te overnachten. Ik vraag aan de baas om mij te wekken om 3.30 u. Volgens hem moeten we geen twee uur op voorhand in de luchthaven zijn omdat hier in Oostende alles vlotter en rustiger verloopt. Anderhalf uur op voorhand zou volstaan.

Zaterdag 9 januari 2010 – 2de dag

Voor alle zekerheid heb ik gisterenavond mijn gsm ingesteld om de wekker te laten aflopen nog voor de nachtportier ons wekt. Wanneer hij belt zijn we al volop ons ochtendtoilet aan het maken. Een blik naar buiten zegt me dat het nog niet sneeuwt. De wind blaast echter stevig. De temperatuur is ongeveer -2 graden maar de gevoelstemperatuur bedraagt minder dan -10 graden. Na de douche en het naar binnenwerken van enkele Luikse wafels, met koffie uit onze meegebrachte thermos, verlaten we het hotel om 04.15 u. Onder weg naar de luchthaven (4 km) krijgen we een telefoontje van G/L om ons te zeggen dat ze reeds op de luchthaven aangekomen zijn. Voor de zekerheid zijn ze vroeg genoeg van huis vertrokken. De wegen zijn echter poederdroog en er is geen minste sprake van sneeuw. Aan de hemel flonkeren de sterren. Eens aan de luchthaven parkeren we onze auto op de betaalparking (normaal € 6 per dag, indien meer dan 7 dagen € 4 per dag). Het is dan 4.45 u. In de hal van de luchthaven vinden we G/L terug. Zij hebben geen problemen gehad onderweg. Zij zijn thuis vertrokken om 2.30 u. Aan de balie van JetAir krijgen we de gebruikelijke handtas. Maar ook hier schijnt de crisis te zijn toegeslagen want het ding is van bescheiden kwaliteit. Ook krijgen we van de hostess een (verse) krant toegestopt (Het Laatste Nieuws). Stilaan druipen ook de andere passagiers de hal van de luchthaven binnen. Na het inchecken van de valiezen drinken we nog enkele koffies aan de bar op het gelijkvloers van de hal. Om 6 u begint de veiligheidscontrole. Door de strenge maatregelen moet je je bijna voor de helft uitkleden (overjas, handbagage, broeksriem). Ik ben het al gewoon geworden dat wanneer ik door het poortje ga het alarm afgaat. Dit keer is het niet beter. Nog steeds weet ik niet wat hiervan de oorzaak is. Ook bij Lucien gaat het alarm af en dit wegens zijn kunstheup. De beambten raden hem aan dit in het vervolg te melden.

Om 6.15 u kunnen we instappen. We moeten het gebouw verlaten om naar de trap aan het vliegtuig te gaan (ca 100 meter ver). Bovenaan de trap stokt het wat en moeten we enkele minuten in de open lucht blijven staan. De schrale oostenwind snijdt in ons aangezicht. Maar we hebben goede vooruitzichten.

Stipt op het voorziene uur, om 6.30 u zet het vliegtuig zich in beweging en vijf minuten later komen we los van de grond. Wij bezetten de zetels 4a, 4b, 4c en 4d. Het toestel is een Boeing 737 - 700. Wij moeten echter wel een tussenstop maken te Las Palmas op Gran Canaria. Het eerste deel van de vlucht zal 4 uur en 5 minuten duren.

Na ongeveer een uur vliegen is er een probleem op de 7de rij. De hostess vraagt via de geluidsinstallatie of er een geneesheer aan boord is. Op de 6de rij stelt zich een vrouw recht en gaat eens kijken naar de man in kwestie, maar al vlug geeft ze het op. Ik kijk even kort de uil uit de boom maar er is blijkbaar geen geneesheer aan boord. Ik vraag aan de vrouw naast de onwel geworden man wat er aan de hand is. Aan de hand van de uitleg heb ik het vermoeden dat de man last heeft van een daling van zijn suikerspiegel (ziet sterretjes, enz.). Ik heb steeds een pakje druivensuiker (dexstrose) bij mij en ik overhandig de helft van het pakje aan de vrouw met de mededeling dat ze indien nodig ook de andere helft nog kan krijgen. Blijkbaar is de onpasselijkheid overgegaan want de rest van de vlucht hebben we niets meer van de (slapende) man gehoord.

Na 2 uur vliegen bevinden we ons boven de kust van Portugal, meer bepaald boven de stad Porto. Onze snelheid bedraagt 850 km/u en onze kruishoogte is 11.560 meter. Wij moeten ons uurwerk 1 uur terugplaatsen wegens het tijdsverschil op de Canarische Eilanden.

Om 9.30u zet de piloot het landingsmanoeuvre in. En om 11 u Belgische tijd of 10 u lokale tijd landen we op Gran Canaria. De temperatuur is 19 graden. Een deel van de passagiers stapt uit. Deze hebben als bestemming Gran Canaria. Eens deze uit het vliegtuig stapt een ander deel in. Deze laatste gaan naar huis via een ommetje langs Tenerife. Wij blijven zitten in het vliegtuig, wellicht om tijd te sparen.

Het is 10.45 u wanneer we terug in beweging komen en om 11 u stijven we op voor een vlucht van 25 minuten. Omstreeks 11.30 u landen we op de luchthaven Reina Sofia van Tenerife. Eens uitgestapt vinden we al vlug de transportband waarop we onze valiezen zullen vinden. Na 10 minuten hebben we die zonder problemen in ons bezit. Tijdens de vlucht hebben we onze dikke trui uitgetrokken, die we nodig hadden in Oostende, maar hier eerder een ballast is. Op dit moment is het hier ca 20 graden, dit is 22 graden verschil met Oostende. In de aankomsthal vinden we de hostess van JetAir die ons een omslag met informatie geeft en een blad waarop het uur en de plaats van afspraak staat voor de ontmoeting morgen met een JetAirhostess. Wij moeten ons vervolgens begeven naar de bussen voor de luchthaven en daar de bus instappen met het nummer 3. Na even zoeken vinden we die. Terwijl we nog naar andere passagiers wachten wordt het behoorlijk warm in de bus en moeten we onze winterjassen uittrekken. Tot de airco van de bus voor de nodige verfrissing zorgt. En dit op 9 januari !!!

Van de luchthaven naar het hotel is het amper 20 km. Na amper een half uur rijden, wij zij de eerste die uitstappen, komen we aan bij het hotel Bahia Princess. De eerste aanblik is overweldigend. Vooral het centrale ingangsgebouw doet romaans aan.

Aan de receptie worden we verder geholpen. Wij krijgen de kamers 2001 (wij) en 2004 (G/L). Na het inchecken brengen we onze valiezen naar onze kamers. Een van de receptionisten is een Vlaming wat het dus een stuk gemakkelijker maakt. Wij huren meteen ook een kluis. De receptionist legt ons de weg uit hoe wij onze kamers kunnen vinden. Dit is echter geen gemakkelijke karwei door de grilligheid van het gebouw. Eerst nemen we de lift naast de receptie en gaan daarmee een verdieping lager. Daar verlaten we het hoofdgebouw en slaan dan buiten links af. Via een helling komen we terug aan een lift en nemen die tot op de 2de verdieping. Net buiten de lift ligt onze kamer (2001) en die van G/L ligt wat dieper de gang in. Eens de valiezen op de kamer gaan we een stukje eten in het barbecuerestaurant. Dit is in open lucht en is enkel open op het middaguur (van 12.30 u tot 15.30 u.) Wij moeten niet betalen want in deze (kalme) periode hebben wij vol pension voor de prijs van half pension. De maaltijd bestaat uit een voorgerecht (rauwe groeten, soep), een hoofdgerecht à la carte en een dessert. Om dit restaurant te vinden moeten we van ons verdiep met de lift een verdieping lager, dan rond het hoofdzwembad en dan de trap op naar het terras van het BBQ-restaurant. Het maaltijd ’s avonds is in buffetvorm en kan gebruikt worden tussen 18.30 u en 21 u in het restaurant aan het hoofdzwembad. Voor de heren is het dan verplicht een lange broek en een hemd te dragen. Dit laatste is niet al te strikt te nemen want een polo mag ook. Het ontbijt, ook al in buffetvorm, kan men gebruiken in hetzelfde (avond)restaurant tussen 7.30u en 10.30 u. Deze middag neem ik een carbonade met friet en Lea een pizza.

Na het middagmaal gaan we naar de kamer en pakken we de valiezen uit. De kamer is zeer ruim en bevat drie ruime eenpersoonsbedden. De matrassen zijn van goede kwaliteit. De badkamer is zeer ruim, de vloer en de wanden zijn bekleed met marmeren tegels. Er is een ligbad met douche in één en een ruime lavabo. Er zijn voldoende handdoeken voorhanden die dagelijks ververst worden. Ook liggen hier de bruine handdoeken die kunnen gebruikt worden aan het zwembad en die na een week ververst worden (vroeger kan ook maar dan mits betaling).

Ook heeft iedere kamer een terras met een tafeltje en twee stoelen in plastiek. Het enige minpunt dat we hier ondervonden hebben is dat er voor ons terras grote bomen staan die ons het uitzicht belemmeren op het zwembad.

Na de valiezen leeggemaakt te hebben doen we een dutje en gaan dan om 18.30 u naar het restaurant. Men mag pas binnen als het stipt 18.30 u is. Er staat reeds een kleine file aan te schuiven om binnen te gaan. Aan de toegang geeft men zijn kamernummer op en krijgt men een driedubbel blaadje waarop de obers de dranken noteren. Het buffet is rijkelijk en overdadig. Bijna iedere dag zijn er andere gerechten voorhanden. Ook zijn hier twee standen waar men aan showcoocking doet (het vlees of de gerechten worden hier klaar gemaakt en niet in de keuken). Bij het eten bestellen we een halve fles witte wijn (37 cl - € 7.30).

Na het avondeten gaan we nog iets drinken in de pianobar (gelegen aan het ingangsforum). Maar de vermoeidheid laat zich gevoelen en al vlug gaat het kamerwaarts. Om 21 u kruipen we onder de wol. Vandaag was het 22 graden.

Het Hotel Bahia Princess

Het hotel heeft als embleem een oranje bloemenkelk of kroon met daaronder een horizontale streep. Het maakt deel uit van een wereldwijd verspreide hotelketen.

Het hotel heeft een indrukwekkend ingangsforum met zowel aan de straatzijde als aan de terreinzijde hoge pilaren. In dit gebouw is de receptie van het hotel ondergebracht en de pianobar. De kamers zijn meestal ondergebracht in aanpalende gebouwen in dezelfde stijl. ’s Avonds wordt aan de pianobar zachte piano- of saxofoonmuziek gespeeld. Verder is er nog de Honolulubar waar ’s avonds shows worden opgevoerd, meestal imitatoren van bekende zangers of zangeressen. De Coco Loco bar is gelegen aan het hoofdzwembad. Daar kan men overdag dranken en ijsjes verkrijgen. De vitamienenbar is gelegen aan het barbecuerestaurant en is enkel open tussen 12.30 u en 15.30 u. Het ontbijt en het avondmaal worden geserveerd in buffetvorm in het restaurant aan het hoofdzwembad. ’s Avonds mogen de heren er alleen in met een lange broek en een hemd. Er is plaats in het restaurant voor 332 personen. Naast het ingangsforum is er links en rechts een klein zwembad. Aan de kinderclub is er een kinderzwembadje en het centrale hoofdzwembad is in deze periode verwarmd op 25 graden. Het duurt wel even als men vanaf de receptie naar de kamer wil gaan om de juiste weg te vinden. Maar na een paar uurtjes lukt het wel. De kamers zijn ruim en hebben drie vrij brede eenpersoonsbedden. Om hygiënische redenen bestaat de vloer uit tegels. Voor de rest staat in de kamer een vrij brede dressoirkast, een rond tafeltje met twee zetels. De badkamer heeft een ligbad dat ook als douche kan gebruikt worden. De vloeren en de wanden zijn bekleed met marmeren tegels.

De lavabo is vrij breed en is gemaakt van marmer. Iedere dag worden alle handdoeken ververst. De bruine handdoeken worden gebruikt voor de ligzetels aan het zwembad en worden om de week ververst tenzij men dit vroeger wil, waarvoor men wel een kleine milieutaks moet betalen. De zeepjes, de zakjes douchegel en de zakjes haarshampoo worden iedere dag aangevuld. Alle kamers hebben een balkon met daarop een ronde tafel en twee stoelen. De kamer kan betreden worden doormiddel van een bagde (type bankkaart). In de hal van de kamer is er een toestel waarin men de badge steekt om stroom te krijgen. Als men de kamer verlaat neemt men de badge uit het toestel waardoor de electriciteit automatisch uitgeschakeld wordt. Op het Tv-toestel kan men naast andere zenders ook de zender BVN (Vlaamse en Nederlandse zender) ontvangen.

Defecten in de kamer of in het hotel worden zeer vlug hersteld. De animatie (Honolulubar) is niet storend op voorwaarde dat het venster dicht wordt gehouden.

Zaterdag 10 januari 2010 – 3de dag

Even na zeven uur worden we wakker. We hebben uitstekend geslapen. Na het gebruikelijke ochtendritueel gaan we ontbijten. Daar treffen we G/L aan. Ook het ontbijt is overvloedig en het is moeilijk een keuze te maken. Na het ontbijt gaan we naar de kamer. We moeten echter nog even wachten om binnen te gaan want de poetsvrouw is nog bezig met de kamer te poetsen. Daarna trekken we er op uit om de omgeving wat te verkennen. We lopen enkele straten door in de buurt met de bedoeling om een zelfbedieningszaak te vinden. Er zijn hier wel enkele winkeltjes maar die hebben slechts een beperkt assortiment. Op het einde van onze speurtocht stuiten we in een winkelcentrum op een Sparwinkel. Hier is bijna alles te krijgen. De winkel ligt op amper 200 meter van de ingang van ons hotel (bij het buitenkomen links af en de straat oversteken, in het winkelcentrum de lift nemen naar de 0-verdieping). Tijdens onze verkenning liepen we over de promenade van Costa Adeje/Costa Fanabe. Het strand is bedekt met een laag lavazand. In een van de winkeltjes vragen we informatie over uitstappen en het huren van een wagen, echter zonder iets te bestellen. We wachten op onze ontmoeting met de JetAirhostess deze avond.

Eens in het hotel gaan we middagmalen in het openlucht BBQ-restaurant. Na enkele minuten komen ook G/L opdagen. Ook zij zijn op verkenning geweest. Het hoofdgerecht laten we achterwege en we beperken ons tot het voorgerecht (rauwe groenten) en een dessert – een bol ijs met fruitsalade. Terwijl we het nagerecht aan het eten zijn toont Lea een stuk glas, een stuk van een wijnglas blijkbaar, dat ze opgevist heeft uit haar fruitsalade en dat reeds in haar mond zat. Ik roep de ober en toon hem het stuk glas. De man is er niet gelukkig mee en gaat het stuk glas aan de chefkok tonen. De resten van het dessert worden veiligheidshalve naar de vuilnisbak verwezen.

Na een beetje gerust te hebben op de kamer gaan we omstreeks 16 u naar het nevenliggend hotel Guyarmina Princess voor de ontmoeting met de JetAirhostess. Stipt op tijd komt zij ter plaatse. Buiten wij met ons vieren zijn er nog twee dames op de ontmoeting aanwezig. De voornaamste toeristische trekpleisters van het eiland worden voorgesteld. Voor dinsdag bestellen we een boottocht met een catamaran (€ 50 x 2). We winnen ook informatie in over het huren van een auto maar het afleveren van het voertuig zit zo ingewikkeld in elkaar dat ik besluit naar een lokale autoverhuurfirma uit te lijken. Om in het bezit te komen van de wagen via JetAir zou ik eerst worden opgehaald door een wagen en naar de garage gebracht worden van de verhuurfirma een eind verder op. Daar zou ik dan de wagen krijgen en zou ik de weg moeten terugvinden naar het hotel alwaar ik de rest dan zou kunnen laten instappen. Vooral dit laatste lijkt me een afknapper omdat we onvoldoende de stad kennen.

18.30 u: avondeten. We hebben er voor gekozen na iedere maaltijd de dranken te betalen in plaats van op het einde van ons verblijf. Wanneer we na het avondmaal aan de uitgang van het restaurant aan de kassa willen betalen roept het meisje een andere ober. Er wordt wat over en weer gepraat waarna de ober bij mij komt en zegt dat de halve fles wijn die we verbruikt hebben gratis is. Eerst ben ik verbaasd over deze gang van zaken maar al vlug heb ik door dat dit een soort compensatie is voor het stuk glas in het dessert van deze middag.

Na het avondmaal spreken we af om in de Honolulubar van het hotel de avondshow te gaan bekijken die om 22 u begint. Om 22 u start dan het optreden van de drie tenoren. Niet de echte maar wel drie zeer goede imitatoren. Vooral de kaalhoofdige heeft een fantastische stem. De zangers zijn respectievelijk een Argentijn en twee Italianen. Eens de show gedaan is krijgen ze een langdurend applaus van het (vooral oudere) publiek.

Om 22.30 u is de voorstelling gedaan en rond middernacht gaan we slapen.

Maandag 11 januari 2010 – 4de dag

Na het ontbijt gaan we in de buurt van het hotel informatie inwinnen om een wagen te huren. Normaal gaat de winkel op 9 u open maar we moeten wachten tot kwart na negen vooraleer de vrouw van de winkel komt opdagen. De uitleg die ze ons geeft bevalt me niet helemaal maar in geval we niets anders vinden kunnen we hier terecht om een wagen te huren. Het winkeltje is vlak naast het hotel gelegen.

Eens terug in het hotel gaan G/L en Lea shoppen. Ik blijf in het hotel om rustig alles op videofilm vast te leggen en te fotograferen. Daarna is het hoogtijd om het eerste deel van onze reis als reisverslag op papier te zetten. Net voor G/L/L terug zijn van het shoppen ga ik naar de kamer om te zien of deze al gepoetst is en om mijn zwembroek aan te trekken.

Blijkt dat de kamer nog niet aan de beurt is geweest. Tot mijn verbazing echter staat er op het klein tafeltje een koelemmer met een fles cava in, twee glazen en een bord met vers fruit. Als het trio terug is vertel ik wat ik in de kamer ontdekt heb. Voor alle zekerheid vraag ik aan G/L om eens in hun kamer te kijken of zij ook zo iets dergelijks gekregen hebben en in negatief geval dat ze twee glazen moeten meebrengen om de fles te helpen ledigen. Maar op hun kamer staat er niets op hun tafeltje. Dus besluiten we dat deze gift ook iets te zien heeft met het stuk glas van gisteren. We laten ons de fles cava smaken en het fruit neem ik hoofdzakelijk voor mijn rekening. Ik ben vast besloten het wat kalmer aan te doen met de culinaire geneugten. Eens de fles soldaat gemaakt ga ik naar het zwembad. Enkel in deze periode is het hoofdzwembad verwarmd en het water heeft een temperatuur van 25 graden. Ondertussen gaan G/L/L/ eten in het BBQ-restaurant. Daarna brengen we de namiddag door aan het zwembad. Rond half vijf trekken er zich wolken samen boven onze hoofden die de indruk geven wat regen te zullen geven. Ook de afgelopen dagen hebben we rond hetzelfde uur wat wolken zien samentrekken maar na amper een uur waren ze verdwenen zonder regen. Het enige hemelwater dat we tijdens ons verblijf op Tenerife zagen was tijdens onze eerste nacht. Toen had het wat geregend maar op het ogenblik dat we opstonden had het reeds opgehouden en lagen enkel de stenen wat nat.

18.30 u: avond eten. Tijdens de maaltijd komt de vrouwelijke manager van de restaurants van het hotel aan onze tafel om nog eens haar excuses aan te bieden voor het voorval met het stuk glas.

Na het avondmaal nemen we aan een staanplaats voor het hotel een taxi en we vragen de chauffeur om ons naar de Piramide van Arona te brengen. De eerste aanslag bedraagt 1,5 euro en iedere volgende kilometer kost 1 euro. Onze bestemming is niet al te ver afgelegen en eens we ter plaatse zijn betalen we € 8. De Piramide van Arona is een nagelnieuw en super-de-luxe winkelcentrum dat baadt in de verlichting. Later beseffen we dat de verlichting nog de kerstverlichting is die blijven hangen is maar in deze tropische omgeving durft men dit wel eens vergeten. Naast de Piramide staat een hypermodern en luxueus appartementsgebouw die de naam draagt Mare Nostrum (Onze zee). Het geheel heeft een sprookjesachtige sfeer. Na een uurtje wandelen in het winkelcentrum keren we terug naar het hotel met een taxi en we betalen ongeveer hetzelfde bedrag als bij de heenrit.

In het hotel aangekomen gaan we naar de Honolulubar en pikken nog een stukje van de modeshow mee. Dit interesseert ons maar matig. Om 22 u begint het optreden van The Supremes, uiteraard ook niet de echte maar goede imitatoren. Rond half elf houden we het echter voor bekeken en zoeken we onze kamer op.

23.30 u: we gaan slapen.

Dinsdag 12 januari 2010 – 5de dag

7.30 u: opstaan en ontbijten. G/L zijn reeds in het restaurant.

Na het ontbijt brengen we de voormiddag door aan het zwembad en genieten volop van de zon. G/L gaan op zoek naar een Vlaamse krant en komen terug met een Het Laatste Nieuws, de krant van vandaag die hier soms reeds rond de middag arriveert. Even voor 12 u maken we ons klaar om te gaan eten in het BBQ-restaurant. Wij blijven bescheiden met een soepje en wat rauwe groenten gevolgd door een lekker dessert. Na het betalen van de dranken vertrekken we naar de plaats van afspraak waar een bus(je) ons zal komen ophalen voor de boottocht. De afspraak is om 13.30 u op de hoek tussen ons hotel en het hotel Guyarmina. Om 13.15 u zijn we reeds ter plaatse, dus ruimschoots op tijd. Regelmatig stoppen er bussen aan dit kruispunt (rond punt) maar het zijn steeds autocars die toeristen van de luchthaven naar de hotels brengen en omgekeerd. Een bus die ons komt ophalen hebben we echter niet gezien. Wel passeert Dominique, het meisje dat in ons hotel voor de animatie zorgt, een Vlaamse uit de Kempen. Daar ze niets met JetAir te maken heeft kan ze ons niet helpen. Zij werkt in opdracht van het hotel. Om 14.15 u houden we het voor bekeken en keren we terug naar het hotel. Voor alle zekerheid doe ik nog eens navraag aan de receptie of ze soms geen telefoontje hebben gekregen voor ons met de mededeling van een aflassing van de uitstap. Dit is negatief. Om 16.15 u gaan we naar het hotel Guyarmina want daar komt ook vandaag de hostess van JetAir langs. Stipt op tijd komt die opdagen en we vertellen haar dat we die middag geen bus gezien hebben die ons kwam ophalen. Ze informeert zich bij de verantwoordelijke van de boottocht en blijkt dat de uitstap door te weinig deelnemers werd afgelast. Men was ons echter wel vergeten te verwittigen. Ik doe mijn beklag bij de hostess dat we op daardoor een halve dag verloren hebben. Bovendien vertel ik haar het voorval met het stuk glas en mijn appreciatie voor het hotel en de wijze waarop die het probleem hebben opgelost. Ik vraag haar mijn reeds betaald bedrag terug en zie af van het voorstel om een andere uitstap te maken.

Na de ontmoeting met de hostess keren we terug naar de kamer en op het terras maak ik wat voorbereidingen voor de volgende dagen.

Naast het gangetje dat naar de lift loopt om naar onze kamer te gaan staan enkele (tropische) bomen. Op een daarvan groeien oranje-rode kelkvormige bloemen waaraan, wanneer ze afvallen nog een horizontaal aangroeisel hangt. Ik meen hierin het model te zien voor het embleem van het hotel. Niemand is het echter met mij eens. Ik vraag aan Dominique wat de naam is van die bloem, maar die weet het niet. Wanneer ik de vraag stel aan de receptie van het hotel krijg ik als antwoord dat het een hibiscus is. Als ik huis nazicht doe blijkt dat ik met een kluitje in het riet werd gestuurd want een hibiscus heeft een totaal ander uitzicht. Ook beweert men bij hoog en bij laag dat de bloem geen uitstaans heeft met het embleem van het hotel (en het hotelketen)

18.30 u: avondeten. Daarna gaan we wat rusten in onze kamer. Het scheelt echter niet veel of we vallen in een diepe slaap. Rond 22 u gaan we nog eens naar de Honolulubar om een half uurtje van de show mee te maken. Om 22.30 u zetten we er echter een punt achter.

Woensdag 13 januari 2010 – 6de dag

7.30 u: opstaan en ontbijten.

Vervolgens doen we enkele boodschappen in de Spar-winkel, we kopen onder andere een bidon water van 5 liter omdat in principe het kraantjeswater niet drinkbaar is. In de kapperszaak in het ingangsforum van het hotel kopen we een flesje haarconditioner voor Lea. Daarna gaat het richting van het zwembad. Rond de middag bel ik naar Maurice De Tollenaere, de stiefgrootvader van William, die in een studio overwintert in Los Cristianos. Ik spreek met hem af dat we deze namiddag eens langs komen. Hij legt mij uit dat we de bus 416 moeten nemen aan het hotel (ter hoogte van de Spar-winkel) naar Los Cristianos en twee haltes voor de terminus moeten afstappen, aan het grootwarenhuis Mercadona. Maurice zal ons komen afhalen aan de bushalte. Na het middagmaal, om 12.30 u, gaan we naar de bushalte. G/L gaan mee en zullen tijdens ons bezoek aan Maurice een wandeling maken in de omgeving. Bij het opstappen vragen we aan de chauffeur om ons een seintje te geven als we er zijn. Het adres van Maurice is: appartement Tores del Sol, blok A, nr. 604, cale Nordica (straatnaam), Arona. Na een kwartiertje zijn we aan de halte waar we moeten afstappen en de chauffeur geeft ons een seintje. Aan het grootwarenhuis lopen naar beneden in de richting van de kust en komen uit op een pleintje die de naam draag cale Nordica. Wij zijn dus op goede weg. Aan een van de twee appartementsblokken vragen we een bewoner naar blok A. Wij moeten via de doorgang van blok B en komen zo aan de ingang van blok A. Net op dat moment komt Maurice uit de lift gestapt. We spreken af met G/L in een café in de buurt van het warenhuis. We hebben beiden onze gsm’s mee zodat we elkaar kunnen bereiken. Wij gaan met Maurice mee naar zijn studio op de 6de verdieping die een mooi uitzicht heeft op de kust van Los Cristianos. Wanneer ik eens goed de omgeving bekijk vanaf het balkon zie ik het gebouw Mare Nostrum staan, in de buurt van de piramide van Arona, waar we deze week nog waren. We waren toen amper een tiental minuten van de studio van Maurice verwijderd. Na een goed uurtje praten gaan we naar het café waar we een afspraak hebben met G/L. Het café wordt uitgebaat door een Rus en zijn Poolse echtgenote. Wij geven G/L een seintje dat we in het café zijn en na enkele minuten vervoegen ze ons. Ik geef een rondje dat mij amper 6,50 euro kost (voor 5 personen). Rond half vijf nemen we afscheid van Maurice na nog eerst beloofd te hebben hem enkele foto’s door te sturen via de e-mail van een neef van hem die hier niet ver vandaan verblijft. Het e-mailadres van die neef, Daniël De Tollenaere, is: daniel_ddt@hotmail.com. Na wat wachten nemen we bus 417 terug naar ons hotel alwaar we na een kwartiertje aankomen.

Eens op de kamer vallen we van de ene verrassing in de andere. Op de dressoirkast staat een koelemmer met daarin een fles cava Gran Creman en twee glazen. Wat hiervan de oorzaak is, daar hebben we het raden naar, maar wij vermoeden dat JetAir hiervoor iets tussen zit, namelijk de verloren namiddag van gisteren met de afgelaste boottocht en onze appreciatie voor de geste van het hotel. We zien ons dan ook verplicht deze fles soldaat te maken met de hulp van G/L.

18.30 u: avondmaal. Ook nu gaan we daarna wat rusten in de kamer, het venster geopend en met de muziek van de Honolulubar op de achtergrond. Na een uurtje besluiten we dan maar helemaal onder de wol te kruipen. Het valt ons op dat we hier al van een zeer goede nachtrust genoten hebben.

Donderdag 14 januari 2010 – 7de dag

07.00 u: opstaan.

08.00 u: ontbijten.

Na het ontbijt gaan G/L/L naar de markt wat verder op. Ik ga niet mee en ga op zoek om een auto te huren. Het klein winkeltje naast het hotel, waar we in het begin van de week navraag deden om een auto te huren, zou volgens een papiertje op de deur opengaan om 9 u. Op 9.15 u is er nog niemand te zien. Wel zag ik in de loop van de week, in het winkelcentrum met de Spar-winkel, een bureau van Europcar. De aanblik van het bureau straalt meer vertouwen uit dan de andere verhuurders van auto’s. Ik doe navraag en verneem dat een wagen huren hier amper 54 euro kost, omniumverzekering inbegrepen. De tank is gevuld bij het vertrek en voor de teruggave moet die terug gevuld zijn. De wagen kan opgehaald worden vanaf 8.15 u. Er moet wel 100 euro borg betaald worden maar die krijg je ’s avonds terug bij de teruggave. Ik reserveer een wagen in de categorie B, een middelmatige wagen die ruim genoeg is voor ons vieren.

Terug in het hotel breng ik de voormiddag door aan het zwembad met mijn verslag bij te werken, de krant te lezen en de trip van morgen voor te bereiden.

Even na de middag zijn G/L/L/ terug van de markt, gaan we eten in het BBQ-restaurant en brengen de namiddag door aan het zwembad.

18.30 u: avondeten.

Na het avondeten gaan we naar de kamer en gaan we al vlug slapen omdat we morgen wat vroeger dan gewoonlijk zullen opstaan. We brengen nog onze spullen die we morgen moeten meenemen in orde.

Over de temperatuur moeten we het niet hebben want die zakt overdag niet onder de 22 graden. Soms haalt de thermometer zelfs de 25 graden.

Vrijdag 15 januari 2010 – 8ste dag

05.45 u: opstaan.

07.15 u: ontbijten. Normaal kan men maar gaan ontbijten om 07.30 u maar men kan al wat vroeger binnen. Wel zijn er sommige zaken nog niet voorhanden maar hetgene dat er is is meer dan ruim voldoende. Wat later komen ook G/L ontbijten. We spreken af rond 8 u aan de ingang van het hotel. Om 08.15 u zijn we aan het bureau van Europcar. Na het vervullen van enkele formaliteiten (naar ons rijbewijs wordt er niet gevraagd) en de betaling met visakaart kunnen we de wagen ophalen in de ondergrondse garage van het winkelcentrum. Op het formulier dat we meekrijgen staan alle gegevens die we nodig hebben, zelfs een noodnummer waarop we iemand van Eurocar kunnen bereiken in geval van problemen. Al vlug vinden we de wagen, een Seat. Hij heeft als nummerplaat 0018GJW. We krijgen tevens een parkeerbiljet mee om de garage te kunnen verlaten. In de garage zou een medewerker van Europcar aanwezig zijn doch die vinden we er niet. We leggen onze bescheiden bagage in de koffer en na nog even nazicht te hebben gedaan of er geen schade aan de wagen is, vertrekken we. De wagen is vrij nieuw en de koppeling is scherp afgeregeld zodat de motor in het begin wel eens stilvalt. Bij het buitenkomen van de garage slaan we rechts af en via de straten van Costa Adeje rijden we in de richting van het stadje Adeje om daar wat verder de snelweg TF 1 op te rijden richting Guia de Isora. Ter hoogte van het einde van de snelweg vergissen we ons van weg en volgen de TF 82 in plaats van af te slaan naar de TF 47. Wat verder, ter hoogte van Tijoco Bajo slaan we links af en via een kronkelig weggetje komen we ter hoogte van Ricasa aan de T 47. Daar slaan we dan rechts af en volgen steeds deze weg tot Puerto de Santiago. Een doodlopende weg geeft een prachtig uitzicht op de Acantilado de Los Gigantes. Daar drinken we een koffie. Wanneer men hier een deca-koffie met melk vraagt dan krijgt met een tas melk met een zakje deca-oploskoffie. De koffie is zeer goed van smaak. Na een 20-tal minuten keren we terug naar Puerto de Santiago om dan vervolgens de TF 454 te volgen richting noorden. In Tamaino slaan we links af en volgen de TF 82. In Santiago del Teide slaan we links af en volgen de TF 436. Hier rijden we via de indrukwekkende kloof Masca. In Las Portelas blijven we links en volgen we de weg naar Buenovista del Norte. Hier slaan we links af via de TF 445 en rijden door tot wanneer de weg doodloopt. We bewonderen daar de mooie bergen en de zee. Na enkele minuten keren we op onze stappen terug en via Buenovista en Los Silos rijden we in de richting van Garachico. Even voor dit stadje rijden we de parking van een terras op. We kunnen hier een kleinigheid eten. Ook hier heeft men een prachtig uitzicht op het massief en de zee. We eten er enkele sandwiches (samen 3) belegd met varkensvlees en twee cola’s. We betalen 13,65 euro. Op het terras zit ook nog een Duitstalige vrouw met een oudere vrouw. Die doet luidruchtig haar beklag aan de uitbater over de kleine hoeveelheid die ze maar gekregen had voor de prijs die ze moest betalen.

Na een twintig tal minuten zetten we onze trip verder en rijden even door het stadje Garachico zonder er echter te stoppen. Daar keren we even op onze stappen terug en rijden via een kronkelweggetje en El Tanque zodat we op de TF 82 uitkomen. daar slaan we rechts af, richting Santiago del Teide. We vervolgen onze weg langs Chio, Guia de Isora tot aan een rond punt waar we de snelweg TF 1 oprijden. Wat verder verlaten we deze om onze tank te vullen met diesel. Ik tank 12,44 liter voor 8, 92 euro (0,717euro/liter). Men had ons bij Europcar de goede raad te geven op een snelweg te tanken daar er in de dorpen nagenoeg geen benzinestations zijn. Nu komt echter het moeilijkste van onze trip: de juiste weg te vinden naar het hotel. Na enig zoekwerk herkennen G/L/L de plaats waar de markt gehouden wordt. Vanaf hier vinden we zonder problemen onze eindbestemming. Ik plaats de auto in de parkeergarage, we nemen onze spullen uit de auto en nemen het formulier en het parkeerticket mee naar het bureau van Europcar. Het is op dat ogenblik 16.30 u. Het bureau gaat in de namiddag pas open om 17 u. G/L/L gaan naar het hotel terwijl ik wacht tot wanneer het bureau opengaat. Om 17 u komen de bedienden het bureau openen en al vlug is alles in orde. Ik maak van de gelegenheid gebruik om een wagen te reserveren voor maandag.

18.30 u: avondmaal.

Die avond is er in de Honolulubar een optreden van flamingodansers. De vermoeidheid slaat echter toe zodat we forfait geven.

Zaterdag 16 januari 2010 – 9ste dag

07.00 u: opstaan.

08.00 u ontbijt.

Lea is wat verkouden maar vandaag gaat het wat beter. De voormiddag brengen we door aan het zwembad. Het is vandaag warmer dan de vorige dagen (24 graden).

12.30 u: middagmaal in het BBQ-restaurant. Daarna maken we een wandeling langsheen de kust van de Costa Adeje en de Costa Fanabe. Op onze terugweg stappen we binnen in een Belgisch eetcafé. De uitbaters zijn West-Vlamingen wat te horen is aan hun accent. Ik drink er een donkere Westmalle (op meer dan 3000 km van huis !!!).

De rest van de namiddag brengen we door aan het zwembad. Lucien komt in de loop van de namiddag met een Het Laatste Nieuws aan (kostprijs 2,20 euro). De kranten staan bol van de berichten over de seriemoordenaar Ronald Janssen. Buiten de Vlaamse kranten heb ik de indruk dat dit nieuws niet tot hier is doorgedrongen.

18.30 u: avondeten.

22 u: we gaan naar een show kijken met ABBA-imitatoren in de Honolulubar.

Zondag 17 januari 2010 – 10de dag

07.30 u: opstaan en ontbijten.

Tijdens het ontbijt krijgen we een telefoontje van onze huurster uit Melle. Zij heeft een probleempje met het warm water van het bad. Wij bellen William op die het nodige zal doen.

Na het ontbijt gaan we wandelen langsheen de kust tot aan het haventje Puerto Colon en keren dan terug. Onderweg kopen we iets voor Laura. Het is hier zoals op veel toeristische plaatsen. Aan de restaurants staan lokkers die de toeristen proberen binnen te krijgen om iets te eten of te drinken. Daarnaast zijn er mannen die je een soort krabbiljet in de hand duwen en je zo naar de volgende marktdag willen lokken. Naar het schijnt is het uiteindelijk doel een appartement te verkopen met time-sharing. Maar sinds de televisiezenders in Europa hier aandacht aan besteed hebben kent dit systeem nog maar weinig succes. We kopen in een winkel wat flessen water en gaan iets drinken in het Belgisch eetcafé.

12.30 u: middagmaal in het BBQ-rastaurant.

De namiddag brengen we door aan het zwembad.

18.30 u: avondeten.

21.00 u: optreden van een Celine Dion-imitator.

22.00 u: we gaan slapen.

Maandag 18 januari 2010 – 11ste dag

05.45 u: opstaan.

0715 u: ontbijten.

08.15 u: Wij gaan de wagen halen bij Europcars. Dit keer is het een Seat Ibiza die we meekrijgen. Dit keer was er geen parkeerticket bij de wagen maar in de parkeergarage treffen we wel de medewerker van Europcar aan die de slagboom van de garage opent. Niet ver van het hotel nemen we de snelweg TF 1 in de richting van Santa Cruz de Tenerife. De afstand naar La Laguna bedraagt ca 90 km. We doen daar 55 minuten over. Ter hoogte van Santa Maria del Mar gaan we over op de TF 2 tot we aan de TF 5 komen. Daar nemen we de richting van Puerto de la Cruz. Even verder slaan we links af en volgen de TF 24. Om die weg te nemen is er geen probleem want de Teide staat veelvuldig aangegeven op toeristische wegwijzers. De weg is kronkelig maar in goede staat. Blijkbaar is de weg pas hergoten en van strooizout hebben ze hier geen last. Vanaf El Rosario zijn er heel wat uitkijkpunten die een mooi zicht geven op de vulkaan de Teide. De parkings staan telkens ruim op voorhand aangeduid met een bord waarop een fototoestel staat afgebeeld. Stilaan klimmen we steeds maar hoger en even voorbij de Mirador Ortuno gaan we boven de boomgrens. Het landschap wordt kaler en steeds meer manifesteren zich de vulkaanrotsen. Soms zien we de zee aan de linkerkant en soms aan de rechterkant omdat het eiland daar op zijn smalst is. Ter hoogte van Puerto de Izana zien we de obsarvatoria van Izana en del Teide. Hoe dichter we de Teide naderen hoe vreemder het landschap wordt, nu eens grillige vulkaanblokken en soms met de aanblik op een klein woestijnlandschap. Het landschap in woorden proberen vatten is een onbegonnen zaak. Meestal doet dit denken aan een maanlandschap. Nog voor we aan de observatoria zijn stoppen we ter hoogte van twee baanrestaurants. Het is nog wat te vroeg om te eten en we houden het dan ook op wat drinken in het restaurant aan de linker zijde van de weg. Men kan hier ook belegde sandwiches kopen. Na een goed kwartier vertrekken we terug en komen dan vervolgens aan het dalstation van de kabellift te La Rambleta. Na even gestopt te hebben rijden we de kabellift voorbij omdat we van mening zijn dat het uitzicht een paar honderd meter hoger niet veel zal verschillen van de plaats waar we ons nu bevinden. Het moet al een hele tijd goed weer geweest zijn want de top van de Teide is zonder sneeuw. In Parador Los Rocques stoppen we aan een baanrestaurant. Het is waarschijnlijk ook een hotel want onderweg komen we hier en daar een eenzame fietser tegen. We eten in het restaurant een sandwich met kipsalade en appel die zeer lekker smaakt. Het is ondertussen 12.30 u geworden. Na het bescheiden middagmaal vervolgen we onze weg. Onmiddellijk na Parador Los Rocques zien we een groot woestijnlandschap. Hier bevinden we ons in een ingestorte vulkaankrater met een diameter van ettelijke kilometers. Ter hoogte van de Boca del Tauce slaan we links af en volgen we verder de TF 21. Tot aan Vilaflor is de weg zeer kronkelig. Vilaflor is het hoogst gelegen dorpje van Tenerife. We stoppen en na even gezocht te hebben naar een geschikte parkeerplaats. Het dorpje geeft op dit uur een slapende indruk. We bezoeken de kerk en de nabijgelegen kapel. De kerk heeft een met goudblad versierd hoogaltaar. De kapel is toegewijd aan de heilige Mathias. In een van de straatjes, op een geïmproviseerd terras, drinken we een witte wijn en eten de vrouwen een frisco. Voor een glas wijn betalen we amper € 1 en voor de frisco € 2. Daarna zetten we onze weg verder richting Arona en van daar naar de snelweg TF 1. Hoe dichter we bij de snelweg komen des te drukker wordt het verkeer. We hebben wat moeite om de juiste weg te vinden, langs de overzijde van de snelweg, om aan het benzinestation te komen. Na wat zoeken geraken we er toch langs de zuidkant en aan het benzinestation. We tanken er 13,77 liter diesel voor 9,46 euro (0,687 euro/liter). Er zijn hier twee soorten diesel, de ene is wat goedkoper dan de andere. Eens volgetankt vinden we zonder problemen de weg naar het hotel en de parkeergarage. We parkeren de auto in de parkeergarage en brengen eerst onze bagage naar de kamer want het is nog maar 16.15 u. Op de kamer bemerk ik dat ik nog een tasje laten liggen heb in de auto, maar geen nood ik heb nog de sleutel en op weg naar het bureau zal ik het vergeten tasje uit de auto halen. Om 17 u gaat het bureau open en kunnen we het formulier, de sleutels en het parkeerbiljet afleveren. We hadden in de loop van de dag gemerkt dat er hier en daar wat schade was aan het koetswerk. Pas nu zien we dat op het formulier de schade al vermeld staat.

18.30 u: avondeten. Daarna gaan we een uurtje naar de kamer om dan om 21 u naar een komische act met opera-aria’s en om 22 u naar de show van een Tom Jones-imitator te gaan kijken.

23.00 u: we gaan slapen.

Dinsdag 19 januari 2010 – 12ste dag

07.15 u: opstaan.

08.00 u: ontbijt

Het is onze laatste volle dag dat we hier verblijven. Ik breng de voormiddag door aan het zwembad terwijl Lea wat gaat shoppen in de buurt.

12.30 u: middageten in het BBQ-restaurant.

De namiddag brengen we daar aan het zwembad en om 17.30 gaan we naar de kamer. We maken de valiezen grotendeels klaar. Daar we een derde bed hebben kunnen de valiezen hier neergelegd worden.

18.30 u: avondmaal.

Daarna gaan we iets drinken in de pianobar waarna we tijdig gaan slapen.

Voor het geval we hier zouden terugkeren volgend jaar deden we nazicht waar de best gelegen kamers zijn in het hotel. Dit zijn bij nader toezien de kamers 2020, 2021, 2022, 2023. Bij een reservatie kan men eventueel een voorkeur opgeven maar het hotel is niet verplicht zich hieraan te houden.

Woensdag 20 januari 2010 - 13de dag

06.15 u: opstaan.

07.30 u ontbijten.

Na de douche schikken we de laatste bagage in de valiezen. Daar het bij onze aankomst in Oostende een stuk kouder zal zijn dan hier moeten we er voor zorgen dat we aan onze warme kledij kunnen. Godelieve heeft het idee om een grote strandtas te kopen waar twee grote jassen in kunnen en twee dikke truien. Wij volgen haar voorbeeld. Voor de rest vertrekken we in hemdsmouwen want de temperatuur is hier ca 24 graden. Om 10 u moeten we de kamer verlaten. Met onze valiezen en handbagage trekken we richting receptie en ingang van het hotel. Daar is de Vlaamssprekende receptionist van dienst. We geven de badge af waarmee we de kamerdeur konden openen en melden hem dat we zeer tevreden waren van het hotel en het personeel. Stipt op het voorziene tijdstip, 10.55 u stopt de bus die ons naar de luchthaven zal brengen voor de ingang van het hotel. Wij zijn een van de eersten die opgehaald worden wat wil zeggen dat we nog een hele tour voor de boeg hebben doorheen de straten van de Costa Adeje, Las Americas, Los Cristianos en omstreken.

Om 12.15 u komen we aan op de luchthaven Tenerife Zuid (Reina Sofia). Een hostess van JetAir verwijst ons naar de rijen 23 en 24 om in te checken. Dit is al vlug gebeurd. Daarna gaat het naar de veiligheidscontrole. Hier doen de meesten hun schoenen uit naast het gebruikelijke dat ook door de scanner gaat. Alles wordt in plastiek bakken gelegd en gaat zo door de scanner. Voor een keer ga ik door de scanpoort zonder biepen. Ook Lea gaat er door zonder lawaai. De luchthaven van Tenerife Zuid is vrij groot in vergelijking met de oppervlakte van het eiland. Het is een langgerekt gebouw zodat we een aantal honderden meters moeten afleggen om aan de juiste gate te komen. Niet ver van de gate waar we in het vliegtuig moeten stappen is er een ruime cafetaria waar we iets eten en drinken.

Om 13.30 u kan het instappen beginnen. We hebben ons vliegtuig een tiental minuten geleden zien landen na een vlucht vanuit Oostende via Gran Canaria. Om 14 u stipt brengt de piloot het vliegtuig in beweging en taxiet naar het begin van de startbaan. Om 14.10 u stijgen we op en maken een grote boog omheen de Teide, waarop we een prachtig zicht hebben. Van hieruit is de ingestorte krater goed zichtbaar. Het is net alsof de piloot een publicitair ommetje maakt. Dit vliegtuig van JetAirfly is uitgerust met kleine videoschermpjes waarop de vlucht kan gevolgd worden en er tussendoor een filmpje vertoond wordt van Mr Bean. Volgens deze vluchtgegevens bedraagt de afstand tussen Tenerife en Oostende 3107 km. Na één uur vliegen worden de maaltijden verdeeld. Verwacht wordt dat we zullen landen om 19.30 u (zoals voorzien). Onderweg vliegen we over een gebied waar turbulentie mogelijk is. Er wordt dan ook gevraagd de gordels zoveel als mogelijk aan te houden. We hebben echter geen last van de turbulentie. We landen te Oostende zoals voorzien om 19.30 u. Het is er 4 graden. Al vlug zijn onze valiezen terug in ons bezit. We zijn trouwens het enige vliegtuig dat hier deze avond landt. We kijken na of het restaurant nog open is en dat is zo. We gaan daar een stukje eten. Daarna vertrekken G/L naar Oostduinkerke en wij naar huis. Om 21 u gaat de sleutel op de deur, halen we de valiezen uit de auto en gaan om 22 u slapen.

David Maes

20-01-2010 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
29-06-2009
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bornholm - Denemarken

BORNHOLM – DENEMARKEN

16 JUNI – 29 JUNI 2009

Wat vooraf ging

Meer dan 35 jaar geleden studeerde Lea af aan het Hoger Instituut voor Verpleegkunde in het Universitair Ziekenhuis te Gent. Eén van haar medeleerlingen en tevens één van haar beste vriendinnen was Marleen. Na enkele jaren werkzaam geweest te zijn in het Gentse leerde Marleen Kaj kennen, een Deen die geboren was op het eiland Bornholm. Kaj verbleef hier een drietal jaren, lang genoeg om het Nederlands perfect te spreken. Marleen en Kaj huwden en gingen op het hoeve Kildesgard in Nylars op het Deense eiland Bornholm wonen. Ze kregen twee zonen en later vier kleinkinderen.

In 1994 was het precies 25 jaar geleden dat de klas van Marleen en Lea afstudeerde. Marleen stelde voor een klassereünie te houden. De vroegere klasgenoten werden opgespoord en in het najaar kwam de groep samen voor een gezellig etentje in restaurant De Sneppe te Gent. Na de reünie werden nog enkele brieven gewisseld tussen Marleen en Lea maar, wellicht door de dagdagelijkse beslommeringen, ging het contact verloren. Er waren zelfs vage plannen dat wij eens op bezoek zouden gaan naar het eiland Bornholm.

Op een najaarse maandagnamiddag in 2008 rinkelde de telefoon. Marleen belde van bij haar familie en vroeg of het paste om ’s anderendaags eens langs te komen. Met veel enthousiasme werd voor de dag nadien een afspraak gemaakt. Dat Marleen en Lea één en ander bij te praten hadden spreekt voor zichzelf. De laatste ontmoeting was van vijftien jaar geleden. Tijdens die gezellige namiddag werden er plannen gemaakt voor een reis naar Bornholm. Daar we nu konden converseren via e-mail kon het contact beter onderhouden worden.

Marleen reserveerde een appartement op een boerderij op drie kilometer van haar woning. Wij reserveerden via internet de ferry van Sassnitz naar Ronne (en betaalden die ook opvoorhand), de overnachtingen op de heen- en terugreis in het Etaphotel te Hannover West – Grabsen en de overnachtingen op de heen- en terugreis in Binz aan de Oostzee. Zo kreeg ons plan om Bornholm te bezoeken stilaan een concrete vorm.

Dinsdag 16.06.2009 – 1ste dag.

Enkele weken voor onze afreisdatum werd onze grote vriend Boldo, onze kat, niet ver van ons huis doodgereden. Het reeds gereserveerde verblijf in het kattenhotel werd geannuleerd.

In de namiddag van maandag wordt de auto geladen en alles in gereedheid gebracht voor het vertrek.

03.45 u: opstaan.

05.14 u: we vertrekken. Het is 15 graden en de lucht is wolkeloos. De kilometerteller van onze wagen staat op 54.621 km.

05.51 u: we rijden door de tunnel te Antwerpen. Het verkeer is druk maar er zijn geen fileproblemen.

06.00 u – 68 km: We rijden het winkelcentrum van Wijnegem voorbij. Het is 15 graden.

73 km: we rijden de E 34 op in de richting van Eindhoven.

06.18 u – 100 km – het is 14 graden.

06.29 u – 120 km: we rijden de grens met Nederland over.

06.45 u – 144 km: we rijden Eindhoven voorbij – er zijn werken bezig aan de snelweg. Er staat hier zelfs een bord dat oplegt dat men zijn GPS moet uitschakelen. Wij laten de GPS werken maar volgen wel de wegomleggingen.

07.18 u – 194 km: we houden een sanitaire stop aan de grens Nederland – Duitsland.

08.28 u – we vertrekken terug.

08.51 u – 229 km: we rijden de Rein over.

09.31 u - volgens onze GPS hebben we nog 200 km voor de boeg Het is 18 graden.

09.37 u – 300 km: de zon gaat volop schijnen.

10.15 u – 11.05 u: we houden een pauze op een “rasthof” naast de snelweg.

12.46 u – 13.19 u, 482 km – 17 graden: we stoppen op het rasthof Garbsen om een kleinigheid te eten. Net voor het rasthof is er een afrit “Garbsen”. Wij vinden het vreemd dat onze GPS ons niet via die afrit stuurt.

Na de middagpauze rijden we verder naar onze bestemming, het Etaphotel in de Rostockerstrasse te Hannover – Garbsen. Onze GPS staat ingesteld “Rostockerstrasse nr. 8 Hannover. We vinden het eigenaardig dat we door een deel van de stad gestuurd worden en dat we uiteindelijk in het betere deel van Hannover terecht komen. De Rostockerstrasse is amper enkele honderden meters lang en dit is zeker geen buurt waar er normaal een Etaphotel gebouwd wordt. Een Etaphotel is er niet te vinden. We doen navraag bij een bewoner en die zegt ons dat in deze straat geen hotel staan en dat het dichtstbijzijnde hotel een goed stuk verderop ligt. Plots gaat bij mij een licht branden. Het adres van het hotel heb ik gevonden is het hotelboekje van de Etaphotels en daar staat in: Rostockerstrasse nr. 8 te Hannover-West – Garbsen. Mijn GPS heb ik bijgevolg ingesteld op Hannover – Rostockerstrasse. Maar ik begin nu te veronderstellen dat Garbsen geen wijk is van Hannover maar een zelfstandige randgemeente. Zou het een toeval zijn? Zou Garbsen ook een Rostockerstrasse hebben. Ik stel de GPS in op Grabsen – Rostockerstrasse en onmiddellijk blijkt dat Garbsen ook een straat heeft met die naam. Vanaf nu volgen we de goede richting en moeten we een ferm stuk terugkeren (ca 29 km x 2 = ca 60 km), tot in de buurt van het baanrestaurant Garbsen waar we daar even nog geweest zijn. Al vlug vinden we de goede Rostockerstrasse en ook het Etaphotel. De uitbaatster is nog aanwezig omdat de toegangsdeur moet openblijven voor de werklieden die een deel van de kamers aan het opkalfateren zijn. Ze maakt haar excuses daar er in de namiddag nog wat lawaai zal zijn door de werkzaamheden. We betalen met visakaart € 44 (kamer) + € 6 x 2 (ontbijt) = € 56. Wij krijgen kamer 302 toegewezen en het codenummer 536033 (voor de kamer en de ingangsdeur van het hotel). De kamer is pas gerenoveerd. Het meubilair is vernieuwd en de muren geschilderd.

Het is ca 15 u wanneer we ons in de kamer installeren. Om deze avond iets te eten moeten we niet lang zoeken want naast het Etaphotel hangt er een bord dat verwijst naar een “imbiss”-zaak naast de deur.

In totaal hebben we 540 km gereden. Onderweg, in Hamm, hebben we 15,9 liter diesel getankt voor € 17,11 (€ 1,134/liter).

Om 18.45 u gaan we naast de deur in de imbisszaak eten. We verbruiken 2 x kalkoensteak (pute), 2 x een kleine salade en één ijs, samen € 29.

Om 19 u zijn we terug op de kamer. We kruipen vroeg onder de wol.

Woensdag 17.06.2009 – 2de dag

06.00 u: opstaan.

07.15 u: ontbijten.

07.52 u: we vertrekken richting Sassnitz – kilometerstand: 55.161.

09.00 u – 112 km: er is veel zon en nagenoeg geen bewolking. Het blijft zo de ganse dag.

09.23 u – 149 km: we rijden op de ring van Hamburg.

248 km: we tanken 22,15 liter diesel voor € 25.

10.56 u – 11.45 u – 290 km: we stoppen om iets te eten en te drinken.

Een goede 50 km voor onze bestemming stopt de autosnelweg en gaat het parcours over in gewone wegen. Tussen Hannover en Sassnitz ligt de snelweg er bijna verlaten bij. Ook hebben we slechts één “raststatte” gezien op het deel dat in het gebied van het vroegere Oost-Duitsland ligt. Onderweg komen we een bord tegen waarop herinnerd wordt dat hier “de vroegere binnengrens van Duitsland lag”.

Rond 14.00 u bereiken we de haven van Sassnitz. Het is de bedoeling de omgeving eens te verkennen en vooral navraag te doen hoe en waar we de ferryboot moeten oprijden. Ik vraag de weg aan een receptioniste van één van de aldaar gevestigde havenbedrijven. Die verwijst me naar een groot modern gebouw een eind verderop. We rijden er naartoe en parkeren er onze wagen op de ruime parking. We wagen het gebouw binnen te gaan en op de bovenverdieping van de terminal voor de voetgangers vinden we iemand die zo vriendelijk is ons de nodige inlichtingen te verschaffen hoe we morgen moeten inschepen. We moeten dan wel ons reserveringsnummer bij hebben dat op de afdruk van de e-mail staat en die we toegezonden kregen als bevestiging van onze reservatie. Tickets worden hier dus niet afgegeven.

Eens dit alles eens rustig overzien te hebben rijden we door naar de plaats waar we gaan overnachten. We rijden naar het Baltische-kust-stadje Binz, zo’n 12 kilometer verder. Zonder probleem (met de GPS) vinden we in de Jasmunderstrasse 3 het hotel Getreuer Eckart. Het is dan 14.30 u. We kunnen onmiddellijk inchecken (de receptie is tijdens de dag bemand) en we krijgen kamer 11 toegewezen op het gelijkvloers. De ontbijtszaal bevindt zich in de kelder. Er kan hier geen middagmaal of avondmaal gebruikt worden. Maar dat is geen probleem want er zijn restaurants genoeg in de omgeving. De meest gebouwen in het stadje zijn in een soort cottagestijl gebouwd, met veel houtwerk aan de gevels. Nagenoeg alle gebouwen zijn hier in het wit geschilderd. En dit is blijkbaar nog niet lang geleden gebeurd. Ik vermoed dat voor enkele jaren het stadje totaal vervallen was na jaren van Oost-Duits bewind. Blijkbaar heeft de hereniging van Duitsland voor de nodige centen gezorgd om de renovatie uit te voeren. Het gehele stadje ziet er heel net en gezellig uit.

In totaal hebben we vandaag 474 km gereden. Na een verfrissende douche maken we een wandeling in het kuststadje. Op het terras van het “Kurhaus” drinken we iets maar we blijven sober wegens de ondemocratische prijzen op de kaart. Op terugweg naar het hotel, om 18.00 u, vinden we in de hoofdstraat een geschikt Italiaans restaurant om iets te eten.

Om 18.30 u zijn we terug in de kamer en rusten we wat uit. Omstreeks 19.30 u maken we nog een wandeling van een uurtje. Het is dan wat aan de frisse kant.

Vermoeid van de reis gaan we om 21.00 u slapen.

Donderdag 18.06.2009 – 3de dag

06.00 u: opstaan. We hebben goed geslapen. Het is bewolkt.

07.45 u: we gaan ontbijten. Normaal kan men hier ontbijten vanaf 08.00 u (tot 10.00 u) maar op een kwartiertje vroeger steekt het niet. Alles voor het ontbijt staat reeds klaar. Na het ontbijt rekenen we af (kamer en ontbijt: € 99).

Na de bagage in de kamer te hebben opgehaald vertrekken we naar Sassnitz, 12 km verderop gelegen. Onze kilometerteller staat op 55.637. Het is 8.44 u. In de buurt van het hotel tanken we nog eerst 12,95 liter diesel voor € 15,1.

Men moet minstens een uur op voorhand aan de terminal van de ferryboot zijn maar wij zijn reeds ter plaatse om 09.00 u. We staan als tweede in de rij. Na de kassa voorbij te zijn gereden en zonder problemen met ons reserveringsnummer zijn doorgelaten, krijgen we een biljetje waarop staat in welke rij we moeten aanschuiven. In de rij naast ons staat een groep van ca 20 old-timermotoren.

10.55 u: de ferry komt aan uit Rønne.

11.12 u: de voertuigen mogen de ferry oprijden.

11.35 u: de ferry vertrekt. Hij is slechts voor 50 % bezet. Toen de boot aankwam vanuit Rønne was deze nagenoeg vol. We hebben dus geen probleem om een zitplaats te vinden. De plaatsen aan de vensters zijn het eerst ingenomen. Daar we de gewoonten niet kennen komen we te laat voor een plaatsje aan een venster. We zetten ons dan maar in de rokersruimte die nagenoeg leeg is. In het restaurant van de boot eten we iets. De prijzen vliegen hier de pan uit. Voor een portie friet, een knackworst en een cola betaal je hier 150 Deense kronen, dit is ongeveer € 18,5.

14.55 u stipt: we komen aan in Rønne. Reeds enkele minuten nadien kunnen we de ferry verlaten. Marleen zou ons komen ophalen net buiten de terminal, ongeveer 150 meter voorbij de afrit. Het wordt een hartelijke begroeting. Wij volgen dan Marleen met onze wagen naar ons logement. Wij zullen verblijven in een deel van een 200 jaar oude gerestaureerde boerderij in vakwerk. De uitbaters waren kippenkwekers tot ze een aantal jaren terug met pensioen gingen. Een deel van de boerderij hebben ze ingericht als appartement voor toeristen. Wij betalen voor de negen dagen van ons verblijf 2000 DK (ca € 250). De boerin en de boer kennen geen Engels, de boer wel wat Duits. Waarschijnlijk komt dit laatste door de vele Duitse toeristen die het eiland aandoen. Voor de uitleg over het appartement kunnen we echter beroep doen op onze gids bij uitstek Marleen. Zij woont hier al meer dan 30 jaar en spreekt foutloos Deens. Buiten het Nederlands geeft ze ook nog een staaltje weg om “Gents te klaappe”. Het appartement bestaat uit twee verdiepingen en neemt een derde in van het totale woongedeelte. Op het gelijkvloers: een ruime douchekamer, een living, een ingerichte keuken en een veranda. Op de verdieping is er een kamer met een dubbel bed, een kleinere kamer met twee éénpersoonsbedden en op de overloop twee alkoofbedden. Dus meer dan ruim genoeg voor ons twee. Daar er hier maar weinig restaurants zijn en de prijzen vrij duur zijn zullen we ons potje zelf koken. Daarvoor komt de keuken goed van pas. Daarna volgen we Marleen die ons in de onmiddellijke nabijheid een filiaal van het winkelketen Brügsen aanwijst. Deze winkels zijn zeven dagen op zeven open. Op de weg van ons logement, de hoeve Dammegaard – Vellensbyvej 10 te Nylars – Rønne naar het centrum van Rønne, aan het eerste rond punt, is er nog een grotere zelfbedienning, namelijk de Netto. Daar zullen we tijdens ons verblijf het meest boodschappen doen. Nog iets meer naar het centrum van Rønne is er een warme bakker, De warme bakkers hier zijn reeds open van zes uur ’s morgens.

We verlaten Marleen nadat ze ons voor deze avond heeft uitgenodigd op het avondmaal om 19.00 u.

Eerst doen we nog wat dringende boodschappen voor morgen in de winkel Brügsen zoals brood, koffie, frisdrank, enz. Daarna keren we terug naar ons logement om onze bagage uit te laden en ons te installeren. We bekijken eens het klein winkeltje van de boerderij waar aardappelen, olie, tarwebloem en eieren verkocht worden.

Na een verfrissende douche komt omstreeks 19.00 u Marleen ons ophalen. Wij volgen met de auto tot aan het huis van Marleen en Kaj. Het is één van die vele oude goed onderhouden boerderijen die het eiland telt. De naam van de boerderij is Kildesgaard wat zoveel wil zeggen als: broerderij (gaard) met een waterbron (kildes). Zij is gelegen aan de Kildesgardsvejen (vej = weg of straat). Het water van de bron wordt om de tien jaar gecontroleerd. Omdat er niemand de bron op één of andere manier zou vervuilen heeft Kaj rond de bron een houten gebouwtje geplaatst. Het woonhuis beschikt over zeer ruime kamers zoals een zeer ruime keuken en zeer grote living. De vroegere stallen worden nu als bergruimte gebruikt.

Marleen heeft voor het avondeten een varkensgebraad met korstje klaargemaakt. Hiervoor heeft men een stuk varkensgebraad nodig waar nog het vel aanhangt. Het knapperige korstje is een delicatesse. Tijdens het lekker eten wordt de avond gevuld met het ophalen van oude en recente gebeurtenissen die voorgevallen zijn in onze beide families. Lea heeft een stapel foto’s meegebracht van Laura en laat die zien.

Zonder het goed te beseffen is het 23 u geworden en is het tijd om naar ons logement terug te keren. Buiten is het pikdonker (hier worden de meeste wegen niet verlicht) maar met onze GPS vinden we gemakkelijk onze weg terug. Het huis van Marleen en Kaj is trouwens amper drie kilometer van ons logement gelegen. Daar we deze namiddag reeds ons bed hebben opgemaakt kunnen we onmiddellijk slapen gaan. Al vlug blijkt dat het dubbel bed wat te smal is zodat Lea verhuist naar de kleine slaapkamer. Er is wel een kleine moeilijkheid: voor een nachtelijk toiletbezoek moet men naar de gelijkvloerse verdieping.

Enkele gegevens over Bornholm

Bornholm ligt op 55 graden noorderbreedte en 15 graden oosterlengte. Het stadje Gudhjem is de enige Europese stad die precies op de 15de lengtegraad ligt. Met deze lengtegraad wordt de Midden-Europese Tijd (MET) gemeten.

Bornholm is het kleinste bestuurscanton van Denemarken en heeft 45.300 inwoners.

Het eiland heeft 250 km wegen en 190 km fietspaden.

Bornholm werd in de laatste eeuwen bezet door Lübeck, Zweden, Duitsland en de Sovjetunie.

Het eiland is verschillende soorten landschappen rijk: heide en woud (3de grootste bos van Denemarken ligt hier), beken, meren, moerassen, zandstranden (40 km) en rotskusten.

De voornaamste inkomsten komen voort uit het toerisme, de landbouw en de visserij.

Het is het vijfde grootste eiland van Denemarken.

De kortste afstanden zijn: naar Denemarken: 135 km, naar Duitsland: 88 km (naar Sassnitz: 130 km), naar Zweden: 37 km.

20 km ten noorden van Svaneke liggen de versterkte eilanden Christiansø en Frederiksø. Deze tellen 120 inwoners

Vrijdag 19.06.2009 – 4de dag

Ik heb relatief goed geslapen. Lea wat minder.

07.00 u: ik sta op en maak de koffie.

07.30 u: ontbijten. De broodjes kochten we gisteren in de zelfbediening.

We besluiten het deze voormiddag wat rustig aan te doen. Deze namiddag hebben we om 14.00 u een afspraak met Marleen en Kaj. We nemen een douche en bekijken de folders die we onderweg hebben meegenomen. Op de ferry hebben we voor 40 DK een goede kaart van het eiland gekocht. In de loop van de voormiddag rijden we naar de zelfbediening Netto om te kijken wat daar zoal te kopen is.

14.00 u: Marleen en Kaj komen ons ophalen en met hun auto doen we een rondrit. We rijden een groot deel over de kustweg langs de zuidelijke kant van het eiland om dan verder te rijden via de oostzijde naar de noordzijde. We rijden ondertussen even langs het zomerverblijf van Marleen en Kaj.

In het kustdorpje Svaneke maken we een stevige wandeling langsheen het kustpad. Eens terug op de plaats waar we de wagen achtergelaten hebben palmen we een picknicktafel in en genieten we van de koffie en de zelfgemaakte gebakjes van onze gastvrouw. Terug worden er herinneringen “uit de tijd van toen” opgehaald en zonder het goed te beseffen is het 17.30 u geworden. Tijd om via de kortste weg naar ons verblijft te rijden alwaar we om 18.00 u aankomen. Kaj wijst ons op de kaart de belangrijkste bezienswaardigheden aan. Daarna nemen we afscheid van onze vrienden die we voor enkele dagen moeten missen daar zij andere verplichtingen hebben tijdens het weekend. Voor ons meteen een goede gelegenheid om zelf eens op ontdekkingstocht te gaan.

Rond etenstijd stellen we vast dat er in de hoek van de living heel wat mieren uit een openingetje naast de centrale verwarming komen gekropen. Het is de tijd dat de mieren hun nest verlaten. Wel heeft de eigenaar reeds een wit poeder gestrooid op de bewuste plaats maar zonder veel resultaat. Ik ga met de voorhanden zijn de stofzuiger de beestjes te lijf en dit blijkt te werken. Voor alle zekerheid verwittig ik Edvard, de eigenaar, die enkele ogenblikken later ook met zijn stofzuiger de mieren begint op te zuigen en daarna verse poeder strooit. In verstaanbaar Duits vertelt hij mij dat ze ieder jaar dit probleem hebben. Wij mogen hem steeds verwittigen wanneer het probleem zich nog zou voordoen. Ook gaat hij de volgende dagen het nest aan de buitenzijde het gebouw te lijf. De volgende dagen, telkens we voor het avondeten thuis komen, zuigen we de mieren op en hebben we er verder geen last van.

Na het avondeten vertrekken we om 19.00 u voor een ritje van ca 20 km met de auto naar Rønne. De straten van de hoofdstad van het eiland zijn op dit ogenblijk nagenoeg volledig verlaten. Daardoor kunnen we ongestoord door de straten van het stadje rijden.

Om 21 u gaan we slapen.

Zaterdag 20.6.2009 – 5de dag

06.00 u: opstaan – we hebben goed geslapen.

De ganse dag waait er een felle wind maar de zon schijnt volop.

Kilometerteller: 55.725.

We rijden via de Vellensbyvej naar de grote weg die evenwijdig loopt met de kust, slaan dan links af en rijden tot Pedersker. Daar slaan we linksaf en volgen we de kustweg tot Dueodde. Rijden dan via Snogebaek, Nexø, Aarsdale en Svaneke. Onderweg stoppen we regelmatig om de kust te bewonderen. Dit is het minst spectaculaire deel van de ganse kust maar het heeft ook zijn charmes. Net voor Aarsdale stoppen we op een parking waar we onze picknick aanspreken. Zoals op talloze plaatsen langsheen de kust is hier een picknicktafel voorhanden en een ruim en net toilet. De broodjes voor de picknick kochten we deze morgen bij de warme bakker in Rønne. De openingstijden van de bakkerijen zijn: 6 u a 17 u, zaterdag tot 13 u en de zondag tot 17 u. Maandag is sluitingsdag (lukket).

De rest van de boodschappen kochten we in het warenhuis Netto. De bakker en het warenhuis liggen op ongeveer 5 km van ons logement. Ik ben van plan om morgenochtend verse broodjes te kopen bij die bakker.

Vanaf Svaneke rijden we het binnenland in. Svaneke heeft een mooi haventje. Onze volgende halte is de rondkerk van Ǿsterlars en bezoeken deze (ingang 10 DK per persoon). Bornholm telt vier van dergelijke rondkerken. Dit soort kerken komen enkel hier op het eiland voor. Ze werden zowel als kerk en als versterking tegen invallers gebruikt. Midden in de rondkerk staat een holle zuil waarin een stenen trap naar boven leidt.

Na het bezoek zetten we onze tocht verder doorheen het derde grootste bos van Denemarken, het bos van Almindingen. Midden in het bos stoppen we aan het restaurant Christianshoy. We verbruiken er elk een appeltaart en een koffie. De koffie wordt gezet doormiddel van een glazen filtertoestel. Er is ruim voldoende koffie in de kan voor wel vier of vijf personen. Alvorens we dan naar onze verblijfplaats rijden doen we nog een ommetje naar de kust in de buurt. We vinden er een kleine visrokerij. Bijna iedere nog actieve visrokerij heeft ook een gelagzaal waar men kan eten. We kopen hier een gerookte makreel en een andere soort gerookte vis. De vis is vers gerookt van deze morgen. Het roken gebeurt steeds in de voormiddag. Vanaf 12 u kan men de vis kopen in het winkeltje van de rokerij. Wanneer men vroeg gaat is de makreel nog soms warm.

17.30 u: we zijn terug in ons verblijf. We hebben nog wat last van de mieren maar eens ze met de stofzuiger opgezogen zijn is het euvel verholpen. Deze morgen betaalde ik aan Edvard, de eigenaar, de 2000 DK voor ons verblijf.

’s Avonds eten we thuis en koken we ons eigen potje.

Vandaag hebben we in totaal 116 km gereden.

22.00 u: we gaan slapen.

Zondag 21.6.2009 – 6de dag

06.30 u: ik sta op, maak de koffie en rijd naar Rønne bij de warme bakker broodjes halen. Ik koop voor vandaag 8 broodjes en voor morgen evenveel. Morgen is het namelijk maandag en dan is de bakker dicht (lukket). Voor deze middag koop ik nog drie koffiekoeken. Lea is van plan om het donker brood op te eten die we nog liggen hebben van de vorige dag.

Vanaf zonsopgang schijnt de zon volop. Om 08.00 u vertrek ik op een wandelingetje in de buurt. Eens ik buiten de boerderij ben sla ik rechts af, aan de grote baan links af en wat verder rechtsaf. Na 3 km kom ik aan het huis van Marleen en Kaj. Gezien het vroege ochtenduur besluit ik hen niet te storen en geniet ik nog even van de “hoorbare” stilte. Deze stilte is ons de vorige dagen al opgevallen vooral als je in een rumoerige stad leeft. Om negen uur ben in terug thuis.

10.18u: we vertrekken op trip. Kilometerteller: 55.854.

De temperatuur is uitstekend en de stapelwolken temperen wat de grote warmte. Via Kildesgardsvejen rijden we naar Vestermarie. We dwarsen de weg en rijden via Skovgardsvejen tot de volgende grote weg (Segenvej) en vervolgens rechtsaf tot het uiterste oosten van het eiland te Svaneke. Vanaf hier volgen we de kustweg in noordelijke richting. Onderweg stoppen we regelmatig op een parking met uitzicht op zee. We rijden tot Gudhjem. Even later krijgen we een regenvlaag te verwerken van 10 minuten. Op dat ogenblik zijn we net binnen in een glasblazerij aan een molen. Dit zal de enige regen zijn die we gedurende ons negen dagen durend verblijf zullen te verwerken krijgen. Die dag blijven de wolken af en toe dreigen maar daar blijft het bij. Op een parking net voor Gudhjem spreken we onze picknick aan. Daarna volgen we zo veel als mogelijk de kustweg en houden af en toe een stop om de omgeving te bekijken. Vervolgens rijden we via de noordelijkste punt van het eiland en de kustweg langs de westelijke kant naar Hasle. In Hasle stoppen we aan de haven, aan een hamburgerbarak, alwaar we een ijsje verbruiken en daarna iets te drinken kopen. We blijven geruime tijd op het terras zitten, genietend van de zon die zich van haar beste kant laat zien.

Op zoek naar een restaurant om er deze week eens te gaan eten rijden we naar Rønne. De enkele restaurants die we op de centrale markt vinden en in de zijstraten zijn hoofdzakelijk Italiaanse restaurants. Bij nazicht van de spijskaart bemerken we dat ook hier de prijzen de pan uitswingen. Wat verder van de centrale markt vinden we een kleine gelegenheid waar men kebab besteld aan een treffelijke prijs.

Rond 16.30 u zakken we af naar ons logement. Onderweg tanken we voor 140,09 DK diesel (€ 19,12 – 17 liter).

Bij onze aankomst doet Edvard navraag naar het mierenprobleem. Dit schijnt nu opgelost te zijn. Hij heeft vandaag geprobeerd de mierennesten aan de buitenzijde van het gebouw te vernietigen.

Deze avond eten we nieuwe aardappeltjes met gerookte makreel en gerookte vis. De makreel smaakt hier heel wat beter dan die welke we bij ons kunnen kopen.

21.00 u: Slapen.

Maandag 22.6.2009 – 7de dag

06.45 u: opstaan – koffie maken en de broodjes van gisteren opwarmen in de oven van het electrisch kookfornuis.

07.15 u: ontbijten.

Ik maak na het ontbijt een wandeling in de buurt.

09.15 u: we gaan naar de zelfbediening enkele boodschappen doen. In het centrum van Rønne posten we een prentkaart en keren dan terug naar ons logement via de luchthaven van Rønne. We brengen een bezoek aan de kleine maar moderne luchthaven. Vervolgens rijden we naar het dorpje Arnager, rijden langs de visrokerij voorbij en keren dan terug naar ons logement. Dit rijden we echter voorbij en rijden vervolgens naar Knudskerke (Møllevangen). We bezoeken het kleine kerkje waarvan het altaar en de kansel beschilderd is met volkse kunst. Verder zijn er geen beelden in de kerk aanwezig zoals bij de meesten protestantse kerken.

Wanneer we tegen de middag terug aan ons logement aankomen vinden we tussen onze deur een briefje van Marleen. Zij heeft blijkbaar ons gsm-nummer niet. Deze voormiddag heeft ze nog een vergadering af te werken en zal omstreeks 13.30 u thuis zijn. Zij vraagt of wij willen bellen. Ze plant iets voor deze avond voor ons vieren, met eten erbij.

We middagmalen in ons logement en na een uurtje platte rust bellen we naar Marleen. Zij zullen ons deze avond om 18 u komen ophalen voor een avondlijke picknick.

Om 14 u rijden we naar Gudhjem en bezoeken nogmaals het havenstadje. We blijven er een 2-tal uur op het terras zitten genietend van de zon. Om 16.15 u verlaten we Gudhjem en zakken we af naar ons logement alwaar we aankomen om 17 u. We hebben die dag 50 km gereden.

Om 18 u komen Marleen en Kaj ons ophalen. We rijden naar het haventje van Heiligpeder. In het haventje liggen er maar een tiental boten. Naast de boten van de oorspronkelijke Bornholmers liggen hier een drietal moderne zeilboten van ingeweken Kopenhagers. Kaj praat even met een oudere Bornholmer waaruit blijkt dat de nieuwe de oudere bewoners stilaan verdrijven.

Op een picknicktafel aan het haventje eten we het avondmaal dat Marleen heeft klaargemaakt. De kip in provinciaalse saus, een glaasje wijn, rauwe groenten en nieuwe aardappelen smaken uitstekend. Ondertussen schijnt de zon nog mild en nog tot 21 u kunnen we zonder jassen of truiën. Ook hier is de stilte hoorbaar. Tijdens het eten worden terug oude herinneringen opgehaald of onlangs voorgevallen gebeurtenissen vertelt. Om 21 u zakt de zon stilaan achter de horizon en om 21.45 u valt de totale duisternis in Dit is het signaal om stilaan op te stappen. Op de terugweg naar ons verblijf zien we in de schemering een hert in het veld staan. Hier op het eiland is er heel wat wild en vanaf half oktober tot Nieuwjaar wordt er hier veel gejaagd.

Aan ons logement nemen we afscheid van Marleen en Kaj en bedanken hen van harte voor de mooie avond.

Om 22.30 u gaan we slapen. Gans de dag scheen de zon en was er nagenoeg geen wind.

Dinsdag 23 juni 2009 – 8ste dag

Na het zetten van de koffie rijdt ik naar de warme bakker om broodjes te kopen. Vooraleer ik vertrek kijk ik nog even door het raam van de living en op het grasplein zie ik een haas zitten. Het is een beest om “U” tegen te zeggen wegens zijn vrij zwaar kaliber. De zon schijnt reeds volop en de temperatuur is goed, zo’n 18 a 19 graden.

09.17 u: we vetrekken – kilometerstand 56.050. Het weer is goed en de temperatuur ligt rond de 20 graden. We rijden langs het huis van Marleen en Kaj maar op ons aanbellen blijkt er niemand thuis te zijn. We rijden door naar Nyker en bezoeken er de rondkerk Ny Kirke. Via Hasle rijden we naar Heiligpeder (Sint-Petrus) waar we gisterenavond waren. Vervolgens rijden we nog verder langs de kust tot wanneer we niet meer verder kunnen. Daar keren we terug en rijden via de weg nr. 159 naar Jonskapel. Vanaf de parking volgen we eerst een veldwegel en moeten we dan afdalen langsheen een lange houten trap tot aan een rotsmassa die aan de zee ligt.

Onze volgende bestemming is het Hammerhuus, een ruïne van een kasteel, dat we bereiken via Vang. Op een parkeerplaats tegenover het Hammerhuus picknicken we. Na het middageten rijden we door naar de ruïne die we gratis kunnen bezoeken. Na het bezoek rijden we door naar het noordelijkste punt van het eiland, naar de Hammer Odde Fyr (een vuurtoren). Ook die is gratis te bezoeken. Na het bezoek we keren we terug op onze stappen en kopen een ijsje aan de kiosk in de nabijheid van Jonskapel.

Via het huis van Marleen en Kaj, we moeten er een haardroger en een flesje shampoo voor Lea ophalen, rijden we naar ons verblijf. We hebben die dag 83 km gereden. Thuis zoek ik een liedje op een Gentse cd om te laten horen aan Marleen. Rond kwart voor vijf belt Marleen om te zeggen dat de afspraak voor deze avond wat later zal zijn, meer bepaald om 19 u.

Om19 u komen Marleen en Kaj ons ophalen. We rijden naar Nexø alwaar we in de kerk een concert bijwonen ter gelegenheid van “zonnewende” of de “Sint-Jansvuren” – de langste dag van het jaar. Na het concert rijden we wat verder langs de kust en stoppen aan een plek waar het “Sint-Hannesvuur” (zo noemt men zonnewende hier) zal ontstoken worden. De plaatselijke scouts komen onder begeleiding van een muziekkapel met brandende fakkels afgemarcheerd. Daarmee wordt de takkenhoop in brand gestoken. Er wordt nog een “zonnewendelied” gezongen. Om 21.30 u rijden we terug naar ons logement alwaar we om 22.30 u gaan slapen.

Woensdag 24 juni 2009 – 9de dag

Na de gebruikelijke ochtendrituelen gaan we wat boodschappen doen in de zelfbediening Netto en in een zelfbediening in het centrum van Rønne. Nadien gaan we in de visrokerij twee makrelen kopen. Het is echter nog te vroeg (11.30 u). De gerookte vis wordt pas verkocht vanaf 12.00 u. We keren terug naar ons logement en rusten daar wat uit tot 13.00 u. Dan ga ik de makrelen kopen. Dat ze vers gerookt zijn hoeft geen twijfel want ze voelen nog warm aan.

In de namiddag rijden we langs de rustige wegen in het centraal gelegen bos van Almindingen om vervolgens naar Nexø te rijden. Door de felle wind is de zee op haar mooist. De witte schuimkoppen vallen uiteen op de rotskust. Na even het schouwspel te hebben aanzien rijden we door naar Svaneke alwaar we een ijsje verbruiken. Onze volgende halte is Gudhjem waar we een tijdlang een terrasje doen met uitzicht op de woelige zee. Vanop het terras bellen we naar Marleen om af te spreken voor morgen. Wij zijn terug uitgenodigd op het avondeten waarbij de zoon, de schoonzoon en de drie kleinkinderen zullen aanwezig zijn. We spreken af dat wij voor de taartjes zullen zorgen.

Voor aleer ons logement op te zoeken tanken we nog 21 liter diesel voor € 22,49. Het avondeten maken we zelf klaar: nieuwe aardappeltjes in de pel, gerookte makreel en komkommer.

21.00 u: wij gaan slapen.

Donderdag 25.6.2009 – 10de dag

07.00 u: opstaan, koffie maken en broodjes halen.

09.30 u: we doen wat boodschappen in de Netto en gaan dan bij de warme bakker gebakjes kopen voor deze avond. Omdat onze koelkast wat naar de kleine kant is rijden we naar het huis van Marleen en Kaj om daar de gebakjes af te leveren. Wanneer we het erf komen opgereden is Kaj bezig één of ander karweitje op te knappen aan het huis. Hij laat ons binnen en roept Marleen. Samen drinken we een koffie en bekijken we op de computer naar de familiefoto’s.

Rond 11.00 u vertrekken we en keren we terug naar ons logement via een mooi weg dat door het bos loopt in de richting van Blemmelyng. Hierbij rijden we voorbij het golfterrein van Rønne.

Thuis nemen we een lichte broodmaaltijd en rusten we een half uurtje. Vervolgens rijden we naar het centrum van Rønne en parkeren er in de buurt van Stone Torv (Grote Markt). Betaald parkeren is hier onbekend maar op veel plaatsen moet men de parkeerschijf plaatsen (meestal max. 2 uur). Op de grote markt zien we een drietal huifkarren staan die versierd zijn met bloemen en planten, en waarop telkens een groep jongeren zit. Deze vieren de laatste schooldag van hun laatste jaar middelbaar onderwijs. Na een tijdje trekken ze naar verschillende plaatsen in de stad waar ze op uitnodiging het één en ander iets te drinken krijgen aangeboden. Allen dragen een witte vest en op het hoofd een witte studentenmuts, afgeboord met een blauw lint.

We maken een wandeling doorheen het centrale deel van de stad dat er, naar onze maatstaven, er zeer rustig bijligt. Na de wandeling en na eerst nog een speelgoedje voor Laura te hebben gekocht besluiten we nog iets te gaan drinken in de visrokerij in de buurt van ons logement. Ter plaatse bemerken we dat het restaurant gesloten is tussen 14 u en 17 u (de winkel is wel open).

We keren stilaan terug naar ons verblijf want om 17.00u worden we bij Marleen en Kaj verwacht. Na de kennismaking met de zoon, de schoondochter en de drie kleinkinderen laten we het avondmaal smaken. Marleen heeft voor een droge gerookte zalm gezorgd en legt uit dat de Oostzeezalm witter is van vlees in tegenstelling met de Noordzeezalm. Dit komt doordat de Oostzee minder zout is dan de Noordzee. Ik maak van de gelegenheid gebruik om de buitenkant van het woonhuis van onze gastheren te filmen en enkele foto’s te nemen. Langs de achterzijde van één van de stallingen ligt een cirkelvormige verhoging. Kaj heeft me uitgelegd dat hier vroeger een zogenaamde rosmolen was, een molen die door een paard werd aangedreven. Toen we enkele dagen geleden voor het eerst naar het huis van Marleen en Kaj kwamen viel mij onmiddellijk een oud straatnaambord op dat opgehangen was aan een van de stallingen. Daarop staat “Gentsche Steenweg”. Het straatnaambord werd door iemand van de familie op de oude markt aan Sint-Jacobs gekocht en Marleen heeft het hier laten ophangen als herinnering aan haar Gentse “roots”. De avond verloopt zeer gezellig. Ook de zoon en de schoondochter spreken vrij goed Nederlands waardoor er geen Babylonische spraakverwarring ontstaat. Na het avondmaal worden de gebakjes bovengehaald die we hier deze morgen afgeleverd hebben. Rond 21.00 u is het tijd om ons logement op te zoeken. Met Marleen en Kaj spreken we af dat we morgen in de vroege avond zullen komen afscheid nemen. Morgen is het onze laatste dag op Bornholm. De wind, die de ganse dag flink heeft gewaaid, is nu wat gaan liggen.

22.00 u: wij gaan slapen.

Vrijdag 26 juni 2009 – 11de dag

06.00 u: opstaan.

Ik rijd vooraf naar de haven van Rønne om eens te kijken hoe we morgen moeten inschepen. Dit blijkt geen probleem te zijn. Op een elektronisch bord boven ingang 2 staat “Sassnitz” aangegeven en het uur dat het laden begint: 07.30 u. Op het ogenblik dat ik nazicht doe staan reeds enkele voetgangers aan te schuiven. Ik denk dat de afvaart morgen geen problemen zal opleveren. Vervolgens ga ik bij de warme bakker broodjes halen. Aangezien deze om 06.00 u reeds open is kunnen we morgen, voor het inschepen, hier verse broodjes kopen om mee te nemen op de ferry. Kwestie van de dure prijzen aan boord wat te ontlopen.

Rond 09.30 u rijden we naar de stad om enkele boodschappen te doen in de Nettowinkel.

Kilometerstand 56.378.

Daarna doen we nog een laatste rondrit op het eiland en nemen de kustweg tussen Rønne en Dueodde. Even voorbij de Vellensbyvej slaan we af naar een kleine parkeerplaats. Hier staan twee nieuwe houten barakken, vermoedelijk om trekkers de gelegenheid te geven om hier te overnachten. Een klein paadje daalt af tot bij de zee en een wit zandstrandje. We hebben nog ruim de tijd om hier wat van de zon te genieten. Ik trek mijn bovenkledij uit en daar we hier maar een goed half uur zullen blijven, we hebben onze zonnebrandcrème niet bij, doen we het dan maar zonder smeersel. Wanneer ik ’s avond in de spiegel kijk gelijk ik op een gekookte kreeft. De UV-index is hier dus zeer hoog.

Omstreeks 12.00 u rijden we naar de visrokerij en kopen er twee gerookte makrelen die we daarna in ons logement gaan verorberen.

Na wat gerust te hebben beginnen we om 14.00 u onze koffers te pakken en de auto klaar te maken voor de reis van morgen. Ik was de ruiten van de auto omdat daaraan wat zand kleeft. De rest van de auto is nog behoorlijk proper daar we hier tijdens ons ganse verblijf slechts 10 minuten regen gehad hebben.

De zon schijnt terug overvloedig. Na de middag komt er echter een stevig wind opzetten die echter tegen de avond gaat luwen.

Om 15.30 u is alles klaar en hanteren we nog even de stofzuiger. Het mierenprobleem schijnt compleet opgelost te zijn. Godelieve belt ons op onze gsm en vraagt of we goed zijn thuis gekomen. Een kleine vergissing want we komen pas maandag thuis.

17.00 u: zoals afgesproken gaan we afscheid nemen bij Marleen en Kaj. We danken hen van harte voor de gastvrije ontvangst. We drukken er op dat wanneer ze nog eens naar België komen het onze beurt is om hen eens te verwennen. We praten nog wat na over de voorbije vakantie. Kaj schenkt ons een mooi fotoboek over Bornholm die we met veel plezier in ontvangst nemen. Tussendoor schenkt hij ons een glaasje Hasseltse graanjenever in. De laatste makrelen spartelen wat tegen in onze magen maar de jenever helpt bij de vertering. Om 18.00 u vertrekken we met gemengde gevoelens. Enerzijds wegens de prachtige vakantie op Bornholm en anderzijds omdat we, enigszins met tegenzin, naar huis moeten vertrekken. Terwijl we de boerderij afrijden wuiven Marleen en Kaj ons nog na vanuit hun deuropening.

Na nog wat naar de tv gekeken te hebben gaan we om 21.00 u slapen.

Zaterdag 27.6.2009 – 12de dag

04.00 u: opstaan. We eten een kleinigheid, nemen een douche en stoppen de laatste spullen in de auto.

05.49 u: we verlaten ons logement en de boerderij. Gisteren hebben we ook van de boer en zijn gezin afscheid genomen. We laten de sleutel op de binnenzijde van de toegangsdeur achter. Kilometerstand 56.406. Het is 12 graden.

Eerst rijden we naar de warme bakker waar we wat koffiekoeken kopen voor tijdens de overtocht. Tien minuten later zijn we reeds aan de ferryhaven.

06.35 u: bij het oprijden van de toegangsweg worden we geholpen door iemand van Bornholm Trafikken. Wij hebben onze e-mail bij waarin onze code staat. Normaal moeten wij aan de kassa de code ingeven in een automaat maar nu worden we geholpen door de man van de ferrymaatschappij.

07.15 u: we mogen de ferry oprijden.

07.45 u: de ferry vertrekt stipt. De zee is kalm en de zon schijnt. De laatste munten in Deense Kroon worden in het winkeltje van de boot verteerd aan snoepgoed. Tijdens de overtocht varen we een antenneachtig baken voorbij.

11.08 u: aankomst in de haven van Sassnitz.

11.21 u: we mogen de ferry afrijden.

We rijden nu naar Binz. Onderweg kijken we uit naar een bank of een wisselkantoor waar we onze Deense kronen kunnen uitwisselen. Het is zaterdag vandaag, dus alle banken zijn gesloten. Onderweg naar Binz stoppen we aan een frietkot om iets te eten. In Binz rijden we de parking van het hotel Getreuer Eckart op en parkeren ons op parkeerplaats nr. 30. Bij ons vorig bezoek had men ons gezegd dat we nu kamer 30 zouden krijgen. Het inchecken is al vlug gebeurd. De receptioniste was wel even het noorden kwijt doordat wij bij één overnachting geen “kurtax” moeten betalen. Kamer 30 bevindt zich op de 2de verdieping. We halen slechts het hoogstnodige uit de auto. Daarna rust ik wat uit en doet Lea in de hoofdstraat enkel winkels aan. Voor Laura kopen we enkele kleertjes en voor Lea een handtas om op de rug te dragen. In de hoofdstraat van Binz is het zeer druk. Op een terras drinken we iets.

Rond 19.00 u gaan we aan de rand van het centrum iets eten in een gezellig restaurant dat de naam draagt “Oma’s kuche”. De muziek die er gedraaid wordt is trouwens ook uit “oma’s” tijd. Voor twee keer zigeunersnitsel, een cola en een glas witte wijn betalen we € 31,20.

We kruipen vrij vroeg onder de wol.

zondag 28.6.2009 – 13de dag

06.30 u: opstaan.

07.50 u: ontbijten.

Na het ontbijt rekenen we af en vertrekken we – kilometerstand 56.433.

In de buurt van het hotel tanken we 10,4 liter diesel voor € 11.44.

We hebben 461 km voor de boeg (volgens de gps). Het is 17 graden.

Na 40 km rijden we over de nieuwe Rügenbrug te Stralsund die het eiland Rügen verbind met het vaste land. De totale lengte van de brug is 2.831 meter.

Na 78 km houden we een sanitaire stop.

11.34 u – 258 km: we krijgen te maken met een kleine file.

11.41 u – 263 km: stoppen op de “raststatte” Trave. We hebben nog 194 km voor de boeg.

12.53 u: we vertrekken voor het laatste traject van de dag.

10 km voor we onze bestemming bereiken krijgen we een file van 5 km. We doen er een half uur over.

15.20 u – kiliometerstand 56.890: we bereiken het Etaphotel Hannover-West te Garbsen. Het is hetzelfde hotel van onze heenreis. De uitbaatster herkend ons nog en al vlug kunnen we bezit nemen van onze kamer. We betalen slechts € 52. Dit is wat goedkoper dan tijdens de week. Bij het binnenrijden van de straat hebben we op de hoek een Grieks restaurant opgemerkt. Ik trek even op verkenning om de prijslijst te bekijken. Het ziet er hier goed uit. Om 18 u gaan we naar het restaurant en bestellen er brood met een kruidensausje, 1x rösti met bonen, 1 x varkenssnitsel met champignions en cherrysaus en 2 x een salade. tussendoor krijgen we een uzo (anijsdrank) aangeboden van het huis. Als dessert bestellen we elk een ijs (stratiatelli en amarena). Om de lekkere maaltijd af te sluiten drinken we nog elk een uzo.

21.00 u: we gaan slapen.

Maandag 29 juni 2009 – 14de en laatste dag

05.45 u: opstaan.

06.45 u: ontbijten. Ondertussen heb ik de hoogstnodige bagage die we mee naar de kamer hadden genomen terug in de wagen gebracht. Tijdens het inladen zie ik een Deen staan die op zijn trekhaak een handige kofferbak heeft gemonteerd.

07.30 u: we vertrekken aan het hotel en rijden enkele kilometer verder de snelweg op.

07.35 u: Na 500 meter rijden we er terug af om te tanken: 22,79 liter voor € 26,76 (1,174 €/liter).

07.40 u – 487 km: ik heb bij het vertrek deze morgen vergeten mijn dagteller op 0 te zetten. Dus laat ik de teller verder lopen en de telling geldt dus voor twee dagen.

09.19 u – 641 km: we zijn in de buurt van Dortmund.

Om 10.00 u houden we een sanitaire stop tot 10.25 u. Bij het verlaten van de parking is het 29 graden en licht bewolkt.

10.49 u – 709 km: we rijden de Rijn over – nog 232 km voor de boeg.

11.10 u – 745 km: we rijden Nederland binnen – nog 195 km voor de boeg.

11.52 u – 819 km: we rijden België binnen – nog 121 km.

12.05 u – 843 km: we stoppen aan het snelwegrestaurant te Beerse om een middagmaal te nemen. Nog 97 km te doen.

877 km: we rijden op de ring rond Antwerpen, nog 62 km te doen.

Aan de Colruyt te Gent tanken we voor de laatste keer 23,11 liter voor € 22.49. Het is dan 14 u. Twee straten verder is onze reis naar Bornholm afgelopen.

Kilometerstand 57.829 km. In totaal hebben we 3.208 km afgelegd.

David Maes

29-06-2009 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
18-09-2008
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bernau - Zwarte Woud

Bernau - Zwarte Woud

6 september tot 17 september 2008

Zaterdag 6 september 2008 – 1ste dag

4.30 u: opstaan.

5.30 u: vertrek. Kilometerstand 39.652. We rijden via de R4, de E. Pegoudlaan, de E40 naar Brussel en verder via de snelweg naar Namen, Luxemburg, Groot Hertogdom Luxemburg, Frankrijk, Straatsburg en Freiburg. Onze GPS toont ons vanzelf de weg. Mijn dictafoon is tijdelijk defect zodat deze avond zal blijken dat al mijn gegevens van deze dag verloren zijn gegaan. Na Freiburg verloopt de route via gewone wegen. In het Groot Hertogdom Luxemburg, te Berchem, tanken we 17,64 liter diesel voor € 22 (€ 1.247/liter). In Freyming, in Frankrijk, betalen we € 3,90 peage en wat verder, ook in Freyming, nemen we een ticket voor de peage naar Straatsburg. Op het einde van de tolweg betalen we € 7,40 voor een afstand van 105 km. Dank zij de GPS vinden we gemakkelijke het hotel Bären in Bernau – Oberlehen. Daar komen we aan om 14.15 u. Wanneer we het hotel binnengaan zien we een man in wit kokskostuum zitten aan een tafel die aan het praten is met andere personen. Aan de toog treffen we een ander persoon aan en wanneer we hem zeggen dat we gereserveerd hebben antwoord de man dat hij de postbode is die toevallig langskomt. Daarop staat de man in wit pak recht om ons helpen. Hij roept een kelner. Deze helpt ons verder. Blijkt dat de man in wit pak de uitbater is. De jonge kelner is duidelijk van het zuiderse type, een Italiaan of een Turk. Te zien aan zijn uitzicht en zijn naam (Baldisserri) is de uitbater van Italiaanse afkomst. Wat later worden we verder geholpen door een oudere kelner die naar we denken medeuitbater is. Hij wijst ons kamer 4 toe. Hij laat ons bovendien de keuze tussen kamer 4 en 5. De eerste kamer is ruimer dan de andere en heeft een groot terras. We kiezen dus voor kamer 4.

Eens de kamer toegewezen beginnen we met het uitladen van de bagage in de kasten. Wanneer dit gedaan is gaan we naar het restaurant om een koffie te drinken. Daarna rusten we nog wat uit op de kamer.

Het avondeten kan gebruikt worden tussen 18 u en 21 u. Indien er iets is dat we niet lusten zal er voor een ander gerecht gezorgd worden.

Via een sms-berichtje vernemen we het overlijden van Jean De Meyer, de stiefvader van Joke.

Vandaag hebben we 634 kilometer afgelegd. ’s Avonds begint het te regenen.

Avondmaal: -Elzasser Flammenkuchen

-Kippensoep met curry

-Gegrilde kalkoenborst

-IJs

Oorspronkelijk hadden we reeds maanden op voorhand gereserveerd bij het hotel Schwanen, eveneens in Bernau. Enkele weken voor onze afreis vernemen we via een e-mail dat er aan dit hotel een bijgebouw zal opgetrokken worden tijdens ons verblijf aldaar. De werken die zullen afgelopen zijn in 2009. Om niet 12 dagen geconfronteerd te worden met een bouwwerf annuleren we onze reservatie en kunnen we nog terecht in het hotel Bären. Eens we ter plaatse zijn in Bernauw blijkt er van een bouwwerf aan het hotel Schwanen geen sprake te zijn. Wel is men bezig aan een ander gasthof aan de overzijde van de straat tegenover ons hotel, een annexe te bouwen. Daar hebben we gelukkig geen last van omdat we overdag meestal weg zijn.

De verrassing komt echter op het einde van ons verblijf. Wanneer we na een wandeling aan het hotel aankomen, twee dagen voor het einde van ons verblijf, liggen er delen van een stelling op de grond klaar om opgetrokken te worden. Tegen de avond staat het hotel in de steigers en is men bezig kapotte schaliën te vervangen. Een dag later wordt zelfs een deel van de dag compleet ontdaan van de kunststofschaliën. Bij navraag blijkt dat de bedekking van het grootste deel van het dak moet vervangen worden door schade veroorzaakt door een zware hagelstorm op het einde van de maand mei. Toen vielen er hagelstenen zo groot als duiveneieren en lieten een pak ijs achter van ca 20 cm waardoor de sneeuwruimers in actie moesten komen.

Bernau

De gemeente Bernau im Schwarzwald is gelegen in een ruim dal en bestaat uit volgende wijken: Oberlehen, Unterlehen, Innerlehen, Hof, Dorf, Riggenbach, Altenrond, Kaiserhaus en Weierle. Ze is gelegen tussen St.-Blasien, Todtmoos, Todtnau en de Schluchsee op een hoogte tussen 900 meter en 1415 meter. Voor wandelaars zijn er 111 km wandelpaden. In tegenstelling met de Oostenrijkse Alpen zijn de bergen hier minder steil en zeer geschikt voor de iets minder geöefende wandelaars. De begroeiïng bestaat uit bomen van verschillende soorten. Deze beslaan nog een behoorlijk grote oppervlakte van het Zwarte Woud.

Zondag 7 september 2008 – 2de dag

7.00 u: opstaan. Het heeft de ganse nacht geregend en ook nu is het nog bezig met regenen.

8.30 u: we gaan ontbijten. Het ontbijt is in buffetvorm. Er is keuze te over uit verschillende soorten brood, koeken en cakes. Ook voor het beleg is er voldoende keuze. Wat mij het best bevalt is de kop met peperbolletjes. Ook de kleine (warme) worstjes en de sneetjes spek zijn zeer aantrekkelijk.

9.00 u: het gaat ophouden met regenen en stilaan kom zelfs in de loop van de dag de zon door de wolken priemen.

10.00 u: we vetrekken voor een rondrit. Kilometerstand: 40.286.

10.25 u – 10 km: aankomst te St.-Blasien. Hier staat de kerk met de tweede grootste koepel van Europa. Daar er een eredienst bezig is zullen we de kerk op een ander moment moeten bezoeken maar we zien nu al dat het de moeite loont nog eens terug te keren. De zware pijlers die de koepel ondersteunen zijn vervaardigd uit massief witte marmer.

Vandaag is er in St-Blasien een soort kunstmarkt van houten beeldhouwwerken. We zijn al vlug uitgekeken. Ondertussen is men bezig de banken en tafels klaar te zetten voor het drink- en eetfestijn die met dergelijke festiviteiten gepaard gaat, hier in Duitsland nog meer dan elders.

Na het verlaten van het stadje, dat we later op de week nog enige keren zullen aandoen wegens de Lidlwinkel aldaar, tanken we 19,72 liter voor € 27 ( € 1,369/liter).

11.23 u – 20 km: we bereiken de Schluchsee. Het is een kunstmatig meer dat ontstaan is door afdamming. Na eens rondgekeken te hebben in de omgeving van de stuwdam zetten we onze route verder. We rijden via Häusern, Seebrugg, Elnet, Steinasäge, Bonndorf, Gündelwangen, Holzschlag, Ruhbuhl naar Titisee. Ter hoogte van het station is er een ruime (betaalde) parking. Daar laten we onze wagen achter en maken een wandeling in het winkelcentrum van het stadje Titisee. Ondertussen is het tijd geworden om iets achter de kiezen te steken. We eten elk een knakworst met een broodje. In een van de winkels kopen we voor mij een bodywarmer en in een andere winkel wat fruit. Na het drinken van een koffie vervolgen we om 13.45 u onze weg. We rijden langs Löffingen, Döggingen, Huflingen naar Donaueschingen.

14.25 u – 99 km: aankomst te Donaueschingen. Het is er relatief stil in de winkelstad omdat het zondag is en de winkels gesloten zijn. De stad is vooral bekend van de bron waar de Donau ontspringt. In de buurt van het kasteel vinden we het ronde bassin waar de stroom begint. Op de bodem van het bassin liggen heel wat geldstukken die toeristen hier hebben ingeworpen.

Na het bezoek aan de bron van de Donau keren we terug naar ons hotel via een andere weg en laten onze GPS zijn werk doen.

15.41u – 146 km: we stoppen in Altglasshutten om iets te drinken. We zitten nog niet goed neer of de waard vraag al wat we wensen te verbruiken. We hadden nog niet de kans gehad de spijskaart de bekijken. Wanneer ik hem vraag om eens over een paar minuten terug te keren, nadat we onze keuze gemaakt hebben, heb ik het gevoel dat hij ontstemt is. Ostentatief laat hij ons daarna minuten lang wachten om onze bestelling op te nemen. Wanneer hij uiteindelijk toch de bestelling komt opnemen en we enkel een cola en een schweppes bestellen (en geen taart zoals de meeste Duitsers doen op dit uur) laat de man zijn ongenoegen duidelijk kennen en orakelt hij dat wanneer we daareven hadden besteld we al lang onze drankjes zouden gehad hebben en hij geen twee keer zijn terras zou moeten afgelopen hebben. Achteraf spijt het ons dat we de zaak niet onmiddellijk verlaten hebben wegens het onbeschoft gedrag van de uitbater.

16.45 u – 168 km: aankomst aan het hotel.

Om 18.15 u gebruiken we het avondeten.

Avondmaal: -Tomatensoep

-Gemengde sla met ofwel yoghurt, ofwel olie en azijn

-Kip met curry met rijst maar we mogen ook kiezen voor aardappelen of

spätzele (wij kiezen voor dit laatste)

-Apfelstrudel met ijs en slagroom

Maandag 8 september 2008 – 3de dag

10.10 u – kilometerstand 40.454 – We vertrekken naar St.-Blasien om een bezoek te brengen aan de kathedraal met de tweede grootste koepel van Europa. We komen er aan na 19 km. Na het bezoek aan het prachtig gebouw kopen we enkele zaken in de Lidl. Daarna stellen we onze GPS in om naar Triberg te rijden.

12.30 u – 90 km: aankomst te Triberg. We zullen hier een bezoek brengen aan de hoogste waterval van Duitsland (163 meter in 7 etages). De toegang kost € 2,5/pp. Met onze gastenkaart, die we in het hotel kregen, krijgen we € 0,30 vermindering. Met de gastenkaart kan men overal in het Zwarte Woud gratis rijden met het openbaar vervoer (bussen, trams en treinen).

Na het bezoek aan de waterval gaan we in een patisserie iets eten (Lea een belegde sandwich en een belegde bretzel en ik twee Berlijnse bollen.

14.55 u: we keren terug naar het hotel en laten de GPS het werk doen.

17.15 u – 182 km: aankomst aan het hotel. Onderweg kopen we in een winkel wat kleine flesjes water voor op de kamer en in de auto. We zien dat we hier ook proviand kunnen kopen indien we zouden gaan wandelen.

Avondmaal: -Parmahesp op een snede brood

-Soep

-Gegrilde “sweinenrucken” met gebakken aardappelen

-IJstaart met chocoladesaus

Vanda ag was het in het hotel sluitingsdag. De uitbaters trekken er op uit, naar Freiburg, om te winkelen. Voor de hotelgasten is er geen probleem. Het ontbijt en het avondeten wordt zoals gebruikelijk opgediend. Aan de kamersleutel hangt een sleutel van de buitendeur om overdag binnen te kunnen.

Dinsdag 9 september 2008 – 4de dag

8.00 u: ontbijt

09.20 u – kilometerstand 40.638: we gaan eerst in een bakkerijtje een viertal koeken kopen om mee te nemen op wandeling. Daarvoor moeten we wel in totaal 7 km rijden (heen en terug). In de buurt van de wijk Oberlehen zijn er geen winkels.

Wij beginnen de wandeling aan het hotel en pikken dus in op de wandeling waarvan het begin wat verderop gelegen is in de richting van Todtmoos op een wandelparkeerplaats. Aangezien de wandeling toch voorbij ons hotel komt laten we de auto op de parkeerplaats van het hotel staan. De wandeling is 5,5 km lang. Bijna op ieder kruispunt is de afstand naar een of ander doel duidelijk aangeduid met witte borden met daarop de afstanden vermeld tot op 100 meter juist. Tijdens de wandelingen wordt men geholpen met ruitvormige plaatsjes in gele, rode of blauwe kleur. Men kan op drie verschillende manieren te werk gaan. Men gebruikt de richting- en afstandsbordjes op de kruispunten. Voor het terugkeren moet men de afstand verdubbelen. Aan de hand van de wandelkaart, met bijgaand boekje waarin wandelingen beschreven staan en die verkrijgbaar is bij de toeristische dienst van Bernau, kan men zelf een wandeling uitstippelen. Maar hier heeft men geen juist zicht hoelang de wandeling zal zijn op het moment dat men start. Een derde manier is de wandelingen volgen die in het boekje met wandelkaart beschreven staan. Dit zijn in veel gevallen “rondwandelingen”, dus het begin- en het eindpunt liggen op dezelfde plaats. Tenslotte kan men ook een doelwandeling doen en terugkeren met het openbaar vervoer (gratis met de gastenkaart Zwarte Woud). In het wandelboekje staat eventueel vermeld met welke buslijn men kan terugkeren. Wel opletten want de bussen rijden hier niet zo frequent.

We steken de straat die naast het hotel loopt over en na enkele honderd meter zijn we aan de wandelparking Brunnenloch. Heel wat wandelingen beginnen aan een goed onderhouden ruime parkeerplaats. Een langzaam klimmend pad brengt ons tot aan de Stöckenwaldhutte. Dit is een goed uit de kluiten gewassen houten tramhok en dus geen uitbating. Deze hut bereiken we na 2,5 km. Vanaf de Stöckenwaldhutte dalen we af naar Vorderwaldemle. Eens terug beneden moeten we enkele honderden meters de rijbaan volgen van de L146. Ter hoogte van de Taubenmoosparkeerplaats (de normale startplaats van de wandeling) slaan we de Sägenweg in en volgen deze tot aan het hotel.

Om een andere wandeling te verkennen nemen we vervolgens de auto en rijden naar Mutterlehen in Todtmoos. De wandeling start ter hoogte van ons hotel en ook vanaf de parking Taubenmoos en eindigt na 5 km aan het kruispunt Mutterlehen. Om het eindpunt met de wagen te bereiken moet er wel een vrij grote omweg gemaakt worden via Todtmoos. Het nabijgelegen gasthuis aan het eindpunt is gesloten op dinsdag.

Bij het terugkeren rijden we via het centrum van Bernau en kopen er in de toeristische dienst de wandelkaart met bijbehorend boekje. We moeten wel 20 minuten wachten want het bureau gaat pas om 14 u open.

14.30 u – 44 km: we zijn terug aan het hotel. De zon schijnt prachtig (23 graden) en op het terras van het hotel genieten van een koffie en een frisdrank. De rest van de namiddag brengen we door op het grote balkon van onze kamer.

Avondmaal: -Paddenstoel met gesmolten kaas

-Tomatensalade

-Gebakken varkensfilet met bearnaisesaus en kroketten

-crème brulé

Woensdag 10 september 2008 – 5de dag

9.08 u – kilometerstand 40.682 – 15 graden. In Bernau – wijk Weierle – tanken we 20,63 liter diesel voor € 29,27. We vertrekken met de auto op rondrit.

10.43 u – 84 km – 21 graden: aankomst de Villingen-Schwenningen. We bezoeken het stadje dat er vrij rustig bijligt. Veel historische gebouwen zijn er niet te zien.

12.04 u: einde van het bezoek aan Villingen-Schwenningen. We rijden nu via Mönchweiler, St.-Georgen im Schwarzwald, Tennebronn naar Schramberg. Daar bevindt zich een klokkenmuseum. Na lang zoeken en enkele keren de weg vragen vinden we het museum in de buurt van het politiebureau. Wegens de middagpauze is het museum gesloten. We besluiten niet te wachten en na onze bescheiden middagpicknick op een parkeerplaats met banken en tafels tussen Schramberg en Wolfach, (13.41 u – 125 km) zetten we onze tocht verder.

We volgen nu een deel van de Schwarzwald Tälerstrasse naar Schiltach. Via het mooie dal gaat het naar Wolfacht. Ook daar is het even zoeken en navragen naar de glashutte (noemt eigenlijk Dorotheënhutte).

14.06 u – 140 km: aankomst aan de Dorotheënhutte. De ruimte waar de glazen voorwerpen staan uitgestald mag vrij bezocht worden. Voor een bezoek aan de glasblazerij moet er betaald worden. Het atelier heeft echter een poort die maar tot borsthoogte gesloten is en men kan zonder betalen vanaf de parking bijna evenveel zien van het glasblazen.

15.00 u: we vertrekken naar Schonach.

15.29 u – 165 km: aankomst te Schonach. We brengen een bezoek aan de grootste koekoeksklok ter wereld. Voor de toegang van het huisje, dat de vorm heeft van een koekoeksklok, moet men € 1,20 betalen. Binnen kan men het raderwerk van de klok zien die 50 keer groter is dan een gewone klok. Het raderwerk is in hout gemaakt door de schoonvader van de dame die enige uitleg geeft.

15.43 u: vertrekken naar ons hotel. Stellen de GPS in.

17.18 u – 239 km: aankomst aan het hotel. Het weer was de ganse dag mooi.

Avondmaal: -Schwarzachschincken

-Soep met fijne knödels

-Jägersnitsel met rösti (geraspte en gebakken aardappelen)

-IJs

Donderdag 11 september 2008 – 6de dag

09.06 u: vertrek naar Bad Säckingen – kilometerstand 40.922.

09.37 u: we tanken € 14,02 te Herrischried-Hogschu.

10.13 u – 41 km: aankomst te Bad Säckingen. Het is 23 graden. We hadden onze GPS ingesteld op de Giessenstrasse. Deze is gelegen tegen de aanlegplaats van de boot die de Rein afvaart. We vinden zonder problemen de straat en ook de parkeerplaats. Maar we zijn niet zeker omdat we vanaf de parkeerplaats de Rein niet zien liggen. We keren even terug en vragen de weg aan de baas van een hotel. Die wijst ons precies de weg en de parking waar we reeds waren. Hij zegt erbij dat de parking gratis is voor personenwagens maar dat de kampeerwagens moeten betalen. De parking ligt op amper 200 meter van de aanlegsteiger. We parkeren ons en vinden zonder moeite de boot “Trompeter vom Säckingen”. De boot vertrekt om 14.30 u. We doen een wandeling in het oud stadsgedeelte met onder andere een bezoek aan de Fridolinsmunster. Het meest merkwaardige is de houten brug over de Rein. Die heeft een lengte van 200 meter en is overdekt. Ze is de verbinding tussen de Duitse Reinoever en de Zwitserse Reinoever. Ze dateert uit de 16de eeuw en werd gerenoveerd. Ongeveer halfweg op de brug wordt de grens aangegeven doormiddel van een Duits wapenschild en op de grond doormiddel van een dikke witte streep.

In een patisserie eten we iets en gaan dan op het gemak naar de aanlegplaats van de boot. We zijn ongeveer een uur te vroeg. Aan de aanlegplaats van de “Trompeter vom Säckingen staan enkele banken zodat we niet al staande hoeven te wachten. Om 14 u mag het publiek op de boot. Het tarief is € 10 per persoon. De rondvaart duurt tot circa 17 u. Net voor de afvaart neemt een groep ouderen de hun voorbehouden plaatsen in. Op dat ogenblik komen dreigende wolken opzetten waaruit later wat regen druppelt. Het duurt echter maar een kwartiertje als het ophoudt op met regenen en de zon terug gaat schijnen. We varen achtereenvolgend langsheen Stein (CH), Wallbach (CH), Wallbach (D), Wehr/Brennet en Schwörstadt. Daar keert de boot terug om rond 16.45 u aan te komen in Bad Säckingen. Op de weg naar ons hotel stoppen we even aan een ambachtelijke “metzkerei” (beenhouwerij), in Todtmoos, op zoek naar een gerookte Schwarzwalschincken voor William. Bijna in alle winkels is de “schinken” hermetisch verpakt maar Lea wil een stuk hesp dat nog niet is ingepakt. Dit is zowat de enige winkel waar die dat hebben. Wij zullen hier de laatste dag van ons verblijf een stuk hesp komen kopen.

17.54 u – 88 km – 20 graden (kilometerteller 41.010): aankomst aan het hotel. We hebben gisteren het personeel van het hotel verwittigd dat het vandaag wat later kon zijn.

Avondmaal: -Pennen in de tomatensaus

-bonte salade

-Kalkoengebraad met friet

-Bayrischer crème (lijkt wat op tiramosu)

Vrijdag 12 september 2008 – 7de dag

8.15 u: ontbijten.

Het regent. Wegens het slechte weer besluiten we naar Freiburg te gaan. De ober wijst erop dat we met onze gastenkaart gratis met de trein mogen rijden. Om naar Freiburg te rijden met de trein moeten we eerst naar Seebrugg (aan de Schluchsee) rijden met de auto. Daar is er een ruime parkeergelegenheid. Seebrugg is trouwens het eindstation van de lijn naar Freiburg.

9.15 u: we vertrekken met de wagen aan het hotel richting Seebrugg.

21 km – na ca 20 minuten rijden: aankomst te Seebrugg. De ruime parking staat nagenoeg vol maar net voor de ingang van het station vinden we nog een plaatsje. Bij nazicht van de uurtabellen blijkt dat er 39 minuten na ieder uur een trein naar Freiburg gaat. We hebben nog wat tijd en om de tijd te doden drinken we iets in het café dat ondergebracht is in het stationsgebouw.

10.20 u: de trein uit Freiburg komt reeds aan. Alhoewel het nog 20 minuten is vooraleer de trein zal vertrekken mogen we instappen. De wagons die op deze lijn rijden zijn vrij nieuw en allen van het type “dubbeldekker”. De meeste passagiers verkiezen de bovenverdieping wegens het uitzicht. Wij zitten aan de rechterkant van de trein waardoor het uitzicht langs onze kant minder mooi is.

10.39 u: stipt vertrekt de trein die nagenoeg gans is volgelopen. Blijkbaar volgden meerdere toeristen onze redenering en gaan naar Freiburg om de regen te ontlopen. Driekwart van de afstand rijdt de trein tamelijk langzaam en moet regelmatig een halte aandoen. De lijn naar Freiburg heeft tevens maar één spoor met een tweetal keren een dubbel spoor om de tegenliggende treinen te laten kruisen.

11.50 u: na een rit van 1 uur en 10 minuten komen we aan te Freiburg im Breisgau Hbf. Na eerst nog even de uurtabellen bekeken te hebben voor de terugreis stappen we het station buiten via de hoofdingang en stevenen recht op het centrum af. Wel moeten we een tweetal keer navraag doen naar de overdekte markt die hier iedere dag gehouden wordt. Onderweg komen we een koppel tegen dat in ons hotel logeert en aan hen vragen we ook de weg. Ze vertellen ons dat de overdekte markt zeer druk is en het er binnen zeer warm is. Na enig zoeken vinden we in de buurt van de Martinstor de markthalle. We steken er even ons hoofd binnen en moeten besluiten dat het koppel gelijk heeft en het er zeer druk en warm binnen is. Bovendien is hier slechts klaargemaakte voeding te krijgen en komen de eetstalletjes je de oren uit. aangezien Lea een slechte nacht gehad heeft besluiten we om terug te keren naar het hotel. In een hamburgertent eten we eerst nog een kipburger en begeven ons daarvan naar het station. Normaal zouden we nog de trein van 13.10 u kunnen halen maar daar we een straat te ver lopen zien we bij onze aankomst op het perron 7 de trein net vertrekken. Dus moeten we een uur wachten op de volgende trein. Die komt reeds het station binnen om 13.50 u.

14.10 u: de trein vertrekt richting Seebrugg. Ook deze keer zit de trein nagenoeg vol. Tegenover mij zit een oudere Duitser en wanneer de controleur ons naast onze gastenkaart ook nog onze identiteitskaart vraagt is de man duidelijk ontstemt. Blijkbaar voelde hij dit aan als een soort van oneer.

15.10 u: aankomst te Seebrug. We rijden via St-Blasien (om wat fruit te kopen in de Lidl) naar het hotel.

16. 00 u: aankomst in het hotel. We rusten wat uit op de kamer. Ondertussen is het nagenoeg opgehouden met regenen maar de bewolking blijft.

Avondmaal -Elzasser Flammenkouchen

-Salade

-Warme zalm met gekookte aardappelen

-IJs met krieken

Zaterdag 13 september 2008 – 8ste dag

Het heeft bijna de ganse nacht geregend en het ziet er nu uit dat we ook vandaag de zon niet zullen zien. We hebben alle twee een goede nachtrust gehad en besluiten de misgelopen trip van gisteren nog eens te hernemen. We proberen vandaag een vroegere trein te nemen.

8.45 u: vertrek naar Seebrugg.

8.39 u – 21 km: aankomst te Seebrug. We missen net de trein van 08.39 u (dus twee treinen vroeger dan gisteren). Ondertussen regent het verder pijpenstelen. Daar het café nog niet open is blijven we in onze auto wachten tot wanneer de trein aankomt. Wanneer het zover is stappen we uit onder bescherming van onze regenschermen. Bij het uitstappen heb ik er geen erg in dat er naast de auto een diepe plas water ligt. Gelukkig heb ik goede waterdichte schoenen aan anders had ik de ganse dan met natte voeten moeten lopen.

09.20 u: aankomst van de trein uit Freiburg. We stappen in en zetten ons deze keer langs de goede kant (voor het uitzicht), langs de linkerkant dus.

09.39 u: vertrek van de trein naar Freiburg. Onderweg stopt de trein te Schluchsee, Aha, Altglasshutte, Bärental, Titisee, Hinterzarten, Himmelreich, Kirchzarten, Litterweiler, Freiburg-Wiehre en Freiburg Hbf.

10.50 u: aankomst in Freiburg Hbf. We kennen al een beetje de weg en we gaan rechstreeks naar de Kaiser Joseph-Strasse, de winkelstraat van Freiburg, en drinken een koffie in het McDonaldrestaurant naast de Martinstor. Hier verlaat ik Lea die wat winkels zal aandoen en ik zal een wandeling maken door de oude stad. We spreken om 13 u af aan dezelfde Martinstor. We hebben daarnaast elk onze gsm bij voor het geval er iets zou mislopen.

De wandeling loopt vanaf de Münsterplaz, met het rode Kaufhaus, het Haus zum Ritter, het Wenzingerhaus en het Kornhaus uit 1498. Verder gaat het via de Herrenstrasse met zijn voormalige Werkstatt der Münsterbauhutte, de Konvirkskirche en het Aartsbisschoppelijk paleis. Via de Münzgasse, waar tot 1738 munten werden geslagen, kom ik op het Oberlinden met het Gasthaus zum Bären. Dit beroemt er zich op het oudste pension van Duitsland te zijn. Opgelet: in het Zwarte Woud zijn er tientallen hotels die de naam Bären, Schwanen en Rössle dragen. Langsheen de Schwabentor kom ik in de schilderachtige wijk Insel waar ik langsheen het Gewerbekanal wandel. Dit kanaal dreef vroeger de molens aan van de edelsteenslijpers en de leerlooiers. Nu voedt het de Bächle. Dit is een kleine goot die nagenoeg door de meeste straten van de stad loopt. Het is wel even wennen want als men niet oplet kan het wel eens zijn dat men de rest van de dag met natte voeten verder moet. De wandeling gaat dan verder langs de Gerberau, de Augustinerplaz, de Fischerau waarna men uitkomt aan de Martinstor met daarachter zijn winkelstraat de Kaiser-Joseph-Strasse. Het laatste deel van de wandeling loopt via de Bertoldstrasse met de oude universiteit, de Brunnenstrasse met de barokke jesuïetenkerk, de Rathausgasse, de Rathausplatz met het oude en het nieuwe stadhuis, de Martinskirche, langsheen het voormalige fransiscanenklooster, achter de Martinskirche, door de Franziskanerstrasse met het rode Haus zum Walfisch waar Erasmus twee jaar woonde tijdens zijn verbanning. Uiteindelijk kom ik terug in de Kaiser-Joseph-Strasse waar ik Lea terugvind op de afgesproken plaats aan de Martinstor.

Wegens de drukte in de twee hamburgertenten (McDonalds en Kingburger) gaan we iets eten in een patisserie. Het jonge personeel kan blijkbaar de drukte niet aan want ze lopen kriskras door elkaar en zonder enige organisatie. Daardoor duurt het even vooraleer we onze bestelling krijgen. Na het eten bezoeken we de Munster omdat er deze morgen een dienst bezig was. Rond de Munster is er een openluchtmarkt van groenten, fruit en nieuwe waren. Na het interieur van de barokkerk te hebben bewonderd zakken we stilaan af richting station. We halen de trein van 15.10 u.

16.20 u: aankomst de Seebrug.

16.45 u: aankomst aan het hotel. In de loop van de dag hield het op met regenen.

Avondmaal: -Toast kanibaal

-Spinazieroomsoep

-Rundergebraad met spätzele

-IJs

Zondag 14 september 2008 – 9ste dag

9.22 u – kilometerstand 41.098 – 6 graden. We maken een rondrit. Het is vrij goed weer. De zon schijnt af en toe. We rijden via Riggenbach, Dorf, Präg, Utzenfeld, Schonenberg, Schönau im Schwarzwald, Bollen, Neuenweg.

10.20 u – 35 km: aankomst op de Belchen. Deze heeft een hoogte van 1414 meter en is de tweede hoogste berg van het Zwarte Woud. Bij goed weer kan men van hier de Franse Alpen en de Mont Blanc zien. We besluiten door te rijden naar de abdij van St.-Trupert. Onderweg tanken we 12,23 liter voor € 16.50 (€ 1,349/liter).

11.46 u – 71 km: aankomst aan de abdij van St.-Trupert. We bezoeken de tuinen en de kerk. In het gasthof net voor de ingang van de abdij verbruiken we iets. Het valt op dat wanneer men hier een koffie bestelt er gevraagd wordt of je geen stuk taart of koek erbij moet hebben. Bij het bestellen van een glas wijn komt al even prompt de vraag naar boven of je iets wil eten.

Na het bezoek aan de abdij en het bijgaande gasthof keren we terug naar de Belchen. Het is echter de bedoeling eerst naar de kabelbaan Schauinsland in Horben te rijden. Op een bepaald moment kunnen we niet meer verder daar de weg afgesloten is door wegenwerken. De andere weg is eveneens afgesloten, dit voor een wielerwedstrijd. Na enkele pogingen om via een omleiding de kabelbaan te bereiken moeten we het opgeven.

14.45 u – 126 km – 10 graden: aankomst te Belchen. We nemen de gondelbaan naar boven. Wegens de mist is er niets te zien van de omgeving.

16.24 u – kilometerstand 41.225: we keren terug naar beneden.

16.57 u – 152 km – 11 graden: we zijn terug aan het hotel.

Avondmaal: -Voorgerecht

-Soep

-Cordon rouge (!) met frieten

-Perziken met ijs

Maandag 15 september 2008 – 10de dag

8.15 u: we gaan wat eten kopen om mee te nemen op wandeling.

10.00 u: vertrek naar de wandelparkeerplaats Rotes Kreuz. Deze parkeerplaats is gelegen op de weg naar Todtmoos. De wandeling is 8 km lang.

14.00 u: aankomst aan het hotel. Tot onze verbazing liggen er overal rond het hotel delen van een stelling. We besluiten enkele hotels aan te doen in Bernau voor het geval we nog eens willen terugkeren naar het Zwarte Woud. Rössle is niet open maar we kunnen wel iets drinken in het Hotel Bergblick en het Hotel Schwanen. In dit laatste hadden we oorspronkelijk gereserveerd maar omdat er plannen waren om in deze periode te beginnen bijbouwen hebben we afgezegd en uiteindelijk terechtgekomen in het hotel Bären. Wanneer we wat later aan het hotel aankomen is de stelling reeds opgetrokken rondom het hotel. Hier en daar worden er schalies vervangen van het dak en het halfdak voor ons balkon is zelfs helemaal ontdaan van de schaliën. Wanneer we later navragen wat er aan de hand is legt de oudste ober ons uit dat men daar eind mei een zware hagelstorm heeft gehad met hagelstenen ter grootte van een duivenei. Toen lag er overal een laag ijs van ca 20 cm. Sneeuwvoertuigen moesten toen de wegen vrij maken. Heel wat daken die bedekt zijn met schalie hebben schade geleden en de hagel was er de oorzaak van dat de daken niet meer waterdicht waren. Maar de meeste schade kwam voor bij de met houten daken bedekte huizen. Tachtig procent van het schaliedak van het hotel moet vervangen worden.

Avondmaal: -Meloen met hesp

-Italiaans gerecht (?)

-Rundsgebraad met gebakken aardappelen

-IJs met caramelsaus

Dinsdag 16 september 2008 – 11de dag

Na het ontbijt rijden we naar het centrum van Bernau op er enkele koeken te kopen bij een bakker. Na nog even het hotel te hebben aangedaan rijden we naar Bernau – Hof. Daar parkeren we de auto en beginnen aan een wandeling van 4 km. Het is 10.30 u. Na een vlak stuk loopt de rest grotendeels bergop. Op het einde loopt de weg nogal steil naar beneden. Om 13.15 u zijn we terug aan de auto en rijden we naar Todtmoos om er bij de ambachtelijke beenhouwerij een stuk Zwarte-Woudhesp te kopen. We betalen € 15 per kilo. In het terugkeren stoppen we nog aan het Schwarzwaldgasthof om er iets te drinken en de zaak eens te bekijken.

15.00 u: we zijn terug in het hotel en beginnen met onze koffers te pakken. Wat we niet meer nodig hebben brengen we reeds naar de auto. Eens deze karwei achter de rug gaan we beneden een koffie drinken en vraag ik de rekening. Ik bekijk die even en bemerk dat er geen 11 nachten in rekening werden gebracht maar 14 nachten. Ook de wijn wordt 13 keer aangerekend. Terwijl ik nog de rekening aan het nazien ben komt de oudste ober me reeds melden dat er een en ander niet klopt en dat hij de rekening zal heropmaken. Eens het “huiswerk” opnieuw gemaakt is klopt de rekening en moeten we maar 11 nachten en 10 keer wijn betalen. De paar koffies en een frisdrank die we in de loop van ons verblijf verbruikten worden zelfs helemaal weggelaten. We betalen met onze visakaart.

Avondmaal: -Aardappelcremesoep

-Gemengde salade

-Mixet grill met gebakken aardappelen

-Aphfelstroudel

Woensdag 17 september 2008 – 12de dag

06.00 u: opstaan

07.15 u: ontbijt. Zonder af te spreken proberen we wat vroeger te gaan ontbijten. Dit is geen probleem. Alles is aanwezig voor het ontbijtbuffet behalve de broodjes. Maar er is voldoende keuze van andere broodsoorten.

07.56 u – kilometerstand: 41.345: we vertrekken. Volgens de GPS is de afstand naar Gent 632 km en zonder stoppen zouden we daar aankomen om 14.07 u. Volgens de thermometer van de auto is het 2 graden. De ramen zijn echter wit gevroren en ook de weiden in de omgeving zijn bedekt met een wit rijmlaagje.

08.17 u – 15 km: Gschwend.

08.46 u – 46 km: Kappertunnel.

08.47 u – 47 km: Rijden door Freiburg.

09.13 u – 88 km: stilstand aan het rasthof Mahlberg tot 09.43 u. Enkele kilometer verder verlaten we de snelweg.

09.54 u – 104 km: rijdens door Ichtenheim.

10.08 u – 110 km: rijden over de grote brug over de Rijn. Hier is de stroom zeer breed. Het is meteen ook de grens tussen Duitsland en Frankrijk.

10.37 u – 130 km: rijden de ring op rond Strasburg.

10.35 u – 160 km: peage.

11.20 u – 238 km: passeren de peage en betalen € 7,5.

11.50 u – 290 km – 13 graden: zijn Metz voorbijgereden.

12.16 u – 335 km – rijden Groot Hertogdom Luxemburg binnen.

12.40 u tot 13.23 u – 364 km: stilstand te Capellen voor een middagmaal en een tankbeurt. 19,42 liter voor € 22.27 (€ 1,147/liter).

13.25 u – 368 km: passeren de grens met België.

13.42 u tot 14.10 u – 400 km: we staan in de file wegens wegenwerken.

15.55 u – 580 km: rijden de ring rond Brussel af en zijn nu op weg naar Gent.

16.18 u - 623 km: verlaten de snelweg te Gent aan de Adolphe Pegoudlaan.

16.29 u – 633 km: we zijn thuis – laatste tankbeurt: 15 liter voor € 18.

In totaal hebben we 2327 km afgelegd.

Het weer heeft zich van alle kanten laten zien zoals zomerse temperaturen (23 graden), regen tot zelfs vriestemperaturen.

De goed verzorgde wandelpaden en duidelijke aanduidingen nodigen uit voor een tweede bezoek.

18-09-2008 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
17-09-2008
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bernau - Zwarte Woud
Klik op de afbeelding om de link te volgen

17-09-2008 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
08-08-2008
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kusadasi Turkije 2008

KUSADASI

TURKIJE

22 JULI TOT 2 AUGUSTUS 2008

Wat vooraf ging

Twee weken voor ons vertrek naar Kusadasi ontploft er een bom in Istamboel. Daarbij worden 3 politieagenten en de drie daders gedood. Men denkt dat Al Quaida hier achter steekt.

Op maandag 21 juli bedraagt de temperatuur in België slechts 14 graden. Het is bewolkt en ongezellig weer.

Dinsdag 22 juli 2008 – 1ste dag

Gisterenavond zijn we vroeg gaan slapen, rond 17 u. Om 00.30 u staan we op na een relatief goede nachtrust. Om 1.54 u komt Kristof ons ophalen. Via de R4, een stukje E40 en terug de R4 rijden we naar Melle om William en Marijke op te halen. Bij onze aankomst aldaar staan beiden reeds klaar.

We komen aan op de luchthaven Brussel Nationaal om 2.30 u. Aan de balie Van Thomas Cook krijgen we een krant, Het Nieuwsblad. In afwachting van het inchecken gaan we nog iets drinken.

Wanneer we om 3.50 u naar de incheckbalie 7.13 en 7.14 gaan staat er reeds een behoorlijk lange rij te wachten. Eens we de valiezen afgegeven hebben begeven we ons naar de “gate”. Eerst passeren we de pascontrole en vervolgens de veiligheidscontrole. Bij mijn weten is het de eerste keer dat de metaaldetector bij mij niet in alarm gaat. Maar bijna alles wat ik bij mij heb zit in een bak die door een afzonderlijke scanner gaat, tot zelfs mijn broeksriem en videocamera toe. We vliegen met een toestel 737 van Pegasus. Het vertrek is voorzien om 6.05 u. Wanneer we mogen instappen meldt men ons dat het instappen met “gesloten deuren” zal gebeuren omdat het checken nog niet klaar is. We denken dat de “gesloten deur” slaat op de deur van de cockpit. Met wat vertraging komen we van de grond om 6.35 u. Het is bewolkt en dit blijft zo over het grootste deel van Europa waar over we vliegen. Al kort na het opstijgen krijgen we een sobere maaltijd opgediend bestaande uit een minisandwich, een vierkante pistolet, een botertje, een kaasje, een confituurtje en koffie, thee of een frisdrank naar keuze. De vlucht zal een goede drie uur duren, dit is circa 40 minuten korter dan naar Antalya. Ook zetten we onze klok een uur vooruit omdat Turkije in een andere tijdzone ligt. We landen om 10.35 u lokale tijd op de luchthaven van Izmir. Na het uitstappen passeren we de pascontrole en kopen we het gebruikelijke visum voor € 10 per persoon. Dit visum heeft niks te maken met controle op reizigers want we moeten zoals steeds onze eigen gegevens op het documentje invullen en dient er enkel toe de staatskas van Turkije te spijzen. Ook onze valiezen hebben we al vlug in ons bezit.

Aan de uitgang van de modern ogende luchthaven worden we opgewacht door een hostess van Thomas Cook. Die stuurt ons een voetgangersbrug over alwaar een andere hostess ons opwacht. Deze verwijst ons naar bus nr. 29 die wat verderop staat en die ons naar het hotel zal brengen. Eerst rijden we nog via een ander hotel om er reizigers te laten uitstappen. Deze trip duurt ongeveer 45 minuten en de tweede trip, naar ons hotel, duurt nog eens 45 minuten. De afstand tussen Izmir en Kusadasi is ongeveer 75 km en duurt normaal één uur. Door de omweg doen we er dus wat langer over. Het eerste deel van de tocht verloopt door een desolaat landschap. Het tweede deel van de trip laat een veel mooiere streek zien.

Het is 13 u wanneer we aankomen aan het Pine Bay Holiday – Ressort. Onze valiezen worden door een piccolo bijgehouden aan de ingang terwijl we naar de receptie gebracht worden om in te checken. Bij nazicht in de computer vindt men onze boeking niet maar wel die van een zekere Leo Maes, toevallig ook uit Gent. De bedienden maken er geen probleem van als ze onze hotelvoucher in handen krijgen. We vullen vervolgens de hotelfiche in en we krijgen twee kamers toegewezen (nrs. 3704 en 3706). Vervolgens gaan we bij de piccolo aan de ingang en die brengt onze valiezen naar de kamer. Wij nemen kamer 3704 voor onze rekening en Marijke en William de andere. De kamer is ruim en netjes en is voorzien van voldoende kasten en schuiven om er onze bagage in kwijt te kunnen. Op internet (www.zoover.nl) las ik dat sommigen een truckje gevonden hadden om de airco permanent te laten werken. Aan de sleutel hangt een kunststof blokje die men in een gleuf moet stoppen als men in de kamer komt. Hierdoor wordt de stroom ingeschakeld, zowel voor de verlichting als voor de airco. Bij het verlaten van de kamer neemt men dan het stel mee waardoor alles wat op elektriciteit werkt wordt uitgeschakeld, met uitzondering van de ijskast. Wanneer men het blokje van de sleutelhanger echter verwijderd kan men echter de sleutel meenemen en het blokje in de gleuf laten zitten waardoor de airco kan blijven werken. Wanneer men dan later de kamer binnenkomt is het er goed fris. De ijskast wordt dagelijks aangevuld met twee flesjes plat water van een halve liter en twee cola’s. Deze zijn inbegrepen in de all-in.

Op een bord aan de receptie staat aangegeven dat de temperatuur 38 graden is en het zeewater 27 graden. Vooraleer we de valiezen gaan uitladen gaan we eerst iets eten. Door onze all-in kunnen we zowat op alle momenten van de dag iets eten, met uitzondering van de periode tussen middernacht en 7 u ’s morgens. Het aanbod van het middagbuffet is overweldigend. De “straat” waar het eten langs weerszijden staat uitgestald is zeker 100 meter lang. Ik durf geen schatting doen hoeveel soorten gerechten hier voorhanden zijn. De ganse tijd dat we hier zijn eten we in open lucht. Het ressort telt niet minder dan 551 kamers in het hoofdgebouw en de bungalows. Dus staat het aantal tafels in verhouding met het aantal kamers. De bungalows liggen op een helling en voor diegenen die logeren in de bovenste bungalows is het een eindje klimmen om naar hun logement te geraken. Vandaar dat we een kamer genomen hebben in het hoofdgebouw. Ook hebben we een minder dure kamer genomen langs de achterzijde (dus zonder zeezicht) daar we meestal bijna de ganse dag niet in onze kamer zullen komen.

Het grootste probleem bij de maaltijd is te kiezen uit de talrijke gerechten.

Na het middagmaal gaan we de bagage uitladen en nemen we een verfrissende douche, gevolgd door een uurtje platte rust.

Bij de kamer van William en Marijke is er toch iets dat voor wat ongemak zorgt namelijk de badkamer. De douche heeft namelijk geen kuip en is in feite gemaakt voor rolstoelpatienten. Dit wil zeggen dat na een douche de ganse vloer van de bandkamer nat is en daardoor glibberig. Verschillende pogingen om via de receptie een trekker te krijgen om de badkamer droog te trekken draaien op niets uit. Er zit dan niets anders op dan de badhanddoeken als dweil te gebruiken.

Rond 17 u gaan we op verkenning om het ressort te leren kennen. Het Pine Bay-ressort neemt een ganse baai in van de zee. Over het ganse ressort zijn zo wat een 5-tal bars verspreid waar men iets te drinken kan krijgen tussen 10 u en 23 u. Voor de rest zijn er 5 zwembaden waarvan één overdekt is en een 5-tal glijbanen voor de kinderen en de jeugd. In het hoofdgebouw zijn er op het hoogste niveau (3de verdieping) een aantal winkeltjes waar men onder andere een “Het Laatste Nieuws” kan kopen. In het begin van ons verblijf was het de krant van de dag ervoor maar meer naar het einde toe kwam de krant pas om 12 u in het winkeltje toe maar was dan wel van diezelfde dag.

Langs de westelijke kant van het ressort zijn er ook nog een aantal winkeltjes. Buiten wat geld om een krant te kopen of wat prentkaarten hoeft men hier geen geld bij zich te hebben. Alles is inbegrepen in de all-in. In iedere kamer is er een safe met een cijfercode die men zelf kan instellen.

Om 19 u gaan we met ons gevieren eten. Iedere avond staat de keuken in het teken van één of ander land. Deze avond is het de beurt aan Italië.

Reeds om 21 u gaan we slapen.

Woensdag 23 juni 2008 – 2de dag

Dank zij de airco was het heerlijk fris in de kamer en genoten we van een goede nachtrust.

Op 7.30 u staan we op en na de gebruikelijke ochtendrituelen gaan we ontbijten. Als we aan het buffetterras aankomen zijn Marijke en William reeds aan het ontbijten. De zon is volop van de partij en nu al zoeken we de schaduw op op het buffetterras. Nogmaals stellen we vast dat de keuze van de gerechten, brood en gebak overweldigend is.

Na het ontbijt komt om 10.15 u de hostess van Thomas Cook langs om de gebruikelijke uitleg te geven over het hotel en de omgeving. Ook geeft ze een overzicht van de excursies die kunnen gemaakt worden. Terwijl we op de hostess aan het wachten zijn, in de buurt van de receptie, zijn we getuige van de klacht van een Vlaamse familie die blijkbaar onvoldoende bedden kregen in hun kamers om iedereen te slapen te leggen. Door tussenkomst van de hostess komt alles in orde. De familie reist met Neckerman maar de hostess vertegenwoordigd zowel Thomas Cook als Neckerman.

Toen we gisterenavond in onze kamer kwamen vonden we een brief onder onze deur geschoven waarop stond te lezen dat vandaag alles ruimtes (incluis de kamers) zullen gedesinfecteerd worden tegen ongedierte. Dit wordt blijkbaar regelmatig gedaan. Het product dat hiervoor wordt gebruikt is goedgekeurd door de wereldgezondheidsinstanties.

Wanneer men een goed plekje wil aan het zwembad moet men reeds rond acht uur ‘s morgens (sommige doen het nog vroeger) ligzetels reserveren door er een handdoek op te leggen. Na het stevig ontbijt hebben we in de loop van de dag wat minder trek in eten. We blijven voor de rest van de dag aan het zwembad. In de loop van de namiddag maken we samen ons programma op waar we in de loop van ons verblijf naartoe zullen gaan.

Rond 15 u gebruiken we een snack aan de Poolbar (elk een sandwich met kippenworst, wat friet, een glaasje cola en een glaasje wijn met daarna een koffie). We hebben het middagbuffet gewoonweg overgeslagen. William en Marijke verkennen in de loop van de namiddag de gymzaal. Tegen 17 u komt er een zuchtje wind opzetten die de grootste warmte verdrijft. Ondertussen tjilpen de krekels in het gras er maar op los en klinken soms boven de al luidruchtige muziek uit. Gisteren is ons het luidruchtig krekelconcert reeds opgevallen.

Om 17.30 u verlaten we ons stekje aan het zwembad om ons naar onze kamer te begeven. Iedere avond komt de hostess van Thomas Cook, van 18.30 u tot 19.30 u, met uitzondering van donderdag en zondag, langs in het hotel om eventuele problemen op te lossen en om excursies te boeken. Voor we aan het avondmaal beginnen reserveren we bij de hostess voor ons vieren een boottocht (ganse dag), voor Marijke en William een duikinitiatie en een jeepsafari. Wij bestellen een Turkse avond en voor mij alleen een halve dag bezoek aan de wereldberoemde archeologische site van Efese. Voor twee boottochten, twee keer Turkse avond en één keer Efese betalen we € 140.

Het avondeten staat vandaag in het teken van China. Tijdens de maaltijd vloeit de wijn rijkelijk. Met het eten doen we het wat voorzichtiger aan wat niet eenvoudig is met de overvloed aan voedsel die hier voorgeschoteld wordt.

Na het avondeten maken we een kleine wandeling naar het amfitheater alwaar er ’s namiddags en ’s avonds spelletjes en shows voor de kinderen en volwassenen opgevoerd worden. De show begint pas om 22 u. Marijke en William blijven kijken. Wij daarentegen zakken af naar het stemmige terras van de Pianobar. Om 22.30 u begint hier het dagelijkse optreden van gitarist/zanger Mr. Alp. Ondertussen kan men lustig de verschillende cocktails proeven. Men vraagt ons om aan een kleine enquête over de Pianobar en het hotel mee te werken. Wij doen wat ons gevraagd wordt alhoewel we hier nog maar pas de tweede dag zijn en we dus nog niet goed op de hoogte zijn van het reilen en zeilen. Ik laat de cocktails voor wat ze zijn (en voor Lea) en hou me bij de nationale drank van Turkije: de raki.

Rond 23 u gaan we slapen. Het is fris in de kamer door de airco. Om goed te kunnen slapen gebruik ik oordopjes tegen het zachte gezoem van de airco.

Donderdag 24 juli 2008 – 3de dag

Opstaan om 07.30 u en ontbijten om 8 u. Zoals de meeste dagen van ons verblijf hier neem ik twee ligstoelen in beslag aan het zwembad. Na het ontbijt verblijven we het grootste deel van de dag aan het zwembad.

Om 10 u gaan we naar de receptie van het ressort om een Mexicaans diner a-la-carte te bestellen voor maandagavond. Dit is inbegrepen in de all-in. Het a-la-carte restaurant voor o.a. Mexicaanse diners is gelegen aan de westzijde van de baai.

In het winkeltje van het ressort koop ik een krant: Het Laatste Nieuws. Dit is de enige Vlaamse krant die hier te krijgen is. Ook vorig jaar, tijdens ons verblijf in Kas (Turkije), vonden we een winkeltje waar Het Laatste Nieuws te krijgen was. In het begin van ons verblijf konden we de krant kopen van de dag ervoor maar op het einde van ons verblijf kwam de krant pas toe rond de middag maar het was er dan een van de dag zelf.

We waren tevens van plan om een Italiaans a-la-carte diner te bestellen voor deze avond maar dit blijkt al vol geboekt te zijn. Pas vanaf overmorgen kan ik reserveren voor de volgende week. Het Italiaans a-la-carte restaurant is gelegen langs de oostzijde van de baai.

Omstreeks 13 u gaan we iets eten in het buffetrestaurant. Plots komt er wat meer wind opzetten, ik schat windkracht 4, en ziet het personeel zich verplicht de uitklapbare luifels te sluiten wegens gevaar op beschadiging. Door de nochtans warme wind daalt de gevoelstemperatuur met enkele graden waardoor de warmte veel dragelijker wordt. Het is dan 33 graden. Door de wind verdwijnt de lichte mist die normaal voor een serre-effect zorgt. Pas nu zien we voor het eerst sinds onze aankomst dat er langs de overzijde van de baai een langgerekt gebergte ligt.

Na het avondmaal trekken we nog een uurtje naar de Pianobar om dan uiteindelijk om 23 u te gaan slapen.

Vrijdag 25 juli 2008 – 4de dag

7 u: opstaan.

8 u: ontbijten.

Na het ontbijt doen we even de kamer aan om de videocamera en het fototoestel op te halen. We wandelen naar de “marina”, het haventje van Pine Bay. Men kan hier diverse watersporten beoefenen zoals een rit op de “banana”, waterfietsen, surfen (enkel voor personen met een brevet), ski-jet (hiervoor moet je € 45 voor 15 minuten betalen) en parasailing (hangend aan een parachute voortgetrokken door een boot).

Aan het haventje ontmoeten we een vrouw met haar dochter die woonachtig zijn in Lebbeke en oorspronkelijk afkomstig zijn uit Gent. Aan de Marinabar drinken we een (gratis) koffie en genieten wat van de rust en de stilte. Heel wat rustiger dan de drukte aan het zwembad.

In het winkeltje kopen we een krant en enkele pakjes koekjes.

Op een infobord, aan de receptie, staat vermeld dat het vandaag 32 graden wordt, het zeewater 27 graden is en de temperatuur van het water in het zwembad 30 graden. Wegens de relatief lage luchtvochtigheid kunnen de hoge temperaturen met gemak verdragen worden. Voorwaarde is wel dat men zoveel als mogelijk in de schaduw blijft. Bovendien is de UV-index hier behoorlijk hoog doordat we ons hier veel dichter bij de evenaar bevinden en de zon hoger staat dan dat we in België gewoon zijn. Regelmatig insmeren met een goed zonnewerend product is dan ook de boodschap.

Terwijl wij de rest van de dag aan het zwembad doorbrengen zijn Marijke en William de ganse dag gaan duiken in verband met een initiatie duiken.

In de krant lezen we dat er dinsdagmorgen een eettent is uitgebrand op de Gentse Feesten.

Van 16 u tot 17 u zijn er (gratis) ijsjes verkrijgbaar en van 17 u tot 18 u oliebollen en andere koekjes. We gaan eens proeven van de zeer lekkere oliebollen. Alle eten wordt hier klaargemaakt met olijfolie van zeer goede kwaliteit, iets wat we vooral bemerken bij het toiletbezoek.

Om kwart voor zes gaan we naar de kamer om ons klaar te maken voor de Turkse avond. Het avondeten laten we achterwege. Om 19.05 u komt een autobus ons ophalen aan de hoofdpoort van Pine Bay. Vanaf de ingang/receptie is het zowat een 3-tal minuten stappen naar de hoofdpoort. Hier laten de meeste autobussen de deelnemers aan excursies instappen. Ook stopt hier om de 3 minuten een dolmus die je in een twintigtal minuten in het hartje van Kusadasi brengt. Kostprijs voor een rit met de dolmus: € 1,50 of 3 Yeni (Nieuwe)Turkse Lira per persoon.

Stipt op tijd komt de bus ons ophalen en brengt ons naar het centrum van Kusadasi. De Turkse avond gaat door op het binnenplein van een prachtig gerestaureerde karavanserai dat vroeger gebruikt werd als onderkomen voor de nacht van de karavanen. Het Turkse “serai” wil zeggen “herberg” of “afspanning”. Nu is het een luxehotel. Het is niet ver gelegen van de haven. Het spektakel gaat door onder de blote hemel. Maar best ook want de temperatuur bedraagt nog 29 a 30 graden net na zonsondergang.

Zoals steeds wordt de binnenplaats spaarzaam verlicht en op de tafels staan kaarsjes te branden. Dit alles roept een bijzondere feeërieke sfeer op. Voor het eerst krijgen we tijdens deze reis een echt “Turkijegevoel”. Buiten de steeds aanwezige zon en de warmte kan het Pine Bay Holiday ressort, waar we verblijven, zowat overal ter wereld gelegen zijn. In het ressort missen we wel de typische Turkse sfeer die we wel proefden tijdens onze reizen naar Antalya en Kas.

De Turkse avond is een beetje een mengelmoes van diverse genres en start om 21u. Eerst is er het optreden van een violiste die het bij populaire klassiek houdt. Daarna treden verschillende groepen op die, in klederdracht, Turkse dansen opvoeren. De dranken zoals frisdranken, bier en wijn zijn in de prijs van de avond inbegrepen en naar hartenlust te gebruiken. Indien men wenst kan men ook een maaltijd gebruiken maar wegens de overvloed aan eten in het hotel hebben we dit nagelaten. Ik ben wel verwonderd wanneer de violiste plots een “sirtaki’s” (Griekse dans) ten beste geeft. Historisch zijn de Turken en Grieken geen al te beste vrienden van elkaar. Is dit het teken dat de scherpe kantjes stilaan verdwijnen in de relatie van beide volkeren?

Na de volksdansen krijgen we de gebruikelijke portie buikdansen voorgeschoteld, iets dat altijd in de smaak valt van het grote publiek. Tussendoor doen de koks een wandelingetje tussen de tafels met de in vlammen staande ijskreem. Ook degenen die niet betaald hebben voor de maaltijd krijgen een stuk van de ijstaart.

De avond wordt afgesloten met een zangduo die een aantal liederen brengen uit het internationaal repertoire, kwestie van iedereen content te stellen.

Om 23.30 u is het spektakel afgelopen. Aan de uitgang vinden we de begeleider van Thomas Cook terug die ons de plaats aanwijst waar we onze bus kunnen vinden. In de buurt van de karavanserai is het een drukte van jewelste. Grote en kleine bussen en taxi’s komen hun gasten ophalen om hen naar hun hotel te brengen.

Een half uur na middernacht zijn we terug in het hotel en gaan we slapen.

Deze avond zijn Marijke en William naar het amfitheater geweest en hebben er meegedaan aan het bingospel.

Zaterdag 26 juli 2008 – 5de dag

07.30 u: opstaan. Ik ga de handdoeken leggen en een krant kopen in het winkeltje.

08.30 u: we gaan ontbijten.

De rest van de dag brengen we door aan het zwembad. Om 13 u gaan we iets eten in het buffetrestaurant en gaan daarna naar de kamer om wat uit te rusten in de frisse kamer. Buiten is het 33 graden.

17.45 u: we vertrekken met ons vieren naar Kusadasi. Aan de hoofdpoort nemen we een dolmus en betalen hiervoor 4 x € 1,5 of 4 x 3 Yeni Turkse Lira. We stappen uit in het centrum van Kusadasi in een van de vele winkelstraten waarvan er heel wat verkeervrij zijn. Na wat winkelstraatjes te hebben afgelopen gaan we iets drinken. Op dat moment begeeft de rits van mijn broek het. Met mijn T-shirt over mijn broek gaan we op zoek naar een winkel waar men korte broeken verkoopt. We moeten niet ver lopen of we vinden er een. De koop is al gouw gesloten en met de kapotte broek in een plastiek zak zetten we ons bezoek aan de stad verder. Als we zowat alle winkelstraatjes afgedweild hebben is het tijd om iets te gaan eten. Aan een van de restaurants worden we aangeklampt door een “klantenlokker”. Het aanbod dat hij doet is aanlokkelijk. We moeten slechts de geafficheerde prijs van het hoofdgerecht betalen en krijgen 4 koude dranken, 4 warme dranken en als voorgerecht brood met een pikante saus er bovenop. Wanneer we na de maaltijd het restaurant verlaten is de duisternis reeds ingevallen en genieten we met volle teugen van de sfeer in de feeërieke straatjes. De drukte moet we op de koop toe nemen. Om kwart na tien vinden we dat het tijd is om terug te keren naar het hotel. De dolmussen rijden trouwens maar tot middernacht. Na even zoeken en een keer navragen vinden we de halte van de dolmus, aangeduid met een bord met een grote D op. Lang moeten we niet wachten want iedere 3 a 5 minuten komt er een busje langs. Van een goed openbaar vervoer gesproken!

Omstreeks 23 u zijn we terug in het hotel, gaan nog vlug iets drinken in de Pianobar en kruipen dan onder de wol. Eigenlijk is het een laken want voor een deken is het te warm.

Zondag 27 juli 2008 – 6de dag

Voor vandaag hebben we een boottocht gepland. De reservatie ging via de hostess van Thomas Cook. We worden om 8.10 u opgehaald door een busje aan de ingang van het hotel ter hoogte van de receptie. Vanaf 7 u kan men ontbijten maar ik waag het er reeds op om 6.50 u. Geen probleem als je niet alles van het overvloedig buffet wil hebben. De meeste ingrediënten van het ontbijt zijn reeds voorhanden zoals 7 a 8 soorten brood, koffie, koffiekoeken (ca tien soorten) en nog zoveel andere dingen. Na het ontbijt gaan we even naar de kamer en gaan dan wachten aan de receptie op het busje. Met 15 minuten vertraging komt dit opdagen. Onderweg doen we nog wat andere hotels aan om deelnemers aan de excursie in te laten stappen. De boot ligt aangemeerd in de haven van Kusadasi aan de verbindingsweg van het vaste land en het zogenaamde Vogel- of Duiveneiland. “Kus” betekent “vogel” en “ada” betekent “eiland, vandaar de naam Kusadasi. De boot is een ietwat moderne versie van de traditionele Turkse boten. Beneden zijn er voldoende zitbanken voor de passagiers en op het dak liggen er matrassen voor de zonnebaders. De temperatuur is uitstekend, op het warmste moment 29 graden. Via de kust van Kusadasi varen we voorbij de baai van ons hotel om na anderhalf uur aan te leggen in een baai. Hier krijgen we een eerste gelegenheid om te zwemmen in de zee. Marijke, William en ik wagen het er op, alhoewel wagen is een groot woord want het water is vrij warm. Een half uur later laat de schipper de hoorn weerklinken als sein dat we gaan verder varen. Om 11.30 u leggen we aan in een andere baai voor een tweede zwempartij in zee. Ondertussen wordt beneden in de boot het middagmaal klaar gemaakt. Dit is inbegrepen in de prijs van de boottocht. Rond half één roept de schipper dat de gasten moeten plaatsnemen aan de tafels en iedere tafel op zijn beurt mag aanschuiven om het eten op te halen. Het menu bestaat uit koude groenten met een zeer smakelijke zure saus, een stuk kippenvlees, een kleine hamburger, couscous en spagettikrulletjes. Het drinken is gans de dag gratis behalve de koffie en de ijskreem, chips en verpakte versnaperingen. Omstreeks 14 u varen we verder naar een derde baai voor de laatste zwembeurt. Het is 15 uur als we de terugweg aanvangen. Om 16 u leggen we aan en brengt een busje ons terug naar het hotel.

Om 19 u gaan we avondmalen en om 22 u slapen.

Maandag 28 juli 2008 – 7de dag

7.15 u opstaan. We brengen de ganse dag door aan het zwembad. De temperatuur is 31 graden vandaag. Om 17.30 u gaan we naar de kamer waarna we met ons vieren om 19.15 u vertrekken naar het a-la-carte-restaurant op de westkant van de baai voor het Mexicaans diner. De ober meldt ons dat we in feite niet moeten kiezen uit de menukaart want we krijgen toch alles voorgeschoteld wat op de kaart staat. Het enige waarin we een keuze moeten maken is kip- of rundsvlees. Ook hier is alles gratis vanwege de all-in. Het eten smaakt opperbest en is wel goed gekruid. Met zicht op de baai en in de verte op de lichtjes van Kusadasi en een zachte warme wind, is het een heerlijke avond. Wanneer om half negen de duisternis valt genieten we van een zomeravondse sfeer. Het is rond 22 uur wanneer we terugkeren naar het hoofdgebouw. Lea en ik gaan nog iets drinken op het terras van de Pianobar. Marijke en William gaan naar hun kamer. Wij doen het licht uit om 23 u.

Dinsdag 29 juli 2008 – 8ste dag.

7.15 u: opstaan.

8 u: ontbijten, handdoeken leggen en de krant kopen. We brengen de ganse dag door aan het zwembad. De temperatuur is 32 a 33 graden. Op het warmste van de dag gaan we wat uitrusten op de kamer. Na het avondeten gaan we nog even naar de Pianobar om daarna om 21.15 u te gaan slapen. ’s Avonds gaan Marijke en William naar Kusadasi en komen terug om 22 u.

Woensdag 30 juni 2008 – 9ste dag

De temperatuur wordt vandaag 33 graden.

06.30 u: ik sta op en ga de handdoeken leggen op ons vertrouwde plaatsje. Daarna ga ik ontbijten. Marijke en William komen bij mij zitten en zijn blijkbaar al klaar om na het ontbijt te vertrekken naar de markt in Kusadasi. Lea gaat meegaan met hen. Wanneer ik klaar ben ga ik naar de kamer maar daar is Lea nog aan het slapen. Ik maak haar wakker en binnen de kortste tijd is ze bij William en Marijke.

Ikzelf blijf nog even op de kamer en rond 8.30 u vertrek ik naar de hoofdpoort van het ressort. Om 8.30 u komt een busje mij daar ophalen om een bezoek te brengen aan de waarschijnlijk grootste archeologische site ter wereld, namelijk Efese. Terwijl ik sta te wachten komen er nog andere bussen voorbij die richting Efese rijden. Stipt op tijd komt mijn bus voorrijden. Een tiental personen die hier in Pine Bay verblijven gaan eveneens mee. Na nog wat andere hotels te hebben aangedaan komen we aan in Efese. De site is op amper 15 km gelegen van de stad Kusadasi. De Nederlandstalige gids geeft tijdens de busrit een korte inleiding van wat er zoal te zien is. Hij verwacht dat het zeer druk zal worden op de site daar er vandaag twee cruiseschepen liggen aangemeerd te Kusadasi met respectievelijk 6000 en 4000 personen aan boord. De meesten zullen ook vandaag Efese bezoeken. Reeds vanaf de toegangspoort is het merkbaar dat het heel druk zal worden. De gids heeft een soort van uitschuifbare transistorantenne bij zich waaraan een rond lint hangt. Dit omdat de leden van zijn groep hem niet zouden kwijt geraken in de mensenzee. In de bus kregen we reeds van de gids de toegangskaarten die in een toestel moeten gestopt worden om het poortje te openen. Reeds na een kwartier ben ik de groep en de gids kwijt. Ik besluit dan maar alleen het parcours af te leggen. Ik weet dat onze bus zich op de parking aan de uitgang bevind, van het reisagentschap “Dianatours” is en het volgnummer 27 draagt. Het is behoorlijk warm en af en toe ga ik schuilen in de schaduw van de zuilen en andere archeologische bouwwerken. De nochtans brede hoofdstraat die naar de beroemde bibliotheek loopt is gevuld met bezoekers. Dit is zeker niet het geschikte moment om Efese te bezoeken wegens de grote belangstelling en de hoge temperatuur. Ik maak mij geen zorgen hoe ik terug in het hotel geraak. Als ik de bus niet terugvind dan neem ik wel een taxi in het slechtste geval. Na de voornaamste plaatsen en monumenten bekeken, gefotografeerd en gefilmd te hebben begeeft ik mij naar de uitgang. De parking staat bomvol met naar mijn schatting een 70-tal bussen en een 15-tal taxi’s. Op de parking zoek ik de bus die ik moet hebben en vind er één van Dianatours met een ander nummer. De bestuurder van deze bus wijst mij de plaats aan waar bus nr. 27 staat. In de bus zit de chauffeur geduldig te wachten op de groep en vraag mij wat er gebeurd is. Met een paar woorden Engels die de man verstaat en wat gebarentaal leg ik hem uit dat ik de groep verloren ben. Eerst keer ik nog even terug naar de uitgang om er een flesje water te kopen (€ 1 voor een flesje van een halve liter). Mijn schoenen zijn tijdens het bezoek goed bestoft geraakt en ik laat een schoenpoetser ze poetsen. Ik ga akkoord met de prijs van € 2. Eens de schoenen zijn ingesmeerd met zwart schoenvet en wat boenwas verwacht ik dat de man zijn werk zal afmaken door het borstelen. Hij laat me verstaan dat het voor deze dienst nog één euro meer kost. Ik maak hem duidelijk dat we zo niet zijn overeen gekomen. Steeds is hij maar bezig dat hij “baba” (papa) is waarmee hij wil zeggen dat hij kindjes heeft om hun monden te vullen. Als hij dan toch de schoenen heeft opgeblonken geef ik hem een halve euro extra waarbij het dan moet blijven. Op geringe afstand zit een jonge Turk het schouwspel geamuseerd gade te slaan omdat ik mij aan de afspraak houd. Ik keer dan terug naar de bus en de buschauffeur laat me in de van airco voorziene bus plaatsnemen. Hij biedt me tijdens het wachten tevens een gratis kopje koffie aan. Rond 12 u komt de groep aan bij de bus en keren we terug naar het hotel.

Vooraf wordt er nog een half uurtje gestopt aan een porseleinwinkel, kwestie van de middenstand ook wat te gunnen. Er wordt een korte demonstratie gegeven van pottenbakken en daarna een bezoek gebracht aan we winkel met allerlei prachtige porseleinen voorwerpen. Of dit veel opbrengt betwijfel ik want ik heb slechts weinig toeristen iets zien kopen.

Efese

‘Toen zij dit hoorden, riepen zij in heftige opwinding: Groot is de Artemis der

Epheziërs! En de stad werd één en al verwarring en zij stormden als één man

naar het theater en zij sleurden Gaius en Aristarchus, Macedoniosche

reisgenoten van Paulus, mede. En toen Paulus zich onder het volk wilde

begeven, lieten de discipelen hem dit niet toe; zelfs zonder enigen van de

oversten van Asia, die hem welgezind waren, hem de waarschuwing zich niet in

het theater te wagen.’ (Handelingen 19:28-31)

Toen de apostel Paulus op zijn tweede zendingsreis in de toen zeer belangrijke stad Ephesos aankwam, trof hij daar een bloeiend bedrijf van zilversmeden die zich hadden gespecialiseerd in de productie van beeldjes van de godin Artemis. Uit angst voor het verdwijnen van de cultus rond deze alom vereerde godin (en het daarmee samenhangende verlies aan inkomsten) riep de smid Demetrius de bewoners van de stad op zich te verzetten tegen de monotheïstische ideeën van Paulus. De handwerkslieden raakten daarop in verwarring en gezamelijk trokken zij op naar het theater. De fanatieke massa werd daar uiteindelijk tot rust gebracht door de secretaris van de stad, die de klachten van Demetrius verwees naar het parlement en de rechter; zij zouden een eerlijk oordeel kunnen vellen. Paulus kon met een gerust hart de stad weer verlaten.

Ephesos (in bijbelvertalingen meestal Efese of Efeze genoemd) is al eeuwenlang niet meer bewoond, maar de beeldjes van Aretemis worden er nog steeds verkocht. Het theater en de schitterend bewaard gebleven resten van de stad trekken nog steeds duizenden bezoekers. De ruïnes zijn volledig terecht uitgegroeid tot één van de grote toeristische attracties van Turkije. In de jaren 70 kon u hier nog herders tegenkomen met hun schapen, maar tegenwoordig wordt het terrein gedomineerd door reisleiders met hun kuddes toeristen. Probeer een rustig moment van de dag uit te zoeken (bijvoorbeeld ’s ochtends vroeg); tijdens de spitsuren zijn er net zo veel mensen op de been als bij het bezoek van Paulus!

De ruïnes van Efes, zoals de plaats in het Turks heet, liggen zo’n 75 km ten zuiden van Ismir, niet ver verwijderd van de Egeîsche kust. Het ongeveer 5 km van Ephese gelegen Selcuk (zie daar) is de huidige woonkern van het gebied. Deze verblijfplaats, die vanuit Izmir en Kusadaci simpel te bereiken is met het openbaar vervoer, heeft zelf ook een rijke geschiedenis. In de stad is bovendien een museum dat is gewijd aan de opgravingen van Efese. De meeste bezoekers van de ruïnes geven er de voorkeur aan een camping of hotel te vinden in de buurt van het strand. Bij Kusadaci (op een afstand van 19 km) zijn de meeste voorzieningen, maar het dichter bij Efese gelegen Pamucak (5 km) heeft een aantrekkelijker (zand)strand. In de plaats zijn enkele hotels en restaurants. In Kusadaci worden dagtochten aangeboden naar de ruïnes; Vaak combineren die excursies een rondgang door Efese met een bezoek aan de resten van Priëne, Milete en Didyma.

Al vele eeuwen voor de bezoeken van Paulus was Efese een belangrijke havenstad. Ongeveer 1000 jaar v. Chr. vestigden zich in dit gebied Ionische Grieken, die direct na binnenkomst een heiligdom van Cybele, de Anatolische moedergodin, verbouwden tot een tempel voor Artemis Ephesia, hun eigen vruchtbaarheidsgodin. Door de uitstekende ligging kwam hun heilige plaats al snel tot grote bloei en reeds in de 6de eeuw was het één van de belangrijkste steden aan de Egeïsche kust. De weg reikte in die tijd tot aan de huidige burchtheuvel van Selcuk en bij de stad lagen de mondingen van twee rivieren, die reikten tot ver voorbij Tire (35 km ten oosten van Selcuk): de Kleine Meander en de Kayster. Deze rivieren voerden grote hoeveelheden zand aan Die sedimenten zouden in de komende eeuwen vaak voor grote problemen zorgen. In 560 v. Chr. moest Efese door de Ludische vorst Croesus (zie Dardes) enige kilometers naar het oosten worden verlegd, waar zich een diepere haven bevond. Toen de Perzen de stad enkele decennia later hadden veroverd, kreeg zij op die nieuwe plek betekenis, vooral toen in 494 v. Chr. het naburige Milete werd verwoest. Lysimachos, de veldheer van Alexander de Grote die het gebied in de 4de eeuw v. Chr. in handen kreeg, was genoodzaakt de stad te verhuizen naar de plaats waar u de fraaie ruïnes aantreft. Op basis van de architectonische ideeën van Hippodamos (zie Milete en Priëne) liet hij een regelmatig stratenpatroon aanleggen met enkele brede boulevards. De inwoners van Kolophon en Lebedos dwong hij zich in de nieuwe huizen te vestigen. De haven was door een kanaaltje verbonden met de zee en werd regelmatig uitgebaggerd.

Dichtslibben.

Uiteindelijk zou de ondergang van de stad worden veroorzaakt door het dichtslibben van de haven. Efese ligt nu ruim 5 km van de zee. Maar voordat het zo ver was maakte de stad nog een grote bloeitijd mee. De eerste jaren van de Romeinse aanwezigheid in het gebied zorgden (door de tegen de Romeinen gerichte houding van de bevolking) voor een kleine achteruitgang na de bouwnijvere hellenistische tijd, maar nadat Efese in 29 v. Chr. de hoofdstad was geworden van de Romeinse provincie Asia beleefde de stad een gouden tijd. Vrijwel alle gebouwen die u er aantreft, verrezen in deze periode van vrijhandel. Niet alleen de handel bracht grote sommen geld in het laatje, ook de verering van Artemis bracht enorme rijkdom. De edelsmeden verdienden veel geld een de productie van zilveren Artemisbeeldjes. Toen Paulus in 54 zijn bezoek bracht, was Efese één van de belangrijkste metropolen van Klein-Azië. De hoofdstraten werden in deze bloeitijd zeer breed aangelegd; grote marmeren platen bedekten de ingenieuze onderaardse afwateringskanalen. De boulevards waren breed genoeg voor de enorme wagens die werden gebruikt bij het transport van de bouwmaterialen. Langs de straten werden grote zuilengalerijen gebouwd met winkels en andere gebouwen. Niet lang na het bezoek van Paulus ging de bevolking over tot het christendom en al heel vroeg was Efese de zetel van de bisschop. Volgens de overlevering zou Maria na de dood van Christus in een huis ten zuiden van de stad hebben gewoond, waar zij in alle rust haar levensavond zou hebben doorgebracht. Tot ver in de Romeinse tijd zou de stad een belangrijke positie behouden (vooral op, theologisch gebied) en in de jaren 431 en 449 werden er grote concilies gehouden. Economisch gezien nam het belang na de definitieve verzanding van de haven steeds verder af. Een woelige tijd begon in de 7de eeuw toen de Arabieren binnenvielen. De woonkern werd verplaatst naar de beter verdedigbare heuvel in het huidige Selcuk, waar rondom de grafkerk van de apostel Johannes een burcht werd gebouwd.

Om 12.45 u ben ik terug in het hotel en vindt Lea aan het zwembad. Blijkt dat de wekelijkse textielmarkt in Kusadasi was afgeschaft wegens een samenkomst of demonstratie van de Democratische Socialistische Partij. Uit vrees voor aanslagen wordt de markt naar morgen verschoven.

De rest van de dag brengen we door aan het zwembad. Om 19.30 u gaan we Italiaans eten in het oostelijk a-la-carte-restaurant van Pine Bay.

Om 21.15 u brengen we nog eens een bezoek aan de Pianobar waarna we om 22 u gaan slapen.

Donderdag 31 juli 2008 – 10de dag

7.15 u: opstaan en het gebruikelijke ritueel – handdoeken leggen – de krant halen die er nog niet is en maar pas om 12 u komt – om 8.30 u ontbijten – vanaf 10 u brengen we de dag door aan het zwembad.

Vandaag wordt het 33 graden. De gevoelstemperatuur hangt af van het feit of er al dan geen wind is, soms heel even maar.

Marijke en William zijn vandaag op jeepsafari. We zien ze vertrekken wanneer wij aan het ontbijten zijn.

Op het warmste deel van de dag gaat Lea naar de kamer waar het frisser is door de airco. We blijven aan het zwembad tot rond 17.15 u. Wanneer we even kloppen op de kamer van William en Marijke dan blijkt dat ze reeds terug zijn en een toffe dag meegemaakt hebben. Hun wedervaren vertellen ze ons tijdens het avondmaal. De jeeps waren nogal aan de gebrekkige kant, de deuren vlogen af en toe open, enz. Regelmatig werden ze door de boeren bespoten met water, een plezante gebeurtenis bij deze temperaturen. Eén van de inzittenden moest de jeep besturen. Alle jeeps moesten het eerste voertuig steeds volgen. Wel moesten de deelnemers de temperatuur van de radiator goed in het oog houden.

Na het avondmaal gaan we met ons gevieren naar de Pianobar om iets te drinken. Om 22 u gaan we slapen. In de loop van de nacht heeft Lea last van wat diarree, zonder veel erg. Meer last hebben we van de beten van muggen en ander ongedierte die meestal komen opdagen in de late namiddag. We hebben wel een bus mee tegen ongedierte maar beginnen die nu pas deze te gebruiken.

Vrijdag 1 augustus 2008 – 11de dag

7.40 u: opstaan. Alle ongemakken zijn nagenoeg verdwenen. Men voorspelt voor vandaag een temperatuur van 36 graden. We blijven de ganse dag aan het zwembad vertoeven. Vandaag is het onze laatste dag dat we hier zijn. Morgen vertrekken we naar huis.

In de loop van de namiddag gaan Marijke en William hun bestelde paardekop in keramiek ophalen in het pottenbakkerswinkeltje aan de westkant van het ressort.

Na het avondeten nemen we met ons vieren de dolmus van Kusadasistad. We slenteren er door de smalle straatjes. William koopt zich een trui en ik een nieuwe geldbeugel (een zonder metalen beugels om het alarm op de luchthaven niet af te laten gaan). In een typisch Turks restaurant gaan we iets drinken waarna het tijd is om terug te keren. Zonder moeite vinden we de halte van de dolmus terug. En lang hoeven we niet te wachten vooraleer zo’n busje komt voorrijden. Onderweg vraagt de chauffeur of er iemand 10 of 20 euro in pasmunt kan omwisselen in papieren euro’s. In Turkije is het net als hier, vreemde muntstukken kan men er niet uitwisselen in een bank. En aangezien de meeste toeristen drinkgeld geven in vorm van muntstukken is het voor deze mensen soms een probleem biljetten in handen te krijgen. Wij kijken onze zakken na en kunnen nog € 10 wisselen. Zoals gebruikelijk vraagt de man ons van waar we zijn. Hij zegt België goed te kennen en zoals in een les aardrijkskunde rammelt hij een hele reeks namen van Belgische steden en gemeenten af. Eén van zijn kinderen zou in ons land gestudeerd hebben. Aan de hoofdpoort van Pine Bay nemen we afscheid van hem.

Om 22.30 u gaan we slapen.

Zaterdag 2 augustus – 12de dag

7u: opstaan. We gaan eerst ontbijten. Vervolgens keren we terug naar de kamer om de valiezen te vullen. We kunnen het rustig aandoen daar we pas om 16.20 u aan het hotel worden opgehaald en de vlucht om 20 u vertrekt. We moeten pas de kamer verlaten even voor 12 u. We hebben besloten er zo lang mogelijk te blijven omdat het hier fris is en er buiten temperaturen worden verwacht van 34 graden (tegen 22 a 23 graden in Brussel). Om 10.30 u nemen we een laatste douche. Daarna bellen we naar de receptie om onze valiezen op te halen. Nog geen twee minuten later staat de piccolo aan onze kamerdeur. Ik volg de man bij het wegbrengen van de koffers om te zien waar hij ze achterlaat. Ter hoogte van de receptie is er een ruimte die gebruikt wordt om valiezen van vertrekkers in onder te brengen in afwachting van hun afreis. Bij de receptie rekenen we af. We moeten slechts nog een klein bedrag betalen (2 x vers geperst appelsiensap: 2 x 5 YTL). Ook geven we de kaarten terug die we moesten hebben om de handdoeken op te halen die gebruikt werden aan het zwembad. Om 11.30 u verlaten we de kamer. Gisteren heb ik uitgekeken naar een fris plaatsje om er de namiddag door te brengen zonder evenwel veel transpiratievocht te verliezen. Ik vond dit in de buurt van de receptie onder de uitlaten van de airco.

12.30 u: we gebruiken een laatste maaltijd in het buffetrestaurant.

16.20 u: stipt op tijd worden we door de autobus opgehaald aan de ingang van het hotel. We rijden rechtstreeks naar de luchthaven van Izmir. De rit duurt dit keer maar 1 u. In de luchthaven verlopen de administratieve geplogenheden zonder problemen. Reeds van bij het binnenkomen van de luchthaven moet iedereen de veiligheidcontrole door (zowel passagiers als reizigers). Daarna volgt het inchecken en de pascontrole. Ten slotte volgt er aan de gate (gate 31) nog een tweede veiligheidscontrole. Tussendoor hebben we nog even tijd om iets te drinken en een kijkje te nemen in het luchthavengebouw.

Het vliegtuig waarmee we naar Brussel vliegen komt met wat vertraging vanuit Brussel aan op 19.30 u. Wanneer we instappen in het vliegtuig wijst een thermometer nog 30 graden aan. Met 40 minuten vertraging stijgen we om 20.40 u op voor een vlucht van 3 uur en 5 minuten. Op dat moment valt reeds de demering in. Op een hoogte van 10.000 voet en een snelheid van 820 km/u vliegen we naar huis. Onderweg krijgen we de gebruikelijke catering. De landing is voorzien om 22.50 u. In Brussel is het amper 17 graden.

Spectaculair is dat tijdens het landingsmanoeuvre het toestel in een luchtzak terecht komt. Met heel wat gegil als gevolg. Ik hoor ergens in onze buurt iemand hevig hyperventileren. Na enig zoekwerk blijkt het een meisje te zijn op de rij net voor ons. We stoppen haar een kotszakje toe om voor haar mond te houden en daarin in en uit te ademen. Wanneer ze al een stuk rustiger geworden is komt er een hostess aan die met een blokje ijs in de hals van het meisje wrijft. Een methode waaraan ik betwijfel of dit de juiste is.

Nadat we onze valiezen terug hebben, de pascontrole en de douane gepasseerd zijn, vinden we Godelieve aan de uitgang. Zij zal ons met de auto terug naar huis brengen. Eerst nog de auto ophalen op de parking en dan Marijke en William in Melle afzetten.

Om 00.30 u zijn we op de Leiekaai en bemerken dat tijdens onze afwezigheid twee oude huizen in onze buurt gesloopt zijn. Het doet even wreemd aan.

Om 1 u gaan we slapen en is het Kusadasiavontuur voorbij.

De reis is zeer goed verlopen. Wel zouden wij uit eigen beweging nooit kiezen voor een dergelijke periode in het jaar (te warm, te druk en te duur). De overvloed aan voedsel in een all-in hotel doet soms tot nadenken stemmen en vereist enige discipline om zich niet aan overdadigheid te bezondigen. Eens je dit principe huldigt is het wel een gemak omdat men in het ressort geen geld bij zich moet hebben en alles er gratis is.

08-08-2008 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (1)
07-08-2008
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kusadasi Turkije 2008
Klik op de afbeelding om de link te volgen

07-08-2008 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
05-10-2007
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kas - Turkije 2007

KAŞ – TURKIJE

21 september 2007 – 5 oktober 2007

-----------

Heel veel Turkije en een klein beetje Griekenland

Vrijdag 21 september 2007 – 1ste dag

05.30 u: opstaan.

Het is vrij zacht maar bewolkt. William komt ons om 9 u ophalen om ons naar het Sint-Pietersstation te voeren. We nemen de trein van 9.19 u die ons rechtstreeks naar Zaventem Nationale Luchthaven brengt.

Aan de balie van Mediterra – Sunworld is er niemand aanwezig en zal pas bemand worden vanaf 12.40 u. Dit is voor ons ook niet nodig want op Internet heb ik kunnen achterhalen dat de incheckbalie waar wij moeten zijn 10.9 is. Wij zijn echter nog veel te vroeg en gaan een kleinigheid eten in het restaurant op de 5de verdieping terwijl we zicht hebben op de vertrekkende en aankomende vliegtuigen. We blijven daar tot 11.30 u. In de vertrekhall is het zeer druk en vanuit het restaurant schatten we dat er om de minuut een toestel opstijgt. Eens het middaguur voorbij is loopt het restaurant nagenoeg leeg. Het is 12 u wanneer we gaan aanschuiven aan balie 10.9. Als echter de balie opengaat blijkt dat we moeten inchecken aan de balies 10.1 tot 10.3. Wij zijn bij de eersten die inchecken en krijgen de zetels 15 A en B toegewezen. Wij mogen 20 kg bagage per persoon meenemen. Wij hebben echter 1 kg en enkele grammen teveel mee maar met dit kleine overgewicht houdt men geen rekening. We krijgen onze instapkaart en moeten ten laatste aan de gate zijn om 13.55 u. Na eerst nog een koffie gedronken te hebben passeren we de grenscontrole en daarna de veiligheidscontrole. Zoals steeds gaat dit laatste gepaard met het nodige gepiep, zowel bij mij als bij Lea. Maar na wat bijkomende controles komt alles goed. Een uur voor het instapuur zijn we reeds aan de gate. Om 14 u mogen de passagiers beginnen instappen. Het is een toestel met per rij twee keer drie zetels. Het vliegtuig is echter niet volzet en de derde zetel naast de onze blijft vrij zodat we wat extra ruimte hebben. Om 14.25 u taxiet het toestel naar de startbaan en stijgt op om 14.35 u. Het vertrekuur was voorzien voor 14.25 u. De vlucht zal drie uur en dertig minuten duren. Tijdens de vlucht zetten we onze uurwerken een uur vooruit wegens het tijdsverschil met Turkije. Het aankomstuur in Antalya zal ca 19 u zijn. Hoe de transfer naar het hotel zal verlopen is nog de verrassing. De vier keer dat we reeds in Antalya waren hadden we amper een kwartier nodig om in het hotel te geraken. Nu schat ik de rit naar Kaş op meer dan twee uur. In Brussel schijnt de zon met lichte bewolking. Eens het vliegtuig op kruissnelheid is zitten we boven de wolken en is er niets meer te zien van de begane grond. De “copieuze” maaltijd wordt al vlug opgediend (een koffie of andere drankje naar keuze, een sandwich met boter en confituur, een onbekend gebakje en een stuk cake). Het vergt nog steeds heel wat behendigheid om in deze benepen toestand de gebakjes zonder morsen naar binnen te krijgen. Temeer dat wanneer het tafeltje uitgeklapt is we zowat tussen hemel en aarde zweven. Om 14.30 u (Belgische tijd) overvliegen we de Alpen, dit keer zonder veel sneeuw op de bergtoppen.

Stipt om 19 u bereiken we de luchthaven van Antalya. Eerst kopen we een visum (2 x € 10). Dan gaat het met visum en identiteitskaart naar de grenscontrole. Eens we in de grote aankomsthall zijn kunnen we al vlug onze valiezen van de band pikken. Aan de uitgang staat een man met een bord te zwaaien waarom “Mediterra” staat. Die verwijst ons naar een hostess die even verderop staat. Die loodst ons naar een bestelwagentje waarmee we naar Kaş zullen gebracht worden. Om 19.45 u vertrekken we. De chauffeur kent amper enkele woorden Engels, dus doen we het voor de rest van de trip er het zwijgen toe. De bestuurder houdt er een hels tempo op na. De weg loopt via Antalyastad en de kustweg D 400. Een deel van deze weg kennen we reeds van vroeger toen we onder andere Demre (Myra) bezochten. Nu lijkt er echter geen einde te komen aan de weg. De afstand tussen de luchthaven van Antalya en Kaş bedraagt circa 189 km. Een 40-tal km voor onze bestemming vraagt de bestuurder of hij even moet stoppen (sanitaire stop). Wij geven echter te kennen dat we zo vlug als mogelijk in het hotel willen zijn. Even voor Demre tot aan Kaş is de weg zeer bochtig. Met gierende banden gaan we door de bochten daarbij steeds de kortste weg nemende door de bochten af te snijden. Er zijn nagenoeg geen andere voertuigen op de baan. Het is 22.45 u wanneer we het kleine stadje Kaş binnenrijden. Amper honderd meter voor het Hotel Club Phellos stopt de bestuurder plots, stapt uit en kijkt de banden na. Blijkt dat het rechterachterband aan het leeglopen is. De man zegt ons dat wij maar best te voet naar het hotel gaan, amper 2 minuten ver, en dat hij onze bagage wel zal achterbrengen. In het hotel treffen we de nachtreceptionist en de baas van het hotel aan. Wij checken in. Een nachtwaker van het hotel gaat onze valiezen halen aan de defecte wagen en brengt die naar onze kamer. De kamer blijkt echter in een uithoek van het hotel te liggen met zicht op… een grote boom en de parking van het hotel. Wij vragen de baas of wij geen kamer aan de voorzijde van het hotel kunnen krijgen. Hij vraagt ons 5 minuten om een en ander na te kijken en kmot ons dan zeggen dat we morgen kunnen verhuizen naar de voorkant van het hotel, met zicht op het zwembad en de zee. Gezien het late uur vragen we de baas of we nog iets te eten kunnen krijgen en ook hier worden we op onze wenken bediend. Om 23.45 u kruipen we onder de wol. Figuurlijk dan, want het is behoorlijk warm in de kamer en laten de airco op de laagste stand draaien. We hebben al vlug door dat we best de terrasdeur gesloten houden wegens het lawaai van de nabijgelegen straat. Maar met gesloten deur is er geen probleem om in slaap te geraken.

Zaterdag 22 september 2007 – 2de dag

Even voor zonsopgang hoor ik de muezzin de oproep doen voor het gebed. Ik dommel terug in en sta dan om 7 u op. Om 8 u gaan we ontbijten. Zowel het ontbijt als het avondeten zijn in buffetvorm. Voor het buffet zijn er diverse kaas- en vleessoorten voorhanden, een viertal soorten brood, confituur en honing.

Na het ontbijt krijgen we een andere kamer toegewezen, namelijk kamer 319. Deze kamer heeft uitzicht op het zwembad en de zee met diverse eilanden.

Na de verhuis naar de andere kamer en de bagage uitgeladen te hebben rusten we wat uit. Omstreeks 13 u, de temperatuur bedraagt dan ca 34 graden, lopen we even tot aan het stadscentrum. Dit is amper 150 meter van het hotel gelegen. Ik een kleine zelfbedieningwinkel kunnen we een zestal dozen ananas kopen en twee dozen ananasdrank. We hebben blijkbaar de volledige voorraad ananas van het winkeltje opgekocht wat later tijdens ons verblijf blijkt wanneer nog eens in het winkeltje langskomen. Na even nagevraagd te hebben vinden we er het postkantoortje alwaar we euro’s omwisselen voor nieuwe Turkse Lira’s (Yeni Türk Lirasi – YTL) Het gemakkelijkst kan je lira’s omrekenen naar euro’s door het aangegeven bedrag te delen door drie en het resultaat dan te vermenigvuldigen met twee. Gezien de hoge temperatuur houden we onze verkenningstocht voor bekeken en keren we terug naar het hotel waar we gaan afkoelen aan het zwembad. Aan de poolbar bestellen we voor elk een sandwich met kip. Daarna kopen we in het hotel zelf een aantal zichtkaarten en versturen die. Aan het zwembad geraken we aan het praten met een Vlaamse man, een aannemer van schilderwerken, die om 19 u deze avond naar huis vertrekt. Zijn vriendin was twee dagen vroeger naar hier gekomen en is dan ook twee dagen vroeger naar huis vertrokken. Hij leerde zijn vriendin kennen nadat hij reeds zijn reis geboekt had en zij kon niet meer boeken voor de zelfde periode.

Even voor 19 u wordt er in de buurt van de nieuwe moskee (Kaş heeft ook nog een oude moskee) een vuurpijl afgeschoten. Dit gebeurt iedere avond. Het dringt tot ons door dat het ramazan (in andere landen spreekt men van ramadan) is. De vuurpijl wordt afgeschoten op het moment dat de zon achter de horizon verdwijnt en de vastendag voorbij is. De islamieten kunnen van dan af hun maaltijd gebruiken.

Om 19.30 u gebruiken we het avondmaal buiten op het terras. Met uitzondering van de laatste avond zullen we trouwens alle ontbijten en avondmalen buiten gebruiken. Er is een voorgerechtenbuffet en soep, een buffet met warme spijzen en een nagerechtenbuffet. Het eten is best te vergelijken van dat van het Alp Pasa-hotel in Antalya, zij het misschien een heel klein beetje minder gerechten. Maar alle gerechten smaken lekker. Ook de sfeer is prachtig. Ondertussen is het volledig donker geworden en is het echt gezellig op het terras door de minder sterke verlichting dan die wij gewoon zijn. Bij het eten gebruiken we een fles witte wijn. Het valt mij op dat het alcoholgehalte van de wijn aan de lage kant is.

Na het eten wandelen we nog even tot aan de zee. Vanaf het hotel tot aan de zee en naar het stadscentrum loopt de straat sterk bergaf. Ook het haventje van Kaş bekijken we even. Niettegenstaande de gezelligheid hier troef is keren we al vlug naar het hotel terug om vroeg te gaan slapen. Omdat het te warm is in de kamer laten we de airco op de laagste stand draaien en trekken we de gordijnen ervoor zodat de koele lucht niet rechtstreeks op ons valt. Omdat het licht gezoem van de airco mij uit de slaap zou houden gebruik ik oordopjes. Het is 21.30 u als we gaan slapen.

Zondag 23 september 2007 – 3de dag

07.15 u: opstaan.

08.30 u: ontbijt. In de verte zien we wat wolken drijven en in de loop van de dag komen er nog wat halfdonkere wolken tegen het achterliggende gebergte plakken. De kans op regen is echter zeer gering want volgens een kelner heeft het hier in vier maand nagenoeg niet geregend.

Vandaag komt men de huurwagen aan het hotel afleveren die we besteld hebben bij de boeking van de reis. De afspraak was om 10 u. Ik wacht aan de receptie maar om 10.30 u heb ik nog niemand gezien. De receptionist weet waarop ik wacht en komt vragen of hij kan helpen. Hij belt naar het nummer van de verhuurfirma dat op mijn papieren staat. Er wordt echter niet opgenomen. Plots komt de man van de verhuurfirma toch binnen. Hij verontschuldigd zich dat hij wat te laat is. Hij komt namelijk van Dalaman dat toch een behoorlijk eind rijden is. Hij vult de nodige papieren in en samen controleren we de wagen op eventuele beschadigingen. Het is een 4-deurs Hyunday voorzien van een airco, wat zeker geen overdreven luxe is in deze temperaturen. We spreken af dat de wagen zal worden opgehaald over 14 dagen tussen 10 u en 11 u. Eens de man weg is doen we een kleine rit en gaat tanken (€ 74 diesel, in het Turks: motorin). De tank van de wagen is voor een kwart vol en moet ook zo teruggegeven worden. Na de rit plaats ik de wagen op de parking van het hotel. De nummerplaat van de wagen is: 34 NE 7778. Daarna is het tijd om het centrum te bezoeken. We komen eerst langs de haven en informeren bij een schipper naar een eilandentocht naar o.a. Kekova. Morgen vaart hij. We worden al gauw gewaar dat afbieden geen zin heeft. Ook de volgende dagen ervaren we dat. Ofwel wordt hier in de streek deze nationale sport niet beoefend, ofwel gaat die oude traditie stilletjes aan verloren. In de zelfbedieningswinkel kopen we een plastiek doosje met deksel om de halve doos ananas in te bewaren. In de post verstuur ik een negental prentkaarten. Wat verderop kopen we in een winkeltje nog een serie prentkaarten om zelf te bewaren. In een van de vele restaurantjes in het centrum van Kaş eten we elke een sandwich met kip met een cola (samen 17 YTL). Eens terug in het hotel brengen we de rest van de namiddag door aan het zwembad. Het is licht nevelig geworden wat voor een broeikaseffect zorgt. Een ijsje en een glaasje witte wijn, en voor Lea een hamburger met koude frieten, kunnen er nog bij. Ondertussen maak ik wat voorbereidingen om morgen een rit met de auto te doen.

19.30 u: avondeten. Daarna zakken we af naar het centrum om er iets te drinken in dezelfde gelegenheid waar we deze namiddag iets aten.

22.00 u: slapen.

Maandag 24 september 2007 – 4de dag

Om 9.30 u vertrekken we met de auto (kilometerstand 10.661). Eerst rijden we rond het schiereiland Çukurbag dat met een smalle landtong aan Kaş kleeft. Op deze landtong liggen de resten van het vroegere Antiphellos, waar we later op deze reis naar op zoek zullen gaan. Hier zou een antiek theater liggen maar we kunnen dit op het eerste zicht niet terugvinden. Op het schiereiland worden er de laatste jaren heel wat nieuwe gebouwen opgetrokken. De kapitaalkrachtigen hebben blijkbaar ook de weg hierheen gevonden. Eens terug aan ons uitgangspunt rijden we de kustweg D 400 op richting Antalya en slaan aan de eerste weg linksaf richting Gökçeören. Op de op onze kaart aangegeven plaats vinden we de resten van de oude stad Phellos niet terug. Aan het T-vormig kruispunt slaan we linksaf en rijden steeds maar veder bergop om dan uiteindelijk in een breed dal terecht te komen met verspreide oude huizen. We zijn hier in Gökçeören. Het dorp lijkt wel uitgestorven want we komen er amper een tweetal mensen tegen. Na even rondgekeken te hebben keren we op onze stappen terug. Aan het begin van het dorp zien we een reeks van een vijftiental merwaardige kleine hokken met zadeldak. Ik vermoed dat het geitenhokken zijn. Een paar honderd meter verder komen we trouwens een kudde geiten tegen die gehoed worden door een bejaarde vrouw. Ze laat zich gewillig met Lea fotograferen en filmen. Wanneer we terug aan het T-vormig kruispunt komen nemen we de weg rechtdoor om zo terug naar het hotel te rijden. Wat verder zien we plots, aan een rommelig café, een bordje staan dat verwijst naar de ruïnes van Phellos, twee kilometer verder te voet via een gebrekkige aardeweg. Gezien de warmte laten we een bezoek aan deze site achterwege. Op het einde van de weg komen we automatisch op de D 400 terecht. Om 13.15 u zijn we terug aan het hotel (kilometerstand 10.759 km = 98 km gereden).

Via het gezellige, zogenaamde, souvenirstraatje, dat in werkelijkheid Uzum Carşi Caddesi heet, het uithangbord bij uitstek van Kaş, zakken we af naar het centrum en wisselen we in het postkantoortje wat euro’s om in YTL. Vervolgens gaan we aan de haven op zoek naar een boottocht voor morgen. Bij een schipper met een mooie typische Turkse boot bespreken we een eilandentocht voor morgen. De prijs is 35 YTL per persoon, lunch inbegrepen. Wij betalen 20 YTL voorschot. Voor alle zekerheid vraag ik aan de schipper of ik de boot eens mag bekijken. Deze beschikt over een net toilet en een tweede ruimte, met lavabo, om zich om te kleden. Als ik wil afdalen naar het vooronder zegt de man dat ik wel mijn schoenen moet uitdoen (een Turkse gewoonte, ook in woonhuizen). Hij wijst er me op dat er zelfs een douche aan boord is. Deze bevindt zich aan de buitenkant van de boot ter hoogte van de ladder om na een zwempartij aan boord te klimmen.

Op het plein tegenover de haven, met het standbeeld van de alom aanwezige Ataturk (Moestafa Kemal), in de schaduw van grote bomen, versterken we de inwendige mens. Daarna gaat we terug naar het hotel om de rest van de namiddag, tot 18 u, door te brengen aan het zwembad.

Na het avondeten maken we nog een korte wandeling in de gezellige straatjes van het centrum en laten ons neervallen op een terras op de hoek van het souvenirstraatje en een zijstraatje. De gelegenheid wordt blijkbaar veel bezocht door Duitsers. Al vlug blijkt waarom. De Turkse uitbater spreekt namelijk vloeiend Duits. Niettegenstaande het toeristische seizoen voorbij is lopen er toch nog behoorlijk wat bezoekers in de straatjes. De warme avondlucht maakt het geheel nog aangenamer. Om naar ons hotel te gaan moeten we een korte maar stevige klim doen, iets wat niet altijd meevalt met een goed gevulde maag.

22.30 u: we gaan slapen.

Dinsdag 25 september 2007 – 5de dag

06.30 u: opstaan

Na het ontbijt vertrekken we om 09.45 u naar de haven alwaar we al vlug de boot terugvinden waarmee we op uitstap gaan. Voor we aan boord gaan betalen we aan de schipper – zelf noemt hij zich kapitein en is hij eigenaar van de boot – het resterende bedrag van 50 YTL.

Wij zijnde eersten op de boot maar stilaan komen ook de andere passagiers opdagen en installeren zich op de boot. Voor de stuurcabine liggen er voldoende matrassen om iedereen een plaatsje te geven. Achter de stuurcabine is er een tafel met zitbanken en gans achteraan een tweetal brede zitkussens. Net voor de afvaart komen er nog een 6-tal Scandinaven opdagen die niet gereserveerd hebben. Er wordt wat onderhandeld met de schipper en uiteindelijk besluit het zestal toch mee te varen. Voor zover we juist zijn bestaat de groep uit vader, moeder, tweelingbroers met hun respectievelijke echtgenoten. Ze zijn wel wat van het luidruchtige type. Zelfs hebben ze hun witte wijn meegebracht, met de nodige glazen, en maken die in de loop van de dag soldaat. Op de boot is er enkel frisdrank en bier (Effes) te krijgen. Even na 10 u varen we het haventje van Kaş uit. We varen tussen de kust en het Grieks eiland Kastelorizo (in het Turks: Meis Adasis) door. Al vlug trek ik mijn zwembroek aan in het kleedcabine want het is al snel voldoende warm om het zonder andere kledij te doen. De ganse dag blijven we in zwembroek op het dek. Er is trouwens weinig wind. Als bemanning zijn aanwezig: de schipper, zijn vrouw en een jongere knecht. De manoeuvres voert de schipper zelf uit, het varen laat hij aan de knecht over. Na een uurtje varen gaan we voor anker in een baai ter hoogte van het eiland Içada. Dit is de eerste gelegenheid om in zee te zwemmen. Via het laddertje aan de zijkant van de boot ga ik ook het water in. Dit voelt lauw aan zodat het best leuk is om erin te vertoeven. De meeste duiken echter vanaf de boot het water in. Na een tiental minuten kruip ik terug aan boord en maak ik gebruik van de naast de ladder aanwezige douche. Na een 30-tal minuten wordt het anker opgehaald en vertrekken we. We varen nu tussen de kust en het eiland Kaleköy, beter bekend onder de naam Kekova. In een kleine baai van het eiland leggen we aan en kan er terug gezwommen worden. In de baai zijn heel wat ruïnes te zien. Het is hier zeer druk want buiten onze boot ligger er hier nog minstens een zevental vaartuigen voor anker. Plots wordt onze boot omzwermd door een viertal kleine bootjes waarin telkens een Turkse vrouw zit. Deze verkopen schelpenkransen en met schelpen afgeboorde sjaals. De vrouwen klimmen zelfs aan boord, uiteraard met de toestemming van de schipper. Als tegenprestatie maken de vrouwen de touwen vast aan de oever en maken ze los wanneer de schipper wil vertrekken. Een half uurtje later is het etenstijd. Op een kleine barbecue, die buitenboord aan de reling hangt, worden de kippensaté’s klaargemaakt door de schipper. Zijn vrouw zorgt in de keuken voor de salade en kookt de rijst. De dranken zijn niet in de lunch inbegrepen. Iedereen die dranken verbruikt noteert zijn naam op een lijst en kruist aan welke en hoeveel dranken er verbruikt werden. Op het einde van de tocht wordt dan afgerekend. Het eenvoudig maal smaakt echter heel lekker. Wat overschiet van het eten wordt aan de vrouwen in de bootjes gegeven. Die zijn daarvoor van metalen potjes voorzien.

Na de maaltijd verlaten we Kekova en steken de engte tussen het eiland en Simena over. Ter hoogte van laatstgenoemde plaats leggen we aan. Simena ligt ter hoogte van het dorpje Üçaĝiz. Hier kunnen we de resten van de vroegere Lycische havenplaats bekijken. Opmerkelijk zijn de met hun voet in het water staande Lycische graftombes.

Zeer de moeite waard zijn de ruïnes die bij het langwerpige eiland Kekova en het dorpje Kale (niet te verwarren met het voormalige Myra) die in de baai van Üçağiz liggen. Boven Kale (vanuit Üçağiz alleen bereikbaar per boot) tronen de resten van een middeleeuws kasteel (met daarbinnen een klein openluchttheater). Bij Kale liggen ook de overblijfselen van de Lycische havenplaats Simena. U kunt er zich nog een goede voorstelling maken van de tempels en de badhuizen die er in de oudheid stonden. De grote attractie van Simena wordt gevormd door de Lycische sarcofagen die op een hoge voet in het zeewater staan. De Lyciërs gebruikten het gesteente van de eilandjes voor de kust van Simena als bouwmateriaal. Ook voor de kust van Kekova, één van die eilandjes, staan Lycische graftombes in zee. Het is niet met zekerheid vast te stellen waarom de monumenten tegenwoordig onder water staan, maar waarschijnlijk is de zeespiegel sinds de oudheid gestegen. Al varend langs het eiland ziet u ook de gedeeltelijke ondergedompelde ruïnes van gebouwen uit de Byzantijnse tijd.

Om aan de graftombes te geraken moet men over een gebrekkig paadje gelegen tussen de krotten laveren. Daar het paadje bezaaid is met ronde stenen is het even uitkijken geblazen. Het middeleeuwse kasteel, dat op een heuvel gelegen is, bezoeken we niet (wegens de hitte op het middaguur). De afspraak is dat we zullen vertrekken om 14.30 u maar de Scandinaven die tussen één van de krotten een drankgelegenheid gevonden hebben komen pas terug naar de boot nadat de schipper een drietal keer de scheepshoorn laten klinken heeft. Het is bekend dat het gebruik van alcoholische dranken in de meeste Scandinavische landen sterk aan banden is gelegd. Dus profiteren de Scandinaven van hun buitenlandse reis om een glaasje meer te drinken.

Vanaf hier varen we terug in de richting van de thuishaven. In een baai onderweg wordt rond half vier voor anker gegaan voor een laatste zwempartij. Wanneer we daarna aan boord komen staat de (gratis) thee klaar. De smakelijke chocoladecake met wel betaald worden. Na thee-time beginnen we aan het laatste deel. Niettegenstaande we nu tegen de wind invaren is het best te doen in zwembroek. Ik geraak maar niet uitgekeken op het schraal begroeide kustgebergte. Bovendien is het zalig genieten van de milder wordende zon. Om maar niet te spreken van het azuurblauwe water van de zee. Geen schilder die deze kleur met een penseel kan weergeven.

Zoals voorzien komen we aan in de haven om 18.00 u. We bedanken de schipper voor de prachtige dag.

In het hotel nemen we een douche en behandelen we enkele verbrande plekken op onze huid met after-suncréme.

Na het avondeten zakken we af naar het centrum van het stadje en bestellen iets om te drinken op een terras aan het plein met Ataturkstandbeeld. Lea besteld een sangria en ik een raki. Lea zegt dat de sangria niet goed smaakt. Plots komt de Engelstalige uitbaatster bij ons en vraagt aan Lea of de sangria wel in orde is. Ze zegt dat we die niet moeten betalen wanneer hij niet goed smaakt. Uiteindelijke ruilt ze de sangria voor een glas rode wijn van goede kwaliteit. Ze verontschuldigd zich en verteld ons dat haar gebruikelijke barman zich vandaag heeft ziek gemeld en dat zijn vervanger geen verstand heeft van het maken van cocktails. Na het betalen van het gelag nemen we afscheid van de uitbaatster die ons terloops nog verwijst naar haar fotogalerij in een gebouw zowat 50 meter verder en dat een bezoek hieraan gratis is. Wij lopen even binnen. Hier hangen reproducties van foto’s van het oude Kaş en zijn inwoners. Mij lijkt het onwaarschijnlijk dat toeristen deze foto’s kopen omdat ze enkel interessant zijn voor de lokale geschiedenis.

Rond 22.30 u gaan we slapen.

Woensdag 26 september 2007 – 6de dag

Opstaan om 8 u en daarna ontbijten. Zowel bij het ontbijt als bij het avondeten worden we bediend door een sympathieke kelner. Gisteren vroegen naar zijn naam. Hij blijkt Çechmous (fonetisch) te noemen. Het is een Turkse Koerd. Ook hij vraagt onze naam en spreekt ons van dan af aan met onze voornaam.

Na het ontbijt haal ik in het centrum een “Laatste Nieuws”. Deze kost 5 YTL. De krant is van gisteren maar het is prettig nog eens iets van het thuisfront te kunnen lezen. In de toeristiche dienst krijg ik een gratis kaartje van het stadje. Terwijl ik weg ben slaat Lea een klein wasje en zet zich, om beter aan het bad te kunnen, op het deksel van het toilet. Het ding breekt in 5 stukken. Bij mijn terugkomst verwittig ik de receptie van het euvel en nog die zelfde voormiddag wordt de herstelling uitgevoerd.

De rest van de dag (van 10 u tot 18 u) brengen we door aan het zwembad. Niettegenstaande ik de ganse dag onder een zonnescherm heb gelegen, ik dacht dat zonnecrème in dit geval overbodig was, zie ik er ’s avonds uit als een gekookte kreeft. Blijkbaar gaan de UV-stralen door de stof van de zonneschermen heen.

Net voor het avondeten bel ik naar de vertegenwoordiger van het reisagentschap om een paraglidingvlucht te reserveren. Binnen de 10 minuten staat de man aan de receptie. Die moest dus niet van ver komen. De vlucht kost € 100. Ik probeer af te bieden maar kan het bedrag slechts tot € 90 herleiden. We spreken af dat de vlucht zal doorgaan op zaterdag om 13 u.

Zoals gewoonte zakken we na het avondeten nog even af naar het centrum en bezoeken het terras van de door veel Duitsers gefrequenteerde bar Bar-Celona.

Om 22.30 u gaan we slapen.

Donderdag 27 september 2007 – 7de dag

07.00 u: opstaan.

08.15 u: ontbijten.

Na het ontbijt vertrekken we om 09.30 u met de wagen naar Saklikent. Kilometerstand 10.759. Na 30 km rijden we door Kalkan, het zusterstadje van Kaş. De weg daarheen (D 400) is zeer bochtig en loopt dichtbij de Middellandse zee. Naast de weg begint de ravijn met een diepte van ettelijke tientallen meters. Het is uitkijken geblazen dus. Vanop de weg heeft men een mooi uitzicht op het azuurblauwe water van de zee met hier en daar wat kleine eilandjes. Dank zij een toeristische kaart, die Lea in het hotel kocht, vinden we gemakkelijk de weg. Na door het stadje Kalkan te zijn gereden, rijden we nu het binnenland in via een gewone weg langsheen armoedige dorpjes. We hadden verder de D 400 kunnen volgen maar deze weg is interessanter om wat inzicht te krijgen hoe de bevolking hier leeft. Om 11.05 u bereiken we na 60 km Saklikent. Een tweehonderdtal meter voor de ingang van de kloof worden we door een man naar een parkeerterrein verwezen. Het is de uitbater van een van de vele restaurantjes die daar zijn. De parkeerplaats is overspannen met zeildoek zodat de wagen in de schaduw staat. De man wijst ons dan verder de weg naar de ingang en herinnert er ons aan dat we bij hem kunnen eten. Om de kloof te kunnen bezoeken moeten we 3 YTL betalen per persoon. We wandelen de kloof in tot aan de plaats waar men door het water moet waden. Daar kan men een paar rubberen schoenen huren voor 2 YTL. Dit is geen overbodige luxe want onder het water liggen veel keien en op blote voeten zou het oversteken pijnlijk zijn. Een kleine jongen helpt ons naar de overkant. We moeten onze korte broeken wat opsloven om niet nat te worden. De jongen blijft ons volgen tot op het einde van het begaanbare deel van de kloof en probeert ons uit te leggen dat we hier best terugkeren. De kloof is echter nog langer maar vanaf hier moet men over reuzengrote blokken klauteren. Eens we terug zijn aan de waadplaats helpt de jongen ons terug naar de overkant waarna ik hem een fooi in de hand duw. Na het bezoek keren we terug waar onze wagen staat en bestellen er elk een forel met een bord salade en een bord frieten. Kostprijs: 37 YTL.

We verlaten Saklikent om 13.30 u. We komen aan in het hotel om 15 u. In totaal hebben we 120 km gereden. De rest van de namiddag brengen we door aan het zwembad.

Na het avondmaal bekijken we op de kamer onze videofilm die we tot nu toe gefilmd hebben.

Om 22 uur gaan we slapen.

Vrijdag 28 september 2007 – 8ste dag

08.30 u: ontbijten.

Vandaag is het marktdag in Kaş. We moeten wel eerst even de weg vragen om die te vinden niettegenstaande het stadje zeer klein is. Bij onze navraag leren we dat men hier met “market” een zelfbedieningswinkel bedoeld en met “bazar” de markt. De markt wordt hier gehouden op een schuinsaflopend stuk grond dat stofferig is en bezaaid met stenen. Het geheel wordt wel overspannen met diverse zeildoeken om de bezoekers schaduw te bezorgen. Het valt trouwens op dat men hier overal zijn best doet om voor schaduw te zorgen en alle middelen daartoe zijn goed zoals zeildoek en nog meest van al bomen en planten. We kijken even rond en kopen een grote badhanddoek met de afbeelding van drie katten. De verkoper vraagt 10 YTL. Wij bieden echter 9 YTL. Het wordt ons al maar duidelijker dat de sport van het afbieden stilaan verdwijnt, zeker buiten het toeristische hoogseizoen. Verder kopen we in een winkel een “Laatste Nieuws” en een stuk zeep. We keren via de haven terug naar het hotel en informeren ons onderweg over een boottocht naar het eiland Kastelorizo. In de weekends worden er geen overtochten georganiseerd naar het eiland. Maar voor maandag aanstaande reserveren we. We betalen € 20 voorschot (de overtocht kost € 20 per persoon). Het vertrek is voorzien om 10 u en op zondagavond moeten we onze identiteitskaarten en visa’s gaan afgeven aan het bureau die de overtocht organiseert. Kastelorizo is een Grieks eiland en de verhoudingen tussen de Turken en de Grieken zijn niet al te best.

Op een terrasje niet ver van de haven drinken we een vers fruitsap. De temperatuur vandaag is dragelijk. De dame die ons besteld blijkt een Nederlandse te zijn. Nieuwsgierig als we zijn vragen we haar hoe ze hier terecht kwam. Ze vertelt ons dat ze met ene Turkmeen (Turkmenië, een gewezen Sovjetstaat) getrouwd is. Ze hebben hier in de buurt van Kaş een stuk grond gekocht en daarop een huis gebouwd. Zij werkt hier als dienster en kijkt stilaan uit om een eigen zaak te beginnen. Eerst zijn ze hier een paar keer op vakantie geweest, zelfs een keer in de winter, om een en ander uit te proberen. Tijdens de winter is het hier tussen de 15 en 20 graden. Sinds twee maanden wonen ze hier definitief. Na een lang gesprek nemen we afscheid. Wat verder verbruiken we een sandwich met kip en een cola. Ikzelf proef nog eens van de baklava met een koffie. De rest van de namiddag brengen we door aan het zwembad. Na het avondeten doen we nog een terrasje in het centrum.

Zaterdag 29 september – 9de dag

07.15 u: opstaan

08.15 u: ontbijten

In de voormiddag blijven we aan het zwembad. Om 12 u ga ik mij klaarmaken om te gaan paragliden. De afspraak is dat men mij komt ophalen aan de receptie van het hotel om 13 u. Ik neem zo weinig als mogelijk mee. Wanneer ik om 12.20 u even langs de receptie loop zit de piloot reeds op mij te wachten. We gaan te voet want de plaats waar we met de zeep zullen vertrekken is amper op 100 meter van het hotel gelegen. Het is een café. Men organiseert buiten het paragliden ook nog duiksessies. Trouwens Kaş is goed bekend in duikersmiddens. De parachutes worden op het dak van de zeep geladen en in de laadbak achteraan zitten we met drie die een duo-vlucht zullen maken, nog enkele helpers en een paar solovliegers. We rijden de berg in de buurt van Kaş op. Op een zekere hoogte gekomen verlaten we de asfaltweg en gaat het nog enkele kilometer verder over een aardeweg. Na een half uur rijden komen we aan op de startplaats. Het is een licht aflopend stuk grond dat bedekt is met keien. Eerst worden we ingeshort met riemen waaraan een plooibaar plankje hangt dat later tijdens de vlucht als zitbankje moet dienen. De piloot geeft enkele aanwijzingen voor het opstijgen. Hijzelf stelt zich op achter mij en bevestigd zich aan zijn parachute die door de helpers netjes wordt opengespreid. Dan is het nog even wachten op een goede wind en telt hij af 3, 2, 1, go!. Beiden beginnen we te lopen. Door de warme thermiekwind komen we reeds na een vijftal passen van de grond. Eens we goed weg zijn zegt hij dat ik mag gaan zitten. Op die manier kan ik op een vrij comfortabele manier het spectaculaire uitzicht bekijken. Het enig wat men daar boven hoort is de wind. We zweven een aantal keer langsheen de rotswand hierbij gebruikmakend van de thermiekwind. Dan verplaatst de piloot onze positie wat verderop en zweven we nu enkele keren voorbij een andere rotswand. Na een goed half uur zakken we af en overvliegen we het stadje. De starthoogte lag rond de 900 meter maar nu komt de grond onder ons stilaan dichterbij. Ik kan duidelijk ons hotel herkennen en het ervoor gelegen zwembad. Na 35 minuten zegt de piloot dat hij gaat landen. Het enige wat ik moet doen als we de grond bereiken is enkele passen lopen. We landen op een betonstrook aan het haventje. Ik moet amper een tweetal passen lopen vooraleer we stilstaan. Wel trekt de parachute mij wat naar achteren zodat ik even op de grond ga zitten. Nadat de parachute weer is ingepakt gaan we naar de startplaats en kan ik de dvd-beelden bekijken die door de helpers en de piloot gemaakt zijn tijdens de start, de vlucht en de landing. Ik kan de dvd kopen voor € 30, wat niet goedkoop is maar het zou spijtig zijn moest ik dit souvenir niet gekocht hebben. Ik heb echter geen euro’s bij mij, enkel YTL. Op het bureau rekenen ze de euro’s om in lira’s en vragen mij 55 YTL. Pas achteraf bemerk ik dat de omrekening niet juist is gebeurd en dat ik wat teveel betaald heb.

Daar Lea wat pijn in de rug heeft blijven we vanavond in het hotel en drinken hier iets in de bar. Wanneer je hier een raki besteld krijg je er nog een bord chips en een bord kleine zoete druiven gratis bij.

Zondag 30 september 2007 – 10de dag

Om 09.36 u vertrekken we richting Kalkan via de kustweg D 400. Kilometerstand 10.885. Enkele kilometer voor Kalkan stoppen we even om de Kaputaskloof te bekijken. Deze is zichtbaar vanaf de weg. Daar is ook een vaste post van de Jandarma, een militaire politie. In Kaş, net voor ons hotel, is er trouwens een kazerne van de Jandarma, naast een politiekazerne en een administratief staatsgebouw.

Om 10.30 u en na 30 km rijden we door Kalkan.

Voorbij het dorpje Yesilköy slaan we linksaf en verlaten we de D 400. Via Gelemis bereiken we Patara om 11.15 u en na 44 km. Ik bezoek de archeologische site.

Patara. In de nabijheid van de ruïnes van deze belangrijkste havenstad van het antieke Lycië is een toeristenplaatsje ontstaan. Niet voor niets, want bij de monumenten uit de oudheid ligt een prachtig en rustig strand met een uitgestrekt duingebied. Patara is daarom erg geschikt als verblijfplaats voor liefhebbers van cultuur en natuur.

Om Patara (ook bekend als Gelemis) te bereiken, moet u aan de weg van Fethiye naar Kaş, ongeveer 10 km ten westen van Kalkan, een weg in zuidelijke richting inslaan. U komt dan eerst bij een concentratie van hotels en restaurants. De ruïnes van de oude havenstad liggen ongeveer 1 km verder naar het zuiden. Nog 2 km zuidelijker ligt het mooie strand. ter hoogte van de ruïnes moet u toegang betalen, ook als u langs deze route naar het strand gaat.

Aan het prachtige, 20 km lange zandstrand zult u geen hotels aantreffen omdat de kust bij Patara beschermd natuurgebied is. Tussen mei en oktober komen grote zeeschildpadden van de soort Caretta caretta hier namelijk ’s nachts het strand op om hun eieren in het zand te begraven. de dieren mogen daarbij niet gestoord worden. De volwassen schildpadden maken een omtrekkende beweging wanneer ze terug naar zee trekken om de plaats van de eieren te verdoezelen.

De ruïnes van Patara liggen tussen het toeristenplaatsje en de kust. De inmiddels volledig verzande haven lag bij een 61 m hoge heuvel. Niet ver van de kiosk bij de ingang is een triomfboog (De Modestuspoort) te zien, met direct daarnaast een necropolis met Lycische en Romeinse sarcofagen. Verderop vindt u een badhuis en een theater uit de Romeinse tijd. De Byzantijnse basilica herinnert aan de tijd dat Patara een bisschopszetel was. St. Nikolaas werd rond 300 in Patara geboren. Op enige afstand van deze ruïnes staat bij een meertje een graansilo uit de 2de eeuw.

Om 11.30 vertrekken we naar Letoon. Daarvoor keren we terug naar de D 400 en verlaten deze weg (linksaf) te hoogte van Kinik. Voorbij Kinik slaan we links af naar Letoon. We komen er aan om 12.15 u en na 58 km (kilometerstand 10.947). We bezoeken de archeologische site tot 13.00 u.

Via de hoofdweg (ca 50 km van Kas), ligt 5 km ten zuidwesten van Xanthos Letoon. Het terrein werd blootgelegd en was het belangrijkste heiligdom van de Lyciërs. Hier werd de godin Letho aanbeden, de geliefde van Zeus en de moeder van Apollo en Artemis, die volgens de mythe door Hera (de vrouw van Zeus) gedwongen werd om eeuwig rond te zwerven. Tijdens haar omzwervingen verbleef zij regelmatig in Lycië, wat de wondermooie godin daar zeer populair maakte. Bij de voor haar opgerichte tempel werd een steen gevonden over de Lyciërs.

Na het bezoek keren we terug naar Kinik alwaar we stoppen om iets te eten. We kiezen voor een Turkse pizza. Het valt ons op dat de meeste bewoners van dit deel van Turkije weinig of geen andere talen spreken dan het Turks. De meeste handelaars spreken enkele woorden Engels maar daarmee lukt het meestal wel om aan te duiden wat men wenst.

Van Kinik rijden we vervolgens naar Xantos en bezoeken er de ruïnes van 14.30 tot 15.00 u. We hebben dan 69 km afgelegd.

Xanthos was de hoofdstad van het rijk van de Lyciërs. Dit volk werd in de 7e eeuw v. Chr. door de Grieken (vooral Doriërs) van de eilanden in de Egeïsche Zee naar deze streek verdreven. Het Lycische rijk, dat zijn groot­ste bloei beleefde tussen de 7e en de 4e eeuw v. Chr., werd gevormd door een bond van twintig steden in het gebied tussen Fethiye en Antalya. De Lyciërs namen veel elementen over uit de Griekse cultuur. Op hun beurt leverden zij met hun grafmonumenten ook een geheel eigen bijdrage aan de cultuurgeschiedenis.

De ruïnes van Xanthos liggen niet ver van de weg Fethiye - Kas bij het dorpje Kunik. Ze zijn niet alleen tamelijk gemakkelijk te bereiken, u kunt hier ook enkele goede voorbeelden zien van de bijzondere zuilengra­ven die de Lyciërs hebben achtergelaten. Aan de zuidwestkant van de Ro­meinse agora ziet u er twee, waaronder de 7,5 m hoge Harpijenzuil uit 480 v. Chr. (met een bergruimte voor urnen). De reliëfs zijn door de Britse archeoloog Charles Fellows in 1842 overgebracht naar het British Mu­seum en rond 1970 vervangen door kopieën. Ernaast staat een door een fraai bewerkte sarcofaag bekroonde pijler. De beelden en reliëfs van een ander graf (het Nereïdenmonument) zijn ook overgebracht naar het Bri­tish Museum. In het archeologisch museum van Istanbul staan ook diverse Lycische sarcofagen. Hoe afgelegen deze streek in de 19e eeuw nog was, blijkt wel uit het feit dat Fellows bericht dat er in de tijd dat hij hier opgravingen deed, nog zeker vier leeuwen per jaar werden neerge­schoten.

In de Oudheid was Xanthos de rijkste stad van ­Lycië. Het Romeinse theater ligt ­aan de voet van het harpijen-mo­nument, dat genoemd is naar de reliëfs in de voorste grafkamer. ­Aan de andere kant van de agora vormt de 'Inscriptiepijler' het over­blijfsel van een ander pijlergraf. In ­het oosten staat een basiliek, in ­het noorden de heuvel met de Ro­meinse acropolis. Hier is Xanthos wel heel mooi: onder de olijfbo­men ontelbare sarcofagen en bo­venop een pijlergraf te midden van huisgraven.

Omstreeks 16.00 u komen we aan in ons hotel. Vooraf gaan we echter onze identiteitskaarten en visums afgeven aan de organisator van de overtocht naar Kastelorizi. We hebben in totaal 114 km gereden.

De rest van de dag verloopt zoals gewoonlijk: zwembad, avondeten en een slaapmutsje drinken in het oude stadsgedeelte. We ontdekken bij toeval een stemmige bar. Eigenlijk is alleen de toogruimte overdekt. De rest van het café is in openlucht, hier en daar voorzien van struiken en bomen. De verlichting is er zo schaars dat je bij de menukaart een zaklampje krijgt om de kaart te kunnen lezen.

Om 22.30 u gaan we slapen.

Maandag 1 oktober 2007 – 11de dag

Ik sta op om 06.00 u en samen gaan we ontbijten om 07.30 u.

Omstreeks 09.30 u gaan we naar de haven. Eerst betaal ik het resterende bedrag dat ik nog verschuldigd ben. We mogen onmiddellijk instappen. De boot is van het moderne type, met beneden comfortabele zetels en op de bovenverdieping matrassen en zitzakken. Het duurt echter tot 10.30 u als we vertrekken. Eerst telt het personeel een tweetal keer het aantal passagiers en dan komt er nog eens een politieagent de telling overdoen. Aan de hand van de passagierslijst wordt er zelfs een heus appel gehouden, met naamafroeping.

Na een goede 20 minuten varen leggen we aan in de haven van Kastelorizo (in het Grieks) of Meis (in Turks). Bij het aanleggen zijn we getuige van een internationale discutie tussen een (Griekse) restaurantuitbater, die zijn zaak heeft aan de aanlegsteiger waar de Turkse schipper wil aanleggen, en de schipper. De man beweert bij hoog en bij laag dat de steiger niet sterk genoeg is om er de boot aan te meren. Blijkbaar heeft de restaurantuitbater er de politie bijgehaald want wanneer we wat later voorbijkomen is de Turkse schipper in druk gesprek men twee politieagenten en heeft hij ondertussen zijn schip naast de bewuste aanlegsteiger aangemeerd.

Het eiland Kastelorizo telt slechts één haven die omringt is van een 50-tal gebouwen (huizen, een drietal kerken, een kasteel en een gerestaureerde moskee die nu een andere bestemming heeft gekregen). Eerst wandelen we de kade af langs de westzijde tot op het einde. Alle huizen zijn in Griekse bouwstijl. Op een schaduwrijk terras drinken we iets. Daarna wandelen we tot op het einde van de oostkade. Hier is een Griekse oorlogsboot aangemeerd en heeft er vermoedelijk zijn vaste ligplaats. Bij het terugkeren doe we het terras van daarnet aan. We eten er een kleinigheid. Tot aan het vertrek van de boot blijven we hier luieren in de schaduw. Ondertussen komt een grote catamaran, een Griekse lijnboot, aanleggen die toeristen brengt en oppikt. We hebben ons zicht in de oudere dames die op de kade voorbij paraderen, goed geplamuurd en getooid met opzichtige hoeden.

Het vertrek is voorzien om 15 u en hoewel alle passagiers aanwezig zijn op het gestelde uur vertrekken we maar pas een half uur later. Waarschijnlijk is de omslachtige administratieve poespas hiervan de oorzaak.

Eens terug in Kaş moeten we nog een 20-tal minuten wachten vooraleer we onze papieren terugkrijgen. Onze visums moeten nog door de Turkse politie afgestempeld worden. Zo hebben we nu in onze album een visum steken met 4 stempels op (1 bij het binnenkomen van het land - op de luchthaven, 1 bij het vertrek te Kaş, 1 te Kastelorizo en 1 bij de terugkomst te Kaş).

Om 16.30 zijn we terug in het hotel. De rest van de avond verloopt zoals gewoonlijk. Tijdens onze avondwandeling kopen we nog voor mij een paar sandalen daar de mijne het niet lang meer zullen uithouden.

22.00 u: we gaan slapen.

Dinsdag 2 oktober 2007 – 12de dag

We vertrekken om 9.26 u, kliometerstand 11.000. Eerst kopen we in het winkeltje tegenover het hotel enkele flessen water voor onderweg en gaan we een paar straten verder tanken. (50 YTL – 19.84 liter). Ik vraag de uitbater van het tankstation of hij even de voorruit van de wagen wil poetsen. Prompt haalt hij een borstel op een slang met stromend water te voorschijn en poetst gans de wagen, en gratis nog wel.

10.06 u – 30 km: we rijden door Kalkan.

11.01 u – 82 km: via de D 400 en afslag door het dorpje Çamurköy bereiken we Thlos. Over deze archeologische site is er weinig informatie te vinden in de reisgidsen. De eerste aanblik is overweldigend. Boven op de heuvel tronen de resten van een kasteel. Om de site te bezoeken betaal ik 5 YTL. Aan de ingang merk ik dat ik mijn pet vergeten heb om mij wat te beschermen tegen de UV-stralen. Ik vraag aan de man in de kiosk of in nog even terug kan om mijn pet op te halen. Prompt stopt hij mij een pet in de hand die ik mag lenen voor de duur van het bezoek. Ondertussen blijft Lea in de schaduw van een terrasje. Op de site zie ik onder andere de resten van een stadion en diverse rotsgraven. Wanneer ik de kasteelruïne bekeken heb en terug naar beneden ga schuif ik uit op de korrelige en stoffige grond. Zonder veel erg.

Om 12.10 u vertrekken we en rijden via de gewone weg om vervolgens terug op de D 400 te komen en die te volgen tot Fethiye. Vanaf de plaats waar we de D 400 verlaten tot aan Fethiye loopt er een lange laan afgeboord met lintbebouwing die bestaat uit de ene winkel na de andere. Ik schat dat de laan 4 a 5 km lang is. Fethiye bereiken we na 122 km en om 13.11u. We rijden door de drukke kuststad, die op bepaalde plaatsen gerust luxueus kan genoemd worden. Wij stoppen er niet maar proberen zo vlug als mogelijk de D 400 terug te bereiken. Onbewust verlaten we Fethiye langs een andere weg. Deze is pas met asfalt begoten. Hier giet men eerste het verse asfalt en bedekt die dan met steenslag. Door het verkeer dat er over rijdt dringt het steenslag dan in de asfalt. Waarschijnlijk heeft dit procédé iets te maken met de hoge temperaturen die hier heersen. Eens we terug op de D 400 zijn vorderen we een stuk vlugger.

Om 14 u en na 153 km stoppen we aan een tankstation. Bijna alle grote tankstations op deze hoofdweg baten tevens een restaurant uit en hebben meestal een klein zwembad waarin de gasten wat verkoeling kunnen zoeken. Hier eten we iets.

Wanneer we door Kalkan rijden verschijnen er enkele kleine donkere wolken en tot onze verbazing vallen er enkele regendruppels.

Om 15.40 u en na 239 km bereiken we het hotel.

De rest van de namiddag en de avond verloopt zoals gebruikelijk.

Om 22.00 u gaan we slapen

Woensdag 3 oktober 2007 – 13de dag

Vandaag wordt ik 60 jaar.

07.15 u: opstaan. 08.00 u: ontbijten.

09.17 u: we vertrekken. In de wagen vind ik toch een temperatuurmeter en die wijst op dit ogenblik 26 graden aan. Kiliometerteller 11.238.

In Kaş nemen we de D 400 in de richting van Demre (Kale of Myra) en Antalya.

We komen aan te Demre om 10.30 u en na 48 km. We willen iets drinken op een terras van een restaurant. Terwijl Lea vlug enkele winkels in de buurt bekijkt bestel ik een “nescafé” (dit is een gewone koffie) en een appelthee. Appelthee heeft men er niet en wanneer ik later betaal met een briefje van 20 YTL schijnt dit ook al een probleem te zijn. Een van de bedienaars moet in de buurt op zoek bij andere winkels om het biljet te wisselen. Ondertussen komt een rare figuur naar mijn tafeltje toe en geeft de indruk zich te willen neerzetten. Hij blijft echter staan, neemt een in een papiertje verpakt klontje suiker uit het potje dat op tafel staat, breekt het klontje in twee, eet de ene helft op en gooit de ander helft in mijn koffie. Daarna verdwijnt de man.

Om 10.50 u vertrekken we terug. We rijden nu via een kleinere weg naar Andriake. Van hieruit kunnen er boottochtjes gedaan worden maar na even rondgekeken te hebben zetten we onze weg voort, keren we terug naar de D 400 en slaan af in de richting van Kaş. Even verder slaan we linksaf en volgen de parallelle weg die tussen de D 400 en de kust loopt. We rijden via Kapakli en Çevreli naar Ügağisz. In Ügağisz komen we aan om 12.30 u en na 75 km. De thermometer in de wagen geeft 27 graden aan. Ik bezoek de ruïnes van het op een heuvel gelegen kasteel. Lea koopt een krans van een vrouw met kind. Aan de overzijde van de baai is er nog een kasteelruïne. Daar kwamen we in de buurt als we de eilandentocht meemaakten. Op het terras van een net restaurant eten we vis met brood, rauwe groenten en twee cola’s (37 YTL).

Om 13.40 u verlaten we Ügağisz. Bij het buitenrijden van het dorpje doet een man me teken om te stoppen en vraagt me om 2,5 YTL parkeergeld te betalen. Eerst ben ik wat wantrouwig maar als hij me een officieel lijkend parkeerbiljet overhandigd betaal ik zonder problemen.

We rijden via Kilrçli en Boğazolk en komen zo terug op de D 400 terecht. Als we aan het hotel aankomen is het 14.30 u en hebben we 109 km gereden. Kilometerteller 11.348. Morgen komt men de wagen ophalen.

In totaal hebben we 1.245 km gereden. Terwijl Lea zich klaarmaakt om naar het zwembad te gaan maak ik nog een ritje omheen het schiereiland Çukurbag. Vanaf de middag komen er wolken opzetten die steeds maar dreigender worden maar tegen de avond verdwijnen die zonder maar één druppel te laten vallen hebben.

De rest van de dag verloopt zoals gewoonlijk.

Donderdag 4 oktober 2007 – 14de dag

Het is onze bedoeling om de ganse dag door te brengen aan het zwembad. In de loop van de morgen verschijnen er rond de bergtoppen donkere wolken maar hier in de stad blijft het nog zonnig. Het is wel wat minder warm dan de vorige dagen. Door de vochtige lucht zweten we echter meer. Om 10 u ga ik naar de receptie om op de man te wachten die de wagen komt ophalen. Rond 11 u komt hij opdagen. Hij kijkt de wagen na en geeft mij de waarborg terug die ik bij de afgifte van de wagen gegeven heb. De man komt met een dolmus vanuit Dalaman om de wagen op te halen, een trip van zowat 140 km!

Rond kwart na twaalf worden de wolken steeds maar dreigender en horen we wat gerommel van een opkomend onweer. Wat later begint het zachtjes te regenen. Na bijna veertien dagen van temperaturen boven de dertig graden is dit een ware verademing. Het personeel had reeds de ligmatrassen van de zetels aan het zwembad opgeborgen. Ze maanden ons aan om rustig aan het zwembad te blijven maar zoals de meeste gasten verkiezen we toch maar naar de kamer te gaan. Vanaf het balkon wachten we af wat er gaat komen. Eens we op de kamer zijn valt de stroom uit. Dit is geen alleenstaand geval in Turkije. Vorig jaar maakten we dit ook mee tijdens een onweer in Antalya maar toen beschikte het Alp Pasa-hotel over een noodgenerator. Hier is dit niet het geval. Gans Kaş (en waarschijnlijk ook de ganse omgeving) blijft een groot deel van de namiddag zonder stroom zitten. Op het eerste zicht is dit niet erg maar nu blijkt hoe afhankelijk we zijn van elektriciteit. Aan de poolbar eten we elk een sandwich met kip en elk een ijsje. Sandwiches zijn zowat het enige wat er nu te krijgen zijn, voor ander (warm) eten moet men over stroom beschikken. Een ander probleem stelt zich in verband met onze afreis van morgen. Normaal worden 24 u voor de afreis de vertrekkers verwittigd per fax om welk uur ze zullen opgehaald worden aan het hotel. Maar een fax werkt nu eenmaal ook met stroom. Aan de receptie van het hotel hangen de infoborden van de verschillende reisorganisaties. Daar kan ik het telefoonnummer achterhalen van de vertegenwoordigers van Mediterra – Sunworld. Ik moet daarvoor wel even een zaklamp van de receptie gebruiken. Wanneer ik bel (met mijn gsm) kom ik ik weet niet waar uit maar de man beloofd mij om het plaatselijk kantoor een fax te laten sturen. Ik leg hem uit dat gans het stadje zonder stroom zit en de fax dus ook niet zal werken. Hij beloofd mij het vertrekuur door te spelen via een sms-je. De sms komt echter niet. Uiteindelijk bel ik naar een ander nummer en deelt men me mee dat wij opgehaald zullen worden morgenochtend om 5 u. Verrast als we zijn (we hadden aanvankelijk een vlucht die om 20 u ’s avonds vertrok) vragen we of dit geen vergissing is. De man bevestigd dat het wel degelijk om mr. en mvr. Maes – Dobbelaere gaat. Hij zegt ons dat dit bij chartervluchten niet ongewoon is dat passagiers van verschillende vluchten samen in een ander vliegtuig reizen. Het vliegtuig vertrekt nu om 10.25 u, voorziene aankomst in Brussel om 15.10 u. Ondertussen is de regen opgehouden maar het blijft bewolkt. Daar waar we anders morgenochtend rustig onze valiezen konden klaarmaken moeten we er nu al aan beginnen. Ik vraag aan de receptie mijn rekening (van de dranken, de snacks e.d. die we in het hotel verbruikt hebben) en betaal met mijn visakaart. Ondertussen is er terug stroom. Later krijg is zelfs de (laat) toegekomen fax toegestopt. In het winkeltje tegenover het hotel haal ik nog vlug twee flesjes water en twee pakjes koekjes voor onderweg. Na de douche gaan we eten, dit keer in de eetzaal. Het is de enige keer tijdens deze twee weken dat we niet buiten eten. Het is wel behoorlijk warm in de eestzaal want is het buiten wat frisser dan de vorige dagen, de warmte kruipt nu binnen. Na het avondmaal betaal ik de twee glazen witte wijn die we bij het eten verbruikten. Tevens nemen we afscheid van Çechsmous en de andere kelners.

Rond 21 uur gaan we slapen. Om ons zeker niet te overslapen stellen we onze reiswekker en onze gsm in op 3 u en vragen ook aan de receptie om ons te wekken.

Vrijdag 5 oktober 2007 – 15de dag

03.00 u: de wekker en de gsm lopen af en rinkelt de telefoon. Na de douche breng ik reeds een valies naar beneden. Om 04.30 u verlaten we de kamer. Bij de receptionist ligt een eenvoudig lunchpakket klaar dat we maar onmiddellijk soldaat maken. De nachtwaker zet nog vlug een kop koffie.

Om vijf minuten voor vijf staat de chauffeur die ons komt ophalen voor de deur. Hij zal ons naar de luchthaven van Antalya brengen. We rijden via de onverlichte D 400 die zeer bochtig is en meestal de kustlijn volgt. Rond 6 u breekt de dag aan en om 7 u is het nagenoeg klaar. We rijden Demre, Fenike en Kemer voorbij. Even voorbij halfweg stopt de chauffeur aan een tankstation voor een sanitaire aangelegenheid. Om 8 u stipt zijn we op de luchthaven. Ik geef de bestuurder € 2 fooi. Die gooit het muntstuk achteloos in de bagageruime. Was de fooi hem te klein en uitte hij op die manier zijn ongenoegen? In het luchthavengebouw is het zoals gebruikelijk zeer druk. Eerst gaan onze bagage en wijzelf door de veiligheidscontrole. Daar we een ander vlucht hebben dan eerst voorzien was (nu vlucht OHY 4388), is het uitkijken waar we moeten inchecken. Maar al vlug vinden we de juiste balie. We krijgen zetel 19 A en B. Nu we onze bagage kwijt zijn gaan we nog iets eten en drinken in de vertrekhall. Op het infobord waarop de vertrektijden staan aangegeven bemerken we dat we niet rechtstreeks naar Brussel zullen vliegen maar eerst nog een ommetje zullen maken via Bodrum.

Om 9.55 u stappen we aan gate 201 in de bus die ons naar het vliegtuig brengt. Bij het binnenkomen van het toestel bemerken we dat het nagenoeg vol zit. De passagiers die er nu reeds inzitten komen van Brussel en hebben als bestemming Bodrum. Stipt om 10.25 u stijgt het toestel op. Na een vlucht van 40 minuten landen we te Bodrum en stappen de passagiers die van Brussel komen uit. Daarna worden ook wij verzocht om uit te stappen en brengt men ons per bus naar de transithall waar we een half uurtje zullen blijven. Ondertussen wordt het toestel gepoetst. Om 12 u mogen we terug instappen. Volgens de piloot zullen we te Brussel landen om 14.50 u Belgische tijd. We zetten onze uurwerken een uur terug. We krijgen niet lang na het opstijgen de bekende “copieuze” maaltijd die bestaat uit een cake, een koek van onbekende oorsprong en een pistolet(je), een botertje en een confituurtje. Lea maak me er opmerkzaam op dat de man die naast haar zit zeer zenuwachtig is. Dit was me op de luchthaven van Antalya ook reeds opgevallen. Toen ik hem een informatie vroeg in verband met de vlucht kreeg ik nauwelijks antwoord. We vermoeden dat de man verschrikkelijk last heeft van vliegangst.

Zoals voorzien landen we op Zaventem om 14.50 u. We mogen echter het toestel niet verlaten omdat een onverlaat graffiti heeft aangebracht in een van de toiletten. Na een tiental minuten komt de politie opdagen en mogen we uitstappen. Ondertussen is onze bagage reeds aangekomen op de bagageband. Na de grenscontrole en de douane te zijn gepasseerd gaan we rechtstreeks naar het spoorwegstation op de verdieping – 1. We kopen twee treinkaartjes Gent enkel. Er staat een trein klaar maar die rijdt via Aalst en is een IR-trein die in alle stations stopt. We stappen toch op en veranderen in het Noordstation van trein, een IC-trein naar Oostende, zodag we een half uur vroeger in Gent zullen aankomen. Het is echter geen sinecure om met twee zware valiezen van perron te veranderen. Roltrappen naar boven zijn er meestal genoeg maar geen naar beneden. Hetzelfde probleem hebben we in het station Gent Sint-Pieters. We verlaten het station via de uitgang in de viaduct van de Voskenslaan en gaan naar de taxistaanplaatsen langs de andere zijde van het Koningin Maria Hendrikaplein. Daar is echter geen enkele taxi te bespeuren. Ik bel naar de 09/225.25.25 (V-tax) en daar zegt men dat men een taxi zal sturen. Na tien minuten hebben we nog geen taxi gezien. Ondertussen schuiven privé-taxi’s aan voor hun beurtrol. Tenslotte nemen we een privé-taxi die ons naar huis brengt. De chauffeur van het voertuig is…een Belg van Turkse origine.

Om 17 u worden we aan onze woning afgezet.

Het Kaş -avontuur is voorbij.

Enkele conclusies:

Op het middaguur, tussen 11 u en 15 u, is het in deze periode van het jaar wat aan de warme kant. Om archeologische sites te bezoeken is het dan eigenlijk wat te warm.

Voor de rest hadden we een voor honderd procent geslaagde reis. Kaş is een gezellig stadje dat prachtig gelegen is aan de Middellandse zee.

Het hotel Club Phellos is een aanrader. De prijs/kwaliteitverhouding is uitstekend. Het hotel heeft slechts drie sterren maar mag er volgens ons minstens nog een halve ster bij hebben. Het personeel is uitermate vriendelijk en stelt alles in het werk om het de gasten naar hun zin te maken. Wel is de Engelse woordenschat van de inwoners en het personeel aan de schaarse kant. Duits, in tegenstelling met Antalya, wordt al helemaal niet gesproken. Maar met wat goede wil en de internationale gebarentaal komt men overal terecht.

Het eten in het hotel, in buffetvorm, is van uitstekende kwaliteit, vers en zeer hygiënisch opgediend.

Wel moet men rekening houden met een transfer van minstens 3 uur van de luchthaven van Antalya naar Kaş.

05-10-2007 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (1)
03-10-2007
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kas Turkije 207
Klik op de afbeelding om de link te volgen









Het Grieks eiland Kastelorizo of Meis


03-10-2007 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
01-08-2007
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Sankt-Martin bei Lofer - Oostenrijk

Sankt-Martin bei Lofer

15 juli tot 27 juli 2007

Zondag 15 juli 2007 – dag 1

04.30 u: opstaan.

05.29 u: we vertrekken. Kilometerstand: 19.391. De lucht is helder en de zon komt op. Het is ca 20 graden. Wij rijden alleen naar onze bestemming te Sankt-Martin bei Lofer. De rest van de groep legt zoals wij de heenreis af in twee keer. Zij zullen onderweg overnachten in een hotel in een ander plaatsje. Maken deel uit van de ganse groep: Lea en ik, William en Marijke, Ronny en Nadine, Guy en Betty en Günther en Katia.

Voor de verplaatsing naar onze bestemming maken we voor het eerst gebruik van een GPS. De voordelen van dit toestel bijna niet op te sommen. Slechts één keer hebben we ons vergist van weg op de heenreis. En de oorzaak lag dan nog bij de ingewikkelde wegstructuur aan de afrit van de snelweg. (Zie ook verder onze aankomst te Rothenburg ob der Tauber).

Het is waarschijnlijk de eerste keer dat ik niet in de stad ben tijdens de Gentse Feesten. Tussen ons huis en de Sint-Lievenspoort komen we tal van feestgangers tegen die naar huis afzakken. Aan het kruispunt Heuvelpoort tegen het Museum voor Schone Kunsten ligt een feestganger midden op het voetpad te slapen.

05.43 u: op de snelweg E40 rijden we over de viaduct van Gentbrugge. Het is 19 graden.

06.04 u – 55 km: we rijden door de Kennedytunnel.

06.15 u – 79 km: we rijden over de brug van Pulle.

06.28 u – 100 km: we passeren de afrit Geel-West.

06.40 u – 124 km: we zijn aan de verkeerswisselaar van Lummen.

07.11 u – 192 km: we passeren de Nederlands-Duitse grens: Het is 22 graden.

07.26 u – 206 km: we stoppen aan de raststatte Aachnerland tot 08.00 u en eten er een croissant en drinken een koffie.

Tussen Aken en Keulen zijn er nog steeds werken aan de gang net zoals twee jaar geleden. Men brengt er de snelweg van 2 op 3 rijstroken.

08.13 u – 224 km: het is 23 a 24 graden.

08.32 u – 267 km: we rijden de brug over de Rijn over. (25 graden). We bellen even naar Marijke en William. Zij volgen een gans andere weg daar zij samen met de rest van de familie op een andere plaats dan wij zullen overnachten. Op dit ogenblik zijn ze in het Groot Hertogdom Luxemburg.

09.41 u – 403 km: het is 31 graden.

09.48 u – 416 km tot 10.15 u en 421 km: krijgen te maken met een kleine file door een pas gebeurd ongeval met een caravan.

10.31 u – 10.15 u – 30 graden: we stoppen aan de raststatte Medenbach en tanken er 26,32 liter diesel voor € 32.61.

10.42 u – 440 km: 32 a 33 graden – we rijden de luchthaven van Frankfurt a/M voorbij.

10.54 u – 457 km tot 11.55 u – 462 km: we krijgen te maken met een stilstaande file. Over deze 5 km doen we juist geteld één uur.

12.16 u – 488 km: we rijden door de tunnel van Asschaffenburg. Al jaren vraag ik mij af waarvoor deze tunnel dient.

Ca 30 minuten voor 13.49 u – 570 km: we stoppen op de raststatte Würzburg Ost om iets te eten.

15.00 u – 627 km: na even gesukkeld te hebben en door onze GPS doorheen het stadje Rothenburg ob der Tauber gestuurd te zijn, waar het op dat ogenblik een beetje kermis is, vinden we uiteindelijk de goede poort waarachter de Klingengasse ligt. Het stadje heeft nog haar oorspronkelijke middeleeuwse ommuring en de meeste huizen dateren van de 13de eeuw en later. Het geheel is mooi gerestaureerd. Enkel de bewoners en de logementsgasten mogen met de wagen het stadje binnenrijden en er parkeren. We kunnen onze wagen kwijt tegenover het Haus Flemming alwaar we zullen overnachten. We kennen deze “zimmer frei” van voor twee jaar toen we op terugreis waren van ons laatste verblijf in Oostenrijk. De eerste deur van het huis staat open maar de tweede deur is slotvast. Op een bordje lezen we dat we moeten aanbellen. Na enkele minuten verschijnt een jong meisje. Zij is op de hoogte van onze komst (was gereserveerd) en geeft ons de sleutel van kamer 4. Wanneer ze ons verder wil inlichten over de gang van zaken in het huis zeggen we haar dat we hier reeds verbleven hebben en dus geen verdere uitleg nodig hebben. Ondanks de warmte is het fris in het huis, waarschijnlijk door de dikke muren. Het is er kraaknet en gezellig om te verblijven. Een tiental jaar geleden brandde het huis volledig uit en werd nadien gerestaureerd. Het meubilair is dus van recente datum maar aangepast aan de stijl van het huis en het stadje. Ontbijten kan men hier tussen 8 u en 10 u. Eens op de kamer blazen we even uit, maak ik mijn nota’s voor dit reisverslag en nemen een verfrissende douche. Om 17.30 u maken we een kleine wandeling in het stadje. Het feest van deze namiddag is blijkbaar reeds afgelopen. Bij ons vorig bezoek aan Rothenburg hebben we gegeten op een gezelling terras onder grote bomen. De naam van het restaurant is Reichs-Kuchenmeister en is te vinden in de buurt van de grote kerk. Ook dit keer bezoeken we dit restaurant. Lea eet een spaghetti en ik een overheerlijke Wienersnitzel. Gezien het warme weer sluiten we de maaltijd af met een ijsje. We betalen € 34. Gezien het een vermoeiende dag was en we reeds vroeg uit de veren zijn, zoeken we na het avondeten de kamer op. Na wat TV gekeken te hebben gaan we slapen.

We legden vandaag 635 km af.

Maandag 16 juli 2007 – dag 2

06.30 u: ik sta op en na de gebruikelijke ochtendrituelen maak ik een wandeling in de nog verlaten straten van het stadje. Ondertussen staat Lea ook op en maakt zich klaar. Ik maak een wandeling op de walgang en kom heel wat Aziaten (ik vermoed Japanners) tegen. De walgang omsluit ongeveer driekwart van Rothenburg. Het is een flinke wandeling en ik moet op een bepaald ogenblik mijn weg inkorten om tijdig aan het ontbijt te kunnen beginnen. Omstreeks 07.50 u gaan we naar de eetkamer voor het ontbijt. Daarna betaal ik de € 59 voor de kamer en twee ontbijten en één € voor een drankje dat we gisterenavond uit de ijskast gehaald hebben.

Vandaag hebben we 396 km voor de boeg, dus beduidend minder dan gisteren.

08.26 u – kilometerteller 20.026 – 25 graden.

09.50 u – 150 km - 33 graden

10.07 u – 179 km - ?

10.24 u – 200 km – 33 graden: we stoppen even op de raststatte Holledau om te tanken (tot 11.03 u. We tanken 24,10 liter en betalen € 29, 02 ( € 1,204/liter).

11.14 u – 217 km: begin van de ring rond Munchen. Het verkeer vertraagd en gaat verder met een slakkengangetje. De oorzaak is een ongeval met een vrachtwagen met aanhangwagen vol met glazen flessen. Een groot gedeelte van de lading is in de gracht en op de ernaast liggende weide terechtgekomen.

12.06 u – 230 km: einde van de file.

12.25 u – 269 km: we verlaten de ring rond Munchen.

13.30 u – 323 km: we stoppen even om iets te eten. Het is nog maar ca 34 km naar de Oostenrijkse grens. We kopen hier tevens een autowegenvignet voor Oosterijk (€ 7,60 – in België kost dit € 10,10.)

13.37 u – 336 km: we rijden de Chiemsee voorbij. We bellen enkele keren naar Marijke en William waaruit blijkt dat we vrij dicht in elkanders buurt zijn.

13.50 u – 357 km: we verlaten de snelweg te Siegsdorf (Dl).

14.18 u – 386 km: we passeren de Duits – Oostenrijkse grens.

Net voor Lofer nemen we een verkeerde afslag maar een paar honderd meter verder keren we op onze stappen terug. Ondertussen moeten William en Marijke ook dat bewuste kruispunt voorbij gereden zijn.

ca 15.00 u – 396 km: Nagenoeg op hetzelfde tijdstip komen William en Marijke en wij aan bij het Hotel Martinerhof te Sankt-Martin bei Lofer. Günther komt een vijftal minuten later aan. Ook hij heeft zich vergist op hetzelfde kruispunt. Onze drie wagens beschikken over een GPS-toestel en bij ingewikkelde kruispunten kan er enige verwarring bestaan. Maar voor de rest is een GPS zeker een pluspunt. Men kan zijn aandacht beter bij het verkeer houden en draagt zeker bij tot de verkeersveiligheid. Bij de verdeling van de kamers krijgen Nadine en Ronny en Betty en Guy de ruimere kamer die ze besteld hadden omdat ze hun honden bij hebben. Wij krijgen kamer 209, Günther en Katia kamer 208 en William en Marijke kamer 207. Wanneer William en Marijke onze (ruimere) kamer zien zijn ze wat ontgoocheld. We besluiten dan maar van kamer te verwisselen zodat wij in kamer 207 terecht komen.

Nadat we onze bagage hebben uitgeladen en onze kamers wat ingericht, gaan we naar beneden op het terras zitten. We hebben all-in en kunnen dus tussen 16 u en 17 u gratis koffie en gebak krijgen. Na het vieruurtje maken we een korte wandeling in het dorpje dat slechts een 5-tal straten telt. Na ons verfrist te hebben gaan we om 19 u aan tafel voor het avondeten. Alles wordt opgediend in buffetvorm. Soms wordt er gevraagd een keuze te maken uit twee hoofdgerechten maar daar die ook als buffet worden opgediend speelt het eigenlijk geen rol wat met eet. Voor de rest zijn de ganse dag door bepaalde dranken te krijgen (frisdranken, landwijn, koffie, enz.) en dit tot 22 u.

Na het avondeten praten we nog wat na op het terras voor het hotel.

Om 22 u gaan we slapen.

Dinsdag 17 juli 2007 – dag 3

06.00 u: ik sta op en na de douche maak ik een wandeling in het dorp.

08.00 u: we gaan ontbijten. Wegens de all-in mogen we ons lunchpakket zelf klaarmaken met hetgene dat voorhanden is voor het ontbijt zoals broodjes, donker brood, kaas, vlees, confituur, soms gekookte eieren en appels.

10.00 u; we vertrekken naar de Wallfahtskirche Maria Kirchental. Deze schitterende kerk staat midden in de bergen en is zowel met de auto (mautstrasse) als te voet bereikbaar. We komen er aan om 11.30 u. Na het bezoek aan het schitterend interieur van de kerk doen we een terrasje. Op voorhand werd een pot aangelegd voor drinken wanneer we op wandeling of uitstap gaan. De temperatuur klimt tot boven de 30 graden.

Daarna dalen we af in de richting van Lofer. In dit stadje, gelegen op ca 3 km van St.-Martin, drinken we iets. Een tijdelijke toog staat midden op het dorpspleintje. Daar kunnen we dranken kopen alhoewel de meesten niet echt fris zijn. Ik keer alleen naar Sankt-Martin terug om de wagen op te halen. Lea blijft achter op het pleintje. De rest van de groep wandelt terug naar het hotel. Na 30 minuten sta ik aan het hotel en rijd met de wagen naar Lofer om Lea op te halen. Het is dan ca 33 graden.

Rond 16 u zijn we terug aan het hotel. Na een verfrissende douche (geen overbodige luxe in deze temperaturen), genieten we op het terras van de koffie en het gebak. Ikzelf eet een ijs. Dit laatste is echter niet begrepen in de all-in.

Tussen 17.30 u en 19 u rusten we wat uit op de kamer.

19.00 u: avondeten. Er is: ajuinsoep, gyros met rijst of rollade in wittekolenblad met aardappelen, yoghurt.

Het is een mooie zachte avond en de ganse groep blijft nog wat napraten op het terras tot 22.30u

Woensdag 18 juli 2007 – dag 4

06.00 u: opstaan.

08.00 u: ontbijten

01.00 u: Lea en ik vertrekken met de auto naar Lofer. De rest van de groep stapt de afstand naar Lofer te voet af. Het is reeds behoorlijk warm. Aan de kabellift wachten we op de rest van de groep. Met onze “sommer card”, die we bij onze aankomst kregen in het hotel, mogen we gratis gebruik maken van de kabellift. Eens iedereen ter plaatse is nemen we de lift. De rit naar boven duurt een kleine tien minuten. Welke wandeling we boven zullen doen is nog niet beslist. Slechts het deel 1 van de kabellift is in werking tot aan Loderbichl (1002 meter). Het deel 2, tot aan Schönblick, werkt alleen in de winter maar wordt tijdens de zomer vervangen door een klein busje. Lea neemt het busje en betaalt hiervoor (heen en terug) € 7. De rest van de groep besluit de watervalwandeling te doen die aan het alpengasthof Schönblick eindigt. Onderweg komen we langs een mooie waterval. De hond van Nadine en Ronny is zo enthousiast om in het frisse water te dartelen dat hij bijna uitglijdt en slechts op het nippertje kan gered worden. In het begin van de wandeling keren Betty en Guy terug naar het bergstation van de kabellift omdat Guy last heeft van pijn in de kuit. Ze nemen ook het busje naar boven.

Omstreeks 12 u zijn we aan het gasthof Schönblick. We vinden er Betty en Guy maar Lea is nergens te bespeuren. Lea was een busje vroeger vertrokken. Betty en Guy hebben Lea echter niet aangetroffen in gasthof Schönblick. Ik vermoed dat zij naar een hoger gelegen alm is gewandeld. Ik ga haar zoeken en kom haar ongeveer halfweg tegen. Samen gaan we iets drinken in het gasthof Schönblick. Rond 14 u vertrekken we terug naar beneden. De terugweg loopt via de skipiste. Lea neemt ondertussen het busje. Om 15.30 u zijn we aan het bergstation van de kabellift. Lea zit reeds op ons te wachten. Lea en ik en Marijke en William nemen de lift naar beneden om 16 u en rijden met de wagen naar het hotel. De rest van de groep gaat te voet van Lofer naar St.-Martin. Bij onze aankomst aan het hotel is het 16.25 u, nog tijd genoeg dus voor de koffie en het gebak.

In afwachting van het avondeten genieten we nog wat na op het terras.

19.00 u: avondeten – het buffet bestaat uit: aardappelen in de pel, macaronipijpjes, worstjes, gebakken gehakt, kip gebakken, aardappelen in de mayonaise, enz., soep van “eierpilzen” met room en als dessert vruchtengelei met room.

Na de maaltijd hebben we met de ganse groep op het terras doorgebracht tot 22.30u.

Donderdag 19 juli 2007 – dag 5

Om 10 u vertrekken we met de auto naar de Seisenbergklamm. Het is amper 5 minuten rijden van het hotel. De zon schijnt volop en het is zeer warm. De toegang is gratis met onze “sommer card”. Het is een prachtige klamm, de mooiste die we tot nu toe gezien hebben. Op het einde wordt de klamm zo smal dat het daglicht er nog moeilijk in kan. Eens op het hoogste punt aangekomen keren we terug via een bospaadje. Aan de ingang (en uitgang) lessen we onze dorst in de gaststatte en werken we onze pic-nic naar binnen. Vanaf daar is het een klein eindje wandelen naar de parking waar onze auto staat. Die staat in de blakende zon maar dank zij de airco is het al vlug doenbaar. We rijden terug in de richting van Sankt-Martin en stoppen aan de Lamprechtshöhle. Hier moeten we betalen en na wat informatie te hebben ingewonnen blijkt dat we vermindering hebben met een groep van 10 personen. We betalen per persoon € 2,9. Wanneer ik vraag welke de temperatuur is in de grot dan zegt de oude dame aan het loket dat het er maar 6 a 7 graden is. Vlug keren we terug naar de wagen om iets warms mee te nemen want het verschil tussen de buitenlucht (ca 33 °) en binnen bedraagt een kleine 30 ° (!!!). De grot is in totaal 50 km lang ! – dit is ongeveer de afstand tussen Gent en Brussel. 700 meter zijn toegankelijk voor het publiek. Op de wanden van de grot zijn een aantal kuizen aangebracht.Dit is de plaats waar men de skeletten vong van niet minder dan 146 schattenjagers. Vanaf de ingang is het steeds maar stijgen via houten trappen tot aan het punteind waar het publiek mag komen. Al vlug maken we gebruik van onze truien, die geen overbodige luxe zijn. Ook de beide honden zijn mee. Goldie, de hond van Ronny en Nadine is de grootste en het zou kunnen dat hij moeilijkheden heeft om al die trappen af te dalen. De terugweg loopt via de zelfde weg. Langszaam dalen we af en lukt het Goldie zonder problemen de uitgang te halen. Het is 14.10 u wanneer we aan de uitgang zijn.

Vervolgens rijden we naar de Vorderkaserklamm. Die bereiken we door nog even in de richting van Sankt-Martin te rijden. De toegangsweg is lang en stoffig. Hieraan is het te zien dat het al een tijdje geleden is dat het hier geregend heeft. Ook het bezoek aan deze klamm is gratis. Vooraleer we de klamm binnengaan lessen we onze dorst . In het begin moet men een stuk klimmen via een bospad en verder op moet men verder klimmen via houten trappen. Deze klamm is minder spectaculair dan de Seisenbergklamm. Eens uit de klam is het afdalen via een bospaadje. Het is ca 16.30 u wanneer we aan de uitgang zijn.

We zijn nog net op tijd voor de koffie met gebak als we aan het hotel aankomen.

Na een verfrissende douche wachten we tot het tijdstip van het avondmaal op het terras voor het hotel. Hierbij wordt de (gratis) landwijn niet gespaard.

Die avond is het concert in het dorp. Een vijftal muzikanten spelen de typische alpenmuziek. Er wordt echter niet gedanst, wat mij enigszins verwondert. Het enige wat het aanwezige publiek doet is eten en drinken. Na dit alles even aangezien te hebben gaan we naar de stube van het hotel en doen er de kwis over waaraan Ronny, Nadine, Guy en Betty hebben deelgenomen in de kantine van de Volkstuinen aan de Drongensteenweg. De deelnemers deze avond zijn: Günther en Katia, William en Marijke, Lea en ik. Uiteindelijk komen wij als winnaars uit de bus. Het is al 22.30 u als de kwis afgelopen is.

Om 22.45 u gaan we slapen.

Vrijdag 20 juli 2007 – dag 6

06.00 u – opstaan.

08.00 u – ontbijt.

10.00 u – vertrek naar de Grossglockner. Het weer is mooi en nagenoeg wolkeloos, een geschikte dag dus om de hoogste berg van Oostenrijk te bezoeken. Voor ons is het de derde keer dat we pas overrijden, niets nieuws dus. Kilometerstand 20.462.

Na een twintigtal kilometer tanken we € 16,09 – 13,56 liter.

11.31 u – 55 km – 26 °: we rijden de Grossglocknerstrasse binnen en betalen € 28 voor de ganse wagen.

12.34 u – 90 km – 23 °: aankomst op de Kaiser-Franz-Josefs-Höhe. We parkeren onze wagen in de gratis parkeergarage. In het restaurant gebruiken we onze pic-nic aangevuld met een fritatensoep.

14.40 u: we verlaten de Kaiser-Franz-Josefs-Höhe en keren terug naar richting hotel na eerst nog het de dorpje Heiligenblut aangedaan bezocht te hebben.

18.27 u - 198 km: aankomst in het hotel.

We nemen nog vlug een douche en gaan dan avondmalen. Vanavond is er fricandon, roodbaars en vooral frieten. Twee gezinnen Nederlanders plunderen de frieten dermate dat ik maar amper enkele frieten voor mijzelf kan bemachtigen. Later op de week zullen we de Nederlanders nog beter leren kennen. Blijkt dat zij verblijven op de twee kamers boven die van Ronny en Nadine en Guy en Betty. Tot midden in de nacht is er bestendig lawaai. Het tussenschot van het balcon tussen de twee kamers in hebben de gezinnen opengezet en gebruiken deze weg nu om van de ene naar de ander kamer te hollen. Nadine ziet maar één oplossing en die is te gaan klagen bij de hoteluitbater.

Na het avondmaal barst er een onweer uit maar is van korte duur en er valt slechts een weinig regen.

Rond 21.15 u gaan we naar de kamer en gaan slapen.

Zaterdag 21 juli 2007 – dag 7

06.15 u: opstaan

08.00 u: ontbijt.

Ik vertrek alleen van het hotel met de auto. Lea blijft deze voormiddag in het hotel en Marijke en William gaan eens op verkenning naar Bad Reichenhall. In de namiddag zullen ze alle drie gaan zwemmen in het opluchtzwembad van Lofer.

10.00u: ik neem de kabellift te Lofer. Eens aan het bergstation van de lift bekijk ik de informatie tafel waarop een 25-tal wandelingen uitgelegd zijn .

11.30 u: start van de wandeling via de Nachbaralm, de Postalm en de Bräugföllalm. De wandelingen zijn slecht aangeduid, een vaststelling die we nog zullen doen in de loop van ons verblijf alhier. De almen die ik onderweg tegenkom zijn niet uitgebaat en zelfs niet bewoond. De gebouwen dienen enkel als stal voor de koeien. Omdat ik te weinig zicht heb op de wandeling die ik oorspronkelijk gepland heb neem ik het zekere voor het onzekere en kom uiteindelijk uit op de rijweg die van het bergstation van de kabellift naar Loferer Alm loopt. Even voor ik aan de rijweg kom om 11.45 u, loop ik nog een stukje op de skipiste die we vroeger op de week, op een andere wandeling, zijn tegen gekomen. Een paar honderd meter voor het bergstation eet ik, op een zitbank, mijn pic-nic op. Het is dan 12.05 u. Om 12.20 u vertrek ik terug en om 12.25 u ben ik aan de kabellift. In het gasthof Loderbichl (aan de kabellift) drink ik een tweetal almdudlers. Het is terug behoorlijk warm. Ik besluit een deel van de Krepper-rundweg te volgen tot in Lofer. Onderweg twijfel ik of ik een houten brug over moet of niet (nogmaals geen aanduiding voorhanden). Ik volg dan maar het pad zonder het brugje over te steken. Achteraf blijkt dat ik daardoor een mooie waterval gemist heb. Uiteindelijk blijken alle paadjes samen te komen aan het jausestation Kepperbauer. Eens daar aangekomen haal ik het groepje met Ronny, Nadine, Guy, Betty, Günther en Katia in. Zij zijn deze morgen te voet naar Lofer gewandeld, de kabellift genomen en dalen nu via de Krepper-rundweg af naar Lofer. Zij hebben zopas bij Krepperbauer hun dorst gelaafd. Ik ga dus alleen iets drinken in het jausestation. Ondertussen wandelt de groep verder. Wat later haal ik hen terug in. Door het zeer warm weer heb ik de intentie om naar het zwembad in Lofer te gaan. De groep doet nog een ommetje van 50 minuten maar ik neem de kortste weg (ca 25 minuten) naar Lofer. Deze kom uit aan de parking van de kabellift. Ik rijd dan naar het hotel om mijn zwempak op te halen. Rond 16.00 u vind ik Lea, Marijke en William aan het zwembad. Wat later komt ook de groep met Ronny en Nadine aan.

17.15 u: wij zijn terug in het hotel. Het is nog steeds mooi weer met vandaag temperaturen tussen de 26 en 33 graden.

18.00 u: we gaan iets drinken op het terras tot het avondmaal om 19.00 u

De rest van de avond brengen we door zoals gebruikelijk.

Zondag 22 juli 2007 - dag 8

09.39 u – 20673 km: we vertrekken om een bezoek te brengen aan de zoutmijn van Hallein.

11.08 u – 64 km: we bezoeken de zoutmijn. Aan de kassa staat een behoorlijke file aan te schuiven, maar het gaat zeer vlot. Daar we gewoonlijk buiten het hoogseizoen op reis gaan zijn we dergelijke files niet gewoon. De zoutmijn hebben we reeds enkele jaren geleden bezocht. Aan de ingang moeten we een witte vest en dito broek aantrekken. Eerst rijden we de mijn in met een klein treintje. Na een rondgang onder begeleiding van een gids, die zijn verhaaltje voor de duizendste keer op een monotone wijze aframmelt, moeten we via een houten glijbaan naar een lagere verdieping schuiven. Daar volgt dan een korte boottocht op een ondergronds meer. Het bezoek wordt afgesloten met een nog langere houten glijbaan en de terugkeer naar de openlucht via een roltrap. Deze laatste schijnt er recent bijgekomen te zijn want vroeger verliet men de mijn met het zelfde treintje waarmee het bezoek begint. Om 14.23 u zijn we terug aan de wagen en vertrekken we voor een bezoek aan Bad Reichenhall.

15.03 u – 98 km: aankomst te Bad Reichenhall. We bezoeken het kuuroord met zijn overdadige gebouwen en peperdure hotels en restaurants. Het merkwaardigste is de natuurlijke aircowand. Die bevindt zich ik het park. Hij bestaat uit een wand van houten takjes die permanent bevloeid wordt met water. Eens men op een afstand komt van ca vier meter van de wand voelt met de friste duidelijk aan. Vooral met dit warme weer.

17.22 u: we keren terug naar Sankt-Martin bei Lofer.

17.59 u – 131 km: aankomst in het hotel. Onderweg hebben we 18,81 liter diesel getankt voor € 20.11 (€ 1, 069/liter).

Maandag 23 juli 2007 – dag 9

De groep bestaande uit Ronny, Guy, Betty en Lea bezoeken vandaag de Königsee en Berchtesgaden.

10.00 u: De andere groep zal vandaag proberen de von Schmidt-Zabierow-Hütte te bereiken. Gaan mee: Nadine, Marijke, William, Günther, Katia en ikzelf. Er moet een hoogteverschil van 1166 meter beklommen worden. We rijden met twee wagens van het hotel naar het Loferer Hochtal. Op het einde van de doodlopende weg kunnen we parkeren. We beginnen de klim op 11.30u. Ook vandaag is het behoorlijk warm. Het eerste deel van de beklimming loopt via een bos. Het is uitkijken geblazen want het smalle pad is bezaaid met losliggende ronde stenen. Eens we boven de boomgrens zijn komen we een eerste afdalende wandelaar tegen, die waarschijnlijk in de hut heeft overnacht. We vragen hem hoelang het nog klimmen is waarop hij laconiek antwoord: “Heel ver”. Een heel eind verder komen we nog een wandelaar tegen en die spreekt van een anderhalf uur. Een derde wandelaar heeft het over driekwart uur. Achteraf zal blijken dat het veel langer zal duren om de hut te bereiken. Te zien aan de steeds maar kleiner worden huisjes beneden moeten we al een goed stuk geklommen hebben. Op een bepaald ogenblik klimmen we langsheen een steile rotswand waartegen ons roepen weerkaatst. Telkens wanneer we denken een kam te overschrijden duikt er een volgende op. Ik heb onderweg al iets van mijn pic-nic gegeten. Mijn twee halve liter flessen water zijn al tot de bodem leeggedronken en ik ben al begonnen aan mijn vulbare metalen fles. Ik twijfel er aan de hut te bereiken met nog voldoende drinkwater in voorraad. Ik besluit dan maar terug te keren. De tijd die in de wandelboekjes staat aangegeven is 2 a 3 u maar in werkelijkheid is het eerder 4 u klimmen. Günther, Katia en Nadine lopen al wat voorop en besluiten verder te gaan. Marijke en William willen ook nog wat verder. We zullen contact houden via onze gsm’s. Ik besluit langzaam af te dalen. Het is dan 13.15 u. Een verstuikte enkel is niet denkbeeldig met die grote ronde losliggende stenen. Na een tijdje eet ik de rest van mijn proviand op. Mijn drinkbus bevat nog slechts een kleine hoeveelheid water. Ik bel naar Marijke en William. Die zijn zo ver geraakt dat ze de hut in de verte konden zien. Ze hebben wat gefilmd en enkele foto’s genomen op afstand. Ook zij besluiten terug te keren. Ik zeg hen dat wanneer ik aan de wagen terug ben, ik eerst wat fris drinken zal gaan halen in een winkel in Lofer. Nadine, Günther en Katia kunnen de hut bereiken. De afdaling duur twee en een half uur (de stop om te eten inbegrepen) Het is dan 15.45 u. Ik rijd zoals afgesproken naar Lofer alwaar ik in een Sparwinkel een viertal gekoelde flessen frisdranken koop. Meteen maak ik er een tweetal soldaat. Eens terug op de parking vervang ik mijn bezwete kleren door droge kleren. Na een tiental minuten komt een man langs, die ik ca 70 jaar oud schat. Hij komt van de hut en spreekt mij aan. Hij zegt dat hij een jong koppel voorbij was gegaan en dat die zonder drinkwater gevallen waren. (achteraf blijkt de noodsituatie overdreven te zijn). Dit kunnen niemand anders zijn dan Marijke en William. Hij weet dat ik hier op hen sta te wachten met frisdrank. Hij had hen zijn laatste drinkwater aangeboden. Hij dringt er bij mij op aan dat ik een flesje frisdrank in zijn rugzak stop met de mededeling dat hij dit naar het “jonge koppel” zal brengen. Wat hij dan ook prompt doet. Amper een tiental minuten later is de man terug met Marijke en William bij zich. We praten nog wat na en hij vraagt of wij hem een tweetal kilometer verder aan zijn huis in Lofer willen afzetten. Dit doen wij natuur graag. Hij is de vader van de caminguitbater uit Sankt-Martin. Marijke vraagt hem of er in het dorp niemand is die haflingerpaarden kweekt. Onderweg naar zijn huis doet hij navraag bij een dorpsgenoot maar die blijkt met de kweek van haflingers gestopt te zijn. Even later zetten we de man aan zijn woning af en zegt ons nog dat wanneer we op zoek zijn naar een vakantie woning wij bij hem terecht kunnen. Kwestie van een klein beetje reclame te maken voor eigen zaak. Ook zegt hij ons dat men best ’s morgens om 5 u de wandeling naar de hut aanvat. Marijke en ik rijden daarna door naar het hotel waar we nog de gratis koffie en gebak kunnen gebruiken. Marijke zegt dat ze nog graag eens wil gaan zwemmen. Ik zal Williams plaats gaan innemen op de parking en daar op Nadine, Günther en Katia wachten. Na amper een kwartier, het is dan 17.40 u komen ook zij op de parking aan en kunnen we met z’n allen naar het hotel.

De bezoekers aan Berchtesgaden komen aan in het hotel om 18.45 u.

19.15 u: avondeten

Zoals gebruikelijk kaarten we nog wat na op het terras van het hotel.

22.30 u: we gaan slapen.

Dinsdag 24 juli 2007 – dag 10

Het is bewolkt en men voorspelt regen. Dit is de enige regendag die we hier tijdens ons verblijf zullen meemaken.

10.00 u: we vertrekken op wandeling die aan het dorp begint. We zijn amper enkele honderden meters verder of het begint te onweren en hard te regenen. Lea en ik besluiten om terug te keren naar het hotel. We eten onze pic-nic op in onze kamer. Daarna vertrekken we naar Dorfgastein (62 km).

Omstreeks 14.00 u: aankomst aan het solarbad in Dorfgastein. Het grootste deel van de namiddag zijn we de enige bezoekers. Het water is er nochtans 26 °.

15.37 u: verlaten Dorfgastein en rijden via Zell am See naar Sankt-Martin bei Lofer. We komen er aan om 16.48 u.

Na de koffie met gebak rijden we nog naar de winkel Billa, even verderop richting Lofer, om enkele boodschappen te doen.

De rest van de avond verloopt zoals gebruikelijk.

Woensdag 25 juli 2007 – dag 11

Het is de laatste dag van ons verblijf hier. Wij alleen rijden met de auto naar Lofer en nemen er de kabellift. Met het busje rijden we naar Loferer Alm. Pas wanneer we terug beneden zijn vernemen we dat we waarschijnlijk met onze “sommer card” gratis naar boven hadden mogen rijden via de mautweg. Op het terras van het gasthof Schönblick brengen we de voormiddag door. De lucht is diepblauw en hier en daar hangen wat spierwitte wolken die het geheel nog indrukwekkender maken. Ik kan het niet laten om een smakelijke kaisersmarn naar binnen te werken.

14.15 u: we zijn beneden.

Eens in het hotel beginnen we aan het vullen van de valiezen. Wat we niet meer nodig hebben brengen we naar de wagen. Ook de twee valiezen (die we ook op de heenreis meevoerden) van Marijke en William stoppen we reeds in de wagen.

Tanken voor €10,70 – 10,01 liter.

Tijdens het avondmaal doet er zich een klein incident voor. Wanneer Guy zich een tweede keer gaat bevoorraden aan het buffet maakt de man van een Nederlands gezin hem de opmerking dat hij moet wachten tot wanneer zijn kinderen bevoorraad zijn. Guy wijst er hem op dat hij all-in gast is en hij dus vrij mag nemen zoveel hij wil. Blijkbaar wou de man zich eens doen opmerken omdat Nadine in het begin van ons verblijf over het lawaai, veroorzaakt door zijn gezin tot in het holst van de nacht, had geklaagd bij de hoteluitbater. Wanneer de maaltijd afgelopen is zet Guy ostentatief zijn leeg bord in het midden van de tafel van de Nederlanders. En dan nog te denken dat het uitgerekend de kinderen van dit gezin waren die enkele dagen geleden ervoor zorgden dat de anderen gasten van het hotel geen frieten meer konden krijgen doordat zij met torenhoge borden gingen lopen.

Met het oog op de terugreis van morgen maken we het niet al te laat.

Donderdag 26 juli 2007 – dag 12

Na het ontbijt en de resterende bagage in de auto te hebben geladen nemen we afscheid van de rest van de groep. Zij rijden in een dag naar huis. Wij gaan echter terug overnachten in Rothenburg ob der Tauber.

08.51 u: Kilometerteller 20.981 km – 21 graden.

40 km: we rijden te Siegsburg de snelweg op.

09.45 u – 55 km: we rijden de Chiemsee voorbij.

10.20 u tot 10.35 u – 113 km – 25 graden: sanitaire stopt op het rasthof Holskirchen Nord.

10.47 u – 131 km: rijden de ring rond Munchen op.

11.14 u – 170 km – 27 graden: rijden de ring rond Munchen af.

270 km: kleine file.

13.33 u – 285 km – 28 graden: veranderen van snelweg

12.41 u tot 13.18 – 300 km: stilstand rasthof Lovertal – eten een sandwich met koude Wienersnitzel.

13.41 u – 351 km – 29 graden: tanken 15,70 liter diesel voor € 19,77

14.25 u – 403 km: aankomst te Rothenburg ob der Tauber. Dit keer vinden we de juiste poort onmiddellijk. Eens aan het haus Flemming komt net een vrouw de deur openen. Zij zegt de overbuurvrouw te zijn en dat zij frau Flemming vervangt die pas morgen naar huis komt. Zij weet van onze komst en we krijgen kamer 3 toegewezen. De badkamer van deze kamer is een stuk ruimer dan die van de andere kamers.

Na ons wat verfrist te hebben maken wij een wandeling door het stadje. Om 18.30 u gaan we eten op het terras waar we ook bij onze vorige bezoeken gegeten hebben nl het restaurant Reichs Kuchenmeister. Ik eet de overheerlijke Wienersnitsel en Lea probeert de sauerbraten. Na het avondmaal gaan we al vlug slapen met het oog op de terugreis van morgen.

Vrijdag 27 juli 2007 – dag 13

07.50 u: ontbijt en betalen de overnachting met ontbijt (€ 59).

08.26 u – 21 graden – 21.385 km - het is bewolkt. De GPS geeft 627 km aan naar huis.

09.00 u – 55 km: veranderen van snelweg.

10.04 u – 175 km – 25 °: rijden de luchthaven van Frankfurt a/M voorbij.

10.32 u – 210 km: tanken op de raststatte Medenbach. Ik merk op dat pomp niet normaal functioneert. Wanneer de pomp € 31,08 – 26,03 liter weergeeft is mijn tank nog bijlange niet vol. Het probleem is dat ik moeilijk kan bewijzen dat de pomp foutief werkt. Dus breek ik het tanken af en ga het bedrag betalen in de tankstelle. Ik stel vast dat ca 3/4 van mijn tank gevuld is.

10.57 u – 232 km: rastatte Camberg. Ik stop terug om de tank te vullen. Hier blijkt de pomp wel normaal te werken. Ik tank € 17,92 – 13,96 liter (€1,284/liter).

11.29 u – 290 km: in de tegenovergestelde richting is er een zwaar verkeersongeval gebeurd. De snelweg is volledig afgesloten door de hulpdiensten, zelfs een helikopter van de ADAC is geland op de rijbaan. Het gevolg is een kilometerlange file. Wij hebben er gelukkig geen hinder van.

12.05 u - 360 km – 27 graden: we rijden de Rijn over te Keulen.

12.16 u tot 12.47 u – 379 km: stilstand te Frechen. We eten iets.

13.20 u – 437 km: passeren de Duits-Nederlandse grens

13.34 u – 463 km - 25 graden: passeren de Belgisch-Nederlandse grens.

13.54 u – 502 km: passeren de verkeerswisselaar te Lummen.

14.19 u – 548 km: rijden over de brug te Pulle.

14.28 u – 563 km: begin van de ring van Antwerpen.

Via Melle (om de valiezen van Marijke en William af te zetten) komen we thuis aan omstreeks 15.30 u en na 640 km. Vooraf gaan we tanken: € 24,61 – 22,85 liter.

We hebben in totaal 2.634 km afgelegd waarvan 2074 km voor de heen- en terugreis.

We tankten 171,34 liter en betaalden hiervoor € 201,91. Wegens het defect van een pomp moet er waarschijnlijk 15 liter diesel in mindering gebracht worden.

De temperaturen schommelden tussen 28 en 34 graden. We hadden slechts één regendag en één avond met een kortstondig onweer.

Het viel ons op dat de aanduidingen voor de wandelingen zeer gebrekkig of zelfs totaal afwezig waren. Gezien de structuur van het dal kan deze streek niet wedijveren met bvb het wandelparadijs van Grossarl.

De hotelkamers waren goed en proper. Het eten in het restaurant van het hotel was goed. De buffetten werden echter te weinig of te traag aangevuld. Gezien de omvang van het hotel, dit omvat twee gebouwen, kan men hier geen “huiselijke” sfeer verwachten en is alles vrij onpersoonlijk. Gelet op de gunstige prijs mag de prijs/kwaliteit goed worden genoemd. De all-in mag eerder bescheiden genoemd worden. Zo moesten donker bier en cola-light wel betaald worden.

 

01-08-2007 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
31-07-2007
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Grossglockner 3798 m
Klik op de afbeelding om de link te volgen

31-07-2007 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
24-10-2006
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Antalya Turkije 2006

ANTALYA - TURKIJE

17 – 24 OKTOBER 2006

-----------------------------------

Waarschijnlijk werd dit het laatste bezoek aan Antalya omdat we ook nog andere horizonten willen verkennen. Maar zoals het spreekwoord zegt: “Zeg nooit nooit”.

Zo eindigde mijn reisverslag over onze 3de reis naar Antalya, van 15 tot 26 april 2005. De aantrekkingskracht van het hotel Alp Pasa in de oude stadswijk Kaleici van Antalya is dermate groot dat we al vrij vlug besloten hebben nog maar eens de warme zon van Turkije op te zoeken.

Op 28 augustus 2006, in de namiddag, ontplofte een bom in de buurt van de Ataturklaan in Antalya. Met drie doden en een aantal gewonden voor gevolg. Daarvoor waren ook Istambul en Marmaris het doelwit van een bomaanslag. Duidelijk was dat de Koerdische PKK, de voor Turkije zo belangrijke toeristische industrie, een zware slag wou toebrengen. Uit ter plaatse ingewonnen informatie blijkt dat de toeristische sector slechts een korte tijd na de feiten een terugloop kende. Al vlug herstelde de situatie zich, net zoals nadat bekend werd dat er zich enkele gevallen van vogelpest in Turkije hadden voorgedaan.

Dinsdag 17 oktober 2006

02.30 u: we worden spontaan wakker, in feite veel te vroeg, dus kunnen we het wat langzaam aan doen. Gisterenavond zijn we reeds om 20 u gaan slapen zodat we nu goed uitgerust zijn.

03.45 u: Kristof en Joke komen ons ophalen om ons naar Zaventem te brengen.

Ca 04.40 u komen we aan in de vertrekhal van de luchthaven. We halen aan de Jetairbalie de traditionele tas op en daar vernemen we tevens dat we over een tiental minuten kunnen inchecken aan balie 9.10. Net nog tijd voor een sanitair bezoek. We krijgen op rij 24 de zetels D en E toegewezen. Eens in het vliegtuig zal blijken dat het de enige twee zetels zijn op de rij omdat die ter hoogte van de nooddeuren staan. Naast zetel E is er evenwel nog een speciale zetel (welke omgekeerd staat) dat door het cabinepersoneel gebruikt tijdens het opstijgen en landen. Het vliegtuig waarmee we zullen reizen is een airbus type 321 en heeft 2 x 3 zetels per rij. Er zullen 216 personen aan boord zijn en 7 bemanningsleden. De “gate” waar we moeten inschepen is B 15 en is dus vrij dicht bij de ingang gelegen. Vooraleer we de diverse controles passeren drinken en eten we nog een kleinigheid. Na de pascontrole passeren we de veiligheidscontrole. Dit keer zonder veel gepiep omdat ik vooraf mijn zakken heb leeg gemaakt en alles in de handbagage gestopt heb. Gate B 15 bereiken we na slechts een 5-tal minuten stappen. Na nog even wachten kunnen we om 6.30 u stipt in het vliegtuig stappen. Zoals voorzien zet het toestel zich in beweging om 7.05 u. Buiten is het nog donker. Het is fris weer maar droog. Veel van het buitengebeuren kunnen we niet zien omdat er in onze buurt slechts een piepklein rond raampje is. Volgens de kapitein zal de vlucht 3 u en 25 minuten duren.

Stipt om 11.30 u, lokale tijd (Europese tijd + 1 u), landen we op de luchthaven van Antalya maar het duurt nog zeker 10 minuten vooraleer het vliegtuig tot stilstand komt aan een “gate”. Eens uitgestapt is het nog even wachten op de valiezen. Een visum, dat we zelf moeten invullen, kost ons € 10 per persoon. Vervolgens passeren we de pascontrole en wordt het visum afgestempeld.

Eens buiten het luchthavengebouw vinden we tussen de talrijke standjes van de reisorganisatoren dat van Jetair. Daar verwijst men ons naar een klein busje dat het nummer 6 draagt achter de voorruit. Eens in het busje gestapt krijgen we een omslag met wat informatie in. Een 10-tal personen vullen het busje dat naar de oude wijk van Antalya Kaleici rijdt. Eens we aan de rand van de wijk zijn krijg ik de indruk dat de bestuurder wel wat omrijdt, tot ik later bemerk dat de meeste straten afgesloten zijn doormiddel van paaltjes die in het wegdek kunnen wegzinken. Waarschijnlijk is het de bedoeling om op die manier het verkeer uit de smalle straatjes weg te houden.

De eerste reizigers die ter plaatse zijn logeren in het hotel Talya. Buiten is het ongeveer 20 graden maar het voelt zwoel aan door de hoge luchtvochtigheid. In de buurt van ons hotel (Alp Pasa) moeten we nog een klein eindje straat te voet afleggen omdat het busje niet tot aan de ingang kan rijden wegens de paaltjes. Op de binnenkoer ontmoeten we een kelner die hier vorig jaar ook reeds werkte en die ons onmiddellijk herkende en begroette. Van hem vernemen we dat zijn collega Musti er ook nog werkt. We zullen hem in de loop van de namiddag terugzien. Door een sjouwer worden de koffers naar de eerste verdieping gebracht. Bij onze boeking hadden we er de voorkeur aan gegeven kamer Sinan Pasa te krijgen, zijnde de kamer die we in 2003 hadden. Vorig jaar hadden we de kamer er juist boven die net hetzelfde van inrichting is maar om wat minder trappen te moeten doen gaven we de voorkeur aan de kamer op de eerste verdieping.

Eens op de kamer schikken we de bagage in de kasten. Na een bord spagetti naar binnen gewerkt te hebben vangen we een uiltje.

Omstreeks 15.30 u gaan we naar de markt om enkele kleinigheden (fruit) te kopen en wisselen we in een wisselkantoor wat euro’s om in YTL (Yeni Turkish Lira = nieuwe Turkse lira). Sinds nieuwjaar 2006 is de oude munt niet meer gangbaar. Het is nog altijd beter te betalen in Lira’s omdat men anders voor het gemak als koers hanteert: 1 Euro voor 2 Turkse Lira’s, daar waar de officiële koers 1,84 YTL voor € 1 is. We moeten wel wat zoeken om ons geld gewisseld te krijgen want in de post en enkele banken waar ik navraag deed willen ze niet wisselen. In het hotel geld omwisselen is af te raden wegens de koers die ze daar hanteren en die waarschijnlijk nog dateert van jaren geleden. Uiteindelijk kan ik in een wisselkantoor terecht.

Na alles naar onze kamer te hebben gebracht en de waardevolle zaken in de kluis, die we huren, te hebben gestopt willen we een bezoek brengen aan Adamo, de uitbater van een terras aan de oude stadstoren boven de haven. Ondertussen is het beginnen regenen en gaat het van enkele druppels naar een gietende regen. We stellen vast dat een van onze plooibare paraplu’s kapot is. In een winkeltje op 100 meter van het hotel kopen we een nieuwe, na het gebruikelijk afbieden, voor € 2,5. Eens aan de uitbating van Adamo gekomen worden we zoals gebruikelijk naar binnen gelokt. Dit is echter niet moeilijk daar we toch van plan waren hier iets te drinken. We bestellen een groot glas vers geperst sinaasappelsap (3 ytl of € 1,5). We vragen tevens naar Adamo maar die is op dat ogenblik naar de tandarts. We wachten een tijd lang op hem en wanneer we er aan denken om op te stappen komt hij het hoekje om gestapt. Hij herkent ons onmiddellijk en wanneer we vertrekken beloven we hem regelmatig te komen opzoeken. Nog goed dat er een zeil gespannen is over het terras, dat normaal dient om wat schaduw te geven, anders zouden we kletsnat geweest zijn. Onder de gietende regen keren we terug naar het hotel om er een verfrissend bad te nemen.

Om 19.30 u gaan we avondmalen. Wegens de weersomstandigheden, het blijft maar regenen, wordt er binnen gegeten. Alles is in buffertvorm: de voorgerechten, de warme gerechten en de nagerechten. Ik had me voorgenomen eens te tellen hoeveel verschillende gerechten er aangeboden worden maar dit is een onmogelijke zaak wegens de grote verscheidenheid.

Om 21 u gaan we slapen. Het vroeg opstaan en de reis eisen hun tol. Om 2 u begint het te donderen en bliksemen, gepaard gaande met felle regenvlagen. De regen en het onweer zullen aanhouden tot in de nacht van woensdag op donderdag.

Woendag 18 oktober 2006

07.15 u: opstaan.

08.45 u: ontbijt.

Daar het nog steeds onophoudelijk regent komen de meeste hotelgasten laat ontbijten. Zonder kletsnat te worden kan men toch niet buiten. Wanneer we na het ontbijt, waarvoor we alle tijd nemen, terug op de kamer komen is deze reeds gepoetst. De verrassing is dat er met de twee grote en twee kleine handdoeken op het bed figuren zijn gemaakt in de vorm van een groot en een klein hart. Tijdens onze reis in 2003 had de vrouw van “Petoeke” ons van dergelijke figuren op het bed verteld. We hadden het toen niet geloofd omdat dit ons niet overkwam en omdat we sceptisch stonden over hetgeen ze zoal vertelde. Iedere dag dat we hier verblijven zullen we een andere figuur op het bed aantreffen.

Voor de rest van de voormiddag, tot 12.30 u, blijven we op de kamer. Het enige wat we kunnen doen is betere tijden afwachten. Onze vrees is groot dat dit weer langer dan één dag zal duren. We besluiten dan maar naar een Turks bad te gaan. Door de wirwar van kleine straatjes van Kaleici en het slechte weer vinden we het Turks bad, waar we vorig jaar waren, niet onmiddellijk terug. Wanneer ik navraag doe stuurt de man me naar een ander Turks bad. Uiteindelijk komen we terecht in het straatje Barbaros Mah. Kocatepe Sokis en in het nr. 32 vinden we het Turks bad SEFA HAMAMI. Reeds in 1450 was er sprake van dit badhuis. Volgens de Osmaanse archieven werd het toen gerestaureerd. Het heeft kenmerken van de Selschoeksche architectuur in zich en in de fundering zijn Romeinse archtectuurelementen aanwezig. In de jaren tachtig van de vorige eeuw (20ste eeuw) werd het badhuis gerestaureerd.

Het bestaat uit:

-een Apoditeryum (een kleedkamer)

-een Frigitaryum (een koude ruimte)

-een Tpitaryum (een droge halfwarme ruimte)

-een Kaldaryum (een vochtige ruimte)

-een sudatoryum (een stoombad)

-en een proeforriium (een warme ruimte)

Volgende prijzen worden er nu gehanteerd:

-voor het bad: 10 YTL

-voor de peeling: 5 YTL

-voor de zeepmassage: 6 YTL

-voor een oliemassage; 10 YTL

-voor alles samen: 30 YTL (of € 18)

Het enige verschil dat er is tussen dit bad en het andere waar we vroeger naar toe gingen is dat de oliemassage als laatste gegeven wordt. Dit is echter logischer want anders wordt de olie weggewassen door de zeepmassage.

Het valt ons op hoe netjes het hier is (het andere bad van vorig jaar was wel iets minder proper). In een gezamenlijk kleedhokje kunnen we ons omkleden. Op de deur van het hokje steekt een sleutel aan een rubberen ring die we aan onze pols kunnen hangen. Om 15 uur verlaten we de hamam. Het gehele bad nam twee uur in beslag (voor twee personen).

Op de terugweg naar het hotel kopen we bij een bakker enkele koeken die we onder de luifel van de bakkerswinkel opeten. Door de aanhoudende regen en de minder goede afwatering van de straten worden onze kleren vochtig en onze schoenen nat. Naast ons, onder de luifel, staat nog een koppel Vlamingen en een koppel Duitsers die iets naar binnen werken.

Voor de rest van de namiddag blijven we op de kamer tot 18 u. Om de tijd te doden gaan we in het restaurant iets drinken. Naast ons zit een koppel Nederlanders (die samen met ons arriveerden ) en aan een andere tafel drie Vlaamse vrouwen. Ook zij zitten zich te vervelen en beter weer af te wachten.

19.30 u: avondmaal

Om 21.15 u gaan we slapen. Buiten striemt de regen ongenadig verder, nu en dan begeleid van donder en bliksem. Aangezien de overloop van de trap naar de kamers niet afgesloten is kan de regen deels op de houten plankenvloer vallen. Het personeel moet regelmatig het water verwijderen met een trekker.

Om 2 u wordt ik wakker. Ik gluur even door een spleet van het gordijn en bemerkt tot mijn grote vreugde dat het opgehouden heeft met regenen en dat het gesloten wolkendek nu openingen vertoond waarin hier en daar een ster schittert.

Donderdag 19 oktober 2006

05.40 u: vanop de omliggende minaretten schalt uit de luidsprekers het eerste oproep van de dag voor het gebed. Het is nog steeds opgehouden met regenen. Wanneer ik om 7.15 u opsta zie in de verte zelf een flard zon door de wolken piepen.

Om 08.00u gaan we ontbijten. We doen het rustig aan. De hostess van Jetair is een half uur te laat op de afspraak. Ze had ons gisteren gebeld met de mededeling dat de afspraak van gisteren naar vandaag wordt verschoven. Ze is niet al te vriendelijk en het is haar aan te zien dat ze tot laat in de nacht op de luchthaven had gestaan om aankomende reizigers op te vangen. Veel van haar kunnen we niet leren. Het is ten slotte reeds ons 4de bezoek aan Antalya en dit hotel. Wel vernemen we terloops dat zondagavond de ramadan eindigt en op maandag het driedaagse seker bayram (suikerfeest) begint. Gedurende het suikerfeest zijn heel wat winkels gesloten. Het is zo een beetje zoals het kerstfeest bij ons. Ook het suikerfeest wordt meestal in familiekring gevierd.

Het enige interessepunt dat we vanuit Antalya nog niet aangedaan hebben zijn de opgravingen van Sagalassos Deze worden uitgevoerd door archeologen van de Leuvense universiteit. De enige dag dat er een excursie naar daar gaat is op dinsdag. Maar dinsdag vertrekken we terug naar huis. De hostess zegt nogal op een norse toon dat ze niet weet of de site op dit moment van het jaar nog toegankelijk is.

Na de ontmoeting met de hostess wandelen we tot aan de oude stadstoren boven de baai van Antalya. Onderweg informeer ik me over een taxirit naar Sagalassos. Die zou (zonder bieden) € 150 kosten. Daar het weinig waarschijnlijk is dat we de trip zullen ondernemen laat ik het afbieden achterwege. In de loop van de namiddag informeer ik me bij nog andere taxichauffeurs maar die kennen de site van Sagalassos niet en hebben alle moeite het terug te vinden op hun primitief kaartje. Als ik zeg dat de afstand naar daar 100 km is dan krijg ik als prijs € 100 te horen. Maar ik betwijfel of we voor die prijs daar zouden geraken.

Aan de oude toren vinden we Adamo en drinken op zijn terras elk een appelthee. Wanneer we vetrekken, en willen betalen, zegt hij dat het een rondje op de kosten van het huis is. Ondertussen is het weer prachtig geworden, hier en daar wat witte wolken met veel zon ertussen. De temperatuur stijgt op het middaguur snel naar 25 graden.

Na afscheid genomen te hebben van Adamo zakken we af naar beneden, naar het haventje van Antalya. Een van de eerste boten die we tegenkomen zal binnen enkele minuten vertrekken voor een tochtje van 45 minuten langsheen de kust. Dit kost ons € 5 per persoon. We varen mee. Eens we terug zijn zoeken we een boot die over enkele dagen, bij goed weer, naar het Ratteneiland wil varen. De eerste de beste boot waar we ons informeren is van de man waarmee we in 2005 naar de lagere Dudenwaterval, die uitstort in zee, gevaren hebben. Ik herken hem nog van toen en ik herinner mij dat hij mij toen vertelde dat hij nog een ‘lief’ had gehad in Eeklo. We spreken een bedrag af van € 30 voor ons beiden, lunch inbegrepen. We betalen € 10 voorschot, de vis voor het middagmaal moet de schipper ten slotte ook op voorhand betalen.

Op een terras aan de haven eten we een licht middagmaal (Lea: soep met brood en ik: een spagetti bolognese).

Om 14.30 u zijn we terug op de kamer om een middagdutje te doen. Om 15.30 u vertrekken we dan naar de winkelstraten en de overdekte markt. Lea is op zoek naar kleren als geschenk voor Marijke en William. Na een aantal standen op de markt te hebben afgelopen en de nationale sport van het afbieden beoefend te hebben, keren we terug naar het hotel met vijf kledingstukken. In de buurt van de ingang van het hotel zit er een schoenpoetser. Die vraagt mij of ik geen 10 stukken van een Euro kan omwisselen voor een biljet van 10 Euro. Dit is niet zo verwonderlijk want met biljetten kunnen ze terecht in de banken, met muntstukken niet. Ik tel even na en op het eerste zicht lijkt me alles in orde te zijn. We krijgen elk zelfs een klein speldje met een geluksoog opgespeld. Eens in het hotel kijk ik nog eens na en bemerk ik dat een van de muntstukken geen Euro is maar een Turkse Lyra, die maar de helft waard is, maar zeer goed lijkt op een Euro en even groot is. Ik keer terug bij de man die ondertussen stilaan zijn activiteiten aan het stopzetten is. Zonder veel problemen past hij mij het tekort bij. Was hier opzet in het spel?

Op de tweede verdieping van de achterbouw van het hotel was er tot vorig jaar een half open zitruimte. Een deel van de zitbank werd weggenomen en er werd een doorgang gemaakt naar een achterliggend zonneterras. Hier genieten we van een prachtige zonsondergang.

19.30 u: avondmaal. Na het ondergaan van de zon is het nog iets te fris om buiten te eten. Dus eten we in het restaurant. Wanneer het goed weer is staan alle gerechten buiten opgesteld onder een vooruitspringend deel van het gebouw. Enkel het nagerechten buffet staat binnen opgesteld.

Na het avondmaal wandelen we tot aan de oude stadstoren om op het terras van Adamo iets te drinken. Daar de terrasjes er op dit uur (20.45 u) wat leeg bijliggen kan Adamo tijd maken om met ons te praten. We vragen hem of de bomaanslag van enkele maanden geleden een weerslag had op het toerisme. Hij zegt dat kort na de aanslag er een tijdelijke inzinking heeft geweest maar dat de toeristische industrie zich vrij vlug herstelde. Het zelfde gebeurde toen bekend werd dat er zich gevallen van de vogelpest hadden voorgedaan in Turkije. De dag na de bomaanslag zorgde de overheid er voor dat de schade onmiddellijk hersteld werd. Wij hebben geen enkel spoor van schade kunnen terugvinden. De bom ontplofte op amper 150 meter in vogelvlucht van het hotel Alp Pasa.

Rond 21.30 u betalen we de rekening en gaan we slapen. Omstreeks 2 u in de nacht worden we wakker van een drietal luidruchtige vrouwenstemmen.

De ganse dag scheen de zon met hier en daar wat bewolking.

Vrijdag 20 oktober 2006

Wanneer de muezzins om 05.40 u kunnen kelen schrapen om de oproep tot het eerste gebed van de dag te doen, ben ik reeds klaar wakker. Ik doe nog een poging tot 07.15 u. Terwijl Lea nog bezig is in de badkamer neem ik een kijkje op het zonneterras een verdieping hoger. Ik geniet met volle teugen van een prachtige zonsopgang.

Het ontbijt gebruiken we buiten daar het juist warm genoeg is. Zoals gewoonlijk nemen we er onze tijd voor. Het is al 09.30 u als we terug naar onze kamer gaan om daarna te vertrekken naar de halte van de dolmus in de buurt van de building “Antalya 2000”. Deze staat aan de overzijde van de Hadrianuspoort aan de Ataturklaan. We zijn van plan nog eens het autobusstation (“autobus terminale” of “otogar”) te bezoeken dat gelegen is buiten het centrum van de stad. Van daar vertrekken in alle windrichting de bussen met verre bestemmingen over gans Turkije. Eigenlijk is het ons om de dolmusrit te doen. In 2003 deden we deze rit ook en in het terugkeren reden we door de wijken met krotwoningen. Wij willen eens zien of deze armenwijken nog bestaan. We betalen voor de rit 1 YTL (= 0,50 Eurocent) per persoon. Daarvoor kan je het niet laten. De rit naar het busstation is niet zo boeiend want we rijden door het stadscentrum met zijn tientallen appartementsgebouwen. Net zoals de vorige keer werden we bij het betreden van het gebouw door een veiligheidsagent elektronisch afgetast. Na even het gebouw en de er heersende drukte bekeken te hebben, tientallen busmaatschappijen hebben hier hun bureau en loket, nemen we de dolmus om terug te keren aan de halteplaats waar we uitgestapt zijn (aan de grote weg op ca 150 meter van het busstation). De meeste dolmussen zijn van het merk (Magirus?) Deutz. De terugweg loopt krisras door de achterbuurten van de stad. De vervallen huizen zijn meestal zeer eenvoudig opgetrokken of gemetst. De wegen die door die wijken lopen zijn zeer gebrekkig en de chauffeur moet tussen de putten door laveren. Rond 11.45 u stappen we uit aan de Ataturklaan.

De middaguren brengen we door op de binnenkoer aan het zwembad. Het is hier heerlijk rustig. Iedereen is blijkbaar op wandeling of excursie.

Omstreeks 14 u vetrekken we naar de Duddenwatervallen. De halteplaats van de dolmus bevindt zich niet al te ver van het begin van de Ataturklaan. Eerst stonden we aan de verkeerde halte maar daar we geen bussen zagen voorbijrijden met o.a. op het bord achter hun voorruit met de bestemming “D. selalesi” (=Dudenwaterval) valt onze “euro” en herinneren we ons dat we even de hoek moeten omlopen en een huizenblok verder. Ik vraag voor alle zekerheid aan een van de wachtende of we hier goed staan voor de watervallen. Hij zegt van ja maar dat we nog even moeten wachten. Enkele ogenblikken later geeft hij ons een seintje dat de dolmus in aantocht is. De rit naar de watervallen loopt door het centrum van de stad. Op dit uur is het zeer druk en vorderen we slechts langzaam. Het is vrijdag en winkeldag. Daar maandag het “seker bayram”, het suikerfeest, begint, is het extradruk want iedereen is op jacht naar cadeautjes die aan de familieleden gegeven worden ter gelegenheid van dit feest. De terminus van de dolmuslijn ligt nabij de ingang van de Dudenwaterval. Zoals gebruikelijk betaalden we 1 YTL per persoon voor de rit. De toegang tot de watervallen kost ons 3 YTL voor ons beiden. We bezoeken de site en nemen wat foto’s. Op een terras nabij de uitgang drinken we een appelthee en proeven we van een zoete Turkse snoep. In dit laatste zijn de Turken zeer bedreven.

Wanneer we aan de halte komen voor de terugrit komt net de dolmus aangereden. De terugrit naar Kaleici gaat stukken vlotter dan de heenrit. Wel maken we ons bedenkingen over de verkeersveiligheid. Zo hielden we ons hart vast toen de chauffeur van onze dolmus flagrant door het rode licht reed en dan nog het lef had om de voetgangers die de straat dwarsten op het zebrapad (en dus groen hadden) met een brede armzwaai duidelijk maakte dat ze moesten wachten tot hij voorbij was.

Eens uitgestapt lopen we enkele winkelstraatjes door en kopen we nog een geschenkje voor Marijke. Natuurlijk gepaard gaande met het gebruikelijke afbieden.

Het avondmaal gebruiken we buiten maar plots vallen er enkele regendruppels. Iedereen verhuist naar het restaurant binnen, waarschijnlijk denkend aan het weer van afgelopen woensdag. Het loopt echter niet zo’n vaart want de grond werd amper nat. Een kwartiertje later ziet de lucht er weer nagenoeg helder uit.

Na het avondmaal gaan we zoals gewoonlijk bij Adamo eens langs. We drinken elk een glas vers geperst appelsiensap. Lea denkt nog eventjes dat het opgelengd is met water, dit wegens de blekere kleur. Maar als we een dag later op een ander terras hetzelfde bestellen ziet het appelsiensap er uit als dat bij Adamo. De kleur van het sap van appelsienen kan nu eenmaal verschillen naar gelang de plaats van herkomst.

Zaterdag 21 oktober 2006

Zoals gebruikelijk worden we even wakker om 05.40 u door het gezang van de muezzins. Ik sta op om 7.15 u. Vanaf het zonneterras is er een mooie zonsopgang te zien. De bergen van het Taurusketen schitteren in de zon. De verderop gelegen toppen zijn bedekt met verse sneeuw. Het ontbijt gebruiken we zoals gewoonlijk buiten en omdat we ook nu niet gehaast zijn nemen we er onze tijd voor. De ochtendsfeer is fantastisch en wordt benadrukt door de zon die stilaan door haar stralen de binnenkoer laat opwarmen. Ook nu is de kamer reeds gepoetst na het ontbijt en zijn onze bedden versierd met een figuur gemaakt met de verse handdoeken. Iedere dag, zolang we hier zijn, wordt er een andere figuur gemaakt. Daar de meeste winkels morgen zullen gesloten zijn wegens het einde van de ramadan gaan we nu wat fruit kopen op de markt. In het winkeltje in de buurt van het hotel kopen we wat flesjes water voor op de kamer. Het water uit de kraan is in principe niet drinkbaar maar het gebruiken om je tanden te poetsen geeft geen problemen. Voor zes halve literflesjes betalen we 2,5 YTL.

De rest van de voormiddag brengen we door op de binnenkoer, onder een azuurblauwe hemel.

Om 13 u gaan we bij Adamo elk een spagetti en een salade eten. (€ 27). Na het bescheiden middagmaal maken we een kleine wandeling via het mooie stadspark en wisselen we in een zijstraat van de Ataturklaan € 50 om in Turkse Lira.

Vanaf de middag is het behoorlijk warm (28 a 30 graden) en brengen we de rest van de namiddag door aan het zwembad op de binnenkoer. Aan Musti tonen we de foto die we vorig jaar van hem gemaakt hebben. Je kan de obers geen groter plezier doen dan hen een balpen cadeau te geven. Dit laatste hebben we onthouden van vorige keren dat we hier waren.

Voor het avondeten maken we nog een kleine wandeling doorheen de straatjes van Kaleici. We helpen een groep Engelstaligen op weg naar de Hadrianuspoort. Door de wirwar van straatjes vonden ze de juiste weg niet meer terug.

Om 19.30 u: avondmaal.

Hoe verdienen sommige mensen hier hun dagelijks brood?

Het is soms onvoorstelbaar hoe sommigen hier in de grootstad Antalya een (bescheiden) inkomen verdienen.

Zo op het eerste zicht zijn zij die werken in openbare dienst veruit in de minderheid, waarschijnlijk wegens de lage lonen maar ook omdat zij tot de laatste lira moeten aangeven bij de belastingen.

De meesten oefenen een zelfstandig beroep uit of werken in privé-loondienst.

Een greep uit de zelfstandige beroepen die we tegenkwamen, vooral in Kaleici waar heel wat toeristen voorbijstappen die afkomstig zijn uit de zwemparadijzen buiten Antalya:

-ringvormige broodjes verkopen

-allerlei noten verkopen

-huurauto’s

-taxi’s die vervoer doen naar de toeristische trekpleisters

-boottochten organiseren langsheen de kust of naar het Ratteneiland

-winkels in alle maten – van piepkleine eenmanszaakjes tot luxueuze megawinkels

-schoenpoetsers

Het meest merkwaardige was een man die rondliep met een gewone personenweegschaal. Men kon er zich op wegen tegen betaling.

Bij de schoenpoetsers heb je twee soorten:

-de occasionele wiens materiaal is opgeborgen in een zelfgemaakte houten bak. Meestal zijn dit kinderen die wat drinkgeld willen bijverdienen. De anderen zijn in feite arme bedelaars.

De professionele schoenpoetsers beschikken over een met koper beslagen materiaalbak (soms zeer mooi) voorzien van een metalen voet waarop de te poetsen geschoeide voet moet geplaatst worden. Wanneer je je schoenen door deze laatsten laat poetsen blijven die dagenlang mooi. Nadat de schoenen zijn ingesmeerd met zwart (wit of bruin) schoenvet en opgeblonken zijn wordt er nog een laagje boenwas aangebracht. Zo blinken de schoenen als een spiegel.

Zondag 22 oktober 2006

Opstaan om 7 u. Ik doe een wandelingetje tot aan de oude stadstoren en het ernaast gelegen uitzichtspunt over de baai van Antalya. Het is hier nog stil en de zonsopgang is mooi.

08.30 u: we ontbijten buiten. We kunnen alle tijd nemen want we hebben slechts een afspraak in de haven om een boottocht te maken om kwart voor elf.

Om 10.15 u vertrekken we naar de haven voor een tocht van één uur varen tot aan het Ratteneiland. In totaal zal de tocht vijf a zes uur duren. De lunch is inbegrepen. Eens aan boord moeten we nog enkele minuten wachten op de kapitein want die is de vis gaan kopen voor het middagmaal. Stipt om 11 u vertrekken we. Buiten ons zijn er nog vier Schotten aan boord en een Duits koppel. Deze laatsten zijn afkomstig uit Erfurt (midden-Duitsland). Al vlug onspint zich een gesprek met hen en voor we het goed beseffen varen we het Ratteneiland voorbij en leggen we wat verder aan. Er is gelegenheid om te zwemmen in zee. Met z’n vijven (de twee jongste Schotten, de twee Duitsers en ik) zwemmen we van de boot naar de kust. Het water zou volgens de schipper 24 a 25 graden zijn, wat nog waar blijkt te zijn. De kennismaking met het strand is wat minder plezant omdat het een keienstrand is en het lopen op de kleine keitjes met blote voeten pijnlijk is. Na even gerust te hebben keren we terug naar de boot waar inmiddels de lunch klaar is. Er is vis, spaghetti en rauwe groenten. Het water is gratis, de andere dranken moeten betaald worden. Na de zwempartij smaakt het bescheiden maal dubbel zo goed. Na de maaltijd varen we wat terug en gaan we voor anker ter hoogte van het Ratteneiland. Tegen de toppen van het nabije Taurusgebergte komen stilaan donkere wolken kleven en gaat de zon zich verschuilen. Het blijft echter droog en zacht weer. De stad Antaya zelf baadt in het zonlicht. Er is niemand die weet waarom het eiland “Ratteneiland” genoemd wordt. Tussen het groen van het onbewoonde eiland kan nog een oude versterkingsmuur ontwaard worden. Ook hier is er kans om in zee te zwemmen. Enkel de twee jonge Schotten maken hiervan gebruik. Met ons zessen die aan boord blijven praten we wat met elkaar.

Rond 15.30 u lichten we het anker en zetten koers naar Antalya. We leggen aan in de oude haven van Kaleici om 17.00 u en nemen afscheid van de andere passagiers.

De rest van de avond verloopt zoals gebruikelijk.

Met het ondergaan van de zon komt een einde aan de ramadanmaand (27 dagen).

Maandag 23 oktober 2006

Om 5.40 u worden we zoals gebruikelijk gewekt door de oproep van de muezzins. Vandaag duurt de oproep meer dan dubbel zo lang en zetten alle muezzins uit de omgeving op hetzelfde ogenblik hun beste beentje voor. Vandaag begint “seker bayram” – het suikerfeest.

Om 08.30 u gaan we ontbijten (in open lucht). Daar waar er anders een 8-tal verschillende broodsoorten en cakes voorhanden zijn is er vandaag slechts een tweetal soorten voorzien. Op het einde van het ontbijt biedt de ober ons een snoepje aan en wat reukwater om de handen te verfrissen. Beiden staan klaar op een grote metalen schotel aan de ingang van de receptie. Iedereen die binnenkomt in het hotel krijgt dezelfde versnapering. Kinderen die op straat voor het hotel spelen worden door de poortwachter bevoorraad met wat suikergoed.

Na het ontbijt loop ik naar de Hadianuspoort en de Ataturklaan. De anders zo drukke laan ligt er vreemd verlaten bij. De winkels zijn nagenoeg allemaal gesloten. Op het einde van de laan vind ik een krantenkiosk waar enkel Turkse kranten te krijgen zijn. De rest van de dag brengen we hoofdzakelijk door op de binnenkoer.

Om 12.45 u maken we een korte wandeling doorheen het park. Een deel ervan is ingenomen door kraampjes die de vorm hebben van kleine houten huisjes. Op de Ataturklaan is er een McDonaldsrestaurant waar we een hamburger eten.

Rond 16 u gaan we afscheid nemen van Adamo die de hoop uitdrukt ons nog eens te mogen verwelkomen.

Een uur later zijn we terug in het hotel en wordt het tijd dat we de valiezen klaar maken.

Om 19.30 u gebruiken we voor de laatste keer het avondmaal in open lucht. Na de twee ons best gekende obers wat drinkgeld te hebben toegestopt en van hen afscheid te hebben genomen ga ik de rekening (de dranken, een spaghettimaaltijd en de huur van de kluis) betalen (met visakaart) in de receptie.

Op de kamer bel ik naar de receptionist met de vraag ons om 03.30 u te wekken.

Daar het morgen vroeg op te staan is gaan we om 20.45 u slapen.

Dinsdag 24 oktober 2006

Ik word spontaan wakker om half drie en blijf nog even liggen tot drie uur. Overslapen kon moeilijk want ik had niet minder dan drie wekkers: 1. de receptie, 2. een reiswekkertje, 3. mijn GSM. Daar we nog voldoende tijd hebben neem ik nog een bad en maak dan Lea wakker op het voorziene uur. Terwijl Lea een bad neemt breng ik de twee valiezen naar beneden aan de receptie. In de receptie zit de nachtportier en aan een tafel, in het half duister, een bejaarde Turkse hotelgast. De man, die ik gisteren reeds in het hotel opmerkte, begint een kort gesprek. Hij verblijft in een van de standaardkamertjes (die vrij klein zijn) en heeft last van astma en slapeloosheid. Hij zegt afkomstig te zijn van Marmaris en was hier reeds een 4-tal keer te gast in dit hotel. Hij drukt zich uit in correct Duits en vertelt dat hij 8 jaar in Duitsland verbleef. Daar begon hij met een winkel maar toen hij wat ouder werd gaf hij er de voorkeur aan terug naar Turkije te komen. Zijn kinderen bleven in Duitsland en zetten er de zaak verder. Eens de valiezen beneden kunnen we nog wat tot rust komen op de kamer om dan om 04.30 u naar de receptie te gaan. Een koppel Nederlanders die vorige week hier samen met ons toekwamen zit ook al te wachten op het busje samen met nog een derde koppel dat naar huis vertrekt. We zijn nog niet goed en wel beneden als de chauffeur van het busje ons komt verwittigen dat we kunnen vertrekken. We moeten wegens de verzinkpaaltjes tot aan de hoek te voet gaan omdat het busje niet dichter bij de ingang van Alp Pasa kan geraken.

Een laatste keer rijden we door de verlaten straatjes van Kaleici en stoppen even buiten de oude stadswijk aan het hotel Talya om de rest van de vakantiegangers te laten instappen. Alle plaatsen in het busje zijn ingenomen.

Om 05.00 u bereiken we de luchthaven.

Eerst passeren we de veiligheidscontrole van de bagage en personen.

Vervolgens checken we in maar door de grote drukte duurt dit tot 05.30 u.

Gauw eten en drinken we elk nog een koffie en een croissant wat ons de “democratische” prijs van € 10,30 kost.

Vervolgens passeren we de pascontrole en tevens worden de visums gecontroleerd. Bij mijn weten is dit de eerste keer dat onze visums gecontroleerd worden.

Bij het binnengaan van de wachtruimte aan de gate wordt nog maar eens een veiligheidscontrole gedaan.

Om 06.30 u mogen we instappen en wordt onze instapkaart en identiteitskaart nog maar eens gecontroleerd.

Toen we in het voorjaar op de luchthaven van Palermo (Sicilië) inscheepten was er nagenoeg geen controle. Toch wel schrijnend hoe sommige landen zorgeloos omspringen met de veiligheid.

Het vliegtuig waarmee we terugkeren is van het zelfde type van datgene waarmee we naar hier kwamen. Mogelijk is het zelfs hetzelfde toestel. Bij wonder hebben we dezelfde zetel van bij de heenreis nl. zetel 24 D en 24 E. Volgens de commandant zijn er 274 passagiers aan boord van de airbus. Op wat er buiten gebeurd hebben we weinig zicht wegens het piepklein raampje in onze buurt. We worden te Brussel verwacht om 09.50 u indien er zich geen vertraging voordoet. Het is er bewolkt met regenvlagen en een temperatuur van 15 graden. Dit wordt even wennen want deze morgen moest ik wegens de warmte het raam van onze kamer wagenwijd openzetten. Onderweg krijgen we te maken met wat turbulentie maar zonder veel erg. Wegens de drukte op de luchthaven van Zaventem lopen we wat vertraging op en moeten we in kringetjes vliegen. De piloot meldt laconiek dat we ons geen zorgen hoeven te maken want dat er nog voldoende brandstof voorhanden is. Uiteindelijk landen we om 10.10 u.

Eens buiten het vliegtuig bel ik met de GSM naar Marijke. Die is net aan het parkeren op een van de luchthavenparkings. Ze heeft onderweg naar hier in de file gestaan. Het duurt een tijdje vooraleer we onze valiezen van de rolband kunnen plukken. Na de pascontrole en de douane te zijn gepasseerd vinden we Marijke aan de uitgang. Samen gaan we iets eten in het restaurant van de luchthaven waarna we naar huis rijden.

Om 13 u zijn we thuis.

Deze reis had niet de bedoeling nieuwe zaken te ontdekken. In en om Antalya hebben we alle bezienswaardigheden reeds verkend. Wel leent het hotel Alp Pasa zich voor een uitrustende vakantie. En dit opzet slaagde volledig.

In totaal hebben we nu 7 vliegtuigreizen gemaakt, dus 14 vluchten (Zwitserland, Sicilië, Kreta en 4x Turkije).

24-10-2006 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
23-10-2006
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Antalya Turkije 2006
Klik op de afbeelding om de link te volgen








De schoenenpoetser van de wijk Kaleici in Antalya

23-10-2006 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
05-10-2006
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lourdes en de Pyreneeën

Lourdes en de Pyreneeën

10 – 23 september 2006

Zondag 10 september 2006

Kilometerstand: 1864 km.

04.00 u: opstaan. We nemen nog vlug een douche en laden de laatste spullen in de auto. Alles was gisteren rond de middag reeds klaar om te vertrekken. In de loop van de namiddag speelden we nog met het idee om die dag nog te vertrekken. De bagage moest echter nog in de auto geladen worden. Ik moest ook nog uitzien naar een Campanilehotel, even voor Parijs, en dit opbellen om te weten of er nog een kamer vrij was. Bij nader inzien was dit toch geen goed idee en besloten we dan maar op de oorspronkelijk geplande dag te vertrekken.

05.09 u: We vertrekken. Het is 15 graden en de lucht is wolkeloos.

05.40 u – 35 km: We verlaten de E 17 en rijden via de E 403 naar de grens.

05.57 u – 82 km: We passeren de grens België – Frankrijk. Een groep agenten van de Franse Police National doet controles aan de grens. Ze hebben vooral oog op wagens met een Franse nummerplaat. Wij mogen zonder stoppen doorrijden.

06.20 u – 128 km: Begin van de peage op de A 1.

07.04 u tot 07.27 u – 219 km: We houden een sanitaire stop aan een wegrestaurant. We verbruiken een koffie met een croissant.

07.34 u: De temperatuur is 12 graden en inmiddels is de zon opgekomen.

07.49 u – 255 km: Einde van de peage op de A 1 en betalen € 13,10.

Rond 08.00 u rijden we via de Porte De Bagnolet de Parijse péripherique op. Er is betrekkelijk weinig verkeer op deze anders zo drukke ringweg van Parijs (met opzet kozen we een zondag om te vertrekken). Een tiental minuten later verlaten we de périphérique en nemen de A 6 richting Lyon. Eens afgeslagen hebben we na enkele minuten de splitsing Lyon en Nevers/Bordeaux. Wij volgen de richting Bordeaux. Het is 08.35 u en 17 graden.

08.52 u tot 10.15 u – 356 km: Stoppen aan een tankstation nog voor we Orleans bereiken. We tanken voor € 30 diesel (€ 1,20 / liter). We maken van de gelegenheid gebruik om iets te drinken en blijven wat langer te pauzeren. We hebben trouwens tijd genoeg. Ondertussen is het behoorlijk warm geworden.

11.27 u: Sanitaire stop.

Aan de peage te Vierzon betalen we € 16,40. We merken op dat de graslanden er verdord bijliggen en het, in tegenstelling met bij ons, hier al een tijdje niet meer geregend heeft.

13.10 u – 688 km: Zonder problemen en via de soms bijna verlaten snelweg bereiken we het Campanilehotel te Limoge. In dit hotelketen is de receptie de ganse dag open, dit in tegenstelling met onder andere de Etap- en Premiere Classe hotels, die pas om 17 u een bemande receptie hebben. We krijgen kamer nr. 2 toegewezen. Het blijkt echter dat men nog volop bezig is de kamers te poetsen. De poetsploeg begint echter altijd met de hoogste kamernummers aan de achterzijde van het gebouw zodat we nog lang zullen moeten wachten wanneer onze kamer beschikbaar is. Om de tijd te doden drinken we een Ricard in het restaurant. De manager van het hotel heeft het door dat we maar al te lang zullen moeten wachten en stelt ons voor kamer 28 te geven, die zal vlugger klaar zijn. Op de parking wachten we tot kamer 28 klaar is. Men heeft blijkbaar een nieuw dienstmeisje in dienst genomen want haar oudere collega is de wanhoop nabij door het onhandig gedoe van haar jongere collega en de trage vooruitgang van het werk. Uiteindelijk heeft de geroutineerde poetsvrouw door dat we aan het wachten zijn op onze kamer. Totaal over haar toeren belt ze met een van de telefoons op de kamers naar de manager en die stelt voor dat we nog eens veranderen van kamer, namelijk kamer 35. Het nadeel van deze kamer is dat ze een verdieping hoger gelegen is, maar dit nemen we er graag bij, als we maar vlug onze kamer kunnen innemen. Eens we de goede magneetkaart, die toegang heeft tot de kamer, in ons bezit is, kunnen we eindelijk onze spullen naar de kamer brengen en een verfrissend bad nemen. De grootste valies laten we echter in de wagen omdat we die niet nodig hebben. Van de drie wagens die er op de parking staan is er één met Belgische nummerplaat, één met Nederlandse nummerplaat en één met een Deense nummerplaat. Terwijl we aan het wachten waren op de parking waren we getuige van enige spraakverwarring tussen de poetsvrouwen en het Deens echtpaar. Die wilden hun kamer niet verlaten op vraag van de poetsvrouwen (om de kamer te poetsen) omdat ze dachten dat ze uit de kamer gezet werden en omdat ze nog een nacht langer verbleven. Terwijl we de bagage naar de kamer aan het brengen zijn geraken we in gesprek met het Deens koppel waarvan de vrouw goed Duits spreekt. Zij zijn naar hier gekomen voor de tentoonstelling van Limosinekoeien. We hadden reeds in de buurt het geluid van luidsprekers gehoord. Zijzelf zijn in hun thuisland kwekers van dit bekende ras.

19.00 u: We gaan eten in het restaurant van Campanile en kiezen er voor het Special Buffet (2 x € 15,70) en een fles Chäteau Pargade (witte wijn - € 15). Het Special Buffet bestaat uit een voorgerechtenbuffet en een dessertbuffet.

21.30 u: We gaan slapen.

Maandag 11 september 2006

Toen we vijf jaar geleden op reis waren in de Vogezen werden de WTC-torens in New York het voorwerp van een aanslag. Circa 3000 mensen vonden er de dood.

06.45 u: Opstaan.

07.45 u: We gaan ontbijten.

10.00 u: We verlaten het hotel om een tube zalf te kopen wij een apotheek. Op de weg naar het centrum van Limoge vinden we die al vlug. Wanneer we terug bij het hotel aankomen is de poetsvrouw reeds bezig de kamers te poetsen. Ze houdt er echter een eigenaardige werkwijze op na, namelijk: van één verdieping ververst ze alle bedden en pakt dan vervolgens een ander deel van het poetswerk aan. Het is dus niet te verwonderen dat we nog een tijdje moeten wachten vooraleer we in onze kamer kunnen. Om 11.15 u is het dan eindelijk zo ver.

11.30 u: We rijden naar het centrum van Limoge en zonder vele problemen vinden we er een parkeergarage, aan de Place Aisne, waar we de auto achterlaten. Eerst verwonderen we er ons over dat het zeer kalm is in de stad maar al vlug merken we dat, zoals bij ons, veel winkels op maandag dicht zijn. De meeste eet- en drinkgelegenheden openen in de loop van de maandagnamiddag. We maken een wandeling langs de voornaamste straten van de stad. Een eigenlijk winkelcentrum heeft Limoge niet. De grote winkels liggen verspreid over het centrum van de stad.

De kerk St.-Michel de Lions stappen we binnen. Deze heeft prachtig gekleurde glasramen, die echter wel de kerk verduisteren, en een mooi altaar. Opmerkelijk is dat de pilaren van het schip zeer schuin staan (door het gewicht van het dak?). Een van de pilaren vertoont een ernstige horizontale breuk. Blijkbaar is dit geen probleem want de bezoekers mogen er gewoon langs passeren.

Na dit bezoek stappen we een Turkse zaak binnen waar we een sandwich met tonijn naar binnen werken. Inmiddels is de temperatuur goed gestegen en moet zowat rond 30 graden liggen. Van een bezoek aan de kathedraal van Limoge moeten we afzien daar dit gebouw tussen de middaguren gesloten is (het is 13 u en de kathedraal gaat pas open om 14.30 u). Tegenover het lyceum van de stad vinden we een geschikt terrasje om er een tijdje te verpozen. Niet ver daar vandaan bevindt zich de Sint-Pieterskerk die ook van die mooie gekleurde glasramen bezit.

Ons bezoek aan Limoge sluiten we af met een wandeling doorheen het Quartier des Boucheries, de vroegere beenhouwerswijk. Hier staan nog veel oude vakwerkhuizen en een mooie kapel. Eigenlijk is deze wijk de enige bezienswaardigheid die we hier gezien hebben.

Op weg naar de parkeergarage lessen we onze dorst op het terras van dezelfde Turkse zaak waar we deze middag gegeten hebben. Het is er zo zalig zitten en de temperatuur is zo weldoend dat we moeite hebben om rond 16.00 u de terugweg aan te vatten.

De parkeergarage kost ons € 5.50, bedrag dat kan betaald worden met creditkaart.

Zonder veel problemen vinden we de weg naar het hotel terug. We komen er aan om 17.00 u. na eerst nog eens binnengestapt te zijn in het naburig bloemencentrum.

In totaal hebben we 20 km gereden.

19.00 u: Avondmaal. Ook dit keer kiezen we voor het Buffet Special en een fles witte Bordeauxwijn.

22.00 u: We gaan slapen.

Dinsdag 12 september 2006

06.15 u: Opstaan.

Ik breng het meeste van de bagage naar de auto terwijl Lea het bad gebruikt, waarna het mijn beurt is.

07.00 u: Ontbijten.

Na het ontbijt brengen we de rest van de bagage naar de auto en ga ik afrekenen aan de receptie. Alles samen € 276 (2 overnachtingen, 4 x ontbijt, 4 x avondmaal en de dranken).

08.19 u: we vertrekken richting snelweg A 20. Het is 18 graden.

08.58 u – 45 km: We tanken € 29 diesel (€ 1,22/liter).

10.25 u to 11.10 u – 207 km: Sanitaire stop.

Peage Toulouse: We betalen € 2,30 u.

11.24 u – 232 km: We betalen aan de peage te Mantoban Nord € 10.50.

Peage te Muret: We betalen € 1,50.

12.40 u – 340 km: De eerste bergen van de Pyreneeën komen in zicht en zijn gehuld in een lichte nevel.

Peage te Tarbes: We betalen € 5.60.

Ter hoogte van Tarbes verlaten we de snelweg aan afrit 12 en rijden via de D 936 naar Pontacq en verder via Labatmale en Benejacq. Vanaf Gent tot aan Tarbes reden we bestendig op een autoweg of een snelweg. Te Benejacq wordt het hoog tijd om de inwendige mens wat te versterken. We stoppen op het marktplein om er iets te eten.

Even voorbij Benejacq slaan we linksaf en rijden via de D 938 en vervolgens via de D 937 door het dorpje Lestelle-Bétharram. De weg naar het hotel zoeken is een koud kunstje daar er op verschillende plaatsen borden van het hotel geplaatst zijn. Twee kilometer voorbij het dorp vinden we het hotel Le Vieux Logis. Het is dan 15.00 u en we hebben 480 km afgelegd.

Om het hotel te bereiken moet men op de weg naar Lourdes (D. 937) rechts afslaan naar de Grotte de Bétharram. De ingang van het domein van het hotel bestaat uit twee lange lage witte muren met de naam erop. Vanaf de ingang is het gebouw verscholen door groen en bomen. We parkeren de wagen op de ruime parking en bieden ons aan aan de receptie. We geven de voucher van JetAir af aan de bazin. We krijgen kamer 205 toegewezen, gelegen in het nieuwe gedeelte, op de 2de verdieping, met balkon en uitzicht op het zwembad.

Onze eerste reactie was er één van: “waar zijn we nu terecht gekomen”. Het kleine openluchtzwembad, dat normaal toegankelijk is tot half september, is afgedekt. De tweede ontnuchtering: bij het betreden van de kamer vragen we ons af waar we al onze spullen in onder zullen brengen. Naast het zeer ruime bed, beschikt de kamer over een groot bureau, twee stoelen, een rek om de valiezen op te plaatsen, twee tamelijk smalle kasten (een hangkast en een kast met boorden), een comfortabele badkamer en een afzonderlijk toilet. Al vlug komen we tot het besef dat de vermoeidheid van de reis ons parten speelt en eens we beginnen met de bagage in de kamer te schikken blijkt dat alles best meevalt. Later zal blijken dat het zwembad maar tijdelijk afgedekt is omdat de weersvoorspelllingen voor de komende dagen niet al te schitterend zijn.

Eens alles geschikt is rusten we wat uit en nemen een douche. We moeten uiteraard wennen aan een nieuwe situatie. De temperatuur schommelt tussen de 28 en de 30 graden. De luchtvochtigheid is tamelijk hoog. We maken met de wagen een kleine verkenning in de omgeving. Voor het avondmaal gebruiken we op het terras een aperitief.

19.30 u: Avondmaal. Hier vallen we van de ene verbazing in de andere. Het eten is van hoogstaande culinaire kwaliteit. De eerste teleurstelling is al lang vergeten.

Menu:

-Salade du terroir (met schijfjes gedroogde eendenborst en fijne paté)

-Röti de boeuf – tian de courgettes

-Chariot des fromages de France (kaaswagen)

-Oeuf à la neige (wit van ei tot sneeuw geklopt en overgoten met gesuikerde karamel, vanillesaus en een bolletje ijscreme

-wijn: Vin du pays des Cötes de Gascogne «blanc»

22.00 u: We gaan slapen. In de loop van de nacht moet ik het venster wagenwijd openzetten wegens de warmte.

Woensdag 13 september 2006

07.00 u: opstaan.

08.15 u: ontbijten.

We vertrekken richting Pau. Op enkele kilometer van het hotel af is er een Intermarche te Coarraze waar we enkele boodschappen doen. Onderweg tanken we 24,7 liter diesel voor € 29 (€ 1,29/liter). Daarna keren we terug naar het hotel om zoals daar net dezelfde richting uit te rijden, meer bepaald naar Nay. In dit kleine stadje bekijken we het Maison Carré.

12.00 u – 37 km: We verlaten Nay en rijden in de richting van ons hotel en Lourdes. We stoppen te Bétharram, een deelgemeente van Lestelle-Bétharram. Bétharram telt slechts enkele huizen met voor de rest een groot schoolgebouw en het klooster van “Les Peres de Bétharram”. Het is gelegen aan de snelstromende rivier Gave de Pau. De rivier heeft hier enkele vervallen (in de buurt van ons hotel doet men aan rafting). Wegens het middaguur is de kerk gesloten. Vanaf de kerk kan men de heuvel beklimmen. Langsheen de weg naar omhoog staan vrij grote kapellen die de staties van de kruisweg uitbeelden. Deze gebouwen hebben een merkwaardige architectuur. Eens men boven is eindigt de kruisweg op het hoogste punt met een verrijzeniskapel. Tegenover deze kapel staat een kalvarie waarachter een begraafplaats ligt van de paters. Deze laatste ligt er wat vervallen bij maar te zien aan enkele grafzerken wordt ze nog steeds gebruikt. De beklimming en de afdaling hebben ons deugd gedaan na die twee kilometerslange autoritten van de afgelopen dagen.

Om de weg te verkennen rijden we het hotel voorbij naar Lourdes. Zonder veel moeite geraken we tot in het hart van de stad en rijden we de basiliek voorbij. Het verkeer valt er best mee maar het is druk wat voetgangers betreft. De meeste komen trouwens naar hier met bus of trein (TGV). Naast het terrein van de basiliek en de grot zijn het vooral de vele prulariawinkeltjes en eetgelegenheden die de stad vullen. Na even de weg te hebben gezocht keren we terug naar het hotel. Het is 15.00 u als we daar aankomen en hoog tijd om wat achter de kiezen te steken. Net voor de toegangsweg naar het hotel is er een primitieve eetgelegenheid waar men snacks kan eten en sandwiches. Aan de andere kant van de weg staat een vervallen benzinestation dat gesloten is en blijkbaar eigendom is van de uitbater van de eetgelegenheid. We stappen het terras op. Binnen kan men niet zitten want daar is de vroegere herstelplaats voor auto’s. Om de bestelling te kunnen opgeven moet men op een bel drukken waarna de uitbater zich laat zien. Via de openstaande poort van de gewezen herstelplaats zie ik de uitbater en zijn vrouw zitten aan een grote tafel. In een aanbelandend plaatsje is de keuken ondergebracht. Deze primitieve toestanden komt men zowat overal in Frankrijk tegen want we zijn in het land van de uitersten. We bestellen voor elk een sandwich en een cola. We betalen hiervoor het veel te hoge bedrag van € 14. Gisteren betaalden we voor hetzelfde slechts € 8 ! Nadat we de rekening betaald hebben vervoegen we het hotel en genieten we van wat platte rust.

De rest van de namiddag brengen we door met nota’s te nemen voor dit verslag en het versturen van enkele zichtkaarten.

In de voormiddag was het bewolkt maar ca 23 graden. In de namiddag veel zon met wat wolken, gevolgd door een mooie zomeravond. We hebben vandaag 96 km gereden.

19.30 u: Avondmaal

Menu:

-Duo de cochon en éminecé

-Escalope de veau (kalfslapje) – Pommes forestières (dit zijn gebakken aardappeltjes gemengd met bospaddestoelen)

-Chariot de fromages de France

-Moelleux à la pistache (gebak en een bolletje ijs)

wijn: Junançon sec «blanc»

Donderdag 14 september 2006

07.30 u: Opstaan.

08.30 u: Ontbijten.

In de loop van denacht is het beginnen te regenen. Ook ’s morgens regent het nog en zal het voor het grootste deel van de dag blijven regenen. Het is 18 graden.

10.00 u: we vertrekken in de richting van Nay alwaar we het fois gras-museum willen bezoeken. Museum is een groot woord want zoals men kan verwachten is het hier meer te doen om de verkoop van het product. Enkel de film die er vertoond wordt is het interessantste van het museum. Normaal moet er voor het bezoek € 3,5 betaald worden (maar dan met inbegrip van een degustatie). Het enige aanwezige meisje vraagt ons echter niets. Wijzelf dringen uiteraard dan ook niet aan.

In Nay zelf kunnen we het Barretmuseum bezoeken. De streek behoort tot het Franse Baskenland en zoals bekend dragen veel Basken een barret, een soort van groot uitgevallen Alpenmuts. Aan de ingang van het museum maken we rechtsomkeer want ook hier is de documentaire waarde eerder twijfelachtig.

Van Nay rijden we in de richting van ons hotel en bemerken dat de kerk van Bétharram open is. Eens binnen blijkt de kerk een zeer rijk interieur te bezitten. De altaren zijn van boven tot onder bedekt met bladgoud. Het houten plafond onder het doksaal is beschilderd met portretten van geestelijken of heiligen. De muren zijn overladen met prachtige schilderijen. Op dit ogenblik is er een misdienst bezig.

12.00 u: aankomst aan het hotel. Tot 13.40 u genieten we van een platte rust waarna we vertrekken naar het centrum van het dorpje Lestelle. In het voorbijrijden heeft Lea een bar/café/restaurant, zoals er minstens in ieder dorp een is, opgemerkt. Zij heeft het vermoeden dat hier een gestikte gelegenheid is om een sandwich te eten. Eens we binnen zijn blijkt dat de aanduiding “restaurant” fel overdreven is want wij zouden het eerder onder de naam “kroeg” catalogeren. Een jonge man staat achter de toog. Aan een tafeltje in de kleine gelagzaal zit een slonzige jonge vrouw, met een vervelend doend kind op de arm, en behoort blijkbaar ook tot het meubilair van het café. Nadat we onze bestelling hebben opgegeven verschijnt vanuit de plaats achter het café een reus van een kerel, blijkbaar de baas van het etablissement, in ontbloot bovenlichaam. Te zien aan de foto’s die het café “sieren”, was of is de man een rugbyspeler. Zijn witte koksvest, die aan een van de stoelen in het café hangt, schiet hij aan. De vest heeft blijkbaar al een tijdje geen wasmachine gezien. We betalen voor twee sandwichen en twee cola’s € 9, 60.

Na dit weinig appetijtelijk intermezzo rijden we ons hotel voorbij om een bezoek te brengen aan de Grot van Bétharram. Ondertussen regent het nog steeds pijpenstelen. De grot ligt een 2-tal kilometer voorbij het hotel. Eerst plaatst men zijn wagen op de parking en gaat men aanschuiven in een wachtzaal tot wanneer de groep groot genoeg is. Van daar gaat het met een bus naar de ingang van de grot (ca 2 km verder). Onder leiding van een gids gaan we de grot binnen. De uitleg wordt (electronisch) in verschillende tallen gegeven, ook in het Nederlands. Het is een vrij grote grot en een van de mooiste die we ooit zagen. Onderweg moet er een 500-tal meter gevaren worden met een bark die door de gids smalend de Titanic genoemd wordt. Op het einde van het bezoek moet men instappen in een treintje die de bezoekers terugbrengt naar de parking. In het grote gebouw, een cafétaria, waar tevens prularia verkocht worden, drinken we iets en keren dan terug naar het hotel. Daar proberen we de modderspatten van onze schoenen en broeken te verwijderen. Het is dan 18.00 u.

Vandaag reden we ca 37 km.

19.30 u: Avondeten.

Menu:

-Cocktail de crevettes

-Jambon frais braisé au Madiran – Pätes fraiches

-Chariot de fromages de France

-Créme brulée à la vanille

Het menu staat op een gedateerd blad dat in een menukaartje steekt en ieder dag vervangen wordt. Zoals ik dit deed in Oostenrijk, neem ik dit blad iedere avond mee. Dit bespaart me het werk van het opschrijven van het dagmenu voor dit verslag. Hoewel men met dit blad niets meer kan aanvangen (de datum van die dag staat er op), wordt vanaf een bepaald ogenblik het menu door de ober meegenomen. Blijkbaar moet er hiervoor een of andere reden geweest zijn. Ik weet echter nog altijd niet waarom.

Vrijdag 15 september 2006

07.15 u: Opstaan.

08.15 u: Ontbijten.

09.23 u: We vertrekken naar Pau, meer bepaald om een bezoek te brengen aan een chocoladefabriek en het daarbij behorend museum “Feerie Gourmande”. Het is 13 graden. We komen er aan om 10.04 u – 32 km.

We kunnen wel het kleine museum bekijken en de verkoopzaal maar de productieafdeling, die waarschijnlijk veruit het interessantste deel is, kan op dit ogenblik niet bezocht worden omdat men het bedrijf aan het herschikken is. Een maat voor niets dus.

Deze morgen is het opgehouden met regenen en komt de zon regelmatig door de wolken piepen.

11.30 u – 72 km: Wij zijn terug in het hotel.

12.15 u: We vertrekken naar Lourdes om het stadje grondiger te bekijken.

12.31 u – 85 km: Aankomst te Lourdes. Daar we de omgeving reeds verkend hebben weten we al min of meer hoe we de stad moeten binnenrijden en waar er waarschijnlijk parkeerplaats te vinden is. Komende uit de richting van Lestelle- Bétharram rijden we in de buurt van Lourdes over de spoorwegovergang en slaan even verder rechts af om over de brug van de Gave de Pau te rijden. Een paar 100 meter verder slaan we links af en ongeveer 1 km verder komen we naast de basiliek uit. Daar vinden we een vrije parkeerplaats waarvoor we € 5 betalen voor 5 uur parkeren. Na 19 uur is het daar echter vrijparkeren. Achtereenvolgens bezoeken we de crypte, die zich op de middelste etage bevindt, en de bovenkerk, waarvan de Lourdeskerk te Oostakker een kopie is. Via de schuine helling van de zijwaartse bogen kan men naar het benedenplein afdalen. Halfweg krijg ik plots een hevige pijnscheut in de rug. Hiervan zal ik de twee volgende dagen nog wat last hebben maar dank zijn een goedwerkende zalf (Voltaren) verdwijnt stilaan de pijn.

Eens beneden gaan we iets eten in een straatje dat uitkomt op de bedevaartsite. Voor twee broodjes met worst en twee cola’s betalen we € 18,60. Zo worden de toeristen nog maar eens uitgemolken.

Na het bescheiden eetmaal bezoeken we de grot die te vinden is aan de rechterzijde van de basiliek. Het is dan al na het middaguur. Toen we hier aankwamen was het nog rustig maar nu komen steeds meer mensen naar de basiliek en de grot afgezakt. Aan de grot zelf is het even aanschuiven. We kopen een 4-tal kaarsen die we daarna laten branden op de daarvoor bestemde plaatsen.

Uiteindelijk bezoeken we de eigenlijke basiliek die op de onderste verdieping gelegen is. In feite heeft het complex drie kerken boveneen. De binnenzijde is versierd met prachtige mozaïeken. Bij het buitenkomen begint te druppelen. Vlug duiken we een patisserie binnen om iets te drinken. We zitten nog niet goed en wel neer of buiten barst een kleine wolkbreuk uit die echter na een 15-tal minuten ophoudt en waarna de zon terug door de wolken breekt. Het is tijd om terug te keren naar het hotel

15.40 u – 19 graden: Keren terug naar het hotel. Onderweg zien we nog een zijweg met een verwijzingsbord naar het klooster van Bethleëm. We volgen het smalle weggetje dat de bergen inloopt en komen uiteindelijk uit aan de gesloten poort van het klooster. We besluiten de paters maar niet te storen in hun bevreemdende rust en keren op onze stappen terug.

Eens aan het hotel volgen we een smal weggetje uit nieuwsgierigheid waar dit wel mag uitkomen. Blijkt dat we terechtkomen aan de reeds eerder bezochte kerk van Bétharram.

17.00 u – 108 km: aankomst in het hotel. Het weer is stukken beter dan gisteren doch tijdens het avondeten vallen er hevige regenbuien.

19.30 u: Avondmaal.

Menu:

-Feuilleté fantaisie (fois gras en fijne erwtjes in een koek van bladerdeeg)

-Thon à la basquaise (tonijn op Baskische wijze)

-Chariot des fromages de France

-Crëpe légère (wat men licht noemt!)

Zaterdag 16 september 2006

07.15 u: Opstaan.

08.35 u: Ontbijt.

Het regent terug pijpenstelen. We blijven na het ontbijt nog wat in het hotel, eerst in de lounge en wat later, als de kamer gepoetst is, op de kamer.

12.45 u: het regent nog steeds en het is amper 13 graden. We vertrekken richting Lourdes. Via deze stad en Argelés-Gazost. In de omgeving van Lourdes denken we de goede weg te volgen, de D 13, een kleine weg. We rijden achtereenvolgends door Ornex en Ségus. De smalle weg stijgt steeds verder en wegens de aanhoudende regen nemen we het zekere voor het onzekere en keren terug in de richting van Lourdes om daar een ander weg te zoeken. We komen echter in een voorstadje van Lourdes terecht waar we in een bar/café/restaurant iets eten. Dit keer in een behoorlijk etablissement.

Onder een gutsende regen lopen we nog een parfumwinkel binnen om een geschenkje voor Marijke te kopen. Terwijl we in de winkel zijn belt Marijke ons op onze GSM op. In België blijken de temperaturen tussen 28 en 30 graden te liggen. Ga dan maar eens naar het zuiden voor het goed weer!

We nemen een grotere weg naar Argelés-Gazost en verder tot Pierrefitte-Nestalas.

15.00u – 51 km: We bezoeken in Pierrefitte het tropisch aquarium. In een 60-tal aquariums zijn bontgekleurde vissen te zien. Op het einde van het bezoek is er nog een 20 minuten durende film te zien.

16.10 u: We verlaten het aquarium. Het regent nog steeds.

17.18 u – 95 km – 14 graden: Aankomst in het hotel.

Het hotel beschikt over een computer met een Internetverbinding die door de gasten vrij mag gebruikt worden. Vanaf nu raadpleeg ik dagelijks de websites met weersvoorspellingen zoals www.kmi.be (België), www.meteofrance.fr (Frankrijk), en www.zoover.nl (gans de wereld – voorspellingen op lange termijn – 14 dagen). Volgens de weersvoorspellingen zal het weer vanaf morgen stukken verbeteren en dit voor de rest van ons verblijf.

19.30 u: Avondmaal.

Menu:

-Sla met een warm geitenkaasje.

-Lamsbout met witte bonen (lokale specialiteit)

-Kaas

-Chocoladetaart met ijs (Lea vraagt ijs: een bol pistacheijs en een bol ijs van witte chocolade)

Zondag 17 september 2006

Kilometerstand 3402 km.

09.26 u – 13 graden: Na de gebruikelijke ochtendbezigheden vertrekken we voor een rondrit in de Pyreneeën.

09.58 u: We tanken in de omgeving van Lourdes 18,58 liter diesel voor € 21.

Reisweg: Lestelle-Bétharram – D 937 richting Lourdes. Te Lourdes rechtsaf via de N 21 tot Argelés-Gazost en daar rechtsaf de D 918 steeds blijven volgen via Aucun.

Eerst rijden we de col du Soulor op die een hoogte heeft van 1474 meter en een gemiddeld stijgingspercentage van 8 %. Net voorbij de top van de Soulor worden we even opgehouden door loslopende paarden die de weg versperren. Waarschijnlijk worden de dieren voedsel toegestopt door de voorbijrijdende toeristen. Daarom blijven de paarden midden op de weg staan om voedsel af te bedelen. Van de col du Soulor gaat het naar de col d’Aubisque.

11.29 u – 59 km: we bereiken de top van de Aubisque (1709 meter). Het is prachtig weer met hier en daar een wolkje en 12 graden.

12.23 u: Na een tijdlang genoten te hebben van het prachtig panorama dalen we langs de andere zijde de Aubisque af. We rijden het wintersportcentrum Eaux-Bonnes voorbij (nu een verlaten aanblik).

12.53 u tot 14.16 u – 76 km: we stoppen in het bergdorpje Laruns. Aan het plein zijn er een 6-tal restaurants maar in geen een blijken er belegde broodjes te krijgen. Een van de restaurants die binnenstapten had net bezoek gekregen van een grote groep wielertoeristen die de voorraad spagetti naar binnen hadden gewerkt zodat we ons heil in een ander restaurant moesten zoeken.

Na het middagmaal keren we terug naar de top van de col d’Aubisque waardoor we de berg eens van een andere zijde te zien krijgen. Op de top van de col du Soulor stoppen we en gaan iets drinken in een van de twee drankgelegenheden. Blijkt dat het terras vol zit met een bus Vlamingen waaronder Noël Blanchaert uit Drongen en zijn gezelschap. Op de Soulor slaan we linksaf en nemen de D 126. We blijven deze weg volgen tot het kruispunt net voor Asson. Daar slaan we rechtsaf om naar Lestelle-Bétharram te rijden.

16.48 u – 150 km – 24 graden: We zijn terug in het hotel. Het is prachtig weer.

19.30 u: Avondmaal.

Menu:

-Terrine de foie gras au naturel

-Longe de porc au caramel – petits pois à la française

-Chariot des fromages de France

-Coupe Vieux Logis

21.30 u: We gaan slapen

Maandag 18 september 2006

Kilometerstand 3551.

09.30 u – 15 graden. Het is bewolkt maar droog. Net als wij vertrekken krijgen we van Godelieve een sms-berichtje dat Cindy naar de kraamkliniek is.

We vertrekken richting Lourdes via de D 937 en slaan daar rechtsaf naar Argelès-Gazost. Daar nemen we de D 921 via Pierrefitte – Luz St-Saveur – de D 918 – Baréges.

11.29 u – 66 km – 9 graden: aankomst op de top van de col du Tourmalet (2115 m). We blijven er tot 12.06 u. Bij de afdaling krijgen een klein beetje mist. We volgen de D 918 tot St Marie de Campon.

12.36 u 85 km: St. Marie de Campon.

Tot 13.14 u – 89 km stoppen we hier om iets te eten in een bar/café/restaurant. Deze eetgelegenheid ligt op de aanloop naar de Aspin en ligt op een hoogte van 990 m).

In St. Marie de Campon slaan we rechtsaf, verder de D 918 volgen naar de col d’Aspin.

13.34 u – 96 km – 15 graden: aankomst op de top van de col d’Aspin. We genieten van het panorama. Een koppel, onderweg met een mobilhome, plukken wilde paddestoelen. Naar het schijnt zouden die zeer lekker zijn. Na een tiental minuten vertrekken we terug.

13.52 u: tijdens de afdaling van de Aspin krijgen we een sms-berichtje dat Mathias geboren is. Alles is goed gegaan.

Verder rijden we tot Arreau, daar linksaf en via de D 929 tot even voorbij Héches (Héchettes) – daar de eerstvolgende weg linksaf, via de D 26 langs Esparros, Laborde, Arrodets, Bulan, net voor Fréchendets-Batsere aan het y-vormig kruispunt linksaf de D 84 nemen tot Bagnères de Bigorre, daar rechtsaf via de D 935 en aan het y-vormig kruispunt de D 937 nemen naar Lourdes en daar vervolgens de richting naar Pau nemen tot Lestelle-Bétharram.

15.54 u – 92 km – 25 graden: aankomst in het hotel.

19.30 u: Avondeten

Menu:

-Fijne vis in een omhulsel van paprika

-eendenborst

-kaas

-warme appeltaart met een bolletje ijs.

Dinsdag 19 september 2006

Kilometerteller 3744.

07.15 u: Opstaan. Ik maak een wandelingetje in de omgeving. De hemel is blauw en de zonsopgang is prachtig.

08.15 u: Ontbijt. We spreken af met de bazin om het avondeten deze middag te mogen gebruiken omdat we deze avond naar Lourdes zouden willen gaan. Met veel plezier wordt ons dit toegestaan.

09.30 u – 11 graden: We vetrekken naar Nay want daar is het marktdag. De markt wordt gehouden op het plein voor, achter en naast het stadhuis. In hetzelfde gebouw van het stadhuis is tevens de overdekte markt ondergebracht. Zonder veel problemen vind ik een parkeerplaatsje op het plein achter het stadhuis, een deel dat niet ingenomen is door de markt. Op de markt worden er hoofdzakelijk kleren, groeten en fruit verkocht. Lea koopt er een bloes en een haarversiering. Eens we de markt gezien hebben zoeken we een vrij plaatsje op een terras aan de rand van de markt. Terwijl we iets drinken is het een plezier om, onder een stralende zon, het aan- en aflopen van de mensen in het oog te houden.

11.30 u: Het wordt stilaan tijd om de markt te verlaten en ons hotel op te zoeken. Onderweg tanken we € 22,03.

12.20u: Middagmaal:

Menu:

- Slaatje met langoustines

- Varkenskoteletten met puree

- (deze middag passen we voor de kaas)

- IJs peche melba

Na het middagmaal rusten we wat uit op de kamer tot 15.30 u. Sinds deze morgen kunnen we het zwembad gebruiken. Het dekzeil is opgerold. Het water heeft een temperatuur van ca 20 graden en wordt enkel verwarmd door de zonnestralen. Toch genieten we tussen 15.30 u tot 17.15 u van een plons in het zwembad. We korten zelfs onze volgende ritten wat in om nog even te kunnen zwemmen.

18.45 u: we vertrekken naar Lourdes voor de “kaarskensprocessie”. Het is slechts enkele minuten rijden via de weg die we reeds verkend hebben tot aan de basiliek. Naast het heiligdom zijn er zelfs een zestal parkeerplaatsen vrij. Na 19 u moet er trouwens geen parkeergeld meer betaald worden. Het is bevreemdend stil in de stad. We denken dat de processie inzake aantal deelnemers maar een povere bedoening zal worden. Tot ik plots bedenk dat de meeste groepen die zullen deelnemen aan de processie op dit moment nog aan tafel zitten. Trouwens: de processie start iedere avond, gans het jaar door, om 21 u. Eerst gaan we nog een kleinigheid eten in een zijstraat van de basiliek. Vervolgens gaan we naar de basiliek. In de bovenkerk zingt een Engels koor prachtige religieuze liederen. We blijven geboeid luisteren zodat we ons omstreeks 20.45 u moeten haasten om nog een plaatsje te bemachtigen aan de reling voor het heiligdom met uitzicht op het plein. Om 21.00 u stipt vertrekt het verlichte Mariabeeld, gevolgd door de talrijke bedevaarders. Het beeld wordt getorst door vier dragers. Eens het begin van de processie het plein voor de basiliek verlaat volgen de groepen die zich ter hoogte van de grot hadden opgesteld. De zachte zomeravond, de duisternis en de honderden brandende kaarsje geven een bijzondere, niet passend onder woorden te brengen, sfeer. Ondertussen worden op het plein en door de processiegangers bekende Marialiederen gezongen. Telkens het refrein “Ave Maria” aangeheven wordt gaat een zee van brandende kaarsje de hoogte in. De toeschouwers die het schouwspel vanachter de balustrade bekijken worden er emotioneel stil van. Vanaf het plein wordt dan de grote brede laan gevolgd tot men, amper nog zichtbaar vanaf onze standplaats, het verlichte Mariabeeld ziet afslaan om dan terug te keren naar het voorplein van de basiliek. Ondertussen verlaten nog steeds drommen mensen het plein. De kop van de processie is al terug aan het plein aangekomen wanneer de laatste het nog verlaten. Eens terug op het plein stelt iedereen zich op in brede rijen die de ganse breedte van het plein in beslag nemen. Precies om 22.00 u eindigt de processie. Het plein is dan volledig gevuld met flikkerende kaarsjes. Hoeveel mensen hier aanwezig zijn durf ik niet te schatten, het moeten er vele honderden zijn. Nog veel minder durf ik gissen hoeveel mensen hierlangs komen het jaar lang, laat staat hoe groot de mensenzee moet zijn die hier sinds het ontstaan naar toekwamen. Het bijwonen van dit gebeuren is een buitengewone fantastische ervaring zelfs al is men geen pilarenbijter. Met woorden kan men deze ervaring nagenoeg niet weergeven. Daarom zegt bijna iedere bedevaarder die ooit een te Lourdes was dat met “erbij” moet geweest zijn.

22.00 u: Het is al een tijdje pikdonker en het is wat fris met enkel onze zomerkledij aan. Aangezien we de weg ondertussen vrij goed kennen zijn de nagenoeg onverlichte wegen geen probleem.

22.30 u – 48 km: Aankomst in het hotel. We drinken in de bar nog een slaapmutsje.

Woensdag 20 september 2006-09-28

Kilometerteller: 3793

08.52u – 14 graden: We vertrekken op rondrit. Van Lestelle-Bétharram gaat het via de D 937 (richting Pau) en de D 35 via Bruges, Mifaget naar Louvie-Juzon. Onderweg komen we een groep herders met hun kudde schapen tegen. We moeten even wachten om de kudde door te laten. Een van de schapen heeft een, voor het dier, grote bel rond de hals hangen. Van Louvie-Juzon gaat het va de D 918 naar St Christau.

10.33 u – 48 km: rijden door St Christau. Vervolgens via de D 918 naar Arette.

10.59 u – 65 km: rijden door Arette. Van daar rijden we naar de top van de col de la Pierre St Martin (1765 m). Deze heeft een helling van 15 %.

11.48 u – 89 km – 18 graden: We passeren de Spaanse grens. Dit is de eerste keer dat wij het Spaans grondgebied betreden. Het is echter van korte duur want een kilometer voorbij de grens maken we rechtsomkeer.

12.34 u tot 13.23 u – 118 km – 25 graden: Via dezelfde weg komen we terug aan in Arette. Daar eten we iets. Vervolgens zijden we via de D 918 richting St. Christau en even voor dit stadje slaan we rechtsaf en volgen we de N 134 tot Escot. Langs de D 294 gaat het naar de tot van de col de Marie Blanque (1035 m – dit jaar waarschijnlijk voor de eerste keer in de Tour de France). Onderweg zien we op het wegdek de witgekalkte namen van renners die deelnamen aan de Ronde. Op een muur zien we zelfs nog staan: TOMmeke (=Tom Boonen).

Het hotel rijden we even voorbij om te gaan tanken. € 14,35 (€ 1,120/liter).

15.06 u – 192 km: terug in het hotel.

Een Antwerpse groep (3 koppels) zijn reeds lustig aan het plonzen in het zwembad. Het is dan ongeveer 30 graden, dus niet lang getalmd, vlug de zwembroek aan en het water in (tot 17.30 u).

19.30 u: Avondmaal.

Menu:

-Slaatje met kalfszwezeriken en worst (boudin)

-Faux-fillet met gebakken aardappeltjes en wilde paddestoelen.

-Kaas

-Aardbeiensabayon en aarbeiensorbert

Donderdag 21 september 2006

Kilometerstand 3786.

9.15 u – 24 graden. Door een vergetelheid besluiten we vandaag naar de Soulor te gaan. We hadden die col al enkele dagen geleden aangedaan. We krijgen er echter geen spijt van want we zien de col eens van de andere kant.

We vetrekken te Lestelle-Bétharram, richting Pau via de D 937 en de D 35 naar Bruges. Even verder linksaf volgen we de aanduiding naar de Soulor (D 126). Te Arthez-d’Asson is het nog 23 km naar de top van de Soulor. Tijdens het oprijden van de berg worden we met regelmatig tussenpozen ingehaald door old-timers met open dak (het weer is trouwens uitstekend met wat wolken). Wanneer die wagens ons voorbijrijden zwaaien de inzittenden naar ons. Tot we beseffen dat de grote meerderheid van de wagens voorzien zijn van een Belgische nummerplaat. Uiteraard hadden zij ook onze Belgische nummerplaat opgemerkt. Blijkbaar was er een treffen van old-timers op de top van de Aubisque (want zij reden op de top van de Soulor die richting uit.

10.19 u tot 11.00 u – 37 km: We zijn op de top van de Soulor.

Van de top gaat het dan naar beneden naar Aucun. We bekijken er, van buitenaf, het hotel dat onze tweede keuze was, nl. Le Picor. Op het eerste zicht blijken we een goede keuze gemaakt te hebben met Le Vieux Logis. Het hotel Le Picor is namelijk aan de weg naar de Soulor gelegen en is dus minder rustiger gelegen dan Le Vieux Logis.

Van Aucun gaat het dan naar de minderbekende col de Couraduque (1360 m).

11.38 u – 51 km: aankomst op de col de Couraduque. Daar moeten we even vragen naar de juiste weg wegens het ontbreken van wegwijzers. Onder de bomen ligt een meute poolhonden (huskies). Blijkbaar worden die hier getraind voor het trekken van sleeën. Van hieruit rijden we richting col de Spandelles (1378 m). Het eerste deel is een grintweg. Dit lijkt wel een beetje op Oostenrijk. Het tweede deel is een asfalt weg, wat smal maar goed bereidbaar. Trouwens bijna alle bergwegen zijn asfaltwegen die zich in goede staat bevinden. Uiteindelijk komen we uit op de D 126. Daar slaan we rechtsaf.

12.32 u tot 13.35 u – 71 km: Even verder stoppen we aan een pittoresk restaurant Le Moulin de Ferriere. Het is een oude watermolen waarvan het rad nog kan draaien (het binnenwerk werkt niet meer) Het terras is overvloedig versierd met bloemen en doet gezellig aan. We eten er iets en vervoegen daarna ons hotel.

14.10 u: aankomst aan het hotel.

Af en toe komt men op bergwegen volgende vermelding tegen: Barriere Canadienne. Dit is wat met in het Duits een “viehsperre” noemt. Dieren kunnen hier niet voorbij doordat ze anders met hun poten in de openingen van de rooster zouden blijven haperen. Het voordeel is dat het verkeer gewoon door kan.

Nog voor het avondmaal brengen we de bagage die we niet meer nodig hebben naar de wagen.

19.30 u: Avondmaal.

Menu:

-Gerookte zalm – met kaviaar – vermoedelijk platte kaas

-Varkensgebraad met boontjes

-Kaas

-Peer op bladerdeegkoekje met een sorbet van peren.

Na de maaltijd wil ik afrekenen maar de moeder van de uitbaatster, die even komt inspringen, vraagt om dit pas morgen te doen wegens de drukte op dit moment in het restaurant.

Beoordeling van het hotel Le Vieux Logis

Het hotel heeft 3 sterren. Het is gelegen in een groot domein met glooiende weilanden. De gebouwen van het hotel zijn verscholen achter de bomen en ander groen. Het oud gedeelte is minder geschikt wegens de kleine kamers. De kamers in het nieuw gedeelte zijn ruim en voldoen aan de eisen. Men kan echter ook terecht in een vijftal chalets die vlakbij het hotel gelegen zijn.

De keuken is van hoogstaande gastronomische kwaliteit. En gastronomie is hier geen synoniem van karigheid. Het vlees wordt in ruime hoeveelheid opgediend. Men moet al een goede eter zijn om alles naar binnen te werken. Toen we op een avond biefstuk kregen bedekte dit ongeveer ¾ van het bord.

En dan moeten we nog een bijzonder woordje doen over de gastvrouw. Die komt zeer spontaan over en doet alles wat kan om het haar gasten zo aangenaam mogelijk te maken. Zij is zo opgeruimd dat zij bij wijze van spreken op regendagen de zon kan doen schijnen.

Het hotel is een aanrader voor hen die op zoek zijn naar een rustige omgeving en lekker eten.

Vrijdag 22 september 2006-09-28

05.30 u: Opstaan. Deze nacht is het beginnen regenen al van voor 2 u. Rond 6 uur komt daar nog een bliksem en enkele donderslagen bij. Gelukkig dat we bijna alle bagage reeds gisteren naar de auto gebracht hebben want met de gietende regen zou dit vandaag maar een bedenkelijke operatie geweest zijn. Wel moet ik voor het ontbijt nog even naar de wagen om te wisselen van schoenen. Dit weer hadden we niet verwacht.

07.30 u: Ontbijten.

Na het ontbijt kan ik de rekening betalen. Het verblijf in half pension is reeds betaald via JetAir. Wij moeten nu enkel de dranken en een paar ander kleinigheden betalen. We doen nog even de kamer aan om de laatste spullen op te halen en bezorgen de sleutel aan de bazin. Niettegenstaande ze druk bezig is met andere gasten, laat ze alles vallen en komt ons een goede reis toewensen. Meteen duwt ze ons nog een fles wijn in de handen “om die op te drinken op de gezondheid van Mathias”. De afstand tussen de uitgang van het hotel en de wagen leggen we in looppas af wegens de gietende regen. Naast nog een paar andere tassen heb ik ook nog mijn tasje bij waarin onder andere mijn gsm zit. Vlug vlug stoppen we de resterende tassen in de auto en we vertrekken. Eens op de weg begin ik na te denken “of we alles wel mee hebben”. Ik bemerk dan dat mijn tasje met mijn gsm er niet bij is. Ik stop en keer terug naar het hotel. Op de parking kom ik een vriendelijke hotelgast tegen die mij zegt dat hij een tasje gevonden heeft op de parking waar onze auto stond. Hij heeft het inmiddels naar de receptie gebracht. Binnen komt de bazin me reeds tegen met het tasje in de hand. Ik bedank haar duizend keer en ook de eerlijke vinder.

Voor de tweede keer vertrekken we, nu definitief. Het tasje heeft wat in de regen gelegen en zo vlug als mogelijk halen we de gsm eruit want vocht is niet al te best voor dergelijke toestellen. Even verder blijkt het toestel het te laten afweten. We laten de gsm drogen in de wagen en pas uren later kan ik hem terug opstarten.

Kilometerstand: 4081 km.

07.49 u – 18 graden: we vertrekken. Het is een valse start en moeten nog even terugkeren.

08.44 u – 30 km: rijden via Lourdes te Tarbes de snelweg A64 op richting Toulouse.

Lestelle: we betalen € 5,60 peage

09.56 u – 148 km: Sanitaire stop te Garonne. Tanken er voor € 20 diesel (17,55 liter?)

15 km voor Toulouse betalen we € 1,50 peage.

10.54 u We rijden de peage binnen te Toulouse-Nord. Ik bemerk dat er een rood lampje randt op mijn dashbord. Al vlug blijkt (de boordcomputer geeft het aan) dat de achterklep niet goed dicht is. Bij de volgende stop komt dit in orde.

Montoban: betalen € 2,50 peage.

12.00 u – 302 km: het blijft steeds regenen en dit tot we ca 330 km gereden hebben.

12.28 u: we betalen € 10,50 peage.

12.33 u tot 13.06 u – 365 km: stop om iets te eten.

14.09 u – 484 km: we rijden Limoge voorbij.

14.50 u – 524 km: we tanken 21,7 liter diesel voor € 23,51.

Ca 85 km voor Orleans begint de peage waarvoor we op het einde € 5,20 betalen.

Het hotel Campanile ligt net voorbij afrit 1 van de A 71(en peage) Orleans – La Chapelle-St-Mesmin.

16.42 u – 732 km – 25 graden: Aankomst aan het Campanilehotel.

Bij het inchecken aan de receptie staat er een manspersoon voor ons. Wanneer die zich even omdraait herken ik de Nederlands cabaretier Freek De Jonghe. Die laat door de uitbater een ander Campanilehotel opbellen om te reserveren. Als zijn echte naam hoor ik hem vernoemen: “Vermeer”. Wanneer ik bij het buitenkomen even op de parking rondkijk naar de geparkeerde wagens zie ik dat er verschillende een Nederlandse nummerplaat hebben. Waarschijnlijk was een groep, samen met Freek De Jonghe, onderweg naar een of ander optreden.

19.00 u: Zoals gebruikelijk eten we die avond in het Campanilerestaurant het Buffet Special.

Zaterdag 23 september 2006

Kilometerstand 4817 km.

Na het ontbijt vertrekken we zo vlug als mogelijk. Voor het ontbijt heb ik de bagage naar de auto gebracht. Enkel die welke we nodig hadden heb ik gisterenavond uit de auto gehaald.

08.22 u – 17 graden: We vertrekken en nemen de vlakbij gelegen A 10 richting Parijs. Onmiddellijk rijden we een peagestrook binnen.

09.30 u – 75 km: Peage te St. Arnold. We betalen € 9.

09.23 u – 111 km: we zijn in Parijs. Het is de bedoeling dat we via de péripherique zouden rijden maar wanneer we de borden “Lille” volgen blijkt na een tijdje dat de op de “Francilienne” – de grote ringweg rond Parijs – zitten. Het verkeer verloopt vlot maar als men de Francilienne volgt moet men ca 40 km omrijden.

09.58 u – 156 km: We rijden de luchthaven Charles De Gaulle voorbij. Het is 21 graden.

10.32 u – 216 km: We tanken 22,12 liter voor € 25.

12.20 u – 310 km: Betalen € 13,10 peage tussen Parijs en Lille (Rijsel).

12.38 u – 343 km: Rijden Rijsel voorbij

12.45 u - 355 km: passeren de Frans-Belgische grens. Vanaf de grens rijden we op de E 42. Onmiddellijk na de grens misrijden we ons even zodat we op de snelweg naar Brussel rijden. We maken van de gelegenheid gebruik om in een Carestelrestaurant iets te eten. Daarna keren we even terug op onze stappen zodat we op de juiste snelweg terechtkomen naar Kortrijk en Gent.

13.29 u – 389 km: We rijden Kortrijk voorbij.

14.01 u – 440 km: We tanken te Drongen-Baarle 12,48 liter voor € 12,72.

Eindkilometerstand: 5266

In totaal hebben we op 14 dagen 3402 km gereden. Hiervoor verbruikten we 195,5 liter diesel en betaalden hiervoor € 235,60 (9504 fr). Dit is gemiddeld 5,7 liter per 100 km.

De peages kosten ons bij de heenreis: € 49,40 ( 1993 fr) en bij de terugreis: € 47,40 (1912 fr), samen: € 96,80 (3904 fr).

De totale kostprijs voor de verplaatsing (peage en diesel) is: € 332,4 (13.40

05-10-2006 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
04-10-2006
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Pyreneeën
Klik op de afbeelding om de link te volgen

04-10-2006 om 16:45 geschreven door David Maes


>> Reageer (1)
30-05-2006
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Reis naar Sicilië - Italië 2006

SICILIË – ITALIË

29 april 2006 – 11 mei 2006

Wat vooraf ging

Op 11 april 2006 (bericht in de krant van 12 april) wordt maffiabaas Bernardo Provenzano aangehouden in zijn geboortestad Corleone (Midden-Sicilië). Hij had zich 43 jaar weten te verstoppen voor de gerechtelijke diensten. De krant van 13 april meldt dat Italië voor een maffiaoorlog vreest wanneer een nieuwe maffialeider de plaats wil innemen van de aangehouden Provenzano.

Op 13 april 2006 ontvangen we van het reisbureau Flash Travel te Drongen onze reisdocumenten.

Op donderdag 27 april 2006, twee dagen voor ons vertrek, gaat in de Nationale Luchthaven te Zaventem bij een veiligheidscontrole op een persoon het alarm af. Geen bijzonder feit, wat we zelf meerdere keren hebben ervaren. De man maakte echter rechtsomkeer en koos het hazenpad. Voor alle zekerheid werd een deel van de luchthaven afgesloten waardoor duizenden vertrekkende passagiers geblokkeerd zaten. 24 vluchten werden afgelast.

Zaterdag, 29 april 2006

05.15 u – we worden spontaan wakker niettegenstaande onze (elektrische) wekker maar om 05.30 u zou aflopen. Voor alle zekerheid, ingeval de stroom zou uitvallen, had ik ook het alarm van mijn GSM ingeschakeld. Na een verfrissende douche en nog enkele laatste voorbereidingen komt Kristof ons afhalen op 07.30 u. Godelieve en Lucien zijn reeds vooraf opgehaald.

07.30 u – we komen aan in Sint-Pietersstation en ik koop vier spoorkaartjes enkele reis naar Brussel Nationale Luchthaven (samen € 33,60).

De rechtstreekse trein vertrekt om 08.33 u. We zijn nog wat te vroeg en drinken in het stationsbuffet nog een koffie. Het is er nog rustig omdat het weekend is.

Op de trein zitten er heel wat reizigers die grote koffers bij zich hebben en dus duidelijk ook onderweg zijn naar de luchthaven.

Wij komen in de luchthaven aan om 09.56 u. Aan de balie van Thomas Cook halen we de gebruikelijke reistas af en worden we verwezen naar de incheckbalie 10.8. Wij zijn bij de eersten die inchecken maar krijgen 4 plaatsen op de 3de laatste rij van het vliegtuig. Later zal blijken dat dit gemakkelijker zetels zijn dan de voorgaande rijen die 2 x 3 zetels per rij tellen. De laatste rijen hebben slechts 2 x 2 zetels per rij. Het vliegtuig van de chartermaatschappij TNT is van het type B 737. Het toestel geeft meer beenruimte dan de nieuwere toestellen en zit dus gemakkelijk.

Na het inchecken nuttigen we nog iets en passeren we vervolgens de pascontrole. Wij zoeken de weg naar poort 48 (later gewijzigd naar poort 52). De veiligheidscontrole gaat gepaard met het nodige piepen van de alarmen. Blijkt zelfs dat vochtige doekjes die verpakt zijn in folie het alarm doen afgaan. Ieder van ons moet nog een bijkomende controle passeren omdat er wel iets in onze zakken zit dat het alarm laat afgaan. Uiteindelijk geraken we toch door de controle en stappen we in een tiental minuten naar poort 48 waar we wachten op het vliegtuig. Via de website van www.brusselsairport.be had ik kunnen achterhalen dat ons vliegtuig uit Palermo moest komen en dat de landing voorzien was om 12.05 u. Wijzelf zouden vertrekken om 13.05 u. Het toestel komt echter met 15 minuten vertraging aan en kan met het uitstappen van de passagiers, het uitladen van hun bagage, het voltanken van het vliegtuig en het inladen van onze bagage beginnen. Met een kleine vertraging op het voorziene schema kunnen we instappen. Terwijl we staan aan te schuiven, staan we in de buurt van een vrouw die waarschijnlijk een ganse knol look naar binnen heeft gewerkt want het mens verspreidt een degoutante geur. De zon schijnt reeds de ganse voermiddag maar de temperatuur is aan de frisse kant (12 graden).

Om 13.30 u gaan we de lucht in met 25 minuten vertraging op het voorziene schema. Volgens de gezagvoerder van het toestel zou het in Palermo 18 graden zijn en licht bewolkt. Tijdens de vlucht krijgen we te maken met wat lichte turbulentie en worden we verzocht onze gordels vast te maken.

Om 16 u precies landen we op de luchthaven van Palermo na een vlucht van twee en een half uur. De verplaatsing van het toestel naar het luchthavengebouw gebeurd met een bus. Bij het instappen misreken ik mij, struikel ik en kruip ik als het ware op handen en voeten de bus in, echter zonder veel erg. Na onze valiezen te hebben gerecupereerd treffen we de hostesses van Thomas Cook aan in de hal van de luchthaven. Zij begeleiden ons naar de klaarstaande bussen. Lea en Godelieve wijzen me op een ca 70 jaar oude man die een verpestende geur verspreid. Ik bemerk dan dat zijn broek al jaren de binnenkant van een wasmachine niet heeft gezien. Hij stapt op dezelfde bus als die welke wij moeten nemen. Blijkbaar waren wij niet de enigen die de kwalijk riekende man hadden opgemerkt want iedereen kroop vooraan in de bus en gelukkig was nog een kwart van de bus vrij en zette de man zich gans achteraan in zijn eentje.

Na iets minder dan een uur rijden, het is dan 18 u, bereiken we het hotel Torre Artale. Wij zijn de eerste van de bus die onze bestemming bereiken (in het terugkeren zullen we dan ook de laatste zijn die worden opgehaald). Onderweg naar hier kregen we wat lichte regen.

Aan de receptie krijgen we de sleutels voor kamer 112 (Godelieve en Lucien) en 114 (onze kamer). Kamer 112 is een kamer die loopt over twee verdiepingen met beneden een living en de badkamer en op de verdieping de slaapkamer. Het nadeel van deze kamer is dat wanneer men ’s nachts naar het toilet moet men de draaitrap af moet naar de badkamer. Langs de andere kant van de ruime hall ligt onze kamer. Het is een gewone kamer, met badkamer, die net gepast is van ruimte. Een van onze valiezen geraken we kwijt boven op de kast en de andere op de ijskast.

Na een opfrisbeurt zoeken we het restaurant op. In de gids van Thomas Cook stond dat we keuze hadden tussen buffet en een keuzemenu. Dit blijkt echter niet te kloppen wat het buffet betreft en nadat we dit laten navragen hebben door de hostess van Thomas Cook bij haar bezoek ’s anderendaags.

Avondmaal: we kiezen voor:

- asperges- en courgettensoep

- pladijs

- fruit als dessert

- wijn: witte Robinia (zoals gebruikelijk probeert de ober ons een duurdere wijn

aan te smeren)

In de bar drinken we nog elk een amaretto en bij de tweede ronde een amaretto, een grappa en twee rums.

Rond 22 uur gaan we slapen. Niettegenstaande het venster op een kier staat (alle vensters zijn hier voorzien van zonneblinden) is het stil in de kamer.

Zondag 30 april 2006

06.50 u: opstaan. Na de gebruikelijke ochtendrituelen wek ik Lea en doe daarna een kleine wandeling in en rond het hotel waarbij ik Lucien tegenkom die reeds een blokje om heeft gelopen. De zon schijnt volop en zal pas tegen de avond achter dreigende wolken verdwijnen.

08.00 u: we gaan ontbijten (de tijden van de maaltijden zijn: ontbijt tussen 7 u en 10 u, middagmaal tussen 12.30 u en 14.00 u en avondmaal tussen 19.30 u en 21.30u). Het ontbijtbuffet gaat door in een ander deel van het hotel dat meestal gebruikt wordt voor het avondmaal van de groepen die hier regelmatig aan en af gevoerd worden (hoofzakelijk Duitsers). Het bestaat uit een keuze van croissants, piccolo’s, cake, stukjes confituurtaart, verschillende soorten vlees en kaas, soms ook een soort van petitfours waaronder een model “sigarette Russe” die gevuld is met een bijzonder smakelijk creme die we ook nog op andere plaatsen in Sicilië tegenkwamen, fruitsappen (2 soorten), thee, koffie, warme melk en cacao, (later op de week ook yoghurt), gedroogde pruimen, ananas en perziken.

Na het ontbijt verkennen we het uitgebreide terrein van het hotel. Het was de vroegere residentie van de markies Artale van San Onofrio. Tussen de gebouwen die zich nagenoeg allen op het gelijkvloers bevinden staat heel wat groen. Vooral de reuzelpalmbomen zijn nadrukkelijk aanwezig. Het geheel doet mij denken aan een Spaanse of Mexicaanse haciënda. In het hoofgebouw is er ook een kleine maar mooi versierde huiskapel. Het hotel is uitgerust voor seminaries met grote groepen.

Om 10.30 u, volgens afspraak, komt de man van Avis met de huurwagen aangereden. Blijkt dat hij een wagen bij heeft uit een hogere categorie dan die welke we besteld hebben maar stelt ons gerust dat we hiervoor niet moeten bijbetalen. (waarschijnlijk was er geen wagen vrij uit de lagere categorie). Wel overtuigt hij ons om een bijkomende omniumverzekering te nemen met volledige dekking. We vinden het maar veiliger dit te doen. Volgens de man kost ons dit € 180 (te delen met twee) maar wanneer ik enkele dagen na onze thuiskomst de factuur in de brievenbus vind bemerk ik dat de verzekering € 167.22 kost + € 14.50 milieutoeslag + € 36.34 lokale taks samen dus € 218.06. Vooral de milieutaks in Sicilië is een lachertje, zoals verder uit dit verslag zal blijken.

Onder een stralende zon zitten we op het terras nabij de bar en wachten op de komst van de hostess van Thomas Cook om 12.45 u. Zij is ruimschoots op tijd. Zij geeft de gebruikelijke uitleg over de gebruiken en de streek. Wel is ze tevreden dat wij een wagen gehuurd hebben en een heuse voorbereiding gemaakt hebben om uitstappen te doen. Dit spaart haar heel wat tijd en moeite. Het probleem blijkt te zijn dat toeristen naar dit hotel komen zonder goed te weten waar ze terecht komen. Buiten het hotel is er op wandelafstand niets te vinden dat interessant is, een wagen is dus een noodzaak.

Godelieve heeft deze morgen reeds goed gebruik gemaakt van de zonnebrandcrème en die is wat in haar oog gelopen. Dit veroorzaakt een pijnlijke prikkeling die het oog doet tranen. We hopen dat het vlug overgaat.

Met de pas ontvangen auto gaan we op pad in de buurt om iets te eten. Een restaurantje aan het strand in de buurt van Trabia vinden we vlug. We eten er twee spagetti’s met vlees en twee spaghetti’s met zeevruchten. Deze met zeevruchten is zeer lekker. Na het eten voeren we Godelieve en Lucien terug naar het hotel omdat ze daar gemakkelijke haar oog kan spoelen met lopend water. Wijzelf rijden een eind langs de kustweg in de richting van Cefalu, rijden enkele stadjes binnen maar vinden nergens een stalletje of een winkel met fruit. Het is zondagnamiddag en alles is dus gesloten. Enkel de restaurants en andere eet- en drinkgelegenheden zijn open. Morgen is het 1 mei, dus ook dan zullen we tevergeefs zoeken naar fruit.

Omstreeks 17 u zijn we terug in het hotel en de prikkeling in het oog van Godelieve is reeds wat verminderd. We blijven nog wat napraten op het terras. De zon gaat echter schuilen achter de wolken maar het blijft droog (ca 18 graden).

19.30 u: avondmaal: -zuppo di verdure con riso (soep van groenten en rijst)

-Gamberoni alla griglia (reuzengarnalen (gamba’s) gegrild)

-gebak als dessert

Na nog even de bar te hebben aangedaan voor een slaapmutsje gaan we om 22 u slapen. Bij het naar onze kamer gaan komen we voorbij een zaal van het hoofdgebouw waarin een zondagmis wordt opgedragen. De Siciliaanse gezangen, begeleid op gitaar, strelen zodanig mijn oor, dat we nog een tijdlang blijven luisteren.

Maandag 1 mei 2006

In de loop van de nacht heb ik wat last gehad van een mug. Ik was reeds om 5 u wakker door het gebrom van het bloedzuigend diertje maar sta pas op om 6 u.

7.30 u: ontbijt.

9.30 u: start van onze eerste rondrit.

Vanaf het hotel rijden we via de verbindingsweg die onder de snelweg Palermo Catania/Messina doorloopt, naar de kustweg S11321. Daar slaan we rechtsaf richting Termini Imerese. Ter hoogte van dit weinig aantrekkelijk stadje slaan we rechts af en rijden het binnenland in. We volgen de S 285. Het eerste stadje dat we tegenkomen is Caccamo en ligt zoals de meeste Siciliaanse stadjes op een berghelling. Al vlug vinden we de juiste weg naar het kasteel dat toebehoorde aan het geslacht Chiaramonte. Na onze wagen te hebben geparkeerd vlak in de buurt, op waarschijnlijk de enige vrije parkeerplaats, brengen we een bezoek aan het kasteel. Het verwonderd mij dat we nergens een loket vinden waar we moeten betalen. Het is een prachtig kasteel met een prachtige meubilering en die niet te overdadig is. In een van de zalen staat een antiek houten kamertoilet. Lucien en Lea demonstreren die even voor de foto. Vanop het kasteel heeft men een prachtig panoramazicht op de omgeving. En de zon brengt het geheel in een vrolijke sfeer. Wanneer we ons via de lange stenen trap willen naar buiten begeven worden we vanuit een venster, wat hogerop, toegesproken door een dame. Uit haar gegesticuleer en haar Italiaans geratel kan ik opmaken dat we in het binnenkomen toch hadden moeten betalen maar daar we maar enkele woorden Italiaans kennen hadden we de tekst op een van de muren niet begrepen en die ons naar haar wat weggestoken bureau verwees om de toegang te betalen. Dus betalen we nu de € 4 per persoon bij het buitenkomen. Het is eens iets anders.

Eens buiten het kasteel lopen we een blokje om met de bedoeling de dom te bezoeken. Die is echter gesloten (wegens 1 mei?). Op weg naar onze wagen vinden we een bar/restaurant/pizzeria open. Hier is er gelegenheid om wat water te kopen. Men wil ons een enkele fles verkopen uit de ijskast maar ik wijs op een in plastiekfolio verpakt pak van 6 flessen. Ook Godelieve en Lucien kopen een pak. Dit om niet telkens tijdens onze uitstappen op jacht te moeten gaan naar drinkwater.

Ons bezoek aan Caccamo duurt van 10.30 u tot 11.30 u.

Nu volgen we een kronkelig weggetje tot Vicari waar we aankomen om 12.50 u . Het stadje heeft heel nauwe straatjes en het kost ons dan ook moeite om uit die wirwar, met meestal tweerichtingsverkeer, te geraken. Het is te zien dat ook hier 1 mei een feestdag is want heel wat inwoners zijn hun picknick in hun auto’s aan het laden. Voor de rest geeft het stadje een slaperige indruk. Nadat we enkele minuten hebben moeten wachten, daar we niet doorkonden omdat een familie de picknick druk aan het inladen was en het straatje amper breed genoeg om een personenwagen door te laten, verlaten we Vicari en volgen we S 121. Ter hoogte van Villafrati (13.30 u) stoppen we aan een bedrijvencentrum waartussen zich een restaurant bevindt (toevallig opgemerkt door Lea). Gebruikmakend van de internationale gebarentaal, enkele woorden Italiaans en wat andere talen kunnen we ons verstaanbaar maken. We bestellen er twee keer taglia (gesneden vlees) en twee keer filet met groene pepers, 3 x cola en een Heinekenbier (samen € 65). Het is hier gebruikelijk dat men in een restaurant caperti aanrekent, dit is een bepaald bedrag voor het gebruik van het bestek (meestal tussen de € 4,5 a € 5,20 voor vier personen).

Aan een stalletje onderweg, rijdend in de richting van Palermo, kopen we wat fruit (6-tal appels en 10-tal sinaasappelen - € 8). Een tiental minuten later moeten we een dringende sanitaire stop inlassen en stoppen daarvoor aan een tankstation. Hier tanken we de wagen vol (de tank was vol bij afgifte), zijnde €17 aan €1,230/liter diesel.

Na deze stop rijden we rechtstreeks richting Bagheria en laten vanaf Bolognetta de rest van de uitgestippelde trip voor een volgende keer, dit wegens het reeds gevorderde uur. Via Villabate en de snelweg A 19, die parallel loopt met de kunstweg, en de afrit Trabia, rijden we naar het hotel.

Om 16 u zijn we aan het hotel en hebben in totaal 138 km afgelegd. Tot aan het avondeten brengen we de tijd door op het terras van het hotel.

Avondmaal: - Rigatoni alla francescana (noedels met vleessaus, paddestoelen en

hesp).

of

Crema di asparagi (aspergecremesoep)

- Filetto di sogliola alla “mugnaia” (gepaneerde zeetong filet)

- dessert

In een restaurant bestaat een volledig menu gewoonlijk uit een antipasta (voorgerecht), een 1ste hoofdgerecht, een 2de hoofdgerecht en een dessert. Hier in het hotel hebben we half pension en kunnen we kiezen uit drie 1ste hoofdgerechten, drie 2de hoofdgerechten waaronder een vegetarisch en het dessert van de dag. Elk mag vrij kiezen, we hoeven dus niet alle vier hetzelfde te nemen. We vermelden enkel de gerechten die door ons werden verbruikt.

Vandaag zijn we juist 35 jaar getrouwd. Voor deze gelegenheid trakteren we bij de maaltijd op twee betere flessen witte wijn CORLEONE, afkomstig van het gelijknamig stadje een 20-tal km hier vandaan. We blijven nog lang napraten en eens de bodems van beide flessen in zicht waren drinken we nog een slaapmutsje in de bar.

De ganse dag was het uitstekend weer met slechts enkele wolkjes aan de lucht.

Om 22.30 u gaan we slapen.

Hotel Torre Artale

Het hotel is gelegen in een uitgestrekt domein. Het hoofdgebouw bestaat uit gelijkvloerse gebouwen die omheen een tweetal binnenkoeren en een tweetal binnentuinen geplaatst zijn. Het centrale deel, met een bordes met twee trappen, doet denken aan een haciënda. De kamers zijn bereikbaar via smalle gangen en straatjes die het geheel gezellig maken. In een boom van een van de binnentuintjes heeft een uil zijn vaste stek gevonden. Waarschijnlijk hebben de meeste kamers een verschillende vorm.

Wij hebben half pension en mogen voor het avondmaal kiezen uit het keuze menu. De maaltijden zijn uitstekend, niet overvloedig, maar voldoende. Het restaurant voor individuelen heeft muren uit grote natuurstenen (breuksteen) en een houten dak gelegd op houten dwarsbalken.

De ruime buffetzaal heeft een vierkante vorm en is rondom rond met glazen (deur)ramen afgesloten. Hier gebruiken de groepen hun avondmaal en iedereen het ontbijt.

De gebouwen zijn omgeven door bomen (vooral palmbomen en struiken). Wel zou een hovenier hier best een lange tijd nuttig kunnen doorbrengen want sommige hoeken van de tuinen kunnen wat opknapwerkjes gebruiken.

De bar bevindt zich in dezelfde ruimte als de receptie, gelegen net naast de grote inrijpoort met daarop in kapitale letters TORRE ARTALE.

Eens was het ganse complex de residentie van de markies van Artale.

Verspreid over een grote oppervlakte omheen het hotel staan tientallen vakantiewoningen. Wat hoger dan het hotel is het 50-meter zwembad gelegen. In deze tijd van het jaar zijn er nog maar weinig individuele toeristen en dus ook weinig gebruikers van het zwembad. De bustoeristen zijn overdag meestal op excursie en gebruiken dus het zwembad niet. Het zwembadcomplex is stilaan aan een restauratiebeurt toe. Tijdens de laatste dag van ons verblijf komt een groep de installaties inspecteren (ook het hotel zelf) wellicht met de bedoeling een bestek voor de herstelling op te maken.

Vanaf het zwembad (ook vanuit de benedentuin van het hotel) heeft men een prachtig zicht op de zee en de bergen onder een azuurblauwe lucht.

Een zaak is zeker. Wie hier verblijft en nog iets anders wil zien dan alleen het hotel doet er best aan een auto te huren. De dichtst bijzijnde “bewoonde” wereld is het kleine dorpje San Nicola d’Aren,a op ca 2,5 km.

Dinsdag 2 mei 2006

06.00 u: opstaan.

Na het ontbijt vertrekken we op uitstap om 9.10 u. Langsheen de kustweg S 113 en een deeltje snelweg, waarvoor we het fenomenale bedrag van € 0,80 moeten betalen (moet hiermee het personeel betaald worden?), komen we om 10.30 u aan in het stadje Cefalu (45 km). Het is er tamelijk druk maar aan het haventje vinden we al vlug een parkeerplaats binnen blauwe strepen. Dit wil zeggen dat er hier parkeergeld moet betaald worden aan een parkeerwachter (herkenbaar aan zijn blauw overgooiertje met “custode parcheggio’ erop) of ergens in een nabijgelegen winkel. Enkele meters van onze parkeerplaats staat een parkeerwachter ‘vermoeid’ tegen de betonnen muur geleund. Het algemene tarief in Sicilië is € 0,50 per uur en wij vragen maar meteen om 4 uur te parkeren. Uit de tas die op zijn mollige buik hangt, tovert hij 4 kaartjes naar boven en begint die op bepaalde plaatsen te doorprikken (de datum van vandaag, het begin- en het einduur – en dit zo 4 keer – een kaartje voor ieder uur). Het duurt zeker 5 minuten voor ik de gegeerde kaartjes in handen heb en die op het dashboard kan tentoonstellen. Wanneer ik mijn kaartje van het stadscentrum nakijk en ook even navraag doe aan een ober uit een bar, blijkt het dat we op de Piazza C. Colombo zijn, niet ver van de Piazza Garibaldi, waar we een korte wandeling aanvatten. Via de Corso Ruggero, de hoofdstraat van Cefalu, komen we aan de Piazza del Duomo (Domplein). Het bezoek aan de dom valt sterk tegen. Er wordt momenteel gerestaureerd en het reeds afgewerkte deel, de achterzijde van de kerk, heeft nog maar weinig van zijn oorspronkelijke versiering. Het mooiste deel is het koor en het linker zijaltaar. Op het plein buiten de dom zoeken we naar een toilet. In de bars is het een aanschuiven aan de toiletten. Terwijl Lea en Godelieve aanschuiven doe ik navraag bij een politeagent of er hier soms een openbaar toilet is. Hij verwijst ons naar een smal straatje links tegenover de dom en inderdaad op de hoek van het plein hangt tegen de muur een (klein) bordje met pijl. Een tiental meter in dit straatje is een openbaar (en relatief proper) toilet (tarief € 50). Na de sanitaire stop wandelen we de straat in recht tegenover de ingang van de dom en op het einde linksaf. Enkele meters verder vinden we de Arabische wasplaats. Hier kwamen vroeger de vrouwen de was doen. Na de wasplaats keren we terug op onze stappen en blijven rechtdoor de straat volgens alwaar we toegang vinden naar het kleine strand. Cefalu heeft een kleine haven met een havenmuur waarop men kan wandelen. Er liggen echter geen boten of bootjes in de haven. De huizen die langsheen het strand staan toornen hoog uit boven de begane grond. We hadden gehoopt dat er van hieruit boottochtjes zouden georganiseerd worden maar dit blijkt een ijdele hoop te zijn.

Om 12 u verlaten we de stad en rijden nog even langsheen de kust richting Messina om vervolgens aan de 1ste weg rechts af te slaan waarbij we de S 286 volgen. We rijden het binnenland in en al vlug zitten we middenin een mooi gebergte. De begroeiïng is sterk wisselend, de ene keer veel groen, bomen en struiken en de andere keer kale bergen of enkel begroeid met gras. Op dit moment bloeit de gele brem open. De randen van de wegen zijn bezaaid met deze prachtige geelkleurige bloemen. Soms zien we in de verte aangeplante velden met gele of rode bloemen. De gele zijn waarschijnlijk koolzaadplanten waaruit olie wordt gewonnen. Overal in Sicilië kom je ook de talrijke 15 a 20 cm lange muurhagedissen tegen (ook in de tuin van ons hotel) die vooral voorkomen in zuid- en midden-Europa. De beestjes zijn zeer schuw en verdwijnen al gauw in het struikgewas.

13.30 u: we komen aan te Castelbuono, na 75 km gereden te hebben. We parkeren onze auto in de buurt van het kasteel maar de rechts zittende passagiers moeten vooraf uitstappen wegens de zeer hoge boord langs de rand van de weg. Het kasteel in Arabisch – Normandische stijl uit de 14de eeuw en de in de nabijheid gelegen Chiesa Matrice Vecchia-kerk zijn gesloten wegens de middagpauze. Overal in Sicilië wordt er middagpauze gehouden tussen 13 u en 16 u. Winkels sluiten en ook de toeristische belangstellingspunten zijn dan dicht. Enkel in bars en eetgelegenheden kan men terecht. Het terras van de lokale bar in de buurt van het kasteel zit proppensvol met busreizigers. Na een 10-tal minuten zetten we onze rondrit verder. Via een bochtige bergweg bereiken we om 14.30 u (101 km) het stadje Geraci Siculo. Een deel van het stadje is nieuwbouw. Ook hier zijn de zeer smalle straten nagenoeg verlaten. In een bar, aan een pleintje, stappen we binnen. Aan de overzijde zitten een 5-tal oudere mannen op een bank hun tijd te doden. Hier maken we voor het eerst kennis met de lokale “panini’s – belegde broodjes. Deze worden meestal belegd met ham en mozzarellakaas en worden enkele minuten tussen een groot heet, soort van wafelijzer, gestopt. Daardoor smelt de kaas. 4 broodjes en 4 drankjes kosten samen € 15. Na ongeveer een uur vertrekken wij en houden aan de y-vormige splitsing rechts aan. We rijden vervolgens langs Petralia Soprana, Petralia Sottana, Piano Bataglia Mongerati en Collesano. Daar beslissen we de rest van de geplande rit niet te volgen, het rijden op kronkelige bergwegen vergt meer tijd dan gedacht, en rijden we in de richting van het aan de kust gelegen Campofelice di Roccela. Via de kustweg gaat het dan richting Palermo en het drukke Termini Imerese.

Aankomst aan het hotel om 18.10 u. Wij hebben 201 km gereden.

Avondmaal: - noedels in tomatensaus en paddestoelen

- vis met spinazie en een slaatje (dit laatste op ons verzoek)

- verse aardbeien

In de loop van de nacht krijgt Lea pijn in de keel. We dachten eerst dat de krokante koek van deze middag iets in haar keel geschonden had maar later blijkt het een heropflakkerende verkoudheid te zijn.

Woensdag 3 mei 2006

Het is 9.20 u wanneer we vertrekken aan het hotel. Wij hebben de bedoeling het afgebroken deel van de trip van 2 dagen geleden (in de buurt van Palermo) te rijden. Maar door het gebrek aan goede wegwijzers komen we zonder het te willen in de heksenketel van Palermo terecht. De verkeerschaos in de stad is onbeschrijfelijk. Nu weten we waarom bijna alle wagens schrammen en blutsen op hun koetswerk vertonen. Het zwaarste probleem is nog de talrijke scooters en bromfietsen die tussen soms bumper aan bumper rijdende wagens laveren. Een voordeel heeft het rijden in deze chaos wel: zware ongevallen door hoge snelheid gebeuren hier gewoonweg niet, alles blijft bij blutsen en builen. Na lang zoeken proberen we de juiste weg te vinden, waarbij we zelfs door het centrum van de stad rijden, en geraken dan uiteindelijk we op de snelweg richting Messina / Catania.

Om 12.50 u zijn we terug aan het hotel en hebben we toch nog 98 km gereden.

Na even onze kamer te hebben aangedaan rijden we vanaf het hotel wat landinwaarts om de omgeving te bekijken. We rijden tot het dorpje Vingtimiglia di Cisilia en keren dan terug. We passeren het hotel en een kilometer verder, richting kust, hadden we reeds een bar/restaurant/pizzeria gezien met een kleurrijke voorgevel en een mooi voortuintje. Wij besluiten hier een middagmaal te gebruiken. Hier leren we dat men bijna nergens in Sicilië overdag pizza’s kan krijgen in een restaurant of bar. Deze zijn pas verkrijgbaar ’s avonds en dan nog meestal vanaf 20 u. Wij bestellen Spaghetti con Ricci (normaal is dit gekrulde spaghetti maar hier krijgen we gewone spaghetti). De hoeveelheid was naar de schaarse kant, de saus was lekker maar de prijs aan de hoge kant (€ 10 per bord). Met alle dranken inbegrepen betalen we samen € 60,90. We nemen als dessert nog een ijsje. De uitbaters van dit restaurant profiteren er van om een veel te hoge prijs te vragen omdat het naburige hotel (ons hotel) ver afgelegen is van andere eetgelegenheden en dat de toeristen die over geen wagen beschikken quasi verplicht zijn naar hier te komen wanneer ze ’s middags iets achter de kiezen willen krijgen. Wij hebben voor de rest van ons verblijf dan ook het restaurant links laten liggen.

Na het middagmaal gaan we wat rusten op de kamer (wegens Lea haar verkoudheid) en brengen dan de rest van de namiddag door op het terras van het hotel.

Avondeten: - wortelsoep met croutons

- kalkoen

- ijstaart

Donderdag 4 mei 2006

06.20 u: opstaan. 07.30 u: ontbijt.

Omstreeks 9 u vertrekken we op uitstap in de buurt van Trabia. Vooraf tanken we aan een benzinestation in Trabia (€ 35 – 28,5 liter diesel aan € 1,250/liter). We rijden via het hotel, het stadje Vengtimiglia di Sicilia (9.45u – 27 km), Baucina, rechtsaf de S 121 naar Bolognetta, linksaf de S 118 volgen naar Corleone.

We stoppen even in Corleone van 11 u tot 11.30 u, de thuisstad van de aangehouden maffialeider. Vervolgens gaat het verder langs Campofiorito en Bisaquino naar Palazzo Adriano. Ter hoogte van deze stad stoppen we van 13.50 u tot 14.40 u (138 km). We hadden al gedacht geen eetgelegenheid meer te vinden maar plots doemde er een op langsheen de hoofdweg. Het restaurant is goed bezet met zowel werklieden in werkplunje als personen in een maatpak. Een menukaart kan men ons niet voorleggen en om het niet te moeilijk te maken bestellen we maar men ons vieren een spaghetti bolognese, een biertje en een grote fles cola. De spaghetti is uitstekend met veel vlees in de bolognesesaus en ruim voldoende. Hier kost een bord slechts een goede 4 euro. Samen betalen we met de dranken inbegrepen € 23, 50.

Ons volgend doel in het stadje Prizzi dat gelegen is op 1007 m en volgens de kaart een goed uitzicht geeft op de omgeving. Eens in het stadje zien we een bordje dat aangeeft dat er daar ook een kasteel is. Wij proberen deze richting te volgen maar de straatjes, die steeds smaller worden, lopen daarbij ook nog eens naar omhoog. Tot we ten slotte niet meer verder kunnen daar de straat in twee helften verdeeld wordt, een deel dat naar beneden loopt en een deel dat naar boven gaat. Er zit niet anders op dan even achteruit te rijden, in een uitstulping te wenden en dan terug naar beneden te rijden. We houden het bezoek aan de stad voor bekeken.

We vervolgen ons parcours langs Carcaciotto, Lercara, Vicari, Vilafrati, Baucina, Vingtimiglia di Sicilia.

We komen aan in het hotel om 17 u en na 227 km.

Zoals gebruikelijk brengen we de rest van de tijd, tot aan het avondmaal, door op het terras en genieten we van de ondergaande zon.

Avondeten: - Rigatoni ai funghi (noedels met champignonsaus)

- Calamari fritti (gebakken inktvisringen – zeer goed klaargemaakt!)

- vers fruit

Vrijdag 5 mei 2006

06.15 u opstaan.

Na het ontbijt vertrekken we naar Termini Imerese waar volgens inlichtingen, die we in de receptie van het hotel verkregen hebben, er vandaag markt zou zijn. We vertrekken om 9 u. Eens in het centrum van deze weinig aantrekkelijke stad vinden we op het eerste zicht niets dat op een markt gelijkt. Wij rijden wat rond in het centrum en vragen aan een groep mannen die aan een straatversmalling staan te praten maar de “mercato” (markt). Een van de mannen zegt dat het om de hoek is enkele honderd meter verder. Even verder zien we in de verte de kramen staan in de buurt van de haven. In een straat naar de haven wijst een semi-officiële parkeerwachter mij een plaats aan voor een grote ijzeren poort. Ik wijs nadrukkelijk naar de poort maar de man probeert me duidelijk te maken dat de poort niet meer gebruikt wordt. We parkeren dan maar voor de poort en ik kijk nog even door een spleet waarbij ik bemerk dat deze poort wel degelijk niet meer gebruikt wordt. De wachter zegt me tevens dat ik pas moet betalen wanneer ik terugkom. Ik heb er echter mijn twijfels over dat er hier parkeergeld moet betaald worden maar niet vertrouwd zijnde met de plaatselijke gebruiken zal ik toch maar het zekere voor het onzekere nemen.

De markt bestaat uit twee lange rijen kramen die op de weg naast de haven staan opgesteld. 80 % van de waren die er verkocht worden zijn kleren. De plaatselijke bevolking graait gretig in de hopen kleren. Wijzelf kopen een kleinigheid voor Marijke en William. Ook kopen we er wat sinaasappelen en kiwi’s. Daar het glas van mijn uurwerk het begeven heeft koop ik hier een nieuw uurwerk voor een spotprijs. Op andere plaatsen kan ik zelfs nog wat afdingen op de prijs maar de uurwerkverkoper blijft het been stijf houden.

Eens terug aan de wagen vraagt de parkeerwachter (?) mij € 5. Ik trek even wijd de ogen ongelovig open en vind de prijs wat aan de hoge kant. Al vlug veranderd de man van prijs en zegt dat € 2 genoeg is. Ik betaal hem die zonder echter zeker te zijn dat ik dit wel moest doen.

Terug in het hotel gaan we wat zonnebaden aan het 50-meterzwembad. Niet ver hier vandaan, richting Palermo, bevindt er zich een langgerekte bergrug. Regelmatig hangen er tegen de toppen wat wolken, vooral na de middag. Maar vanaf hier richting zee schijnt de zon volop. Op het middaguur heerst er een hoge U.V.-factor zodat zonnecrème zeker geen overbodige luxe is.

Vooraleer we de markt verlieten kochten we in een bar een drietal belegde broodjes (panini’s). Na het zwembad eten we onze broodjes op op een patio van het hotel. Dit doet er ons aan herinneren dat we ook nog voor iets te eten moeten zorgen voor woensdagmiddag, de voorlaatste dag van ons verblijf, omdat we onze wagen moeten inleveren om 09.30 u. Na onze broodjes binnengewerkt te hebben rijden we naar Trabiastad op verkenning om te kijken of we daar dan aan broodjes kunnen geraken. Dit blijkt geen geschikte locatie te zijn. Daar het dan 15 u is kunnen we hier ook niet tanken wegens de middagpauze. We zullen dit uitstellen tot morgen. Na deze verkenningstrip naar Trabia rijden we naar de bar in de buurt van het hotel en gaan er een ijsje eten. Terwijl wij een bad nemen zijn Godelieve en Lucien naar het zwembad gegaan maar bij hun terugkeer zit hun kamer zonder stroom. Ik vind al vlug de zekeringkast en schakel de gesprongen verliesstroomschakelaar terug in. Waarschijnlijk wordt dit probleem veroorzaakt door de ijskast. Door de stekker uit te trekken is het probleem opgelost.

Avondeten: - Rigatoni amatriciaba (noedels met tomaten spek en chilipeper)

of

Pennette marinara (pennenoedels met zeevruchten)

of

Zuppa di verdure (groentensoep)

- Filette di platessa al pane ‘Filicudiano’ (gepaneerde zeetongfilet)

- gebak

Zaterdag 6 mei 2006

06.15 u: opstaan. 7.30 u ontbijten.

08.30 u: we vertrekken voor een bezoek aan de Etnavulkaan. Op de snelweg, even na Termini Imerese, tanken we voor € 40. We rijden via de snelweg A19 richting Catania. Eens we in het binnenland zijn krijgen we te maken met een kortstondig buitje, net genoeg om eens onze voorruit te kuisen, want de ruitensproeier is leeg. We rijden over een bijna verlaten snelweg waarvan grote delen op pijlers werden gebouwd. Even voor Catania wisselen we van snelweg en volgen nu de A 18 richting Messina. Ik heb uitgerekend dat we aan de 4de uitrit de snelweg moeten verlaten. Dit blijkt nog te kloppen ook. We verlaten de snelweg te Gravina en rijden via de gewone weg richting Etna (meestal goed aangeduid). Na Nicolos komen we, via een stijgende weg die afgeboord is met uit lava gehakte stenen, aan in de Refugio Sapienza op 1910 meter hoogte. Hier zijn grote parkings die op dit tijdstip van het jaar nog grotendeels leeg zijn. Daarnaast zijn hier een tweetal eetgelegenheden en een 6 a 7-tal souvenirbarakjes. Van hier vertrekt de kabelbaan tot een hoogte van 2600 meter. Voor de prijs van € 45 krijg je de kabelbaan en de jeep die tot het hoogste toegelaten punt gaat, zijnde 2900 meter. De top van de Etna bevindt zich op 3340 meter en is zelden wolkenloos. Hoe hoger wij gaan, hoe kouder het wordt. Eens uitgestapt aan het bergstation van de kabellift stappen we over in de speciale busjeeps met hoge wielen die voorzien van extra veringen. Hoe meer we naar de top gaan hoe groter de lavabrokken worden met uitzondering van het eindpunt van de jeeps waarvan de bodem uit fijnverpulverde lava bestaat. Een aantal geoefende wandelaars zetten van hieruit hun tocht verder naar de top. Het is er behoorlijk koud, we schatten rond de -5 graden. De wind waait er stevig, reden genoeg om er niet al te lang te toeven. De uitleg die de gidsen geven is voor ons meestal niet verstaanbaar. Ook vandaag zit de top achter grijze wolken. Wanneer we de jeep terug opzoeken vallen er zelfs enige sneeuwvlokjes. De wegen langs waarheen de jeeps rijden zijn slechts provisorisch aangelegd en we worden onderweg goed door elkaar geschud. Betoverend zijn de rechte sneeuwwanden langs weerszijden van de weg.

Van de Etna zijn er 135 uitbarstingen bekend in de loop van de geschiedenis. De laatste had plaats in 1992. Vanaf 1983 werd een nieuwe techniek toegepast om de lavastroom om te leiden om enkele dorpjes te beschermen. Tijdens de uitbarsting van 1992 werd de nieuwe techniek nog verbeterd.

Eens terug aan de Refugio Sapienza betalen we de parkeerwachter. We zijn vrij van te geven wat we willen. Het is dan 13.30u.

In de grootste eetgelegenheid van de twee eten we een belegd broodje met hesp en mozzarellakaas.dat zoals gebruikelijk tussen een ijzer opgewarmd wordt. We betalen alles samen, drinken inbegrepen, € 25, 50.

14.20u: wij begeven ons op de terugweg. 17.00 u: aankomst aan het hotel. Aantal afgelegde kilometers: 433.

Voor we naar het restaurant gaan voor het avondmaal zijn we op het pleintje voor het bordes nog getuige van een huwelijksreceptie in open lucht. De bruidstaart wordt aangesneden en de champagne ontkurkt.

Buiten enkele regendruppels op de heenweg en ook op de terugweg (nagenoeg op dezelfde plaats) en de wolken rond de top van de Etna was het de ganse dag zonnig.

Avondeten: - Crema di aspergi (aspergenroomsoep)

- Casciotto di vitello all’arancia (gigot de veau met sinaasappelsaus)

of

Calamari Fritti (gefrituurde inktvisringen)

- ijstaart

Enkele Siciliaanse eigenaardigheden

-Meestal sluiten winkels en bedrijven de deuren tussen 13 en 16 u voor de middagpauze. Zelfs de meeste benzinepompen zijn gesloten. Wel blijven de eetgelegenheden open.

-Je kan hier enkel pizza’s krijgen ’s avonds en dan nog meestal na 20 u.

-De meeste benzinepompen worden bediend door een pompbediende aan wie je het verschuldigde bedrag betaald.

-Parkeren binnen een parkeervak van blauwe lijnen is onderhevig aan het betalen van parkeergeld. Het tarief is overal gelijk: 0,50 per uur. Parkeerbiljetten kan je kopen aan een parkeerwachter of in bepaalde winkels in de buurt van de parkeerplaats.

-Toiletten hebben meestal geen waterbakken, wel een hevel die je moet open en dicht draaien. Het water spoelt onder hoge druk het toilet door.

-Tijdens ons ganse verblijf hebben we niet een echte bakkerij gezien, noch een slagerij. Patisserie en andere bakkerijwaren zijn verkrijgbaar in de overal aanwezige bar/restaurants/pizzeria’s. Hier kan men tevens snacks krijgen en zelfs een gans menu. De belegde broodjes zijn doorgaans belegd met ham en mozzarellakaas, met soms enkele varianten.

-In de steden is het moeilijk om een parkeerplaats te vinden. Het rijgedrag van de Sicilianen moet men gewoon worden. Volle witte strepen en rode lichten worden wel eens genegeerd. Daarentegen tolereren ze dat jijzelf ook de regels niet al te nauw neemt en rijden op die manier anticiperend. Claxonneren doen ze niet om je op een fout te wijzen maar om zich te laten opmerken en je aandacht te trekken..

-Heel wat bewoners rijden met verouderde kleine voertuigen zoals bvb Fiat. Hier zie je nog regelmatig de zogenaamde Fiat “bolhoedjes” rondrijden. Die moeten minstens 40 jaar oud zijn. Ook wordt er veel gebruik gemaakt van driewielige voertuigjes met achteraan een laadbak. Deze zijn uitgerust met een motor van een bromfiets of moto. Deze voertuigjes hebben het voordeel dat ze gemakkelijk in de smalle straatjes van de steden kunnen.

-Op zondagnamiddag zijn de winkels potdicht. De nog streng katholieke Sicilianen respecteren de zondagsrust.

-Hier is er nog geen sprake van een politiehervorming. Men kent hier nog verschillende soorten politiediensten zoals de carabinieri, de gemeentelijke politie, enz.

-Het minste dat gezegd kan worden van de Sicilianen is dat ze aan de slordige kant zijn en weinig milieubewust. De straten langs de kust en in de kuststeden liggen vol met zwerfvuil. Je moet niet verwonderd zijn plots een lege plastiekfles of bananenschillen vanuit een open raam van een auto naar buiten te zien vliegen. Vuilnis verbranden in open lucht is hier nog een dagelijkse bezigheid. Vuilnis sorteren is er helemaal niet bij. Toen wij na onze thuiskomst de factuur ontvingen van een bijkomende verzekering voor de auto bemerkten we dat er een flinke som milieutaks was aangerekend. Van een contradictio in termis gesproken!

-Openbare toiletten in de steden zijn hier zeldzaam. In geval van nood stapt men een bar binnen en heeft men er zelfs geen probleem mee dat men gewoon vertrekt zonder iets te gebruiken.

Zondag 7 mei 2006

Om 8.45 u vertrekken we richting Bagheria (niet ver van Palermo) voor een bezoek aan de archeologische site van Solunto. We bezoeken de site en het museum. Vervolgens rijden we nog iets verder en drinken iets in het plaatsje Aspra. Om 12.45 u zijn we terug aan het hotel (70 km)

Om 13.30 u rijden we terug naar de kustweg en gaan we een “panini” eten in San Nicola l’Arena.

De rest van de namiddag brengen we door aan het zwembad. Zoals gebruikelijk komt er na de middag wat meer bewolking op maar de temperatuur blijft uitstekend. Na 17.45 u keren we terug naar het hotel en genieten we van de langzaam zakkende zon.

Avondeten: - Fusilli alla marinara (noedels met zeevruchten)

- Pesce spada alla bavarese (zwaardvis met aardappelen en

kappertjes)

- gebak

Inmiddels is de wijn Robinia bianco, die we het liefste dronken, uitgeput. Wij drinken deze avond Corvo bianco. Ik heb een trukje om de naam van de wijn te onthouden. Ik trek het etiket van de fles voorzichtig af en toon die de volgende avond aan de ober. De man begint onbedaarlijk te lachen wanneer ik iedere avond het etiket uit mijn borstzakje tover. De laatste avond was ik vergeten het etiket van een andere soort wijn af te trekken. Komt die ober toch niet breed lachend met het etiket opdagen en stopt dit in mijn handen.

Maandag 8 mei 2006

06.00 u: opstaan. Ik maak een wandeling in de tuin, zoals bijna iedere ochtend. Alle wolken zijn in de loop van de nacht verdwenen. De zonsopgang is mooi. De temperatuur is zacht en schommelt hier overdag steeds tussen de 19 en 22 graden. Vanop het terrein van het hotel is het zalig te genieten van het zachte ochtendlicht van de opkomende zon.

Bij mijn terugkomst in de kamer is er een elektriciteitsprobleem. Overal brandt de noodverlichting en in de kamers is er geen stroom. Ik ga dit even melden aan de receptie maar daar wist men er al van. Na enkele minuten is het probleem opgelost.

07.30 u: ontbijt.

08.20 u: we vertrekken voor een uitstap naar de zuidkant van het eiland, meer bepaald naar Agrigento. Via Vingtimiglia di Sicilia (een naam die klinkt als een gedicht), alwaar we € 41 tanken aan € 1,245 / liter, en Baucina rijden we rechtstreeks naar Agrigento via de S 121 en de S 189. We komen er aan om 11.30 u. Wij willen de uitgestrekte archeologische site van de Vallei der Tempels bezoeken. Wij vinden een aantal wegwijzers die de goede richting aanduiden maar hoe dichter we bij de stad zelf komen hoe minder we er nog zien. We rijden een grote parking op, waarop nogal wat bussen staan, en parkeren er ons even. Ik stap uit en naast ons staat er een wagen waarin de bestuurder nog aanwezig is. Ik vraag hem de weg naar de Valle dei Templi. De man stapt gewillig uit zijn wagen en begint in het Italiaans de weg uit te leggen. Daar hij een hevige stotteraar is en alle woorden zowat drie maal herhaalt, kan ik hem goed volgen. Blijkt dat we aan het volgende kruispunt rechtsaf moeten en dan nog een kilometer rijden om aan de parking aan de ingang van de site te komen. Net als wij vertrekken rijdt er een bus de parking af die blijkbaar zijn passagiers gaat opladen aan de uitgang. Wij volgen de bus en we bemerken dat ik de bereidwillige man wel goed begrepen had. We parkeren de wagen op de parking aan de ingang en betalen hiervoor € 2 (zogezegd om de ganse dag te parkeren). De toegang kost ons € 6 per persoon. Tot hier hebben we 130 km afgelegd. We bezoeken de uitgestrekte site waarop nog enkele tempels goed bewaard zijn gebleven. Ondertussen schijnt de zon overvloedig en is de temperatuur juist gepast. Twee van de tempels staan in de steigers wegens restauratie, wat een beetje storend is voor het zicht op de bouwwerken. De site wordt doorkruist daar een drukke weg. Je kan het eerste deel van de site gewoon verlaten, de drukke straat oversteken via het zebrapad waar twee verkeersagenten het verkeer regelen en dan langs de overkant het tweede deel binnengaan doormiddel van het kaartje dat je aan de ingang kocht en die je in de gleuf van het draaihekje moet stoppen om het te openen. Op dit tweede deel ligt nog een reusachtige telemon, een van de 14 die ooit de gevel van een tempel ondersteunden. Het is echter een kopie. Om terug te keren moeten we via dezelfde weg. Wij proberen met ons kaartje binnen te geraken op het eerste deel van de site en net op dat ogenblik weigert het draaihekje alle dienst. De bewaakster wordt verwittigd en die laat ons via een ander hekje binnen.

Bij het verlaten van de stad is het even zoeken om de juiste weg te nemen maar uiteindelijk komen we terug op de S 189 terecht.

Te Campofranco vinden we een geschikt restaurant en gebruiken we er elk een spaghetti bolognese, een biertje en een grote fles cola. We betalen hiervoor samen € 29,30. De 30 cent liet de uitbater vallen, wat hier blijkbaar gebruikelijk is.

Na 283 km komen we om 17 u aan in het hotel.

Avondeten: - Crema di asparagi (groene aspergensoep)

- Taglia di manzo al radicchio (rumsteak met witloof – wij vragen om er

wat friet bij te doen

- ijstaart

Dinsdag 9 mei 2006

Vertrekken om 08.50 u. We rijden via de snelweg tot voorbij Cafalu, betalen de baantaks van € 0,80 en rijden dan het binnenland in. Wegens een wegomlegging komen we terecht in Pollina. We volgen daarna de D 286 tot Castelbuono. De vorige keer dat we hier voorbij kwamen was het kasteel gesloten. Nu kunnen we het kasteel bezoeken (€ 2 per persoon). Het is er druk want het is de periode van de schoolreizen. Na het bezoek zetten we onze weg verder langs Geraci Siculo, Petralia Soprana, Petralia Sottana. Ter hoogte van dit stadje slaan we links af. We rijden via de S 120 langs Castellana Sicula. Even verder dwarsen we de snelweg A19 en rijden tot Caltavuturo. We rijden het stadje binnen en stoppen er om iets te eten. In een bar/restaurant/pizzeria eten we een stuk pizza. Dit is de enige gelegenheid waar we op dit uur van de dag aan een pizza konden geraken. De pizza”s worden opgewarmd in een microgolfoven, maar net iets te weinig naar mijn zin. Naast het stuk pizza, neem ik nog een gevulde koek, gevuld met een zeer lekkere typische crème die ik ook al in het hotel had geproefd in de “sigarette russe”. Na het verlaten van Caltavuturo nemen we de kortste weg naar de snelweg en het hotel. Onderweg tanken we vol voor € 35 (dit is onze laatste uitstap en morgen moeten we de wagen volgetankt afgeven) .

We komen aan in het hotel om 14 u en hebben 194 km afgelegd.

Tot 16 u blijven we aan het zwembad tot het plots hevig begint te waaien, maar het is een warme wind. Ook trekken er wat wolken samen tegen de nabijgelegen bergen. Daaruit vallen er die avond amper 3 regendruppels. Een prachtige, nooit geziene regenboog verschijnt aan de hemel en blijft minutenlang de hemel versieren. Pas is in het receptiegebouw een affiche opgehangen waarop voor het volgend weekend een folklorefeest wordt aangekondigd. Dit feest staat in het teken van de op Sicilië nog veel voorkomende vrucht de mispel. Van deze vrucht wordt meestal confituur gemaakt maar om die te oogsten moet de vrucht zeer rijp zijn. Vandaar het spreekwoord “zo vurt (rot) als nen mispel”.

Avondeten: - Zuppa di verdure (groentensoep)

of

Fusilli al pesto (noedels met pestosaus)

- Artista di maiale ai funghi (varkenssneetje met champignonsaus)

of

Ricciol con pomodorino e mentuccia (“adlerfisch” met tomaten en

“poleiminze”)

- gebakje

Woensdag 10 mei 2006

07.00 u opstaan. 08.00 u ontbijt.

Om 09.30 u geef ik de sleutel van de huurwagen af aan de receptie van het hotel. Ter plaatse hebben we tijdens ons verblijf op Sicilië met deze huurwagen 1791 km afgelegd.

Het is een prachtige dag en nagenoeg wolkeloos. Het wordt ca 23 graden. We brengen de voormiddag door aan het zwembad. Enkele dagen geleden hadden we aan de barman gevraagd om voor panini te zorgen voor deze middag daar we niet meer over een voertuig beschikken. Om 11. u komt de hostess van Thomas Cook langs en deelt ons mee wanneer we morgen zullen opgehaald worden aan het hotel. Dit is om 06.20 u. Er zal een lunchpakket klaarliggen aan de receptie. De vlucht zelf is voorzien om 10 u. Wij zullen echter eerst nog naar Catania vliegen. In totaal zal de reis vanaf Palermo tot Brussel vier en een half uur duren. Aan de hostess vertellen we onze, meestal positieve, ervaringen van onze reis. Na het vertrek van de hostess verorberen we de broodjes en brengen de rest van de namiddag door aan het zwembad onder een stralende zon. We hebben geluk want had het uitgerekend vandaag moeten regenen dan het een een lange saaie dag geweest. Nu is het een uitstekende meevaller.

Rond 16 uur gaan we naar de kamer om er zoo veel als mogelijk de valiezen klaar te maken. De grootste valies vullen we proppensvol zodat we deze reeds definitief kunnen afsluiten en er ruimte genoeg over is in de kleinere valies.

Tussen 18 en 19.30 u brengen we nog wat tijd door op het terras van de bar en de reisleider (io) trakteert met een apperitiefje.

Avondeten: - Pennette alla Marinara ( Macaroni op Marinarawijze)

- Entrecotte ai ferri (gegrilde entrecote)

- vers fruit

Na het avondeten gaan we naar de receptie om af te rekenen. We schatten dat we zowat een kleine € 200 samen moeten betalen aan dranken bij het eten (telkens een fles water en een fles wijn, met uitzondering van 11 mei toen we twee flessen wijn soldaat gemaakt hebben. De receptioniste zegt dat we € 96 moeten betalen. Na overleg met ons vieren komen we tot de slotsom dat dit niet klopt. Ik vraag nadrukkelijk aan de receptioniste om alles nog eens goed na te kijken ook daar we twee kamernummers hebben en de obers soms één en soms twee nummers op de rekening noteerden. Ze blijft bij haar standpunt dat de rekening klopt en zegt nog al lachend dat wanneer ik vrijwillig meer wil betalen dat gerust mag doen. De oorzaak van de fout moet wellicht gezocht worden in het feit dat er van computerprogramma gewisseld werd in de loop van de week en dat er iets is fout gelopen bij de overdracht. Zo betaalden we ongeveer € 100 (4000 BEF) te weinig. Maar daar treuren we niet om.

Met het oog op de reis van morgen gaan we niet al te laat slapen.

Donderdag 11 mei 2006

Ik sta op om 4.30 u. Na een douche en het nog resterende in de valies te hebben gestoken, brengen we de koffers naar de receptie en wachten daar op de komst van de bus. Bij de afgifte van onze kamersleutels krijgen we een lunchpakket dat echter aan de karige kant is, maar op dit uur hebben we toch nog niet veel trek. Het blijft echter wachten op de bus en wanneer die niet opdaagt bel ik het gsm-nummer van de hostess van Thomas Cook. Het is dan 6.45 u. Ze antwoord dat ze net aan het hotel aankomt. Ik heb nog maar pas mijn gsm afgesloten of de bus stopt voor de poort. Via Palermostad, waar we wat tijd verliezen door de verkeersdrukte, bereiken we om 08.10 u de luchthaven. Het inchecken neemt maar enkele minuten in beslag en het is eventjes zoeken naar de juiste poort (gate). Die bevindt zich op de eerste verdieping. De toiletten nabij ingang van de luchthaven zijn nog niet gepoetst en zijn een regelrechte ramp. Op de 1ste verdieping gaat het beter.

Inmiddels is het toestel, een Airbus 320, van Thomas Cook reeds aangekomen. De passagiers voor Palermo zijn bezig met uitstappen en van zodra dit achter de rug is kunnen wij instappen. Het vliegtuig, dat van Brussel komt, zit nog voor driekwart vol met mensen die naar Catania moeten. Het is dan 9.25 u. Op de vlucht naar Catania hebben we geen specifiek zetelnummer, we mogen de vrije plaatsen innemen. Pas vanaf Catania hebben we de zetels 26 E, 26 F, 29 E en 29 F.

Om 10 u stipt stijgen we op te Palermo. De vlucht naar Catania duurt ca 25 minuten. Het is helder weer en het toestel vliegt vrij laag zodat we een prachtig zicht hebben op het Siciliaanse landschap.

We komen aan te Catania om 10.25 u. Daar moeten alle passagiers het toestel verlaten, eerste diegenen die ter bestemming zijn en dan wij die naar de transitruimte gebracht worden. Daar kunnen we in een klein winkeltje iets te eten kopen. Na het bijtanken en het poetsen van het vliegtuig mogen we terug instappen.

Om 11.40 u stijgen we op voor een vlucht van twee en een half uur. We werpen een laatste blik op de besneeuwde top van de nabijgelegen Etna. De aankomst te Brussel is voorzien voor 14.10 u

Tijdens de vlucht is het zicht zeer goed. Vooral de besneeuwde Alpentoppen zijn prachtig. We vliegen over zuid-Italië, Boulogna, Rimini, de Oostenrijkse Alpen en Frankfurt.

Zoals voorzien landen we om 14.10 u te Brussel. Daar het een hele weg is vanaf het vliegtuig naar de aankomsthal, komen onze valiezen nagenoeg op hetzelfde tijdstip op de band terecht als wij daar aankomen.

In het station onder de luchthaven nemen we de trein van 15.04 u. Het is echter een stoptrein die pas om 16.27 u te Gent aankomt. Eens op de trein bel ik via de gsm Kristof op die ons aan het station komt ophalen. Het valt mij nu nog maar pas op dat de meeste perrons van het Sint-Pietersstation geen roltrap naar beneden hebben wat wel wat problemen geeft wanneer men twee zware reiskoffer bij zich heeft.

Even voor 17 u open ik onze voordeur. We zijn thuis.

Ons Siciliaans avontuur is voorbij.

30-05-2006 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (2)
29-05-2006
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hotel Torre Artale - Trabia - Sicilië - Italië
Klik op de afbeelding om de link te volgen








Hotel Torre Artale - Trabia - Sicilîë

29-05-2006 om 17:44 geschreven door David Maes


>> Reageer (2)
20-09-2005
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GROSSARL 2005 deel 1

GROSSARL – OOSTENRIJK

10 TOT 26 SEPTEMBER 2005

Zaterdag 10 september 2005

06. 14 u: vertrek – kilometerstand: 108.067 – Voor de afgelopen nacht heeft men onweer voorspeld maar dit is uitgebleven. Rond 2 u heeft het wat geregend. We hebben afscheid genomen van Marijke en Boldo. Op dit ogenblik is er een wolkenloze sterrenhemel. Het is 19 graden.

06.24 u – 6 km: we rijden de E17 op te Gent – Ledeberg.

06.50 u – 54 km: we rijden door de Kennedytunnel te Antwerpen.

06.56 u – 63 km: we verlaten de ring rond Antwerpen te Wommelgem en rijden nu op de E 34.

07.02 u: de zon komt op en het is 18 graden.

07.26 u – 120 km: we passeren de verkeerswisselaar te Lummen – lichte nevel.

07.48 u – 162 km: overschrijden de Belgisch-Nederlandse grens.

08.04 u – 188 km: overschrijden de Nederlands-Duitse grens.

08.14 u – 202 km: we stoppen aan het baanrestaurant Achener Land en nemen een licht ontbijt. 09.04 u: terug vertrokken.

09.41 u – 261 km – rijden de Rijn over te Keulen.

390 km: het begint wat te regenen.

11.17 u – 415 km: stoppen aan het baanrestaurant te Medenbach. 12.12 u: terug vertrokken.

12.25 u – 434 km: rijden voorbij het vliegveld van Frankfurt am Main.

12.51 u – 480 km: rijden Aschaffenburg voorbij.

12.54 u – 482 km: in de tunnel te Aschaffenburg krijgen we wat file te verwerken.

13.09 u – 488 km: einde van de file – de oorzaak is het versmallen van de rijbaan van 3 naar 2 rijstroken. De laatste 50 km voor Würzburg krijgen we wat lichte regenval.

14.02 u – 553 km: aankomst de Würzburg-Sud (baanrestaurant) en tanken er 31,89 liter voor € 36,80. We eten elk een sandwich belegd met “pute” (kalkoen).

15.02 u: verlaten de snelweg te Rottendorf.

ca 15.23 u: aankomst aan het Etaphotel. We hebben vooraf gereserveerd en beschikken over een reserveringsnummer. Daar de receptie pas om 17 u opengaat, gebruik ik de automaat aan de ingang. Vorig jaar mislukte dit maar ik voel me enigszins veilig daar de gerant over mijn schouder toekijkt. Via een ticket dat uit het toestel komt weet ik dat we kamer 308 krijgen en we de toegangscode 503492 moeten gebruiken om de buitendeur en de kamerdeur te openen. We brengen het hoogst nodige naar de kamer, enkel hetgeen we nodig voor de nacht.

Om 16 u zijn we reeds ingericht in de kamer. Het is warm in de gang en de kamer maar na het openzetten van het venster krijgen we wat verfrissing. Wanneer ik naar beneden ga om nog iets uit de auto te halen staat er een koppel Nederlanders voor de buitendeur te wachten. Ik zeg hen dat ze pas binnen kunnen vanaf 17 u tenzij ze gebruikmaken van de automaat en hun visakaart. Over dit laatste beschikken ze niet. Ze vertellen mij dat hun wagen in een garage in de buurt staat om te herstellen. Ze waren op weg naar Graz maar daar ze moeten wachten tot minstens maandag vooraleer men aan de herstelling zal beginnen, zijn ze van plan terug te keren naar huis eens ze hun wagen terughebben. Ze hadden een korte vakantie gepland van 8 dagen maar zoals het er nu uitziet zal de week al voor een stuk voorbij zijn wanneer ze hun auto hersteld krijgen. Ze vragen of er ergens in de buurt een restaurant is en ik verwijs hen naar het restaurant La Strada (waar we de vorige jaren ook waren) het hotel buiten, rechtsaf en dan de tweede straat links (ik zeg foutief de 1ste straat links).

Na een verfrissende douche gaan we om 18 u te voet naar La Strada. Aan het restaurant hangt een bericht dat de zaak gesloten is wegens verandering van uitbater. We keren terug naar het hotel en vragen aan de gerant of er nog ergens een restaurant in de buurt is. Buiten de McDonalds kunnen we enkel terecht in het dorp van Rottendorf, 1 a 2 km van het hotel afgelegen. We nemen de wagen en vinden in het dorp een 4-tal eetgelegenheden. We kiezen voor het Italiaans restauarant. De niet al te grote verbruikzaal is voor meer dan de helft gevuld met een groep die een verjaardag te vieren hebben. Wij bestellen gegrilde scampi’s met een grot bord salade en elk ¼ liter witte wijn. Hiervoor betalen we € 34,50. Een door de jarige gecontacteerde gitaarspeler zingt onder begeleiding van zijn gitaar “O Sole Mio”. Na dit ene lied houdt hij het echter voor bekeken en laat hij een muziekinstallatie het verdere werk doen.

Om 20 u zijn we terug in het hotel. Voor de ingang vinden we het Nederlands koppel. Ze zien er niet gelukkig uit. Hoe zou je zelf zijn?

21.30 u: we gaan slapen.

Zondag 11 september 2005

Vandaag is het net 4 jaar geleden dat de aanslag op de WTC-torens in New York plaatsvond. Er wordt hieraan nog weinig aandacht besteed. Mensen vergeten snel.

In de loop van de nacht heeft het geregend en wat gedonderd.

05.45 u: opstaan, de gewone ochtendrituelen en ik ga even buiten wandelen. Hij is nog warm en zwoel.

08.11 u: we vertrekken, het is bewolkt maar droog. Tussen Aken en Munchen zijn er vrij veel wegenwerken waardoor we wat vertraging oplopen.

09.09 u – 98 km: rijden Nurnberg voorbij.

10.25 u – 245 km: we beginnen aan de ring rond Munchen.

10.46 u – 254 km: we rijden nu pas op de ring en krijgen te maken met een traagrijdende file.

11.28 u – 285 km: komen nu op de snelweg naar Salzburg.

11.46 u – 287 km: wegens de file zijn we toe aan een dringende sanitaire stop.

12.10 u – 336 km: stoppen aan het rasthof Samerberg om iets te eten en kopen tevens twee autowegenvignetten (samen € 15) voor het gebruik van de snelwegen in Oostenrijk. Ze zijn geldig voor twee keer tien dagen.

13.00 u: we vertrekken terug.

14.16 u – 444 km: we bereiken Bischofshofen waar we de snelweg verlaten.

14.25 u – 456 km: we rijden door Sankt-Johann im Pongau.

14.47 u – 472 km: aankomst te Grossarl aan het Schützenhof. We worden er verwelkomd door Burgl en Hias die mij prompt een welkomstsnaps in de hand duwt. We krijgen onze vaste kamer (nr. 16) en brengen de bagage naar boven. Om even uit te blazen gaan we daarna iets drinken op het terras van het hotel. Een Duits echtpaar, dat we hier reeds voor de vierde keer ontmoeten, komt bij ons aan tafel zitten om wat te praten. Hun drie wandelvrienden zijn nog niet aangekomen. Het vijftal leerden elkaar hier jaren geleden kennen en trekken voor 14 dagen, als het weer het toelaat, op wandeling in de bergen. Het drietal dat nog moet aankomen bestaat uit een gehuwde Duitser, die steeds alleen naar hier komt, en twee broers. ’s Avonds vernemen we dat ze een reuzefile moesten verwerken ter hoogte van Munchen. Zij komen aan even voor het avondeten.

Na een uurtje praten op het terras gaan we naar de kamer voor een verfrissende douche waarna we om 18.45 u gaan eten. Bij het verlaten van het terras worden we aangesproken door een koppel Vlamingen uit Mechelen. Zij verblijven in een appartement aan de rand van het dorp. Ze komen echter regelmatig eten in het Schützenhof. Later zullen we hen beter leren kennen.

Menu:

Frittatensoupe

Gemixte grill met friet

Saladbar

dessert: een bolletje ijs in een sinaasdrankje

21.30 u: slapen

Maandag 12 september 2005

06.45 u: opstaan.

08.00 u: ontbijt.

Om 09.00 u rijden we naar het dorp en doen wat inkopen in de supermarkt Billa. Overal zijn hier werken aan de gang: de verbreding van de toegangsweg naar Schützenhof, op het kruispunt van de grote weg en de weg naar het dorpscentrum en in het centrum zelf is men een huis aan het bouwen waardoor de doorgang in het centrum belemmerd wordt. In het dorp kopen we voor mij een paar wandelschoenen van het merk Gore-tex (€ 145,95). Later zou blijken dat die van uitstekende kwaliteit zijn en zeer comfortabel zitten. Voor Lea kopen we een paar open schoenen (€ 39,90). Ik tank in het dorp 29,66 liter voor € 31, 41. Daarna keren we terug naar het hotel om er de boodschappen achter te laten en trekken we onze wandelkledij aan. We rijden in de richting van het dalbegin (richting noorden) en slaan links af naar de Aualm. Deze is te bereiken met de auto. De laatste 4 km zijn echter grintweg en moet er wat voorzichtiger gereden worden (gevaar voor schade aan de onderzijde van de auto). Aan de alm gekomen wijst de boer mij een vrije parkeerplaats aan. Na nog iets te hebben gedronken laat ik Lea achter op het terras van de alm en klim in verder in de richting van de Schuhflicker. Niettegenstaande het de eerste dag is gaat het vlot naar boven. Het weer is prachtig, grote wolken met veel zon ertussen. Eens ik op de graat ben sla ik rechts af en klim ik nog tot aan het eerste “gipfelkreuz”. Ik vertrok aan de alm om 12.45 u en kom aan op mijn bestemming om 13.25 u. Na wat rondgekeken te hebben en vooral genoten te hebben van het panorama, met zicht op zowel Grossarldal en de Gasteinervallei) keer ik terug naar beneden. Het laatste stukje naar de top van de Schuhflicker doe ik niet wegens het smalle pad met ernaast een diep ravijn. Ik was trouwens op de spits een 30-tal jaar geleden.

Rond 14 u ben ik terug op de Aualm. Lea is net bezig een ‘schinckenbrodt” naar binnen te werken en ook bij mij “zie ik ze vliegen”. Ik bestel een Almdudler en een “bretlerjause”. Na nog even gebruik gemaakt te hebben van het supermodern toilet, zijnde van het type “plank met gat in”, met zicht op de bergen die je voorgangers hebben achtergelaten), rijden we langzaam naar beneden (duur ca 25 min.).

Gisteren vernamen we van Burgl dat dochter Monika binnenkort trouwt en het toekomstige paar bezig is een 4-sterrenhotel te bouwen met maar liefst 28 kamers, gelegen langs de noordelijke kant van Unterberg (wijk van Grossarl). Nieuwsgierig als we zijn rijden we even langs en kunnen op een groot bord voor de bouwwerf een idee krijgen van hoe het hotel er zal uitzien. De werken zijn nog volop aan gang maar begin december zou het hotel moeten opengaan. (Hotel Kristal, Unterberg 158 Grossarl – tel. 00.43.650.57.47.825 – www.kristall.tv – e-mail: info@kristall.tv).

Eens terug in het hotel duiken we de sauna in (iets wat we iedere dag zullen doen) en vul ik nadien mijn reisverslag aan. Ondertussen valt er buiten een regenbui en horen we enkele donderslagen. Dit is het eerste (bescheiden) onweer dat we hier meemaken gedurende de 4 jaar dat we naar hier komen. Een uitzonderlijke toestand dus na een zomer van veel waterellende, vooral hier in Oostenrijk. Boven het Elmaudal verschijnt er een regenboog die ik probeer op foto vast te leggen.

ca 18 u: avondmaal

Menu:

Rindssuppe mit Nudeln

Salate vom Buffet

Gulasch vom Hirschkalb dazu Serviettenknödel und hausgemachtes Apfelrotkraut

Melonen im Holunderblütensaft

Daar ik best geen rode kool en eieren (tweede keuzemenu) eet, maak ik een keuze uit de spijskaart.

We gaan vroeg slapen daar we lichte aanpassingsmoeilijkheden hebben wegens de andere voeding.

Dinsdag 13 september 2005

06.30 u: opstaan

08.00u: ontbijt.

09.15 u: we vertrekken aan het hotel richting Aigenalm. Het betreft hier twee almen die niet ver van elkaar staan, nl. de Paulhutte en de Mandlhutte. We rijden richting Hüttschlag (richting zuiden) en slaan rechts af ter hoogte van Mandldorf. Een 10 meter verder is er een parkeerplaats aangeduid voor de bezoekers van de Aigenalmen. Het is tamelijk bewolkt maar af en toe komt de zon erdoor, het blijft echter de ganse dag droog. Onze wandeling begint om 09.30u. Aan het begin van de wandeling staat dat het 1 uur stappen is naar de alm maar de Duitse kennissen uit het hotel vertelden ons dat ze er 1 ¼ u over deden. Wijzelf bereiken de Aigenalm – Paulhutte na 1 ½ u stappen. We drinken er een almdudler en een soep. Lea blijft achter op de alm terwijl ik verder trek naar de Mandlhutte die amper ¼ u verder zou liggen. Na 10 minuten ben ik reeds ter plaatse. Van hieruit vertrekken er een 3-tal wandelingen, o.a. ene wandeling van 3 ½ u. Na nog even rondgekeken te hebben keer ik terug naar de eerste alm en vervoeg Lea. Beiden werken we een “Schinckenbrodt” en een soep naar binnen. Rond 13.30 u vatten we de terugtocht aan. Eens aan de wagen rijden we naar het dorp en kijken of het concert van de plaatselijke muziekmaatschappij doorgaat. Dit blijkt zo te zijn op voorwaarde dat het niet regent. Op de Aigenalm zat een koppel Nederlanders die gisterenavond in Schütsenhof kwamen eten. Ook vorig jaar waren ze hier. Achteraf vertelden ze ons dat ze hier reeds 29 jaar op vakantie komen. Ze huren hier een etage van een huis. Onderweg naar huis rijden we hen voorbij en vragen hen of ze mee willen rijden. Zij leggen echter de afstand naar hun convent liever te voet af.

Na de sauna: avondmaal om 19 u

Menu:

Zucchinicremesuppe

Salate vom Buffet

menu 1: Condon bleu mit Preiselbeeren dazu Kartoffel mit Dillrahmsause (ikzelf)

menu 2: Schweinsbratwürstel met senf dazu Kartoffelpüree und Sauerkraut (Lea)

Naturjoghurt mit Himbeeren

Aan het ontbijt krijgen we de twee keuzemenu’s voor ‘s avonds op een briefje. Hierop kunnen we het gewenste menu aankruisen. Voor mijn eigen gemak scheur ik telkens het rechterblad af waarop de menu’s staan en neem ik mee voor mijn verslag. Ik was van mening dat men hiermee toch niets meer kon aanvangen. Burgl liet me echter verstaan dat ze dit half blad echter nog nodig had, zonder hierover uitleg te geven. Maar al vlug brengt ze de oplossing aan en bezorgt me iedere dag een fotokopie van het blad op de ontbijttafel.

Woensdag 14 september 2005

06.45 u: opstaan

08.00 u ontbijt

Vandaag heeft de wekelijkse wandeling plaats onder leiding van Hias (afkorting voor Mathias), de baas van het hotel. Tegen de bergen hangen er nog wat wolken maar die lossen in de loop van de dag nagenoeg volledig op en we krijgen veel zon.

09.30 u: vertrek van de groep met een 5-tal wagens en 18 deelnemers. Hias had mij voorgesteld dat ik met hem mocht meerijden maar ik geef er de voorkeur aan om met mijn eigen wagen te rijden. Zo kan ik terugkeren wanneer ik wil. We rijden bijna tot aan het daleinde en slaan daar links af. We rijden een stuk naar omhoog en parkeren aan de woning van de boer wiens alm wij gaan bezoeken. De Hirschgrübenalm (1564 m). Ieder stapt zowat zijn eigen tempo en dat is voor mij duidelijk sneller dan de anderen. Na 1 u klimmen sta ik op de alm. De rest van de groep volgt na 1 ½ u. Ik werk een goulachsoep naar binnen, praat nog even met de groep van 5 Duitse wandelaars en besluit nog even verder te gaan tot aan de Aschreit-Alm. Sommigen zeggen dat het ½ u ver is, weer anderen menen ¾ u. Op mijn tempo geraak ik op de alm na 35 a 40 minuten. Na wat gerust te hebben, enkele foto’s genomen te hebben, het (modern) toilet te hebben gebruikt en iets gedronken te hebben, begin ik aan de terugtocht. Als ik omstreeks 13.00 u aankom op de Hrischgrübenalm zijn mijn medegezellen reeds vertrokken, behalve Hias en een bejaard koppel dat met hem is meegereden. Ik koop enkel nog een prentkaart van de alm en vertrek dan alleen naar beneden. Het afdalen duurt echter even lang dan het naar boven komen, namelijk 1u. Met de auto gaat het dan terug naar het hotel en daar vind ik Lea die ondertussen enkele boodschappen heeft gedaan en nu op het terras van het restaurant in de zon een boek aan het lezen is. Zoals gebruikelijk worden we bij aankomst vergast op gratis koffie en koeken ons aangeboden door de bazin Burgl. Ondertussen is ook het 5-tal aangekomen en zetten zich bij ons aan tafel om wat na te praten. Na de sauna heb ik tijd om mijn verslag wat bij te werken en enkele prentkaarten klaar te maken om op te sturen. We kijken nog eens na welke tocht we morgen zullen maken met de auto (om wat uit te rusten van het wandelen).

18.00 u: avondmaal.

Menu:

Klare Rindsuppe mit Griessnockerl

Salade

Schweinerückenstaek in Gorgonzolarahmsause dazu Röstinchen

Eispalatschinke fein garniert

Donderdag 15 september 2005

06.45 u: opstaan.

08.00 u: ontbijt.

09.25 u: we vertrekken met de wagen. Kilometerstand 109.398. Het is bewolkt maar vanaf de middag krijgen we volop zon. We volgen de zogenaamde Dolomietenstrasse. Eerst gaat het van Grossarl over Sankt-Johann im Pongau en Bischofshofen en nemen daar de snelweg richting Salzburg. We nemen de afrit Golling (Duitsland) en vergissen ons even van weg zodat we in het stadje Golling zelf terecht komen. Al vlug vinden we de goede richting en rijden richting Abtenau. Hier zitten we volop op de Dolomietenstrasse, een zeer mooie weg en nagenoeg geen verkeer.

63 km: we stoppen aan de Lammerklamm en bezoeken deze tot 12.10 u. Verder gaat het via Annaberg, Lugötz, St-Martin. Voorbij dit laatste dorpje slaan we af naar Filzmoos alwaar we even stoppen.

15.30 u: we zijn terug aan het hotel.

18.00 u: avondmaal

Menu:

Rindsuppe met Backerbsen

Salade

Rindsroulade mit Butternudeln

Vanilleoberscreme mit Fruchtsause

Vrijdag 16 september 2005

06.45 u: opstaan.

08.00 u: ontbijt.

09.00 u: we doen enkele boodschappen in de Billawinkel beneden in het dorp. Omdat niet alle almen nog open zijn in deze periode kopen we er enkele belegde broodjes die ik voor alle zekerheid meeneem op de wandeling. Ik rijdt vervolgens, na Lea aan het hotel afgezet te hebben, naar het dorp van Grossarl alwaar de Elmaustrasse begint, Aan het Gasthof Lammwirt sla ik rechts af en rijd nog 2 km verder, tot aan de laatste parking. Het is 10 u als ik gepakt en gezakt te voet vertrek. Er hangen nog wat wolken tegen de bergtoppen maar die verdwijnen al vlug om plaats te maken voor de zon en een diepblauwe lucht. Wanneer ik om 11.15 u de Bichlalm in zicht krijg, zoek ik een geschikt plaatsje om mijn sandwiches naar binnen te werken. Na een kwartier vertrek ik voor het laatste stukje en om 11.45 u ben ik op de alm. Daar de weersvoorspelling zegt dat dit de laatste mooie dag zal zijn zit het terras van de alm behoorlijk vol met wandelaars die nog eens van de zon willen genieten. Tussen de aanwezigen bemerk ik een jong Duits koppel met hun klein kindje dat regelmatig in het hotel komt ontbijten en avondmalen. Wanneer ik op het punt sta om te vertrekken en nog eerst ga afrekenen bij de “zennerin” (alpenboerin, kaasmaakster) binnen in de alm bewerk ik bij mijn terugkomst op mijn tafel een snaps staan. Eerst denk ik dat dit een vergissing is maar al vlug blijkt dat die afkomstig is van het jonge koppel. Ik kap die naar binnen op hun gezondheid.

De alm ligt op 1731 meter. Volgens een van de aanwezigen zou hier morgen sneeuw kunnen liggen daar de sneeuwgrens dan op 1300 meter zal liggen.

Langzaam keer ik terug naar het dal ondertussen genietend van de met zon beschenen bergen en de prille herfstachtig aandoende natuur. Even voor 14.00 u ben ik aan de wagen en ga ik in het hotel Lea ophalen. Ik wil nog iets nakijken in het naburige dal van Kleinarl. De beklimming naar de Tappencarsee vanuit het Grossarldal duurt 3 a 4 uur. Vanaf het Kleinarldal zou dit heel wat minder zijn. We rijden tot aan de Jägersee op het einde van het Kleinarldal en volgens de wandelgidsen begint hier een “mautstrasse”. Er staat een bordje dat hier € 4 moet betaald worden maar er zit niemand in het wachthokje om het bedrag te innen. Ik denk dat enkel tijdens de zomermaanden de maut moet betaald worden. De mautstrasse is een mooie aardeweg met op het einde enige putten in het wegdek. Deze weg eindigt op een vrij grote parking. Eens dit gezien keren ze terug naar het hotel voor de sauna en het avondmaal. Vooraf tank ik in het dorp 23,05 liter voor €24,41.

18.15 u: avondmaal.

Menu:

Knoblauchcremesuppe

Salade

Forelle “Mullerinart” dazu Petersilienkartoffeln

Tiramisuschnitte

Zie verder deel 2

20-09-2005 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
19-09-2005
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GROSSARL 2005 deel 2

GROSSARL - OOSTENRIJK
10 - 9 - 2005 tot 26 - 9 - 2005


Zaterdag 17 september 2005

07.15 u: opstaan

08.00 u: ontbijt

Het regent. Na het ontbijt blijven we nog wat op de kamer tot wanneer de poetsvrouw de kamer komt poetsen. We vertrekken naar het dal om 09.35 u – kilometerteller 109.580 km. We blijven in de winkel Billa tot 9.54 u om er enkele boodschappen te doen. Vervolgens vertrekken we naar Hallein. Om 10.25 u rijden we het kasteel van Werfen voorbij (33 km). We komen aan te Hallein na 60 km en om 10.47 u. Het Salzbergwerk (de gewezen zoutmijn) bereiken we na 65 km en om 11.00 u. Dit is een geschikte attractie om te bezoeken bij regenweer. Ik de hall krijgen we een witte vest en dito broek om aan te trekken. De mijn wordt binnengereden doormiddel van een treintje waarop men schrijlings moet gaan zitten, de een na de ander. Eens op de eindbestemming van het treintje gaat het een heel eind te voet verder. De eerste afdaling doormiddel van een glijbalk is slechts van korte duur. Daarna wordt een ondergronds meer overgestoken doormiddel van een grote boot. Even verder, ondertussen worden we door taferelen wat wijzer gemaakt over de geschiedenis van de zoutproductie, gaat het een twee keer naar beneden doormiddel van langere glijbalk. Het bezoek wordt afgesloten door een rit met hetzelfde treintje naar buiten. en kost voor ons twee € 33.

Om 13.56 u zijn we terug aan de auto. Het is nog steeds een miezerig weertje. In het voorbijrijden zoeken we naar een apotheek die open is maar ook deze sluiten hier op zaterdagnamiddag.

Om 15.15 u zijn we terug aan het hotel. Om de tijd te doden spelen we in de gelagzaal een spelletje scrabble en drinken we een koffie. Om 17.45 u gaan we naar de sauna en om 18.30 u zijn we toe aan het avondmaal.

Menu:

Zwiebelsuppe

Salade

Jaganock’n (Käsespätzle mit Speck und Wildfleischwürfel)

Pfirsichkompott mit Schlag.

Een groep Nederlanders is aangekomen (5 echtparen). Meteen zit de stemming erin.

Zondag 18 september 2005

07.15 u: opstaan.

08.30 u: ontbijt.

Het regent en de sneeuwgrens ligt op ca 1400 meter. De hellingen die niet door de wolken verborgen worden zijn lichtjes met sneeuw bedekt. Na het ontbijt rijden we een helling op maar wegens de wolken kunnen we slechts enkele grasvelden zien die met lichte sneeuw bedekt zijn. Vervolgens rijden we naar het daleinde (richting zuiden) maar ook daar verstoppen de wolken grotendeels de sneeuw. En toch geeft alles de indruk dat het december is. Hierdoor begint bij ons de idee te rijpen om eens naar hier te komen tijdens de winter. Nu al hakken we de knoop door en beslissen in januari of februari 2007 voor 8 dagen naar het winterse Grossarl te komen.

Om iets te gaan drinken in het gasthof Thalwirt is het nog te vroeg (gaat pas open om 11.30 u). We keren dan maar terug naar het hotel en zien in het voorbijrijden dat het bescheiden Rupertfeest wel doorgaat in het dorp, ondanks de regen. Na een korte rustpauze gaan we om 12.30 u te voet naar het dorp. De ochtenddrukte (fruhschoppen) is blijkbaar voorbij en er staan slechts een 3-tal kraampjes. De dansgroepen en de muzikanten treden wegens de regen op in de gelagzalen van de hotels en restaurants. Wij stappen de Alte Post binnen en zien de koppel uit Mechelen aan een tafeltje zitten. Aan hun tafel staan de enige twee vrije stoelen van het ganse etablissement. Wij vragen of het niet stoort als we bij hen gaan zitten. Ze hebben geen bezwaar. In tegendeel. Onmiddellijk ontspint zich een gesprek over koetjes en kalfjes maar vooral over het verblijf in Grossarl. Wijzelf bestellen een apfelstrudel en een koffie en later een Johannesberensaft en een most (gemaakt van druivensap maar dat net nog geen wijn is). Ondertussen speelt een plaatselijk orkest volksmuziek. Onze tafelgenoten vertellen ons dat zij ook het traject tussen België en Oostenrijk in twee dagen afleggen. Zij overnachten steeds in Rothenburg ob der Tauber, gelegen ongeveer 50 km voor Würzburg, in een “kamer met ontbijt” (huis Flemming in de Klingengasse vlak bij parking 5). Ook geven ze ons het adres van een jaarlijks muziekfestival georganiseerd door de Austriafreunden (wordt gehouden rond april in Alpheusdal Williotstraat te Berchem – Antwerpen.

Rond 15 u stappen het koppel op en een kwartiertje later keren ook wij terug naar het hotel. De rest van de namiddag brengen we door in de kamer en in de sauna.

Avondmaal:

Menu:

Rindssuppe mit Frittaten

Salade

Rumpstaek mit Kräuterbutter dazu Kartoffelpüree und Broccoli

Coup Danemark

Maandag 19 september 2005

07.20 u: opstaan

08.20 u: ontbijt.

Ik heb een lichte verkoudheid. Om 09.40 u vertrekken we voor een rondrit. Km-stand 109.855 km. We rijden tot Radstadt maar keren daar terug naar het hotel wegens de motregen en de vele wolken die tegen de bergen hangen. Voor zover we er iets kunnen van zien door de laaghangende bewolking zijn de bergtoppen besneeuwd.

Eens terug in het dal rijden we naar het daleinde om bij Thalwirt iets te eten (goulashsoep). Daarna keren we terug naar het hotel en nemen wat platte rust om de verkoudheid sneller te laten genezen.

18.00 u: avondmaal.

Menu:

Rindssuppe mit Sternchen

Salade

Gamsgulasch mit Spätzle

Frisch marinierter Obstsalat

Dinsdag 20 september 2005

07.00 u: opstaan.

08.00 u: ontbijt

Ik heb de afgelopen nacht wat last gehad van de verkoudheid. Vandaag is de wekelijkse wandeling onder leiding van Hias. Gisteren vroeg Hias of Lea naar de alm wou meerijden met de taxi daar er nog andere hotelgasten willen meerijden. Deze morgen beslis ik om ook mee te rijden wegens mijn verkoudheid. Het dal is gehuld in een dichte mist die uitvalt en dit zal zo de ganse dag blijven.

09.30 u: we vertrekken met de auto richting Maurachalm. We parkeren onze wagen aan de Sonnegbrucke en wachten er op de rest van de groep. Hias zegt dat het taxibusje hier zal zijn om 10.15 u, waarna de wandelaars vertrekken. Stipt op tijd komt de taxi voorgereden. Buiten ons twee rijden nog een bejaarde man (problemen met de bloedomloop in de benen) en een vrouw (heeft haar voet verzwicht) mee. Wij zetten ons achteraan in het minibusje en wanneer de vrouw ook wil instappen houdt ze zich vast aan de stijl tussen het voorportier en de schuifdeur. De bejaarde man stap vooraan in en slaat het portier dicht met als gevolg dat enkele vingers van de vrouw tussen het portier en de stijl gekneld geraken. Gelukkig houdt ze er geen open wonde aan over en stoppen we haar hand in een koude plas water om het onderhuids bloeden tegen te gaan. Achteraf blijkt alles nog goed mee te vallen. Eens we op de alm zijn worden de vingers door de boerin in een huismiddeltje gedoopt (op basis van snaps met kruiden) en omzwachteld. Onderweg naar de alm rijden we de groep wandelaars voorbij. Buiten is het nat, kil en mistig maar in de alm branden de vuren en is het er behaaglijk warm. Wanneer later de wandelaars aankomen (wij vormen samen een groep van ca 30 personen) zit de alm goed vol samen met andere groepen wandelaars. Na een tijdje, als iedereen bediend is, begint de zoon des huizes op zijn trekharmonica te spelen. Nadien geeft hij samen met zijn moeder enkele liederen ten beste waaronder een wondermooie ode aan Salzburgerland (zie de tekst van dit lied bij het reisverslag Grossarl 2003). Wanneer we de vrolijke liederen van de harmonica horen kunnen Lea en ik ons niet weerhouden een dansje te wagen. Met een applaus van de aanwezige wandelaars. Naast het zingen en spelen op de trekharmonika bespeeld de zoon tevens de citar.

De tijd vliegt voorbij en na nog een speckbrodt naar binnen te hebben gewerkt is het tijd om op te stappen. Hias heeft de taxi verwittigd en die komt een drie kwartier na het vertrek van de groep aan. Wij zijn de enige twee die meerijden want de andere twee gaan te voet naar beneden. De groep noorderburen is reeds vroeger vertrokken omdat zij nog een ommetje willen maken via de Unterwandalm en zij willen nog voor 17 u terug in het hotel zijn om de gratis koffie met koeken niet te missen. Na de wagen opgehaald te hebben en de (nu vrij dure) taxirit betaald te hebben, rijden we naar het hotel en genieten er van de koffie en de koeken van Burgl.

Na de sauna en een half uurtje platte rust (de verkoudheid weet je wel…) zijn we toe aan het avondmaal

Menu:

Rijdssuppe mit Eeiermuscheln

Salade

Mit Schincken und Spinat gefüllte Putenroulade dazu Basmatireis

Topfennockerl auf marinierten Heidelbeeren

Gisterenavond vernamen we dat een van de twee broers die tot de groep van 5 Duitse wandelvrienden behoorde op zondag een hersenbloeding heeft gehad. Nu begrijpen we waarom er toen een helikopter landde in het dorp. Deze bracht de zieke naar een ziekenhuis in Salzburgstad. De man in kwestie zou niet meer bij bewustzijn zijn en is voor de helft verlamd. De eerste berichten zijn zeer negatief. Men kan zich goed voorstellen dat de stemming zich bij de overige vier te wensen overlaat.

Na het avondeten worden we aan de tafel uitgenodigd van de vrouw die met haar vingers tussen het portier heeft gezeten. We praten nog wat na en rond 21 u gaan we naar de kamer. In de loop van de nacht heb ik nog wat last van de verkoudheid.

Woensdag 21 september 2005

07.00 u: opstaan

08.00 u: ontbijt

09.00 u: via de winkel Billa rijden we naar Sankt-Johann i P. waar we twee lederen broeksriemen kopen. Ik had twee gelijkaardige riemen die we gekocht hadden op Kreta. Een ervan ging op een onverklaarbare wijze verloren. Ik dacht dat ik het wel zou rooien met die ene die ik nog had maar uitgerekend ging de sluiting gisteren ter ziele. Gelukkig had ik nog een broek mee die kon dicht gestrikt worden. Al vlug vinden we in de C & A twee geschikte broeksriemen. Heel wat Oostenrijkers en Duitsers hebben een flink uit de kuiten gewassen taille zodat ik zonder moeite twee XXXL maten kan vinden.

Vervolgens rijden we via de snelweg richting Salzburg naar Golling en brengen een bezoek aan het stadje. Dit is gelegen aan de rechterzijde van de snelweg en ligt op Duits grondgebied. Wanneer we het stadje verlaten en willen terugkeren vergissen we ons van weg en zien we een bord staan die verwijst naar de waterval van Golling. De waterval is minder bekend maar niettemin bezienswaardig. Na het bezoek nemen we in Bischofhofen de weg die langs Muhlbach en Dienten loopt. Dit is een prachtige weg die we reeds eerder bereden hebben, maar dan bij regenweer, wat het geheel minder mooi maakt. In Dienten stoppen we aan een gasthof.

Eens terug in Grossarl tanken we in het dorp 28,55 liter diesel voor € 29,81. Naast het pompstation is er een selfcarwash. Ik spuit de auto af die duchtig vervuild is wegens de wegenwerken op het weggetje naar het hotel.

De zon komt regelmatig door de wolken piepen maar nog te veel wolken schuiven langsheen de bergtoppen en blijven er soms hangen. Voor morgen wordt er beter weer voorspeld en voor vrijdag nog beter.

Avondmaal.

Menu:

Kräutlsuppe

Salade

Bauernschmaus (Kassler & Schweinebraten) dazu Semmelknödel und Sauerkraut

Nusspalatschinke mit Marillenschaum

Donderdag 22 september 2005

07.00 u: opstaan.

08.00 u: ontbijten

Om 09.00 u rijden we naar beneden omdat we voor 09.15 u de werken aan de weg naar Schutzenhof voorbij moeten zijn daar die weg de ganse dag zal afgesloten zijn. In geval van nood kunnen we wel via een boerderij in de buurt naar boven of beneden rijden maar de weg is er zo steil en begroeid met gras dat dit niet aan te raden is. Ik rijd via Sankt-Johann naar Wagrain en Kleinarl. Lea blijft in het hotel achter. Op het einde van het Kleinarldal ligt de Jägersee. Daar begint de “mautstrasse”, een betaalde weg, maar er is niemand om het verschuldigde bedrag in ontvangst te nemen (enkel tijdens de twee zomermaanden?). Op het einde van deze mautstrasse is er een ruime parking alwaar ik de auto achterlaat. Ik begin aan de klim naar de Tappencarsee. Die is vrij steil en het pad ligt bezaaid met losse en vaste stenen. Uitkijken dus. Na anderhalf uur klimmen en af en toe een groep schoolkinderen die me voorbijlopen, bereik in de Tappencarsee. Tijdens de klim naar boven heeft men een prachtig uitzicht op Kleinarl en de vallei, met als decor op de achtergrond de in de zon schitterende Hochköning. Eens over de kam word je onmiddellijk geconfronteerd met het uitgestrekte bergmeer. Na nog eens 10 minuten platte weg bereik ik de Tappencarseealm. Het is daar druk vooral door de vele groepen schoolkinderen. Voor de Tappencarseehutte is het echter nog een 20-tal minuten stappen maar van hieruit te zien is de hut niet open. In de alm vervang ik mijn bezwete kledij door droge, iets wat ik in het verleden nooit gedaan heb maar waarvan ik de weldaad nu wel aanvoel. Het vuur in de alm maakt het er bovendien gezellig warm. Buiten aan het meer is het fris daar de wolken die tegen de bergtoppen hangen de zon verstoppen. Tijdens de klim moet ik ook een tweetal keer over een snelstromend beekje met grote keien in die men kon gebruiken om droog aan de overzijde te geraken. Een keer moest ik een 4-tal meter over het met sneeuw bedekte pad.. Om 11.45 u kwam ik aan op de alm. Na wat gegeten (een apfelstrudel) en gedronken te hebben en gebruik gemaakt te hebben van het nette toilet begin ik om 12.30 u aan de afdaling. Wegens de losse stenen is het nu uitkijken geblazen voor verstuikte enkels. Om 13.45 u ben ik terug aan de auto. De tocht mag echter niet onderschat worden wegens het vrij steile pad en de losliggende stenen. Het uitzicht op het dal en boven het zicht op het uitgestrekt bergmeer is de moeite waard om de klim te doen.

Ik rijd terug naar Grossarl. Tijdens de afdaling heeft Lea gebeld op mijn GSM met het telefoontoestel op de kamer. Ik kom aan in Grossarl om 15 u na 85 km gereden te hebben.

Eens terug in het hotel slaat de honger toe en laat ik door Burgl een kaisersmarn klaar maken. We praten nog wat na met het koppel van de groep van 5 Duitsers. De nadere twee zijn op ziekenbezoek naar Salzburg.

Na een bezoek aan de sauna en wat rusten op de kamer is het tijd voor het avondmaal.

Menu:

Rindssuppe mit Goldwürfel

Salade

Mit Schinken und Spinat gefüllte Putenroulade dazu Basmatireis

Topfennockerl auf marinierten Heidelbeeren

Terwijl ik bezig was met de wandeling naar de Tappencarsee heeft Lea het koppel uit Mechelen tegengekomen in het dorp. Lea heeft hen vertelt dat we onze stop in het naar huis rijden in Rothenburg ob der Tauber willen houden. Wij hoeven echter niets te doen want zij zullen bellen om een kamer te reserveren. Zaterdag, de dag voor we naar huis vertrekken, komen ze naar Schutzenhof avondmalen.

Vrijdag 23 september 2005

06.50 u: opstaan.

08.00 u: ontbijt.

kilometerstand: 110.230

Deze week beloofden we aan de groep Nederlandse wandelaars dat we hen graag eens willen rondleiden in Gent. Eigenlijk was het Lea die hen dit voorstelde. Deze morgen komt Piet Musters, die de leider is van de groep, even bij ons aan tafel zitten en komt polsen of wij het wel meenden. Wij bevestigen onze belofte. Hijzelf stelt voor op bezoek te komen in maart 2006. (Een maand later krijg ik een mailtje waarin ze voorstellen op 7 april 2006 te komen).

Om 09.08 u vertrekken we voor een rondrit doorheen het district Lungau. Ook vandaag moeten we voor 9.30 u naar beneden rijden omdat de weg afgesloten wordt tot 12 u. Het is nu reeds te zien dat het een prachtige zonnige dag zal worden (en dit bleef zo tot het vallen van de avond). Via Sankt-Johann im Pongau, Wagrain, Schwaighof rijden we naar Radstadt.

10.16 u – 44 km: Radstadt

10.34 u – 62 km: Obertauern. Dit is een druk skigebied te zien aan de talrijke grote hotels. Nu doet het hier vrij verlaten aan. Vervolgens rijden we Mauterndorf voorbij richting Moosham.

11.12 u – 88 km: we stoppen even aan het kasteel van Moosham maar bezoeken het niet. Via Pichelsdorf en Gruben rijden we naar het smeltovenmuseum Bundsschuh. Dit is echter gesloten. Vervolgens rijden we het prachtige Thomatal door naar Ramingstein en stoppen aan de burcht Finstergrun. Slechts een deel van de burcht is vrij te bezoeken.

11.58 u – 120 km: we stoppen in ene klein dorpje (de naam is ons niet bekend) en verbruiken er elk een soep en een almdudler.

14.02 u – 134 km: we stoppen in Lintsburg en eten er een kleinigheid (knackworst met brood).

14.07 u tot 14.30 u – 140 km: brengen een kort bezoek aan Mariapfar.

15.47 u – 186 km: we stoppen in Altenmarkt en lopen er even rond op de bescheiden boerenmarkt. Daarna keren we terug naar het hotel via de snelweg richting Salzburg tot Bischofshofen en de gewone weg naar Grossarl.

16.40 u – 244 km: aankomst aan het hotel. De werken aan de weg zijn net beëindigd.

Avondmaal.

Menu:

Kürbiscremesuppe

Salade

Fischfilet natur mit Sauerrahmsauce dazu Petersilienkartoffeln

Gebackene Aphelringe mit Vanilleeis und Zimtzucker

Zaterdag 24 septelber 2005

06.50 u: opstaan.

08.00 u: ontbijten

(tanken 20,25 liter voor € 21,55)

08.00 u: ik wuif de groep van Piet Musters uit. Zij vertrekken naar huis.

09.00 u: we doen voor de laatste keer boodschappen in het dorp en kopen tevens een grote typische berghoed en een koppel bretellen met edelweissmotief (dienstig voor een latere verkleedpartij).

Voor we naar het dorp gaan vragen we aan Burgl de rekening om na te zien of we in het dorp nog geld moeten uit de muur halen. We delen haar mee dat we volgend jaar, in deze tijd, niet komen maar dat we ons voorgenomen hebben in de maanden januari of februari 2007 eens tijdens de winter naar hier af te zakken. Indien we de verplaatsing met de trein maken zal Hias ons komen afhalen in het station van Sankt-Johann.

Tegen de middag rijden we naar Lamwirt in het Elmaudal om iets te eten maar dit etablissement is gesloten wegens een huwelijksfeest. We keren terug naar het dorp en rijden de weg langs de andere zijde van het Elmaudal op, naar Vorstadtluck, maar ook die is gesloten. Uiteindelijk rijden we naar Thalwirt in het daleinde waar we onder het eten op het terras kunnen genieten van de zon. Onderweg naar hier werden we voorbijgestoken door het koppel uit Mechelen. Die zijn onderweg naar Huttschlag om er de “almabtrieb” te bekijken. Daar waar de koeien de voornaamste weg van het dal opkomen, staat heel wat volk te wachten op de kleurrijke stoet. Tevens tellen we een vijftal bussen die langs de kant van de weg geparkeerd staan.

Rond 14 u keren we terug naar het hotel en beginnen we met de valiezen klaar te maken en hetgeen we niet meer nodig hebben naar de auto te brengen. Deze morgen heb ik de auto wat opgekuist maar veel zin heeft dit niet wegens de werken aan de toegangsweg naar Schutzenhof. De namiddag sluiten we af met wat zonnen op het terras van het hotel.

Deze morgen hebben we aan Burgl gevraagd om het koppel uit Mechelen bij het avondmaal bij ons aan tafel te zetten.

Avondmaal.

Menu:

Rindssuppe met Eeierflocken

Salade

Zigeunerschnitzel mit Duchessekartoffel (Schweineschnitzel mit Paprika-Specksauce)

Ananaskompott mit Sahne

Zondag 25 september 2005

06.30 u: opstaan. Er staat geen wolkje aan de lucht.

07.00 u: ontbijt.

07.57 u: na afscheid genomen te hebben van Burgl (en Hias gisterenavond) vertrekken we. Kilometerstand 110.535 km.

08.14 u – 13 km: Alpendorf – de luxewijk van Sankt-Johann. Het is 7 graden.

08.17 u – 16 km: Sankt-Johann im Pongau

Even buiten Sankt-Johann, op de weg naar Bischofshofen, is er een carwash waar we de auto grondig laten reinigen.

09.05 u – 48 km: Golling. Sanitaire stop..

09.20 u – 44 km: passeren de Oostenrijk – Duitse grens.

09.43 u – 119 km: passeren de Chiemsee.

09.57 u – 142 km: Rozenheim.

10.17 u tot 10.29 u – 176 km: sanitaire stop.

10.25 u – 192 km: komen aan de ring rond Munchen.

11.58 u – 282 km: stop aan een baanrestaurant in de buurt van Augsburg om iets te eten.

11.41 u: terug vertrokken. Het is 20 graden.

13.23 u – 344 km: we rijden Ulm voorbij.

14.05 u tot 14.44 u– 410 km: stop te Ellangen. we tanken er 24 liter voor € 27,78.

16.00 u – 464 km: aankomst te Rothenburg ob der Tauber. Tussen Munchen en Rhotenburg hebben we enkele keren vertraagd verkeer gehad doch nooit stilstaand. Het koppel uit Mechelen moeten we hier nog niet verwachten daar die pas rond de middag vertrokken zijn in Grossarl. Het pension (Gasthaus Flemming – Klingengasse 21 91541 Rothenburg ob der Tauber – tel: 09861-92380), waar zij ook voor ons een kamer hebben gereserveerd, vinden we gemakkelijk eens we parking nr. 5 gevonden hebben (zij hadden ons een stadsplannetje gezorgd). Normaal is het mogelijk om te parkeren tegenover het pension maar om daar te geraken moet men wachten tot na 18 u tenzij men er logeert en met een toelating. Deze laatste hebben we niet maar toch geraken we ter plaatse door ons van de domme te houden.

We krijgen kamer 4 toegewezen. Het is er kraaknet en de kamers zijn functioneel en toch gezellig ingericht. Er is ook een douche en toilet in een afzonderlijke badkamer. Later vermenen we de reden waarom alles hier zo nieuw uitziet. Enkele jaren geleden brandde het pand volledig uit en werd nieuw, in de typische stijl van het stadje, heropgetrokken.

Na ons even verfrist te hebben verkennen we het stadje. Het is er gezellig in rondlopen. Nergens is hier een modern gebouw te bespeuren die de eenheid zou kunnen verstoren. Het stadje is nog volledig ommuurd en men kan op de stadsmuren eromheen lopen.

Rond 18.00 u gebruiken we het avondmaal op een stemmig buitenterras, onder de bomen, in de buurt van de grote kerk. De avond is zacht en mild. Wanneer we terug aan het pension komen arriveren ook Paul De Winter en zijn echtgenote. Zij hebben reeds het avondmaal gebruikt en zijn hier aangekomen om 17.00 u. Zij vertokken in Grossarl om 12.30 u.

20.30 u: we gaan slapen.

Maandag 26 september 2005

06.15 u: opstaan

Normaal kan hier pas om 8 u ontbeten worden maar Paul heeft gevraagd om een half uurtje vroeger te mogen ontbijten, wat geen probleem is. We ontbijten samen met het koppel en doordat we aan de praat geraken blijven we wat langer aan tafel zitten dan het de bedoeling was. Na afscheid genomen te hebben van Paul en zijn echtgenote en de rekening (€ 57) betaald te hebben, vertrekken we.

08.35 u – 13 graden – het is half bewolkt: we vertrekken (kilometerstand 110.999km).

09.13 u – 67 km: rijden Wurzburg voorbij.

09.48 u – 136 km: rijden Aschaffenburg voorbij.

10.10 u – 181 km: luchthaven van Frankfurt.

10.37 u – 227 km: Bad Komberg – sanitaire stop.

10.51 u: terug vertrokken.

11.56 u – 354 km: rijden over de Rijn te Keulen.

12.45 u – 430 km: passeren de Duits – Nederlandse grens.

13.00 u – 456 km: passeren de Nederlands – Belgische grens.

13.24 u – 501 km: stilstand te Tessenderlo.

13.55 u: terug vertrokken.

14.43 u – 563 km: rijden door de Kennedytunnel.

15.25 u – 626 km: terug thuis – tanken 42,60 liter voor € 48, 30.

Eindstand kilometerteller: 111.526 km

De heenreis bedroeg 1025 km en de terugreis, via een enigszins andere weg, 1090 km.

Het totaal aantal kilometer voor de ganse reis bedroeg: 3459 km.

In totaal verbruikten we 200 liter diesel en betaalden daarvoor € 220,06 (= 8877 Bef). Dit is een gemiddeld gebruik van 5,78 liter per 100 km.

19-09-2005 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
18-09-2005
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GROSSARL 2005 deel 3
Klik op de afbeelding om de link te volgen








Een wintersfeerbeeld in september



18-09-2005 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
24-08-2005
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.VIERDAAGSE VAN DE IJZER 2005
Klik op de afbeelding om de link te volgen



















De auteur van deze blog tijdens de "Vierdaagse van de IJzer" augustus 2005

24-08-2005 om 16:09 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)


Inhoud blog
  • NORMANDIË 1993 deel 2
  • NORMANDIË 1993 deel 1
  • NORMANDIË 1995 deel 2
  • NORMANDIË 1995 deel 1
  • NOORD-FRANKRIJK 1996 deel 2
  • NOORD-FRANKRIJK 1996 deel 1
  • ZEVENDAAGSE NAAR DE KASTELEN VAN DE LOIRE 1997 deel 2
  • ZEVENDAAGSE NAAR DE KASTELEN VAN DE LOIRE 1997 deel 1
  • BOURGONDIË 1998 deel 2
  • BOURGONDIË 1998 deel 1
  • MONSCHAU 1999 deel 2
  • MONSCHAU 1999 deel 1
  • PARIJS 2000
  • GROOTHERTOGDOM LUXEMBURG 2000
  • TURKIJE 2001 deel 3
  • TURKIJE 2001 deel 2
  • TURKIJE 2001 deel 1
  • PARIJS 2001
  • DE VOGEZEN 2001 deel 2
  • DE VOGEZEN 2001 deel 1
  • KEULEN CARNAVAL 2002
  • BRETAGNE 2002 deel 3
  • BRETAGNE 2002 deel 2
  • BRETAGNE 2002 deel 1
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2002 deel 3
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2002 deel 2
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2002 deel 1
  • TURKIJE 2003 deel 3
  • TURKIJE 2003 deel 2
  • TURKIJE 2003 deel 1
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2003 deel 3
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2003 deel 2
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2003 deel 1
  • KRETA 2004 deel 2
  • KRETA 2004 deel 1
  • HOUFFALIZE 2004
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2004 deel 3
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2004 deel 2
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2004 deel 1
  • TURKIJE 2005 deel 3
  • TURKIJE 2005 deel 2
  • TURKIJE 2005 deel 1
  • VIERDAAGSE VAN DE IJZER 2005
  • GROSSARL 2005 deel 3
  • GROSSARL 2005 deel 2
  • GROSSARL 2005 deel 1
  • Hotel Torre Artale - Trabia - Sicilië - Italië
  • Reis naar Sicilië - Italië 2006
  • De Pyreneeën
  • Lourdes en de Pyreneeën
  • Antalya Turkije 2006
  • Antalya Turkije 2006
  • Grossglockner 3798 m
  • Sankt-Martin bei Lofer - Oostenrijk
  • Kas Turkije 207
  • Kas - Turkije 2007
  • Kusadasi Turkije 2008
  • Kusadasi Turkije 2008
  • Bernau - Zwarte Woud
  • Bernau - Zwarte Woud
  • Bornholm - Denemarken
  • Tenerife 2010
  • Antalya Turkije 2011
  • Malta 2011
  • Tenerife 2012
  • Nieuw
  • Welkom op deze blog
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Archief per jaar
  • 2012
  • 2011
  • 2010
  • 2009
  • 2008
  • 2007
  • 2006
  • 2005
  • 2004
  • 2003
  • 2002
  • 2001
  • 2000
  • 1999
  • 1998
  • 1997
  • 1996
  • 1995
  • 1993
    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.

    Blog als favoriet !
    Gastenboek
  • solar
  • Op bezoek geweest
  • Lieve groetjes
  • Vrolijk pasen
  • xxx

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    T -->

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!