Ik ben Vanden Broucke Jean Pierre, en gebruik soms ook wel de schuilnaam jipie.
Ik ben een man en woon in Lauwe (Belgiƫ) en mijn beroep is gepensioneerd.
Ik ben geboren op 21/12/1954 en ben nu dus 69 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: wandelen, fotografie en tuinieren.
Laatste dag van het wandelweekend. Na het ontbijt gingen de wandelaars richting St-Gerlach (Houthem) voor een tocht van 9km. Een tijdje later gingen de niet wandelaars na uitchecking met de bus naar St Gerlach. Ze brachten daar een bezoek aan de kerk en tuin en de schatkamer. Het restaurant waar we het middagmal namen lag daar vlakbij.
Houthem is een kerkdorp in het zuiden van de Nederlandse provincie Limburg, in de gemeente Valkenburg aan de Geul en bevindt zich op circa 6 kilometer ten noordoosten van Maastricht. Het dorp, dat gevormd wordt door de kernen Houthem, Sint Gerlach, Vroenhof en Strabeek, telt ongeveer 1600 inwoners en ligt aan de weg van Valkenburg naar Meerssen. Houthem ligt in de vallei van de Geul, aan de rechteroever, op een hoogte van ongeveer 60 meter. In de omgeving van Houthem liggen diverse hellingbossen (waaronder op de noordhelling van het Geuldal het Kloosterbosch) en in het Geuldal het natuurontwikkelingsgebied Ingendael. Het landgoed Sint Gerlach en de Sint-Gerlachuskerk gelden als bekendste bezienswaardigheden van het dorp. Bij de kerk behoort ook de schatkamer en een kapel met mozaïekwerk van de kunstenares Irene van Vlijmen van 1977. Bij het landgoed worden geregeld beeldententoonstellingen georganiseerd. Op het landgoed ligt ook het Gerlachusputje. Het landgoed grenst aan natuurgebied Ingendael.
De Sint-Gerlachuskerk is een kerkgebouw in de Zuid-Limburgse plaats Houthem-Sint Gerlach in de Nederlandse gemeente Valkenburg aan de Geul. De aan de heilige Gerlachus van Houthem gewijde parochiekerk was oorspronkelijk de kloosterkerk van een norbertinessenklooster, een adellijk stift waarvan nog grote delen bewaard gebleven zijn (château St. Gerlach). Het barokke kerkgebouw met voor Nederland unieke frescoschilderingen is een rijksmonument en behoort tot de 'Top 100 van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg' uit 1990.
Het interieur, in Nederland weinig voorkomende barok,is in 1751 geheel voorzien van fresco's van Johann Adam Schöpf. Aan weerszijden van de graftombe van Gerlachus schilderde hij tien taferelen uit het leven van de heilige. Ten gevolge van ernstige vochtschade werden in 1897 drie beschadigde fresco's door schilderijen van H.bröcker vervangen.Schöpf schilderde verder op de muren met voorstellingen van de aanbidding van het Christuskind door de herders en de drie koningen. In het priesterkoor van de kerk schilderde hij het offer van Abraham. de westelijke wand achter het orgel bestaat uit een grote wandschildering van het Laatste Oordeel. De gewelfschilderijen zijn eveneens grotendeels vande hand van Schöpf.
Onder de graftombe uit 1783 ligt gewijd zand dat men kan meenemen. Het biedt bescherming tegen veeziekten.
Na jarenlange voorbereidingen werd in 2009 de vernieuwde schatkamer ingezegend door bisschop Frans Wiertz. De schatkamer is onderdeel van een klein museum dat de gehele beneden- en bovenverdieping van de noordelijke kruisgang beslaat, alsmede het aangrenzende trappenhuis en de bidkapel. In de benedenruimte bevindt zich een zaaltje waarin een film over het voormalige klooster en de kerkschat wordt vertoond. Aansluitend bezoekt men een expositie met documenten en archeologische objecten over het leven, de dood en de cultus rond Sint-Gerlachus, de bouwgeschiedenis van kerk en klooster, en de organisatie en het dagelijks leven in het klooster. In de eigenlijke schatkamer zijn een groot aantal reliekhouders, liturgisch vaatwerk en andere religieuze kunstschatten te bewonderen. In de loop der eeuwen heeft de kerkschat door oorlogen en secularisatie (vooral in de Franse tijd) sterk geleden, maar is desalniettemin nog steeds de moeite waard. Hoogtepunten vormen de gerestaureerde tunica van Gerlachus uit de 10e of 11e eeuw, het zilveren borstbeeld met de schedel van Gerlachus van de Maastrichtse zilversmid Fredericus Wery uit ca. 1705, een Luikse ciborie uit 1611, een verguld zilveren Augsburgse kelk uit ca. 1730 en een Maastrichtse zilveren monstrans uit 1773.
Prachtige tuin met mooie beelden.
Mooi zicht
En nu mooi wachten op de wandelaars
Vanuit het hotel de wandelaars richting St-Gerlach, om eerst een rondje in het centrum te wandelen waar op dit moment een openluchttentoonstelling te bekijken viel ,om vervolgens via de Heytgracht de Cauberg op te wandelen, om via de Lijkweg de Houthemerheldeweg het Geulpad te bereiken waar we de kloostergroeve passeerden om dan in Geulhem aan te komen, hier is de Geulhemermolen te zien, via het molenbroeksvoetpad richting Houthem waar we aan de holle eik ,de afgesproken plaats met de niet wandelaars waren aangekomen, nadien nog een bezoekje aan de kerk en de tuin was het tijd om lunchen. Daarna was het terug tijd om huiswaarts te rijden.
Het eerste gedeelte door het stadscentrum, waar we ook de beelden tegenkwamen.
Heb er ook enkele gefotografeerd.
Zoek de verschillen
Mooi om er eens door te wandelen
Ze had er zin in
Werklui
Nu de natuur in
Gelukkig bleef het droog.
Even pauzeren.
De Geulhemmermolen of Geulhemermolen is een middenslag watermolen in het dorpje Geulhem, gemeente Valkenburg aan de Geul, en is gelegen op de linkeroever van de Geul. Het gebouw is een rijksmonument en tevens onderdeel van het Buitengoed Geul & Maas.
Het waterrad bevindt zich in een grotendeels open ombouw aan de zijkant van het molengebouw, waardoor een deel van het rad zichtbaar is. Het lessenaarsdak sluit aan op het hoge pannen-zadeldak van de molen, waardoor een harmonisch geheel ontstaat. In de 19e eeuw werd de kracht werd geleverd door een laagwerkend middenslagrad met de aanzienlijke middellijn van 6,90 m. en een breedte van 0,86 m, dat in de jaren tachtig van de 19e eeuw van een krop werd voorzien. In 1931 werd het bestaande waterrad vervangen door een ijzeren rad met houten schoepen afkomstig van de Groote Molen in Meerssen toen die werd uitgevoerd met een dubbele turbine. Dit rad heeft een middellijn van 5,70 m. en een breedte van 1,10 m. en is voorzien van een nieuwe gemetselde krop. De onderkanten van de schoepen kwamen hierdoor een halve meter hoger te liggen, hetgeen ten koste ging van het vermogen omdat een deel van het verval verloren ging. Om overstroming en wateroverlast door opeenhoping van vuil bij de lossluizen te voorkomen, werden deze in 1968 verwijderd. Omdat het water daardoor niet meer gestuwd kon worden, bleek dit een verkeerde ingreep te zijn omdat de Geul een barrière kwijt was en daardoor regelmatig leeg liep. Om dit te voorkomen werd in 1972 een nieuwe sluis met een schuif aangebracht. Door zijn afmetingen was deze echter niet met eenvoudig te bedienen en daarom werd een dubbel windwerk aangebracht zodat bediening door twee personen mogelijk was. Later werd het windwerk voorzien van een elektrische bediening, waardoor een minimum waterpeil in de molentak beter gehandhaafd worden. Aldus bleef het karakter van het molengebouw behouden.
We zijn aangekomen bij de niet wandelaars.
Eventjes de schoenen verwisselen, alvorens we ook de kerk en de tuin konden bezoeken.
Fier als een gieter.
Altijd goed gezind. Nu nog gaan eten en daarna terug huiswaarts.
Eventjes een slaap moment.
Een heel geslaagd weekend. Speciale dank aan het bestuur voor deze prachtige uiteenzetting van deze reis.Voor herhaling vatbaar.
Na het ontbijt gingen de wandelaars een dagwandeling maken van 20km(23). Ze werden er gebracht met de bus tot Orsbach. De niet wandelaars maakten in de voormiddag een stadswandeling van een kleine 4km. 's Middags een lichte maaltijd en daarna een geleid bezoek aan de Fluweelengrot en de Kasteelruine.
Valkenburg (Limburgs: Valkeberg of Vallekeberg) is een stad in de Nederlandse gemeente Valkenburg aan de Geul, gelegen in het Zuid-Limburgse Heuvelland. Valkenburg is de grootste kern en naamgever van deze gemeente. Valkenburg heeft een sterk toeristisch karakter. De historische stadskern met zijn vele horecagelegenheden, het omliggende heuvelland en een groot aantal toeristische attracties vormen de belangrijkste publiekstrekkers. Valkenburg ligt in een dal dat gevormd is door het riviertje de Geul. Diverse steile hellingen leiden aan de noordzijde van het stadje naar het Centraal Plateau en aan de zuidzijde naar het Plateau van Margraten. Bekende hellingen (onder andere in verband met wielrennen) zijn de Cauberg, de Sibbergrubbe en de Emmaberg. Een deel van de hellingen is bebost. De bodem bestaat uit löss of Limburgse klei. In de ondergrond bevinden zich dikke lagen Limburgse mergel, soms afgewisseld met vuursteen, die beide soms aan de oppervlakte komen. Beide soorten natuursteen worden sinds mensenheugenis gewonnen en hebben hun sporen in het landschap nagelaten (zie vuursteenmijnen van Valkenburg en Limburgse mergelgroeven). Een deel van het centrum van Valkenburg geniet bescherming als rijksbeschermd gezicht Valkenburg. Binnen dit gebied, maar ook buiten het centrum, liggen een groot aantal rijksmonumenten. De meeste oudere gebouwen zijn opgetrokken uit lokaal gedolven mergelsteen.
Halverwege de voormiddag begonnen de niet wandelaars met de stadswandeling door Valkenburg. Tijdens de wandeling kon men ook genieten van sculpturen van alledaagse mensen. deze tentoostelling liep nog tot midden juni. De Alltagsmenschen, of alledaagse mensen zijn levensgrote betonnen beelden van mensen in alledaagse situaties, gemaakt door de Duitse kunstenaars Christel en Laura Lechner. Deze beelden stralen warmte, humor en herkenning uit, waarvoor ze een glimlach op het gezicht van de vorbijgangers toveren. In totaal staan er zo'n 44 beelden verspreid in Valkenburg. Na het middagmaal was er een geleid bezoek voorzien van de Fluweelengrot en de kasteelruine.
Daarna had men nog wat vrije tijd om in de stad wat rond te kuieren.
Dorine bij zo'n alledaags beeld
Vrolijk plaatje
Aan tafel in het Halderpark
Familiebank
Dansers Halderpark
Grendelpoort uit de 14°eeuw, bestaat uit een middendeel met twee rondelen. We zien de beeldnisjes in de spitsboog
Hier zien we de z.g. "Sjötter aan de poort"(een historisch beeld van een poortwachter/schutter.
De koerstruitjes voor de ronde van Valkenburg voor dames.
Amerikaans koppel
Hier de kasteel ruine.
Kasteel Valkenburg is een kasteelruïne in het Zuid-Limburgse vestingstadje Valkenburg. De voor Nederland zeldzame hoogteburcht ligt op de Heunsberg, een uitloper van het plateau van Margraten. Het kasteel, ooit de burcht van de heren van Valkenburg, werd in 1672 verwoest maar nooit geheel afgebroken. Onder het kasteel bevinden zich diverse vluchtgangen en ligt de Kasteelgroeve. De Valkenburgse kasteelruïne is een belangrijke toeristische attractie en sinds 1967 een beschermd rijksmonument.
Berkelpoort
De Berkelpoort is een van de drie middeleeuwse stadspoorten van het Zuid-Limburgse vestingstadje Valkenburg. De sterk gerestaureerde poort van Limburgse mergel is sinds 1967 beschermd als rijksmonument.
Man met verrekijker aan de Berkelpoort
De wasvrouwen
Hier een bezoek aan de Fluweelengrot.
De Fluweelengrot is een gangenstelsel in de Nederlandse gemeente Valkenburg aan de Geul. Het is ontstaan door mergelwinning. Het historische gangenstelsel bevindt zich aan de Daalhemerweg en is opengesteld voor rondleidingen.Naar het noordoosten bevindt zich de kasteelruïne met daaronder de Kasteelgroeve, naar het zuidoosten ligt de Wilhelminagroeve onder de Heunsberg en naar het zuidwesten ligt de Kerkhofsgroeve. Eveneens ligt ten zuiden van de Fluweelengrot de Proeftunnel Daelhemerweg.
Hierbij wat deskundige uitleg van de gids.
De Fluweelengrot is een van de gangenstelsels onder het stadje Valkenburg. Vanaf ongeveer 1050 ontstond het als gevolg van mergelwinning, voornamelijk voor de bouw van het kasteel van Valkenburg. Het gangenstelsel vormt samen met de Valkenburgse kasteelruïne een museum. Door de mergelwinning is een uitgebreid labyrint van gangen en tunnels ontstaan. De lengte van de Fluweelengrot bedraagt ruim 5 kilometer. Het merendeel van het gangenstelsel is tussen de veertiende en zestiende eeuw door blokbrekers uitgehouwen vanuit de Dwingel en Neerhem, latere uitbreidingen verbonden het stelsel met de Daalhemerweg. De Gemeentegrot was ooit direct verbonden met de Fluweelengrot, deze doorgang is echter eind negentiende eeuw ingestort. De hoogte van de gangen varieert van circa 1,85 meter op de laagste punten tot ruim vijf meter in de grootste gangen. Opvallend is de schijnbaar willekeurige structuur van het gangenstelsel. Terwijl mergelgroeves doorgaans rastergewijs werden aangelegd vertonen de gangen van de Fluweelengrot een meer willekeurig patroon
In 1937 werd er een nieuw gedeelte van het gangenstelsel blootgelegd. Daarbij zijn diverse gangen naar het kasteel ontdekt. Er werden door belegeraars gangen uitgehouwen om het kasteel te ondermijnen. Vanuit het kasteel werden weer gangen gegraven om dat tegen te gaan. Een groot deel van dit gangenstelsel is al verwijderd bij het uitgraven van de Fluweelengrot, men wist toentertijd niet van het bestaan van deze passages af. Een deel is in de 20e eeuw gerestaureerd, men kan er gebruik van maken om door de Fluweelengrot naar de kasteelruïne te komen. Om de veiligheid van de bezoekers te waarborgen werd in 2018 een nooduitgang aangelegd vanuit de Fluweelengrot naar de Dwingel
Na dit bezoek aan de fluweelengrot konden de nietwandelaars nog wat rondkuieren in deze mooie stad.
De wandelaars vertrokken aan het hotel met de bus richting Orsbach. Korte samenvatting van onze dag: In Orsbach aangekomen via kleine wegen en paden langs de selzerbeek naar Mamelis, om dan de rijksweg te dwarsen en vervolgens richting Vijlen te gaan, verder op de ruitersweg ,g
Gulkoelerweg naar het dorp Partij waar we in de Remise verwacht werden om het middagmaal te nuttigen om daarna de Gulpenerberg te beklimmen via de berghemersteeg om dan boven te komen en te genieten van een mooi panorama over het stadje Gulpen, doorheen Gulpen zetten we onze tocht verder naar de Beversbergweg, Heelselsweg waar we de executieplaats van Wijlre passeerden met een prachtig uitzicht, vervolgens op het klinkenpad lopen we een eind op de route naar Santiago, door het bos lopen we in het gerendal, via de Kapelkensveldweg komen we verder aan het kasteel Schaloen oud Valkenburg om dan verder op het Schaloensvoetpad verder langs de rivier de Geul richting hotel te wandelen.
Na een rit van 25min waren we bijna aan onze bestemming, maar de bus moest ons iets vroeger afzetten wegens de beperkte wegen om met de bus erdoor te rijden.
Orsbach (Nederlands: Oorsbeek) is een dorp met ongeveer 600 inwoners in de Duitse stadsgemeente Aken, gelegen in het stadsdeel Laurensberg. Orsbach ligt ten noorden van het Nederlandse en Duitse dorp Lemiers, ten zuiden van het Nederlandse dorp Bocholtz en op ongeveer zeven kilometer van het centrum van de stad Aken. Het dorp ligt op het Duitse deel van het Plateau van Bocholtz, steil aflopend naar de Nederlandse grens. Het Duitse deel maakt formeel deel uit van het Vaalser Hügelland en dus de Noord-Eifel. Orsbach ligt op een hoogte van 200 meter. Naar het zuidwesten gaat het steil omlaag van 200 naar 140 meter, waar zich het dal van de Selzerbeek bevindt. Hier liggen hellingbossen, zoals het 21 ha grote Orsbacher Wald, waar zich een rijke plantengroei bevindt, waaronder eenbes, sleutelbloem, grote keverorchis, gele dovenetel, salie, agrimonie, salomonszegel en meerdere soorten orchideeën. In het noordwesten ligt, op Nederlands grondgebied, het Kolmonderbos.
Er gingen wat regenwolken boven ons.
Nog altijd op Duits grondgebied.
Ook weer mooie vergezichten.
Eventjes pauzeren
Net een regenbui getrotseerd
Af en toe wat modderige paden
Regelmatig wat gemiezer
Na onze lunch in Partij(dorp)
Partij (Limburgs: Partei) is een dorp in de Nederlands-Limburgse gemeente Gulpen-Wittem. Het dorp vormt tezamen met de nabije buurtschap Wittem het tweelingdorp Partij-Wittem. Partij ligt ten zuiden van de provinciale weg N278, lokaal Rijksweg genoemd. Door het dorp stroomt de Sinsel- of Selzerbeek.
Terug een bui
Aangekomen te Gulpen
Gulpen (Limburgs: Gullepe; Frans: Galoppe) is een Nederlandse plaats in het Zuid-Limburgse Heuvelland met 3.990 inwoners (2023). Het is de hoofdplaats van de gemeente Gulpen-Wittem. De gehele gemeente Gulpen-Wittem telt bijna 15.000 inwoners. Het dorp is gelegen bij de samenvloeiing van de Geul en de Gulp, op een hoogte van ongeveer 95 meter. De kern ligt aan de zuidzijde tegen de Gulperberg (157 m) aan. De 'berg' is een uitloper van het Plateau van Crapoel dat hier steil eindigt. Vanuit het zuidwesten mondt het Gulpdal uit in het Geuldal. Verder naar het zuiden liggen op de hellingen van het plateau enkele bossen: het Dunnenbos, het Wagelerbos en daarachter het Schweibergerbos. In het westen ligt op een helling het Osebosch. De noordzijde van het dorp is op de zuidhelling van de Beversberg gebouwd, waarnaast de Dolsberg (161 m) ligt. In de nabijheid van Gulpen liggen de buurtschappen Ingber, Euverem, Cartils en Berghem. Omringende dorpen zijn Wijlre, Wittem, Margraten en Reijmerstok.
Heel mooi dorpje
Hier het monument
Dit was een heel smal pad
Nogmaals een regenbui
Een beetje ploederen
Vanaf hier kregen we het deksel op de neus qua regen. Nog enkele kms te gaan vooraleer we aan onze bestemming waren.
Het Schaelsbergerbos is gelegen tussen Valkenburg, Walem en Schin op Geul. In het bos zijn verschillende monumenten gelegen. Het bos ligt op de noordhelling van het Geuldal. Het bos wordt thans door Natuurmonumenten onderhouden die het, net als vroeger, gebruikt als hakhoutbos, waarbij de bomen perceelsgewijs en periodiek gekapt worden.Nog een klein duwtje en waren aan het hotel. Terug een hele mooie wandeling.
Dit jaar besloot de wandelclub WSK Marke om een wandelweekend te houden in Valkenburg. Op 31 mei vertrok een volle bus richting Valkenburg, om daar hun weekend door te brengen in het hotel Schaepkens van St Fijt. Onderweg was er een pauze voorzien in Ranst, na de koffiestop reed de bus verder naar onze eerste halte in Hoensbroek. Daar gingen we eten en daarna moesten de wandelaars naar Valkenburg wandelen, zo'n 15km. De niet wandelaars bezochten er het kasteel van Hoensbroek en van daaruit met de bus richting hotel.
Hoensbroek (Limburgs: Gebrook) is een plaats in de Nederlandse gemeente Heerlen (provincie Limburg) met 18.785 inwoners. Tot en met 31 december 1981 was Hoensbroek een zelfstandige gemeente. Sinds de gemeentelijke herindelingen per 1 januari 1982, is het een stadsdeel en plaats binnen de gemeente Heerlen. Hoensbroek heette aanvankelijk Broek of Broich, hetgeen 'moeras' betekent. (De Limburgse aanduiding Gebrook betekent niets anders dan 'het moeras'.) In 1388 werd het afgescheiden van Heerlen en geschonken aan ridder Herman Hoen, wiens familie van dan af Hoen van den Broeck, later Van Hoensbroeck zou heten en een van de aanzienlijkste adellijke families in Limburg werd. Deze Herman Hoen bouwde vervolgens het kasteel, dat nu Kasteel Hoensbroek heet en was er de eerste bewoner van. Op deze plaats had vanaf de dertiende eeuw al een motte en een verdedigingswerk gestaan. Hoensbroek is de samenvoeging van 'Hoens zu Broeck'. Hoensbroek ligt met het zuidelijke deel in het Bekken van Heerlen en met het noordelijk deel op het zuidelijkste deel van het Plateau van Doenrade. In het bekken ontspringen verschillende beken die uitkomen in de Geleenbeek. Door Hoensbroek loopt de Caumerbeek. Hoensbroek ligt op een hoogte van ongeveer 100 meter boven NAP. De plaats is sterk verstedelijkt en is vastgebouwd aan Brunssum en Heerlerheide. Open landschap vindt men in het noordwesten en het zuidwesten. Natuurgebieden zijn te vinden in het dal van de Geleenbeek en de Caumerbeek, in de omgeving van het kasteel.
Foto's van de niet wandelaars zijn genomen door Dorine.
Groepsfoto
Kasteel Hoensbroek of Gebrookhoes (Kasteel Gebrook) is een van de grootste kastelen van Nederland. Het oudste gedeelte van het kasteel, met name de hoge ronde toren, dateert van rond 1360, toen Herman Hoen het verbouwde. In 1225 was er in dit moeras (of gebrook) al een voorloper, een zogeheten motte-burcht. In 1250 werd op de plaats van het huidige kasteel een versterkt huis gebouwd. Vanwege zijn voor Limburg zeer strategische ligging aan de belangrijke handelsroutes naar Maastricht, Aken en Keulen werd het kasteel in opeenvolgende fasen uitgebouwd tot de grootste burcht tussen Maas en Rijn. Het bevat 67 zalen, vertrekken en ruimtes. Samen met het Thermenmuseum maakt het kasteel deel uit van Historisch GOUD, het erfgoedbedrijf van de gemeente Heerlen. In de loop der eeuwen is het kasteel drie keer flink verbouwd en vergroot. De verschillende bouwstijlen uit de diverse eeuwen (14e, 17e en 18e) zijn duidelijk van elkaar te onderscheiden.
Het complex is omgracht en heeft vier vleugels rond een rechthoekige binnenplaats. Het hoofdgebouw is over een brug bereikbaar. Het bezit twee gelijke, tamelijk gedrongen, vierkante torens met uivormige spitsen ter weerszijden van de ingang, en twee hogere en zwaardere, half-losstaande hoektorens van ongelijke vorm aan de achterzijde, met een hoge, ronde rechts en een lagere, vierkante links, beide voorzien van flinke, ranke spitsen. Het is vooral dat imposante achterfront, aan drie zijden in een breed water gelegen, dat het kasteel zijn volle allure verleent. De oppervlakte van kasteel Hoensbroek is ongeveer 50 bij 60 meter, dus 3000 m².
Hier poseerde onze secretaris met heel veel plezier.
Maquette van het kasteel.
De voorburchten (voorhof en nederhof) zijn beide U-vormig en omsluiten twee grote binnenpleinen. Het huidige cachet van Kasteel Hoensbroek ontstond door de carrévormige bebouwing rondom het kleinere, derde binnenplein. Zij dateert hoofdzakelijk van circa 1640 tot 1660, en is uitgevoerd in Maaslandse renaissancestijl, naar ontwerpen van Matthieu Dousin uit Wezet. Deze her- en nieuwbouw geschiedde in opdracht van Adriaan baron Hoen van Hoensbroek, erfmaarschalk van het hertogdom Gelre en meestal residerend op Schloss Haag bij Geldern. Het 17e-eeuwse slotgebouw beslaat driekwart van het gehele complex. De eetzaal en enkele andere vertrekken bevatten schouwen uit circa 1650. In deze vleugel bevindt zich ook de geheime kamer, achter een boekenkast. Van 1720 tot 1722 liet Frans Arnold Rijksgraaf van Hoensbroek een volgende ingrijpende verbouwing uitvoeren, waarbij de vernieuwde noordwestelijke vleugel tot stand kwam. De inrichting met onder meer de ridderzaal en in twee vertrekken schouwen en fraaie illusionistische plafondschilderingen uit de 18e eeuw, getuigt van Franse invloed. Zoon Lotharius Frans was de laatste heer van Hoensbroek (1759-1794) die het kasteel daadwerkelijk bewoonde, tot 1787, nog net voor de Franse Revolutie.
Onze voorzitter als piloot van de ballon
Na het bezoek aan het kasteel gingen de niet wandelaars met de bus richting Valkenburg naar het Hotel Schaepkens van St Fijt
Gezellig keuvelen en genieten van hun drankje.
En wachten tot de wandelaars aankomen.
Zicht op het hotel
Foto's van de wandelingen zijn genomen door ikzelf.Zie hieronder
Na een broodmaaltijd in de Eetkamer zijn de wandelaars vertrokken aan het kasteel van Hoensbroek richting Valkenburg. Via het laervoetpad >onder de A76 >verder via verschillende paden oa vleugelsweg, kuilweg, lieverkenszandweg, aalbekerveldweg, achterste lange gats, voorste lange gats, geeneenwilgenweg, speckersdelweg om dan aan te komen in Schimmert waar we een rustpauze inlasten in Brasserie Bie-Ein.
Na verlaten van het dorp Schimmert terug op veldwegen zoals billich waar we in het bos wandelden met naast ons de strabeek waar we deels op het Pieterspad wandelden om dan de A79 te dwarsen en verder langs de spoorweg richting Valkenburg aan het hotel te komen.
Hier verlieten we de parking en begonnen we aan de wandeling met een dertigtal mensen.
We hoopten dat we niet al teveel regen zouden krijgen.
Hier met Philippe(geel hesje) aan het roer, hij heeft deze wandelingen voor het WE voorbereid samen met Frank.
Mooie vergezichten
Heel veel afwisseling
Eventjes een rustpauze
De blauwe brigade heft het glas.
Af en toe een drassig stukje
Het Ravensbosch (soms ook als ‘Ravensbos’ geschreven) is een gevarieerd, heuvelachtig bos met hoogteverschillen tot zo’n 50 meter. In het laaggelegen deel stroomt de Strabeek, een zijbeekje van de Geul, die aan de noordkant van het Ravensbosch ontspringt. De beek stroomt door twee waterpartijen en een moerasgebiedjes. In het bos komen bijzonder bijzondere flora en fauna voor, zoals het vuurvliegje of glimworm en de ruizenpaardenstaart.
Direct ten noorden van het bos liggen de restanten van de Romeinse villa Groot-Haasdal-Billich, ook wel Op den Billich genoemd. In de omgeving zijn meer Romeinse villa’s en andere Romeinse bouwwerken opgegraven.
Ten noordoosten van het Ravensbosch staat het voormalige klooster Ravensbosch tijdens een opgraving vijf stenen sarcofagen gevonden die vermoedelijk behoorden bij een Romeinse tempel. Dit klooster heeft nu een andere bestemming, onder andere een transportbedrijf, een paardenfokker en -trainer en een Bed en Breakfast, waar je samen met je paard terecht kunt. Op het terrein staat een monumentale mammoetboom, een Sequoiadendron giganteum uit 1885 van ongeveer 29 meter hoog.
Op de uitkijk
Nog even pauzeren vooraleer we aankomen in Valkenburg
Nog een laatste pauze vooraleer we terug aan ons verblijf waren. Een mooie wandeling met heel veel variatie.Dank aan één van onze parcoursmeesters die deze heeft voorbereid.
Ik ben Vandevoorde Dorine, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Doortje.
Ik ben een vrouw en woon in Lauwe (Belgiƫ) en mijn beroep is weefselcontroleuse.
Ik ben geboren op 20/10/1963 en ben nu dus 61 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: sport in het algemeen.