Foto

Lezingen.
Ook voor senioren.

Inhoud van de lezingen:

Lezing 1 : ”Mensen aanzetten tot lezen + het ontstaan van een boek”
Tijdens de lezing maken we kennis met de schrijver en zien we hoe een boek ontstaat, van in het hoofd van de schrijver tot wanneer de lezer het in zijn/haar handen heeft.
We leggen ook uit wat de taken zijn van de verschillende personages, zoals de onderzoeksrechter, de commissaris, de procureur en de wetsdokter.
We zien ook dat lezen en omgaan met taal aangenaam kan zijn door gebruik van komische woordspelingen. We doorlopen de boeken aan de hand van beelden/plaatsen waar de verhalen zich afspelen.
We lezen ook enkele fragmenten uit mijn boeken voor en tenslotte is er aandacht/tijd voor vragen en discussie.
De lezing duurt ongeveer 1,5 uur. Het is de bedoeling om dit te doen voor kleine groepen ( +/- 20 a 40 personen) (kan natuurlijk ook voor meer aanwezigen)

Lezing 2 : “Plezante gezegden en spreekwoorden”:

Tijdens deze lezing hebben we vooral aandacht voor komische/grappige gezegden, spreekwoorden en uitdrukkingen.
We bekijken ook kort de inhoud van mijn boeken.
En tenslotte is er aandacht/tijd voor vragen en discussie.
De lezing duurt ongeveer 60 a 75 minuten. Het is de bedoeling om dit te doen voor kleine groepen ( +/- 20 a 40 personen) (kan natuurlijk ook voor meer aanwezigen)


Graag wat meer info? Stuur even een mailtje.


Inhoud blog
  • AFPERSING (inkijk)
  • AFPERSING is de nieuwe "Somers en De Winter"
  • Inkijk "Alles voor de club"
  • "De riviermoorden" (2019) Inkijk leesmoment.
  • VOORSTELLING NIEUW BOEK "DE RIVIERMOORDEN"
  • Inkijkversie van de nieuwe "Somers en De Winter" (nr 9 in de reeks)
  • Afrekening in het bedrijf 2
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Politiethrillers
    Blog van schrijver Ludo Geluykens. Hier kan je ook kennismaken met mijn nieuwe politiethriller 'AFPERSING' Kijk ook eens op www.ludogeluykens.be (zie favorieten rechts)
    23-03-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Losgeld voor een kind 1

    Voor de persberichten en recensies van "Losgeld voor een kind" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.

     

    We gaan verder met het eerste hoofdstuk .

     

    1

     

     

     

    25 september, Lier, Kanunnik Davidlaan.

     

    Om klokslag vier uur in de namiddag ging de bel van het Sint-Gummaruscollege in Lier. De lessen zaten erop voor vandaag en de jeugd kwam uitbundig vanuit de verschillende klaslokalen gestormd. Hier en daar slenterde er een enkeling tussen de scholieren die zo snel mogelijk wilden ontsnappen. Lotte Claesens had, zoals meestal op donderdag, afgesproken met haar beste vriendin An Goris. Ze hadden de afspraak dat ze elke donderdag, wanneer de moeder van Lotte de boodschappen deed, enkele uren doorbrachten op het Hutveld in Ranst waar haar vriendin woonde. De twaalfjarige bakvissen hadden elkaar twee jaar geleden leren kennen toen ze samen in dezelfde klas terechtkwamen. Sindsdien waren ze hechte vriendinnen geworden, ‘partners in crime’ zoals ze zichzelf vaak gibberend noemden. Nadat ze uitbundig afscheid hadden genomen van de andere vriendinnen namen ze hun fietsen en gingen op weg langs de Vest om zo via de Hagenbroeksesteenweg en de Handboogweg naar An thuis te fietsen. Het was vandaag een zonnige dag en de meisjes vertrokken dan ook met een lange sliert volgelingen de Vest op. De luidruchtige rij fietsers werd kleiner naargelang de afgelegde weg groter werd. Aan elke kruising van de weg sloegen er scholieren af die het thuisfront bijna bereikt hadden. Na enkele stops, er moesten hier en daar afscheidskussen gegeven worden, bereikten ze uiteindelijk de woning van An.

    De fietsen gingen in het fietsenrek en de boekentassen vlogen op de grond: Tijd om te ontspannen. An zette de radio aan en Lotte startte de computer op. Eerst moesten de e-mailtjes gecontroleerd worden, daarna nog even snel Facebook bekijken, want al die belangrijke berichten mochten toch niet verloren gaan. De sms’jes werden zelfs tijdens de lessen bijgehouden. Nadat ze dus wisten wat al hun vrienden en vriendinnen gingen doen en al gedaan hadden, trokken ze naar de kamer van An om hun eigen belevenissen van de laatste week in geuren en kleuren uit de doeken te doen. An was gisteren na het paardrijden een jonge hengst tegen het lijf gelopen en er waren zelfs al enkele tongkussen uitgedeeld. Lotte had het een beetje gehad met het andere geslacht. De laatste witte ridder had het te bont gemaakt. Ze had gezien dat hij ook een ander meisje had gekust, onaanvaardbaar toch?

    Ondertussen was de mama van An ook thuisgekomen en ze had voor de meiden vers fruitsap geperst.

     

    “Blijf je eten?” vroeg de mama aan Lotte.

     

    “Neen, ik moet om zeven uur thuis zijn. Mama ging spaghetti maken”, antwoordde het meisje met een glimlach om haar lippen. Spaghetti was haar lievelingseten.

     

    “Dan moet je niet te lang meer treuzelen, anders kom je te laat thuis en dan zal je mama ongerust zijn.”

     

    Lotte moest nog naar twee nieuwe nummers luisteren op de iPod van An. Daarna nam ze haar boekentas en samen met haar vriendin ging ze op zoek naar haar fiets.

     

    “Tot morgen hé!”

     

    “Doei.”

     

    Lotte vertrok vanaf het Hutveld naar de Handboogweg om zo via het Hagenbroek Noord naar huis te fietsen. Ze woonde op de Hagenbroeksesteenweg in Lier.

     

    Tijdens het fietsen had Lotte, zoals zovele tieners tegenwoordig, de beide oortjes van haar iPod in haar oren. De muziek was haar gezel tijdens het rijden. Ze had juist de nieuwe hit van Kings of Leon gedownload en het was tijdens dit nummer dat ze zo opging in de muziek van haar favoriete rockband dat ze niet opmerkte dat er een grijze camionette naast haar kwam rijden. De camionette stopte vlak voor haar. Uit de zijdeur sprong een man. Hij sleurde Lotte van haar fiets, wierp haar in de laadruimte en gooide ook haar fiets naar binnen. Hij sprong terug in de camionette en trok de deur dicht. De chauffeur vertrok en reed via de Hagenbroeksesteenweg richting ring rond Lier.

     

    Lotte voelde de pijn van het neerkomen op de laadvloer van de camionette. Ze was zo geschrokken dat ze niet onmiddellijk realiseerde wat er gebeurde. Ze zag een man met lang haar, een baard en een zonnebril. Het meisje begon wild om zich heen te trappen en te slaan met haar armen. De man nam haar armen en wrong ze achter haar rug.

     

    “Auw, je doet me pijn!”, riep ze.

     

    De ontvoerder antwoordde niet. Hij bond haar armen vast zodat ze al veel minder weerstand kon bieden. Lotte bleef roepen en tieren en met haar voeten stampen, ze raakte haar ontvoerder daarbij op de borst. De man bleef stoïcijns kalm. Hij bond ook haar benen vast.

     

    “Laat me los, wat willen jullie? Ik heb pijn!” riep ze.

     

    De ontvoerder zei nog steeds niets. Hij nam een zakdoek en stak die in de mond van het meisje.

     

    Het werd stil in de camionette.

     

    Nu deed de ontvoerder ook nog een blinddoek voor haar ogen.

     

    Het was nu ook donker in de camionette.

     

    De chauffeur, die heel de tijd nog niets had gezegd, reed met een normale snelheid op de ring rond Lier.

     

    Niet opvallen was zijn eerste opdracht.

     

    De ontvoerder die naast Lotte zat, had ondertussen haar gsm afgepakt. Hij gaf hem aan de chauffeur die het zijraampje opende en het toestel in de middenberm wierp.

     

    De camionette verliet de ring. De chauffeur nam de Antwerpsesteenweg om zo via Boechout richting Vremde te rijden, waar zijn collega een appartementje huurde in de Lindelei. Het appartement was gelegen boven de garage. De camionette stopte voor de garage. De chauffeur opende de garagepoort en reed binnen. Lotte werd door de tweede ontvoerder met de lift naar boven gebracht. De andere ontvoerder vertrok onmiddellijk terug. Er werd niet gesproken tussen de ontvoerders. Kennelijk hadden ze deze opdracht goed voorbereid en alle risico’s geanalyseerd. Ze wilden zich zo weinig mogelijk her-kenbaar maken voor achteraf.

     

    Eenmaal boven op het appartement van de ontvoerder werd Lotte in een kamer opgesloten. De man had wel haar handen en haar voeten losgemaakt. Hij deed haar blinddoek af en nam de zakdoek uit haar mond.

     

    “Als je je stil houdt mag alles eraf blijven”, zei hij. “Als je gaat roepen of gaat trappen dan gaat alles terug aan, begrepen?”

     

    Lotte, die ondertussen als een hoopje miserie op het bed tegen de muur zat, knikte.

     

    “Ik zal je goed verzorgen, je moet niet bang zijn. Ik ga je geen pijn doen. Als je naar het toilet moet, klop je maar op de deur, dan laat ik je op de gang naar het toilet gaan”, zei de ontvoerder. Hij verliet de kamer en sloot de deur af.

     

    Lotte barstte in tranen uit. Waar was ze terecht gekomen? Waarom hadden ze haar meegenomen? Wat moest ze nu doen? Wat zou haar mama denken? Ze keek rond in de kamer. Er stond een eenpersoonsbed, een klein tafeltje en een stoel. Dat was alles. Het rolluik van het venster was naar beneden.

     

    Na een paar uur - ze kon de tijd niet schatten de ontvoerder had ook haar horloge afgepakt - kwam de man de kamer binnen.

     

    “Ik heb wat eten voor je gemaakt”, zei hij. “Als je nog iets wil hebben, vraag je het maar.”

     

    Lotte bekeek het dienblad dat haar ontvoerder voor haar op het tafeltje had gezet. Opgewarmde pizza, een bus fruitsap en een plastic beker. De pizza was al in stukken gesneden. Geen vork en geen mes. De ontvoerders namen geen risico. Hier was over nagedacht.

     

    Ze probeerde om een stukje van de pizza op te eten maar het lukte haar niet. Ze had geen trek. Ze wilde hier weg.

     

    Ze dronk een beetje fruitsap en ging terug op het bed zitten. Wat kon ze doen? De ene huilbui volgde op de andere. Ze kon niet nadenken.

     

    Uiteindelijk viel ze in slaap.

     

    23-03-2013 om 12:32 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    15-02-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Losgeld voor een kind.

    De gemeente Ranst en uitgeverij Leesgenot
    nodigen u uit op de voorstelling van

    “Losgeld voor een kind”

    De nieuwe politiethriller van

    Ludo Geluykens           

                                                                                 


    Programma

     

    ·       Deuren: 18. 45 uur

     

    ·       19.00 uur : Verwelkoming

     

    ·       Roel Vermeesch schepen van cultuur, leidt het boek in.

     

    ·       Mogelijkheid tot aankopen van boek  (€ 19,90)

     

    ·       Aansluitend bieden wij u graag een drankje aan en signeert de auteur zijn nieuwste boek.


     

    Op woensdag  13 maart 2013 om 19 uur

    In de bibliotheek van Ranst.

    Gasthuisstraat 17

    2520 Ranst

    15-02-2013 om 20:13 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    15-09-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een drug te ver 9


    Promotiefilm "Een drug te ver."

     

    Voor de persberichten en recensies van "Een drug te ver" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.

     

    We gaan verder met de negende bladzijde .

     

    De Coninck begon onmiddellijk zijn probleem uit te leggen.

    “Kijk, het slachtoffer liep in de richting van de jachthaven. Dat staat vast. De kogel is rechts vooraan in haar hoofd binnengedrongen en er links achteraan weer uitgegaan. We hebben hier links van ons alles uitgekamd en alles minutieus doorzocht. Geen kogel te vinden.”

    “Kan die kogel niet omhoog gegaan zijn?” vroeg Paul.

    “Neen, kan niet. De in- en de uitgang van de kogel is op gelijke hoogte. Dus de kogelinslag moet ongeveer op deze hoogte zijn.” Louis wees met zijn hand aan zijn kin.

    “Kan het slachtoffer hier neergelegd zijn?” vroeg Bruno.

    “Volgens Rik Pauwels, de wetsdokter, is het lijk niet verplaatst”, gaf De Coninck aan.

    “Zullen we eens een kleine reconstructie houden?” stelde Somers voor.

    Hij zette Paul neer op de plaats van het slachtoffer.

    “Wijs nu eens aan waar de kogel is binnengedrongen”, beval hij aan De Coninck.

    Louis wees rechts vooraan op het hoofd van De Winter.

    “En waar is hij buitengekomen?”

    Louis wees links achter op het hoofd van Paul.

    “Dus je gaat er van uit dat de schutter vanaf de overkant heeft geschoten?” stelde Bruno.

    “Dat is de stelling ja, klopt.”

    “En daar vind je niets van kogelinslag?” Somers wees naar de houten schutting die de kogel had moeten opvangen als de stelling van Louis klopte.

    “En als ze nu eens juist naar links gekeken heeft op het moment van inslag?” verraste de hoofdinspecteur de man van de tech-nische recherche.

    “Ja, dan krijg je natuurlijk een andere lijn van je kogelbaan”, antwoordde De Coninck. Hij besefte dat hij dit zelf ook wel had moeten bedenken.

    “Ik laat dat verder uitzoeken, bedankt voor de hulp”, besloot hij.

    “Laat je ons weten hoe het afloopt?” vroeg Bruno nog.

    “Ja, je krijgt morgen toch alle resultaten.”

    “Goed, tot morgen.”

    Ze wandelden terug naar de Golf.

     


    15-09-2012 om 00:00 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    05-08-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een drug te ver 8

    Promotiefilm "Een drug te ver."

     

    Voor de persberichten en recensies van "Een drug te ver" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.

     

    We gaan verder met de achtste bladzijde .


    Ze condoleerden de zus van het slachtoffer en namen plaats.

    “Het moet een hele schok voor je zijn om op deze manier met de feiten geconfronteerd te worden”, begon Bruno. “Zou je toch kunnen proberen om ons een paar inlichtingen te geven? Alle informatie kan ons helpen om de zaak op te lossen.”

    “Ik zal trachten jullie vragen te beantwoorden”, snikte Nadine.

    Paul begon het gesprek.

    “Heb jij enig idee wie dit kan gedaan hebben?”

    “Neen, ik kan er echt niet bij dat iemand dit kan doen.”

    “Had ze een vriend?”

    “Niet dat ik weet.”

    “Vertelde ze wel eens iets aan jou?”

    “Wij weten bijna alles van elkaar.”

    “Heeft ze je ooit iets verteld van een afgesprongen relatie of zo?”

    “Neen, ze was gelukkig zoals ze was. Ze is getrouwd geweest maar twee jaar geleden is haar huwelijk op de klippen gelopen.”

    “En haar ex-man? Zien ze elkaar nog? Zijn er daar wrijvingen?”

    “Neen, ze zijn in alle vriendschap uit elkaar gegaan.”

    “Kan je ons zijn naam, adres en telefoonnummer geven?”

    Ze schreef de gegevens over uit haar agenda en gaf ze aan Paul.

    “En momenteel heeft ze geen vriend?”

    “Ze was niet echt dringend op zoek naar een relatie.”

    “Problemen op het werk misschien?”

    “Daar heb ik toch nooit iets over gehoord.”

    “Ze had ook geen schulden of zo?”

    “Volgens mij niet.”

    “Ik denk dat we het voorlopig hierbij kunnen houden”, zei Bruno. Hij overhandigde nog zijn visitekaartje aan Nadine en ze namen afscheid.

    Ze waren nog maar pas vertrokken vanuit Emblem toen de gsm van de commissaris rinkelde.

    “Somers.”

    “Bruno, Louis De Coninck hier. Ik heb een probleem. Ik kan geen kogel vinden op de plaats delict.”

    “Hoe bedoel je?”

    “Wel, juist zoals ik het zeg. Er is een kogel dwars door het hoofd van het slachtoffer gegaan, maar ik vind nergens de kogel of de restanten ervan.”

    “Dat is heel vreemd. Weet je wat, wij zijn toch in de buurt. We komen langs.”

    De speurders reden terug naar de Kleine Nete en vonden de inspecteur van de technische recherche op de plaats waar het lijk gevonden was.


    05-08-2012 om 09:58 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    10-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een drug te ver 7

    Voor de persberichten en recensies van "Een drug te ver" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.


     We gaan verder met de zevende bladzijde .


    Hij had vanmorgen thuis geen tijd gehad om de Gazet Van Antwerpen door te nemen. Het volgen van de actualiteit was een van zijn vaste bezigheden. Zowel voor zijn beroep als voor de politiek en het sport. Hij wilde met alles ‘bij’ zijn.

    “Ik zal het allemaal wel zelf doen hé, terwijl mijn personeel slaapt”, lachte Peeters.

    Somers werd meteen wakker en realiseerde zich niet onmiddellijk waar hij was.

    “Je was ver weg makker”, zei de hoofdcommissaris.

    “Ja, ik wilde je krant wat lezen, maar ik moet in slaap gevallen zijn.”

    Hij nam de stoel mee naar binnen en ze gingen in het kantoor van de chef zitten.

    “En hoe ver ben je gekomen, Sus?”

    “Wel, die vrouw die ons vanmorgen belde is wel degelijk de zus van het slachtoffer. Ze heeft de identificatie al gedaan.”

    “En waar is die vrouw nu?”

    “Ze is naar huis, onder begeleiding. Ik heb slachtofferhulp meegestuurd.”

    “En wie is die jonge dame die vermoord is?”

    “Dat is Sabine Janssens. Ze was verpleegster, dertig jaar en vrijgezel. Ze woont in Lier, in de Van Boeckellaan. Ze was vanmorgen gaan joggen, zoals ze bijna iedere dag deed.”

    “Allee, dan weten we toch al wie het slachtoffer is”, zuchtte Bruno.

    ‘Ja, veel meer heb ik niet. Hier zal je het voorlopig moeten mee doen.”

    Paul en Martine arriveerden van hun lunch.

    “Zie ne keer hier, Sus, het koppel van ’t jaar se. Er bloeit iets moois binnen het korps”, lachte Bruno.

    “’t Zullen schoowèn kinnekes zijn, denk ik”, veinsde Peeters mee.

    “Ik zal maar gaan verder werken, zeker”, gromde Martine. “Dan kunnen jullie nog wat verder dromen.”

    “Wat staat er verder op het programma?” vroeg Paul, om de gesprekken terug op het rechte pad te krijgen.

    “Zullen we al eens eerst met de zus van het slachtoffer gaan praten?” stelde Bruno voor. “Ik praat je wel bij in de auto.”

    Ze namen de Golf en vertrokken.

    “Waar naartoe?” vroeg De Winter.

    “Naar de Dorpsstraat in Emblem.”

    Via de ring reden ze naar Emblem.

    De vrouw van slachtofferhulp deed de deur open.

    “Goedemiddag, mevrouw. Hoofdinspecteur De Winter en commissaris Somers. Kunnen wij een paar vragen stellen?”

    “Kom binnen, ik zal de weg tonen.”

    “De heren zijn van de politie en willen een paar vragen stellen”, gaf de dame van slachtofferhulp aan.

    10-07-2012 om 20:02 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    23-06-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een drug te ver 6

    Voor de persberichten en recensies van "Een drug te ver" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.


     We gaan verder met de zesde bladzijde .


    “Hoe laat hadden ze afgesproken?” wilde Paul weten.

    “Ze wilden om negen uur vertrekken, Sabine zou eerst nog gaan joggen. Tegen vijf voor negen belde Nadine dan aan bij haar zus maar er kwam geen reactie. Ook op haar gsm antwoordde ze niet.”

    “Dat ziet er niet goed uit”, antwoordde Paul. “Die vrouw die vermoord is naast de Kleine Nete was aan het joggen.”

    “Dat dacht de hoofdcommissaris ook. Hij is er nu zelf naartoe”, besloot Martine.

    “Dan zullen we maar even afwachten tot onze chef terug is om verder actie te ondernemen”, zei Bruno. “We kunnen niet veel anders doen nu.”

    “Hier mannen, de post van vandaag”, riep de planton toen ze voorbij zijn desk gingen.

    “Bedankt Roger, de krant ben je zoals gewoonlijk weer vergeten hé”, lachte de commissaris.

    “Die gaat naar de grote chef, dat staat zo in mijn instructies”, grijnsde Wuytack.

    De speurders trokken zich terug in hun kantoor.

    “Ik heb een lijntje voor jullie”, riep Martine vanuit het bureau van Peeters.

    “Neen, bedankt, snuif het zelf maar op”, proestte Somers het uit.

    “Geef maar door”, viel Paul in.

    “Hoofdinspecteur De Winter, goedemorgen.”

    “Paul, wij zijn hier bezig met het buurtonderzoek. Hoever moeten wij daarmee gaan?”

    “Je moet zeker beide kanten van het water doen.”

    “Ja, ja, maar tot waar? Tot in Emblem of tot in Luik”, grapte de agent.

    “Tot aan de jachthaven zal wel goed zijn zeker”, gaf De Winter aan. “Komen jullie morgen verslag uitbrengen?”

    “Doen we, tot morgen.”

    Het doornemen van de post werd als een verplicht dagelijks nummertje afgewerkt. Er waren dingen die ze liever deden, maar het hoorde er nu eenmaal bij. “It’s part of the job”, zei Bruno altijd.

    “Gaan we snel iets eten?” vroeg Paul.

    “Doe maar, ik vast wel vanmiddag. Ik heb wat fruit bij”, antwoordde Somers.

    “Ik wil wel meegaan Polle”, riep Martine.

    “Amaai, dat gaat nogal eens een vonk geven. Onze twee vrijgezellen samen op stap. Voorzichtig zijn hé Polle. En als je niet voorzichtig bent, pas dan wat op hé”, bulderde Bruno.

    “Normaal gaat die toch nooit worden denk ik”, lachte Martine. “Kom Polle, we zijn weg.”

    Bruno nam de krant van de hoofdcommissaris en zette zich met een stoel voor de deur van het politiebureau.



    23-06-2012 om 00:00 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    04-06-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een drug te ver 5

    Voor de persberichten en recensies van "Een drug te ver" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.

     

     We gaan verder met de vijfde bladzijde .


    “Ik fietste zoals elke morgen naar mijn werk. Toen ik net de jachthaven gepasseerd was, zag ik dat er even verderop iets op de weg lag. Ik ben hier dan gestopt en zag dat het een vrouw was die op de grond lag. Eerst dacht ik dat ze gevallen was, maar dan zag ik al dat bloed en het gat in haar hoofd.”

    “En wat heb je toen gedaan?”

    “Ik ben dan daar naar dat huis gelopen en heb van daaruit de hulpdiensten gebeld.”

    De speurders stapten uit de combi.

    “We hebben hem gevonden, Polle”, grijnsde Bruno.

    “Wie?” vroeg Paul, die niet goed kon volgen.

    “Wel, die ene man die nog geen gsm heeft.”

    “Ja, ik had het kunnen denken”, zei de hoofdinspecteur. “Zullen we maar eens terug gaan naar de plaats delict? Ik zie dat iedereen al is aangekomen.”

    Zowel de wetsdokter als de technische recherche waren ondertussen inderdaad al gearriveerd.

    Louis De Coninck, van de technische recherche, stond bij Rik Pauwels, de wetsdokter.

    “Morgen heren”, zei Bruno.

    “Morgen”, klonk het in koor.

    “Dat ziet er hier niet goed uit”, stelde Pauwels.

    “Inderdaad Rik, je kunt weeral aan de slag”, antwoordde Paul.

    “Jullie kunnen zeker wel een tijdje verder zonder ons?” lachte Bruno.

    “Dat zal geen probleem zijn”, gaf De Coninck aan.

    “Wanneer krijgen we jullie rapporten?” informeerde Bruno

    “Dat zal voor morgenvroeg zijn”, antwoordden zowel de wetsdokter als de inspecteur van de technische recherche.

    “Dan gaan wij maar eens rondkijken of er iemand iets gezien heeft”, besloot de commissaris.

    De speurders verlieten de plaats delict en gingen op weg naar hun auto.

    “Zullen we maar een paar collega’s op pad sturen om het buurtonderzoek te doen chef? Of ga je liever zelf op huisbezoek?” 

    “Stuur maar een paar buurtagenten op onderzoek en laat ze ook de overkant van de Kleine Nete niet vergeten”, repliceerde de commissaris.

    De Winter gaf de opdracht door aan de planton.

    Toen ze terug op kantoor aankwamen stond Martine hen al op te wachten.

    “Er heeft een vrouw gebeld die zich ongerust maakte omdat haar zus niet open doet. Ze hadden een afspraak om te gaan shoppen in Antwerpen.”

    “En hoe is die mevrouw haar naam?”

    “Nadine Janssens, ze woont in Emblem. Haar zus Sabine woont in Lier in de Van Boeckellaan.”


    04-06-2012 om 21:27 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    16-05-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een drug te ver 4

    UITNODIGING


    De raad van kunst en cultuur organiseert i.s.m. de bibliotheek :


    APERITIEFCAUSERIE

    Ludo Geluykens en Peter-Paul Dirickx

    Twee Ranstse thrillerschrijvers in gesprek

     

    Zondag 3 juni om 10u30

    in de hoofdbib te Ranst

     

    Toegang : gratis.

     

    Moderator: Sylvain Liekens (journalist)

     

    Onlangs verschenen er 2 thrillers van Ranste bodem. Beide boeken werden zeer enthousiast onthaald.

    De raad van kunst en cultuur organiseert i.s.m. de bibliotheek een ontmoeting tussen deze twee auteurs.

    Aansluitend wordt u een drankje aangeboden.

    - Wat drijft deze auteurs om thrillers te schrijven?

    - Waar halen ze inspiratie voor een spannend verhaal?

    - Hoe publiceer je een boek en krijg je het in de boekhandel?

     

    Er zijn van beide schrijvers gratis boeken te winnen.

    -------------------------------------------------------------------------------------

    Voor de persberichten en recensies van "Een drug te ver" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.

     We gaan verder met de vierde bladzijde .

     

     2

     20 augustus, politiekantoor Lier.

    Iedereen was al op post toen Bruno Somers en Paul De Winter even voor acht uur het politiekantoor van Lier aan het Paradeplein binnen kwamen.

    “Iedereen is blijkbaar uit zijn bed gevallen op deze prachtige morgen!” lachte commissaris Somers

    “Ook ne goeie morgen hé”, antwoordde hoofdcommissaris Frans Peeters.

    “Zal ik al eens een tas koffie halen?” stelde hoofdinspecteur De Winter voor.

    “Dat vind ik nu eens een goed idee”, zei Martine, de assistente van hoofdcommissaris Peeters.

    Paul ging op zoek naar het zwarte vocht. Roger Wuytack, de planton, had net verse gezet.

    “Roger, mag ik een kan meenemen?”

    “Daar heb ik hem voor gezet hé, Polle.”

    Toen de hoofdinspecteur met de koffie binnen kwam, rinkelde de telefoon van Peeters.

    Iedereen zag aan de grimas op het gezicht van de commissaris dat er iets niet pluis was.

    “Er is vanmorgen een jogster vermoord naast de Kleine Nete”, zei Frans.

    “Wanneer en waar is het juist gebeurd?” wilde Paul weten.

    “Een fietser heeft het lijk gevonden rond half acht. Het moet ergens tussen de brug en de jachthaven zijn”, antwoordde Peeters.

    “We zullen dan maar onmiddellijk ter plaatse gaan zeker?” stelde Somers voor.

    “Ja, doe dat, ik zal wel de nodige mensen verwittigen”, sprak de hoofdcommissaris.

    Bruno en Paul dronken nog snel hun koffie uit en vertrokken.

    Peeters nam de telefoon en verwittigde Louis De Coninck van de technische recherche. Nadien belde hij nog met Rik Pauwels, de wetsdokter, en hij bracht ook onderzoeksrechter Willy Janssens op de hoogte.

    Hoofdinspecteur De Winter stuurde de Golf door de Lisperstraat. Aan het Herman Vanderpoorten stadion, de thuisbasis van SK Lierse, sloeg hij af richting Kleine Nete. Op het einde van de straat stonden de collega’s die de weg afgesloten hadden. Ze gingen te voet verder tot op de plaats delict.

    Het was geen mooi zicht. In het hoofd van het slachtoffer was een gat van een kogel. Overal bloed rondom het lijk.

    Een agent kwam juist toe met een deken om het lijk te bedek-ken.

    “Wie heeft het lijk gevonden?” vroeg Paul aan de agent.

    “Een fietser die naar zijn werk reed. Hij zit ginder in de combi”, antwoordde de collega.

    De speurders wandelden tot aan de politiewagen. De man die de ontdekking had gedaan was nog helemaal van de kaart.

    “Hoe heb je het ontdekt?” vroeg Bruno.  




    16-05-2012 om 12:52 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    27-04-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een drug te ver 3

    Voor de persberichten en recensies van "Een drug te ver" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.

     

     We gaan verder met de derde bladzijde .


    Om half zes stond hij al op zijn boot. Hij had hem gisteren kunnen aanmeren op de laatste ligplaats richting Lier. Hij had nu dus een perfect zicht op de Kleine Nete en op het naastliggende fietspad dat Sabine gebruikte voor haar loopsessies. Als alles normaal verliep zou ze dus iets na zes uur passeren. De FN 5.7 was er helemaal klaar voor, inclusief geluidsdemper natuurlijk. Met dit wapen, dat je in België niet kon kopen, kon je door een kogelvrije vest schieten. Zo krachtig was het. Het was ook een echt pareltje voor een scherpschutter, die Hans dus was. Je kon namelijk feilloos je doelwit raken van op honderdvijftig meter afstand. En dat was precies wat hij wilde doen, knallen van op ongeveer honderdvijftig meter afstand.

    Hans opende het zijraampje van zijn stuurhut. Van hieruit zag hij op het looppad. Hij nam zijn verrekijker en stelde die af op de brug. Daar liep het pad met een bocht onderdoor. Van daar zou hij Sabine kunnen volgen.

    Na tien minuten was het zover. Hij had zijn slachtoffer in beeld. De afstand was nog iets te ver. Hij liet haar nog een beetje verder komen en legde dan aan. Hij richtte op haar hoofd.

    “Plof”

    Sabine zeeg neer.

    Hans pakte alles weer rustig in, sloot zijn boot af en keerde terug naar huis. Hij ging bewust niet langs het looppad. Via het kleine toegangsstraatje tot de haven kwam hij direct op de Lispersteenweg, waar hij woonde. Hij moest nog tweehonderd meter overbruggen.

    Toen hij thuis kwam legde hij eerst zijn pistool terug in de kluis op de zolder, nam een douche en ging naar zijn werk.

    Hans was dispatcher bij GELUD-koerier. Deze binnenlandse koeriersdienst was gevestigd aan de ring van Lier. Zijn taak bestond erin om de pakjes te verdelen onder de chauffeurs.

    Als baas van deze chauffeurs had hij het zo aangelegd dat hij met één bepaalde chauffeur een heel goede relatie had. Deze chauffeur was Ronny Martens. Ronny was de persoonlijke leverancier van cocaïne aan zijn drie klanten in de omgeving van Lier. Zo bleef hij zelf uit beeld. In ruil zorgde hij ervoor dat Ronny, die in zijn vrije tijd ook nog DJ was, geregeld contacten voor optredens kreeg van zijn vrienden.

    Het systeem werkte als volgt:

    -   Hans voer met zijn boot vanuit Emblem naar Antwerpen.

    -   Daar lag de boot van de leverancier van de cocaïne.

    -   Na de overhandiging van de drugs keerde hij terug naar Emblem.

    -   Hans verdeelde de drugs in drie kleine kluisdoosjes die werden afgesloten met een cijfercode. Op elk doosje stond de naam van de klant. Deze drie doosjes gingen dan in een hardboard malet zoals elke manager er één heeft.

    -   Hij overhandigde deze dan de volgende morgen aan Ronny.

    -   Deze wist waar hij de doosjes moest leveren.

    -   De klant nam het doosje aan, pakte de drugs eruit en stopte het overeengekomen geld erin. Cash, geen opspoorbare elektronische sporen.

    -   Ronny gaf ´s avonds de malet terug aan Hans.

    Deze cyclus herhaalde zich gemiddeld om de twee weken, naargelang de behoefte van de klanten.

    Vandaag was het een gewone dag, geen drugsleveringen voor Ronny.

    Voor Hans was het dus ook een gewone dag zoals alle andere.

    Hij parkeerde zijn BMW 550i op de parking voor het bureaugedeelte van het bedrijf. Hij hield zijn badge tegen de badgelezer, waarna de deur opende en hij binnen ging. Op de dispatch waren zijn medewerkers al druk bezig met het verdelen van de papieren. Hij ging in het magazijn en begroette daar zijn chauffeurs. Ook Ronny was al aan de slag.

    “Morgen Ronny, alles kits makker?”

    “Alles in orde, Hans.”

    “Hoe gaat het met de optredens?”

    “Dat gaat, ik mag niet klagen. Volgend weekend mag ik weer twee keer spelen. Vrijdag in Den Bengel in Lier en zaterdag in Café Rock-´n-Roll in Koningshooikt.”

    “Allee, dan gaan de zaken goed. Zoveel te beter.”

    Den Bengel en de Rock-´n-Roll waren twee van de drie cafés waar Ronny de coke van Hans leverde. De derde was taverne Den Johnny op het Zimmerplein in Lier.

    Hans deed de ganse toer van het magazijn en ging dan terug in zijn kantoor zitten. Hij startte zijn computer op en begon met het doornemen van zijn mail.

    Niks gebeurd. Het leven ging gewoon door, voorlopig toch.

     


    27-04-2012 om 11:36 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    23-03-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een drug te ver 2
    Voor de persberichten en recensies van "Een drug te ver" zie bij mijn favorieten.
    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.


     We gaan verder met de tweede bladzijde .


    Hij was uit zijn lood geslagen. Maar hij kon toch nog repliceren met een kwinkslag.

    “Ja, Sabine, mooie dag, mooi gezelschap hé. Je bent al zo vroeg op weg!”

    “Ja, ik heb deze week de late shift, dan loop ik ’s morgens om zes uur, lekker fris nog nu. ’t Amusement nog hé”, riep ze.

    Hij wist onmiddellijk dat dit zware gevolgen kon hebben voor zijn verdere leven. Als zij dit ging vertellen aan Inge, zijn vrouw en haar beste vriendin, dan kon hij het vergeten.

    Tijdens het verloop van de dag had hij dit nog wel uit zijn hoofd kunnen zetten. Daar had Tinne wel voor gezorgd. Hij dacht nog eens terug aan die prachtige dag op het water gisteren. Wanneer hij aan Tinne dacht moest hij telkens weer denken aan de hit van AC/DC, “Whole Lotta Rosie”. En in gedachte zong hij:

    “Never had a woman, never had a woman like you. Doing all the things, doing all the things that you do…”

    En ze deed heel wat ‘things’ tijdens hun rondvaart.

    Maar nu moest hij handelen, als hij zijn mooie leventje niet wil-de verknallen. Hij moest Sabine beletten dat ze iets zou vertellen tegen zijn vrouw. Hij nam zijn FN 5.7 en vertrok.

    Hans was vroeger nog vijf jaar lang bij de SIE van de politie geweest, het speciaal interventie eskadron, als scherpschutter. Van daaruit had hij iemand leren kennen die in drugs handelde. Deze persoon had hem dan weer in verbinding gebracht met een drugsdealer die ook de bewuste pistolen van FN kon leveren. Als scherpschutter en kleine drugsdealer had hij deze gelegenheid niet kunnen laten voorbij gaan. Hij zou zijn pistool nu voor de eerste keer ‘echt’ gaan gebruiken. Spijtig voor Sabine, maar hij kon niet anders.


    23-03-2012 om 08:24 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    08-03-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een drug te ver 1

    Voor de persberichten en recensies van "Een drug te ver" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.


    We gaan verder met de eerste bladzijde .

     

    1

     

     

     

    20 augustus, Lier, Lispersteenweg.

     

    Hans Verhoeven was al om vijf uur opgestaan. Hij had zijn vrouw Inge wijsgemaakt dat hij ging joggen. Maar wat hij in gedachten had, was iets helemaal anders. Hij was vroeg opgestaan om een afrekening te regelen. Hans was namelijk gisteren betrapt door Sabine, een vriendin van zijn vrouw. Hij had een afspraakje geregeld met Tinne, een blonde schone van op zijn werk. Tinne was ook fotomodel in haar vrije tijd. Verhoeven had haar beloofd om ze kennis te laten maken met de mooie kant van de binnenwateren in de omgeving van Lier. Zij zou hem dan kennis laten maken met een paar persoonlijke schone kanten. Hans had een boot, die lag in de jachthaven van Emblem, enkele honderden meters verwijderd van zijn huis. Ze hadden afgesproken om zes uur ’s morgens. Inge, zijn vrouw, had de vroege dienst. Zij was verpleegster in het ziekenhuis. Echter juist toen hij met Tinne de loopplank naar zijn boot opging riep er iemand.

    “Hey Hans, goedemorgen, zo vroeg en al in zo’n schoon gezelschap.”

    Het was Sabine, die al aan het joggen was op dit vroege uur.


    08-03-2012 om 00:00 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    03-02-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    De gemeente Ranst en uitgeverij Leesgenot
    nodigen u uit op de voorstelling van

    “Een drug te ver”

    De nieuwe politiethriller van

    Ludo Geluykens    

    Programma

    ·       Verwelkoming

     

    ·       Werner Cazaerck, korpschef van de lokale politie in Lier, leidt het boek in.

     

    ·       Mogelijkheid tot aankopen van boek  (€ 19,90)

     

    ·       Aansluitend bieden wij u graag een drankje aan en signeert de auteur zijn nieuwste boek.


    Op woensdag 7 maart 2012 om 19 uur

    In de bibliotheek van Ranst.

    Gasthuisstraat 17

    2520 Ranst

    Graag reserveren via

    ludogeluykens@skynet.be   /  0478 450 150

          

    03-02-2012 om 18:28 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    19-01-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Adellijke intriges 14

    VOLGENDE WEEK KAN U HIER MEER INFO VINDEN OVER MIJN NIEUW BOEK...


    VOOR DE LAATSTE MAAL KAN U HIER EEN (EXTRA LANGE) GRATIS STUK LEZEN UIT ADELLIJKE INTRIGES.


    Voor de persberichten en recensies van "Adellijke intriges" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.


    We gaan verder met de veertiende bladzijde van "Adellijke intriges."
     

    Ze gingen verder de ganse galerie door en kwamen dan terug in de privévertrekken terecht.

    In het salon stonden allemaal zware eiken meubelen.

    Ze liepen ook door de woonkamer en de slaapkamers. Alle kamers waren ingericht met echte antieke meubelen. Alles was ‘echt’: de linnenkasten, het buffet, ladekasten, schrijftafels, commodes, eettafel en stoelen.

     

    “Polle, kan jij nu ook zeggen welke stijl dat allemaal is?”

     

    “Ik heb heel veel gezien, volgens mij is er heel wat ‘Lodewijk’ materiaal bij, maar of dat nu van de veertiende of de zestiende is, dat kan ik niet zien.”

     

    “Ik zou het zeker niet allemaal willen betalen, of zelfs niet onderhouden”, merkte Somers op.

     

    “Kom chef, we gaan naar het terras. Misschien kunnen we wel een koffie krijgen.”

     

    “Zullen we op de barokstoelen gaan zitten aan de baroktafel?”, lachte Bruno.

     

    “Wel, je zou wel eens gelijk kunnen hebben, volgens mij is het ‘echte’ barok.”

     

    “Zo zie je maar hé Polle, af en toe kan zelfs ik juist gokken.”

     

    Leentje was er nog. Ze bracht hun een verse kop Rombouts, met een koekje, zoals het past op een kasteel.

     

    “Is Robert er al?”, wilde Paul weten.

     

    “Meneer Robert is zojuist toegekomen. Hij zit nu met Nathalie in het salon. Zal ik hem roepen?”, vroeg ze.

     

    “Vraag of hij binnen een paar minuutjes komt”, antwoordde Bruno.

     

    “Je hebt het gehoord, het is ‘meneer’ Robert hé, Polle.”

     

    Ze bekeken het prachtige gazon en de mooie tuin. Volgens de commissaris moest het onderhoud van de tuin alleen al ‘stukken van mensen’ kosten.

     

    Nathalie kwam, nog steeds huilend, Robert voorstellen aan de speurders.

     

    “Meneer de la Faille, Bruno Somers en dit is mijn collega Paul De Winter.”

     

    Ze condoleerden Robert bij het overlijden van zijn vader.

     

    “Hoe heb je het droevige nieuws vernomen?”

     

    “Euh….Nathalie heeft me gebeld.” Bruno zag dat er een ‘hapering’ zat in zijn reactie.

     

    “Wanneer heb je je vader voor het laatst gezien?”

     

    “Ik was deze morgen nog hier.”

     

    “Verwachtte hij iemand, vandaag?”

     

    “Niet dat ik weet.”

     

    “Had de baron vijanden?”

     

    “Mijn vader was een zeer geliefd man. Ik denk niet dat iemand hem kwaad zou willen doen.”

     

    “Is er in het kasteel beveiliging aanwezig?”, informeerde Paul.

     

    “Er is een camerasysteem met opnameapparatuur, de recorders staan in het bureau.”

     

    “Kunnen we daar dan nu eens gaan kijken?”

     

    Ze gingen terug naar binnen om de beelden te bekijken.

     

    “Kijk, ze hebben de draad doorgeknipt”, stelde Paul vast.

     

    “En de cassette is eruit gehaald en waarschijnlijk meegenomen. Dat zijn geen gewone voorbijgangers geweest Polle, eerder professionelen, die wel degelijk van de toestand binnen het kasteel op de hoogte waren.”

     

    “Is er iets verdwenen?”, vroeg de commissaris aan Robert.

     

    “Dat kan ik zo niet zeggen. Daarvoor zal ik een inventaris moe-ten doen.”

     

    “Zou je dat zo snel mogelijk willen doen, en ons het resultaat laten weten. Dat is zeer belangrijk voor het verder onderzoek.”

     

    “Zal ik doen, hebben jullie mij nog nodig?”

     

    “Neen, ga maar. We spreken mekaar nog.”

     

    De zoon van de baron ging terug naar Nathalie.

     

    “En, Polle, wat denk je?”

     

    “Ik zie nog niet veel. En wat denk jij?”

     

    “Ik heb alleen gezien dat Robert ‘haperde’ bij het antwoord op je vraag, hoe hij op de hoogte was gebracht, maar dat kan van de emotie geweest zijn ook.”

     

    “Chef, ik denk dat we toch ook die twee vrouwen nog eens op de rooster zullen moeten leggen. Het kan toch niet dat die moordenaar zo maar uit het niets hier binnen komt.”

     

    “Ja, Polle, dat klopt, we blijven inderdaad met nogal wat vra-gen zitten.”

     

    “Is de Sus al weg?” vroeg Bruno.

     

    “Ik weet het niet, zal ik het eens vragen aan Nathalie?”

     

    “Ja, doe dat, en zeg dat wij ook gelijk weg zijn.”

     

    Hij ging terug naar het salon. Hoofdcommissaris Peeters was al een tijdje weg, vernam hij van de ex van Robert.

     

    “Wij weten voorlopig genoeg”, zei hij tegen haar. “Wij komen zeker nog langs vandaag of morgen.”

     

    “Oké. Als ik hier niet ben, kom je maar bij mij thuis langs. Dat is toch maar juist achter de hoek hier teneinde de straat.”

     

    “Oh, voor ik het vergeet, toch nog één vraagje. Hoeveel ingangen zijn er hier voor het kasteel?” vroeg Paul.

     

    “Alleen de grote hoofdingang.”

     

    “Bedankt, en tot volgende keer.”

     

    “De Sus is al een tijdje weg”, zei Paul tegen zijn chef.

     

    “Dan zijn wij ook maar weg hé.”

     

    Ze reden met de Golf terug naar het politiebureau.

     

    “Blijkbaar is er maar één ingang aan het kasteel”, zei Paul, terwijl hij de Golf op de parking reed.

     

    “Dan moet er toch iemand iets gezien hebben.”

    19-01-2012 om 18:17 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    31-12-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Adellijke intriges 13

    Voor de persberichten en recensies van "Adellijke intriges" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.

     

    We gaan verder met de dertiende bladzijde van "Adellijke intriges."


    “Ja, ik heb hem onmiddellijk gebeld.”

     

    “Had de baron vijanden?”

     

    “Niet dat ik weet, maar in het wereldje van de kunsthandel is er nogal wat jaloezie.”

     

    “Wanneer er veel geld mee gemoeid is, loop je altijd risico”, vulde Bruno aan.

     

    Paul noteerde ook de gegevens van Nathalie en zei haar dat ze mekaar zeker één van de uren terug zouden zien.

     

    “Hou je wel ter beschikking.”

     

    “Polle, zullen wij ondertussen eens door het kasteel lopen om te zien of er ons niets opvalt? ”

     

    “Dat lijkt me een goed idee, dan kunnen we daarna eens met meneer Robert gaan spreken.”

     

    “Die zal hier ondertussen toch al wel zijn zeker”, repliceerde de commissaris.

     

    Ze begonnen hun rondgang in de ridderzaal. Bij het binnenkomen viel het Paul al onmiddellijk op dat hier wel heel ‘speciale’ schilderijen hingen.

     

    “Amaai, chef, hier hangt voor een paar miljoen bijeen.”

     

    “Een paar miljoen euro’s?”

     

    “Jazeker.”

     

    “Zijn dat dan zo’n dure schilderijen?” Bruno was niet zo op de hoogte van de waarde van “kunst”.

     

    “Ik zie een Matisse, een Monet, een Degas en een Permeke, allemaal heel bekende, dure kunstenaars. Het zijn niet hun bekendste werken, maar ik schat dat hier toch wel voor enkele miljoenen aan de muur hangt.”

     

    “Toch wel knap, Polle, dat je dat allemaal zo weet.”

     

    “Iemand moet toch het cultuurgehalte van de politie van Lier hoog houden hé”, antwoordde Paul, hiermee doelend op de geringe kennis van echte kunst in hun korps.

     

    “Van sport en muziek mag je me wat vragen, maar ik kan het verschil niet zien tussen een duur en een goedkoop schilderij”, zei Bruno. “Maar ik heb thuis een kenner zitten hé.”

     

    Hiermee bedoelde hij zijn vrouw Sonja, die in haar vrije tijd ‘vanalles’ deed op gebied van kunst: zijdeschilderen, aquarel, olieverf en dan deed ze ook nog dingen met fietsbanden en bloemschikken… zo zei Bruno het toch altijd.

     

    “Zeg Polle, zie jij hier iets van beveiliging?”

     

    “Ik zie wel bewegingssensoren, maar ze werken volgens mij niet. Normaal zie je een rood lampje branden.”

     

    “Het zijn misschien nieuwe modellen.”

     

    “We zullen het straks eens vragen aan de zoon.”

     

    Ze gingen verder naar de zalen van de galerie.

     

    “Hier hangen wel meer schilderijen”, merkte Bruno op.

     

    “Ja maar wel van een ‘mindere’ waarde.”

     

    “Zou er iemand kunnen zien of hier iets verdwenen is?”

     

    “Als ik iets zou meenemen, zou ik het uit de ridderzaal nemen”, merkte de hoofdinspecteur op.


    31-12-2011 om 11:30 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    13-12-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Adellijke intriges 12

    Voor de persberichten en recensies van "Adellijke intriges" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.

     

    We gaan verder met de twaalfde bladzijde van "Adellijke intriges."


    “Ik heb dan onmiddellijk naar Nathalie gebeld. Die is direct gekomen en zij heeft jullie verwittigd.”

     

    “Waarom belde je Nathalie?”

     

    “Zij is zowat de vriendin van de baron. Ze helpt hem bij alles.”

     

    “Is er je, in de loop van de voormiddag, niets opgevallen?”

     

    “Neen, ik ben zoals gewoonlijk, om negen uur begonnen, heb koffie gezet voor meneer en ben dan aan mijn dagelijkse klus begonnen.”

     

    “Niemand gezien of gehoord?”, probeerde Bruno nogmaals.

     

    “Jawel, meneer Robert, de zoon van de baron is hier vanmorgen even geweest,”

     

    “Weet je ongeveer wanneer dat was?”

     

    “Dat moet iets na negenen geweest zijn. Hij heeft even met zijn vader gesproken en is iets voor tien uur nog komen zeggen dat hij weg was.”

     

    “Komt meneer Robert hier dikwijls?”

     

    “Ja, die komt regelmatig, bijna dagelijks.”

     

    “Voor de rest heb je niets speciaals gezien of gehoord? Je hebt niemand horen roepen of zo?”

     

    “Neen, ik werk altijd met de radio aan. Dan hoor je niet veel anders meer hé.”

     

    Paul noteerde nog de persoonlijke gegevens van Leentje en ze spraken af dat ze, indien nodig, later nog wel eens terug zouden komen voor meer vragen.

     

    Bruno ging Nathalie halen. Die zat ondertussen nog steeds te huilen in het salon.

    Nathalie was opmerkelijk beter gekleed dan Leentje. Je kon zien dat ze een betere smaak had op het gebied van kleding.

    Ze had dan ook van het rijkeluisleventje geproefd toen ze getrouwd was met Robert, dacht Bruno.

     

    “Waarom belde Leentje eerst naar jou ?”

     

    “Dat is omdat ik hier zowat alles regel, en ze is dat gewoon. Wanneer ze een probleem heeft komt ze daarmee bij mij.”

     

    “Hoe zou je jouw relatie met Jean-Louis de la Faille kunnen omschrijven?”

     

    “Wij hebben een goede vriendschappelijke relatie. Ik help de baron bij alles waar hij mijn hulp bij kan gebruiken.”

     

    Bruno keek even met een vragende blik naar Paul. Die begreep onmiddellijk wat zijn vriend wilde zeggen en nam het gesprek over, vóór deze verder gênante vragen zou stellen.

     

    “En waarom doe je dat?”

     

    “Ik deed dat vroeger, toen ik nog met Robert getrouwd was, en ik ben dat altijd blijven doen.”

     

    “En wat denkt Robert daarvan?”

     

    “Dat zal je aan hem moeten vragen, denk ik”, antwoordde Nathalie nogal bitsig.

     

    “Heeft er trouwens iemand Robert verwittigd?”


    13-12-2011 om 15:18 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    24-11-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Adellijke intriges 11

    Speciale acties voor aankoop boeken van Ludo Geluykens, de schrijver zal aanwezig zijn op:

     

    De Kerstmarkt in het Begijnhof  in Lier :

    9, 10 en 11 december


    Deze dagen zijn de boeken te verkrijgen aan speciale "EINDEJAARSPRIJZEN"


    =========================================================

    Voor de persberichten en recensies van "Adellijke intriges" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.


    We gaan verder met de elfde bladzijde van "Adellijke intriges."

    “Commissaris Bruno Somers en dit is mijn collega, hoofdinspecteur Paul De Winter. Kunnen wij jullie een paar vragen stellen?”

     

    De jongste van de twee, Leentje, zei dat ze wel even apart konden gaan zitten in de keuken. Daar was het nu rustig. Nathalie zou nog even in het salon blijven zitten.

    De kookruimte was zeker geen ouderwetse kasteelkeuken. De modernste toestellen stonden er in een klassiek uitgevoerde keuken.

    Ze gingen aan de tafel zitten die in het midden van het vertrek stond.

     

    “Gaat het al een beetje?”, suste Paul.

     

    “Ik zal proberen, maar het zal niet gemakkelijk zijn”, snikte Leentje.

     

    “Hoe heb je het ontdekt?”

     

     “Ik had gedaan met het kuisen van de ridderzaal en de galerie om iets vóór half twaalf en ging de baron opzoeken in de tuin om te melden dat hij het alarm terug mocht opzetten. Toen ik buiten kwam zag ik dat meneer helemaal weggezakt in zijn stoel zat. Ik dacht eerst dat hij sliep, maar wanneer ik bij hem kwam zag ik al dat bloed op zijn hoofd. Ik voelde of zijn hart nog klopte, wat niet het geval was.”

     

    Ze stopte nu even en nam een slok water. Paul had uit de ijskast een fles plat water genomen en een glas voor haar uitgeschonken.

     

    “Wat heb je daarna gedaan?”, vroeg Bruno, “de politie gebeld?”

     


    24-11-2011 om 00:00 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    05-11-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Adellijke intriges 10

    Voor de persberichten en recensies van "Adellijke intriges" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.


    We gaan verder met de tiende bladzijde van "Adellijke intriges."


    “Hou het maar normaal”, zei Sus lachend, “dat is in jouw geval al erg genoeg.”

     

    Ze vertrokken met de Golf naar het kasteel. De hoofdcommissaris volgde met zijn eigen wagen, zo kon hij weg wanneer hij wilde.

    Tegen half één arriveerden ze aan het kasteel. Ze werden opgewacht door onderzoeksrechter Janssens.

     

    “Hoe is de situatie hier, Willy?”, informeerde Peeters.

     

    “Wel, het lijk van de baron ligt in de tuin, Rik Pauwels, de wetsdokter, is al bezig.”

     

    “Zullen we daar dan al eens eerst gaan kijken?”, stelde Bruno voor.

     

    Ze gingen door het kasteel naar de tuin.

     

    “Dag Rik”, zeiden ze bijna gelijktijdig.

     

    “Dag mannen.”

     

    “En, wat heb je al voor ons?”

     

    “Overleden tussen half tien en elf uur, waarschijnlijk een vechtpartij, en ik denk dat hij met zijn hoofd op het beton is gevallen. Voorlopig is dat alles wat ik kan zeggen. De rest is voor later”, stelde de wetsdokter.

     

    “Wanneer heb je een volledig verslag klaar?”

     

    “Ik zal proberen om morgenvroeg de autopsie te doen. Dan kom ik morgenmiddag verslag uitbrengen op het bureau. Goed?”

     

    “Dat is heel goed, Rik.”

     

    Ze gingen allemaal terug naar binnen.

     

    “Wie heeft het lijk ontdekt?”, vroeg Bruno aan de onderzoeks-rechter.

     

    “De kuisvrouw, Leentje. Die is, nadat ze het dagelijkse onderhoud van de ridderzaal en de galerie gedaan had, in de tuin gaan kijken en heeft hem daar gevonden.”

     

    “Heeft zij ook de politie gebeld?”

     

    “Neen”, kwam hoofdcommissaris Peeters tussen. “Ze heeft Nathalie Segers gebeld en die heeft ons verwittigd.”

     

    “En wie is Nathalie Segers?”, wilde de commissaris weten.

     

    “Dat is de ex vrouw van Robert de la Faille, de zoon van de baron. Zij heeft nog een goede verhouding met haar ex- schoonvader.”

     

    “Een goede verhouding of een verhouding tout court?”

     

    “Bruno, kan jij nu echt aan niets anders denken?”

     

    “Het was maar een vraag hé, Polle.”

     

    “Zijn die vrouwen nog hier?”

     

    “Die wachten op jullie in het salon”, antwoordde de onder-zoeksrechter.

     

    “Gaan we die dames samen verhoren of apart? Wat denk je?”

     

    “Ik denk dat we ze beter elk apart nemen, chef.”

     

    Ze gingen het salon binnen en zagen dat beide vrouwen nog druk met mekaar aan het babbelen waren, weliswaar met de tranen in de ogen, maar toch…

     



    05-11-2011 om 19:44 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    08-10-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Adellijke intriges 9

    Voor de persberichten en recensies van "Adellijke intriges" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.


    We gaan verder met de negende bladzijde van "Adellijke intriges."


    3

     

     4 juli, Lier, politiekantoor.

     

    Commissaris Bruno Somers en hoofdinspecteur Paul De Winter, de Polle voor de vrienden, zaten in hun bureau rustig een tas koffie te drinken. Martine, de assistente van hoofdcommissaris Peeters, had er ook nog een koekje bijgedaan.

     

    “Ga je vanmiddag met ons mee iets eten op het Zimmerplein, schoonheid?”, vroeg Bruno.

     

    “Zijn we dan om één uur terug?”

     

    “Daar sta ik garant voor”, repliceerde Paul. “Je kan er op reke-nen.”

     

    “Wel, dan ga ik mee.”

     

    “Ik denk dat dat voor een andere keer zal zijn!” riep Frans.

     

    Hoofdcommissaris Frans Peeters, door zijn vrienden ook wel, de Sus genoemd, kwam hun bureau binnen.

     

    “Ze hebben baron Jean-Louis de la Faille dood gevonden in zijn tuin, waarschijnlijk vermoord”, zei Sus.

     

    “Den baron van die chique galerie?”, wilde Paul weten.

     

    “Amaai Polle, ben jij een kunstkenner?”, vroeg Bruno schert-send.

     

    Peeters kwam snel tussen voor het weer ‘uit de hand’ zou lopen.

     

    “Onderzoeksrechter Willy Janssens is al ter plaatse en hij heeft ook wetsdokter Rik Pauwels verwittigd. De technische recherche zal ook al ongeveer daar gaan arriveren.”

     

    “Kunnen we zo snel mogelijk naar het kasteel gaan? Als jullie nu vertrekken ga ik mee.”

     

    “Nous sommes chemin”, zei Bruno.

     

    “Wat gaan we nu krijgen, chef, Frans?”

     

    “Frans met haar op”, lachte de commissaris. “ Maar we gaan naar den baron, dan moeten we ook ons taalgebruik een beetje aanpassen hé.”


    08-10-2011 om 12:22 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    10-09-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Adellijke intriges 8

    Voor de persberichten en recensies van "Adellijke intriges" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten.

    We gaan verder met de achtste bladzijde van "Adellijke intriges."

    Na nog wat verder onderzoekwerk kwam hij tot de vaststelling dat tussen tien en twaalf uur de ridderzaal, waar het doek hing, onzichtbaar kon betreden worden. Hij had twee perfecte kleurenkopijen van het expertiserapport laten maken en had er één samen met het originele al mee naar huis genomen.

     

    Op 4 juli, vandaag dus, zou het dan allemaal gebeuren.

     

    Robert was om negen uur al langs geweest en hij had gezien dat de kuisvrouw, zoals altijd stipt op schema, aan haar poetsbeurt begonnen was. De baron was aan het ontbijten en zou dus straks wel in de tuin gaan zitten om zijn krant door te nemen.

     

    Alles zag er dus goed uit.

     

    Hij ging nog even langs het bureau, zette het alarm van het poortje achteraan in de tuin af en zei nog goedendag tegen zijn vader en de kuisvrouw en ging terug naar huis.

     

    Gelukkig hebben we enkele jaren geleden dat alarm van het poortje apart laten aansluiten, dacht hij. Zo kon de baron onopgemerkt naar het golfterrein gaan.

     

    En nu zat hij dus te wachten op het sein dat alles goed gegaan was, zodat hij het alarm van het poortje terug kon gaan opzetten.

     

    Carlo Castellano was ondertussen bij Benito Sahli aangekomen en had hem het hele verhaal uitgelegd. Het was echt een ongeluk bleef hij maar herhalen.

     

    Benito wist niet goed wat hij nu moest doen. Zou hij wachten tot Robert het nieuws vernam van de politie, of zou hij hem zelf op de hoogte brengen. De afspraak was dat ze mekaar om twaalf uur zouden spreken via Skype.

    Het was vijf voor twaalf. Sahli moest een beslissing nemen. Hij nam plaats voor zijn iMac en logde in op Skype. Robert ant-woordde onmiddellijk.

     

    “Hoe is het geweest?”, vroeg hij, “alles goed verlopen?”

     

    “Het verwisselen van het doek is goed verlopen, maar voor de rest is alles catastrofaal misgelopen.”

     

    “Hoe bedoel je, misgelopen? Wat is er mis gelopen? Er is toch niets gebeurd met papa?”

     

    “De baron heeft onze man gezien en is recht gesprongen. Er is een gevecht ontstaan en je vader is met zijn hoofd tegen het beton gevallen.”

     

    “En dan..? Is het erg…? Hoe erg is het…? Is hij naar het ziekenhuis?”

     

    “Wij denken, we zijn er eigenlijk zeker van, dat hij dood is.”

     

    Het werd heel stil aan de andere kant van de lijn. Na enkele seconden was ook het beeld weg. Robert had de verbinding verbroken.

     

    Wat moest hij nu doen? Hij kon niet naar het kasteel gaan, want daar zou ondertussen het ganse circus, politie, hulpdiensten al wel op volle toeren draaien.  Hij zou zich dan verraden. Hij wist officieel nog van niets.

     

    Hij moest toch iets kunnen doen.

     

     


    10-09-2011 om 10:51 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    08-08-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Adellijke intriges 7

    Voor de persberichten en recensies van "Adellijke intriges" zie bij mijn favorieten.

    Voor het aankopen van boeken zie "aankopen boek" bij mijn favorieten. 


    We gaan verder met de zevende bladzijde van "Adellijke intriges."

    Deze vervalste schilderijen werden dan door Robert in zijn galerie als “echt” aan de man gebracht.

    Dit zwarte circuit werkte al enkele jaren succesvol en iedereen was tevreden met de opbrengst.

     

    Enkele maanden geleden had de baron een schilderij van Monet aangekocht, om aan zijn privécollectie toe te voegen.

     

    Toen Robert, bij het in orde brengen van de boekhouding, het bedrag zag dat dit schilderij had gekost, één miljoen euro, kon hij dit niet meer uit zijn hoofd zetten.

     

    Hier moest hij ‘iets’ mee doen.

     

    Bij de volgende afspraak met zijn vriend, op hun geheime plek, in het Munsterbos in Munsterbilzen, werd een eerste keer over het project gesproken.

     

    Na een paar weken kwam Benito met een voorstel, zijn Russische contactpersoon had een koper, die wilde voor het originele schilderij wel één miljoen euro geven. Hij wilde dan wel alles origineel, de expertiserapporten en natuurlijk ook het schilderij.

     

    Robert had eerst het aanbod afgeslagen, maar na enkele weken had hij toch aan zijn vriend gevraagd om een plan op te zetten.

     

    Sahli kwam met zijn voorstel, hij zou hun vervalser eerst een kopij laten maken van het doek en dan moest het originele vervangen worden door het vervalste kunstwerk.

     

    Hij kende iemand uit “het milieu” van Charleroi, die de schilderijen wel kon verwisselen. Voor het verwisselen van de schilderijen was natuurlijk de medewerking van de la Faille nodig. Ze bekeken samen hoe ze dit konden doen en er werd besloten dat Robert zou zorgen voor een tijdschema, zodat het verwisselen onopgemerkt zou kunnen gebeuren.

     

    De zoon bekeek dagelijks de gewoontes van zowel zijn vader als van de kuisvrouw. Dat was namelijk zowat de enige die in de voormiddag bij de baron binnen kwam.

    De voormiddag leek voor hem dus de beste tijd.

     

    08-08-2011 om 09:09 geschreven door Ludo Geluykens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    Foto

    Foto

    Mijn favorieten
  • Ludo Geluykens
  • Aankopen boek
  • Uitgeverij Leesgenot
  • Bistro Columbus Middelkerke

  • E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Archief per week
  • 07/06-13/06 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 23/03-29/03 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 04/03-10/03 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 05/02-11/02 2018
  • 06/03-12/03 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 04/04-10/04 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 21/12-27/12 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 18/08-24/08 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 30/09-06/10 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 20/05-26/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 08/04-14/04 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/02-17/02 2013
  • 10/09-16/09 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 09/07-15/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 30/01-05/02 2012
  • 16/01-22/01 2012
  • 26/12-01/01 2012
  • 12/12-18/12 2011
  • 21/11-27/11 2011
  • 31/10-06/11 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 05/09-11/09 2011
  • 08/08-14/08 2011
  • 04/07-10/07 2011
  • 27/06-03/07 2011
  • 30/05-05/06 2011
  • 02/05-08/05 2011
  • 04/04-10/04 2011
  • 14/03-20/03 2011
  • 28/02-06/03 2011
  • 21/02-27/02 2011
  • 24/01-30/01 2011
  • 03/01-09/01 2011
  • 27/12-02/01 2011
  • 13/12-19/12 2010
  • 06/12-12/12 2010
  • 15/11-21/11 2010
  • 04/10-10/10 2010
  • 13/09-19/09 2010
  • 23/08-29/08 2010
  • 26/07-01/08 2010
  • 05/07-11/07 2010
  • 14/06-20/06 2010
  • 24/05-30/05 2010
  • 19/04-25/04 2010
  • 29/03-04/04 2010
  • 08/03-14/03 2010
  • 15/02-21/02 2010
  • 01/02-07/02 2010
  • 18/01-24/01 2010
  • 11/01-17/01 2010
  • 04/01-10/01 2010
  • 21/12-27/12 2009
  • 31/08-06/09 2009
  • 17/08-23/08 2009
  • 08/06-14/06 2009
  • 01/06-07/06 2009

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!