Tegen de achtergrond van de Bhagavat Gita speelt het verhaal van een oorlog. De in deze oorlog strijdende partijen zijn de Kaurava's en de Pandava's. De Kaurava's staan voor het kwaad (onwaarheid), de Pandava's voor het goede (waarheid). Een verhaal over oorlog maakt indruk op de menselijke geest; het idee van oorlog en conflict is onlosmakelijk met de mens verbonden, wordt hem vanaf zijn geboorte als het ware met de paplepel ingegeven. In de tijd dat Heer Krishna, de volmaakte yogi, de boodschap van de Gita tegen zijn leerling en vriend Arjuna sprak vonden er uiteraard ook oorlogen plaats doch moeten we dit oorlogsverhaal zien als een allegorie. De mensheid van toen had grotendeels geen schoolopleiding gehad en was ongeletterd. Wat zij te horen kregen werd voorgelezen of verteld in een vorm die hun geest kon bevatten. Waar het echter werkelijk om gaat is de boodschap van de Gita, de innerlijke strijd van de mens van goed tegen kwaad, zijn zoektocht naar God, de Allerhoogste, de eeuwige Geliefde. Zijn hunkering om de kringloop van geboorte en dood eindelijk te doorbreken en naar zijn ware thuis terug te kunnen keren.
Categorie:Bhagavat Gita Voorwoord
|