Nooit eerder meegemaakt... .
Zaterdagavond. Een intiem, doch gerenommeerd restaurant. Een kleine maar uiterst verfijnde spijskaart en de kers op de taart: een snoepje van een wijnkelder. Grote ronde tafel met uitzicht op de feeëriek verlichte tuin. Drie echtparen, de middelbare leeftijd een poosje voorbij. Zielsverwanten, iets meer dan goeie kennissen zonder daarom echt wat men noemt intieme vrienden te zijn. Gesprekspartners vooral, van de bovenste plank. Kortom een buitenhuisavondje om naar uit te kijken. Doen we dan ook. Tweejaarlijks want overdaad schaadt.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Een minpuntje. Nou ja wat heet een minpuntje. De aanpalende tafel bleek gedekt voor een groot gezelschap. Veertien couverts. Komt het nu door het feit dat ik geen sociaal beest ben, want met zn tweetjes uit eten gaan, hij en ik, blijft voor mij de max. Af en toe met één hooguit twee koppels à la bonheur. Al wat meer is, is voor ons des Gutens zu viel.
De zaalmeester noteerde onze wensen. De aperitieven werden geserveerd en de aanpalende tafel bemand. Keurige mensen, mensen van stand. Vijftig- en zestigplussers. Enkele sjieke krijtstreep maatpakken, de dames overwegend slankmakend zwart, verhullend tot en met. Geen streepje huid, laat staan een zuchtje décolleté. Naar mijn gevoel een tikkeltje teraardebestellingachtig. Wel een fortuin aan nieuw goud. Oogverblindende creaties van topjuweliers.
Dan stak Julien, onze huis-standupper, van wal en toostte op de jarige Veerle. Zoals steeds met brio. Gewoon geniaal die man. Salvos aan woordspelingen, vervlogen herinneringen doorspekt met humor schudde hij zo maar uit de mouw.
Thuis lagen wij normaliter al twintig keer in een deuk. Met Julien is het altijd gieren geblazen. Buitenhuis en vooral in dit soort van etablissement kan dit niet. Temperen dus. Begin er maar aan. Voorwaar geen lachertje, geloof me: mio marito schokte, Veerle ging hinnikend schuil achter haar anti-vapeurwaaier, Juliane wist, zoals steeds, geen weet met haar lachtranen, Georges hield de kaakspieren strak geklemd en knikkebolde richting plafond en ik
ik trachtte wanhopig mijn proesten tegen te gaan achter mijn samengevouwen handen en krachtig op de neusvleugels drukkend. Lukte natuurlijk niet, met als gevolg die ellendige slappe lach, weliswaar gedempt.
Aan de aanpalende tafel werden geen amuses wel champagne en platte oesters gebracht. Iemand tikte tegen een glas. Een magere, lange krijtstreep heer stond recht. Hij kuchte en bleef zeer nadrukkelijk kuchen. Zodanig zelfs dat ik even opkeek en merkte dat hij mij expliciet viseerde en bleef viseren. Wat een arrogantie zeg! En een engerd bovendien: grijsgrauw perkamenten gezicht, een haviksneus zoals je er weinig ziet, flaporen, een kanjer van een adamsappel en puitenogen die mij misprijzend de tuin in boorden. Was mijn slappe lach haast verdwenen, door zon sujet werd hij opnieuw gestimuleerd. En hoe!
En toen, toen gebeurde het. Ook de krijtstreep stak van wal. Met grootse gebaren en krachtige stem: In de naam des Vaders en des zoons en des
.
Het gezelschap vouwde de handen, boog de hoofden, alleen het nieuw goud rinkelde hier en daar en ze dankten voor het dagelijkse brood, voor de zon, voor de regen, voor hun samenzijn, misschien voor de vermindering van CO2 uitstoot,enfin ze dankten voor alles en nog wat. Over de champagne en platte oesters geen gebenedijd woord.
Merkwaardig hoe, op mijn niet te stuiten gegiechel na, het muisstil werd in zaal. Uit respect? Echt niet, met uitzondering van het gezelschap keken alle tafelgenoten elkaar vragend-verwonderd aan. De krijtstreep ging uiteindelijk zitten. Hij overschouwde als een autoritaire generaal, Mussoliniaans de zaal en zag dat het goed was. Zoiets als zijn moment de gloire en of hij genoot!
Weg de warme sfeer. Zelfs Jean-Paul de vakkundig getrainde zaalmeester, wankelde heel even, hernam zich en beval meteen zijn personeel. Discreet zoals steeds doch een tikkeltje té nichterig dit keer. Ik bespaar jullie het relaas van de rest van de avond. Juist, wij hebben het niet aan ons hart laten komen. Integendeel!
Eerlijkheidshalve moet ik toegeven dat diepgelovigen een en ander op ons, atheïsten, voor hebben met hen rituelen, hun gebeden en hun afbeeldingen. In een volgeboekt restaurant vrank en vrij opkomen voor je religie, wel il faut le faire! Goed, wij hebben de rede, doch hoe stel je de ratio ten overstaan van iedereen visueel voor? Met een zotte trien zoals ik, lukt dat niet. Echt niet.
Dit gezegd zijnde, tot de volgende keer bij leven en welzijn..
|