Wellustelingen....
episode...
64... |
Wat ik ook zei, mijn argumenten hielpen niet. Dit stomme interview raakte Marianne nog dieper dan ze wou toegeven. Het bleef eigenlijk ook wat in mij nazinderen, ondanks mijn luchtig afwimpelen. xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Ik kende die rakkers door en door. Was er zelf ook eentje geweest! Wat hing er de volgende dagen nog allemaal boven mijn hoofd? Indien ze weet kregen van Marianne, dan was het hek van de dam en zou er pas gesmuld worden!
Ik betaalde de rekening. Marianne moest naar kantoor. We zwegen in de wagen. Voor ons was zwijgen soms duidelijker dan spreken. Ik verdrong alle narigheden.
Ik wou me nog slechts vastklampen aan de gedachte, dat ik van nu af aan bij mijn vrouw kon zijn als heer des huizes. Dat ik van vandaag en alle volgende dagen, weken, maanden en jaren altijd bij haar zou zijn. Wij reden de parking van Darcy op. Ik had iets met die parking. Ik hield van het oerlelijke graffiti, een prettig decor voor een bekend intermezzo. Ik hoefde er niet op te wachten. Het kwam er meteen: Marianne in haar weelderigste overgave!
Haar zoveelste heruitgave van onze eerste kus. Heel teder, alsof onze lippen mekaar nauwelijks beroerden. Seconden en seconden lang. Dan crescendo tempo. Tot die jubelende explosie van twee brandende monden, twee hongerende tongen, die vochten, sneuvelden en herleefden.
Ons meesterschap bekroond met een voldane en wellustige onderdanigheid. Dankbaarheid. Liefde.
Kun jij kussen! zei ik zachtjes, bewonderend.
Correctie! Kunnen wij kussen, lieverd! verbeterde ze, verleidelijk monkelend, en overompelde me opnieuw.
Dit wordt voor ons beslist nooit een gewoonte, hoe vaak ook, wist ik. Een gewoonte laat immers niet elke keer dat zalig geluksgevoel na.
Vòòr ik naar de villa rijd, ga ik eerst bij mijn ouders langs. t Is al vijf dagen geleden dat ze me gezien hebben. Moeder maakt zich onmiddelllijk zorgen. Trouwens ik wil zelf vertellen wat er gebeurd is, stel dat ze een of andere krant onder ogen krijgen.
Vergeet niet aan de verantwoordelijke te vragen de eerstvolgende dagen alle kranten en magazines ver van je ouders te houden. Geen opgeklopte sensatie voor die oude sukkels. Weet je, lieverd, ik kijk er echt naar uit om over enkele maanden met je ouders kennis te maken. Denk je dat ze me zullen accepteren? Misschien nemen ze het me kwalijk dat
Je kwalijk nemen dat ik van je hou? Jij, mijn bron van geluk! Kindje toch, mijn moeder zal je zo dankbaar zijn. Bij elk afscheid vraagt ze naar jou. Vader blijft in de kamer, maar moeder loopt met mij mee tot aan de wagen. Dan wil ze alles weten. Waar we gegeten hebben. Welke jurken je draagt. Welke bloemen ik je heb gestuurd. Je favoriete crèmekleurige handtas, die heeft zij uitgekozen en de bijhorende zijden foulard. Ze was in alle staten. Gans de Louisalaan hebben we gedaan. Haar benen mochten dan vierentachtig zijn, haar ogen schitterenden als van een twintiger. Je had haar aan het werk moeten zien in die winkel! Zo kieskeurig! Ik heb daar op zn minst anderhalf uur op een stoeltje gezeten en zij maar ratelen over de elegantie van haar knappe schoondochter, over de mode die zij soms zo ordinair vindt. Mijn moeder heeft geen Röntgenogen, maar echografische ogen. Elk deeltje van mij wordt telkens weer gescand, de kleinste storing gededecteerd. Mijn moeder is gewoon fantastisch, Marianne. Ik verlang er zo naar je te kunnen voorstellen. Tot straks, lieveling, werk je niet te pletter. Morgen komt er nog een dag.
Wordt vervolgd
|