Voor optimale groei is het nodig dat gewassen afgewisseld worden. Maar op La Palma is er een monocultuur
van de banaan. Door het herhaaldelijk gebruik van kunstmeststoffen kan dit tot een zure bodem leiden
waardoor de gewasopname van bepaalde voedingsstoffen daalt. De opname van fosfaat en zwavel, nodig
voor het bestrijden van allerlei plagen daalt ook bij een zuurdere bodem. Het nadeel van de monocultuur is
dus de eenzijdige uitputting van de bodemvruchtbaarheid. Daarnaast kunnen zich makkelijker ziekten
ontwikkelen, waardoor er meer beschermingsmiddelen moeten gebruikt worden. Vooral rocas (een soort
aaltjes) die de bananenboomwortels opvreten kunnen een probleem worden dat moeilijk te bestrijden valt.
Dankzij hun karakteristieke lust en ondernemingsgeest hebben de Palmese bananenboeren een rigoureuze
remedie bedacht, namelijk, de bananenstruiken wegvoeren, grond afgraven en of ontsmetten, nieuwe grond
aanvoeren en mengen met organisch materiaal, bananen struikjes planten, bodem bedekken met pinochas
(dennenaalden uit de bossen). En nu +/- anderhalf jaar de planten water geven alvorens de eerst oogst van
de lekkere zoete Canarische banaantjes want voor 1 kilo bananen gebruikt de plant 400 liter water. Een
slimme bananenboer maakt van de nood een deugd en plant aardappelen tussen de rijen bananenboompjes.
Twee vliegen in één klap ;-)
***
En de bananenstruiken groeien
***
groeien...
***
groeien.
***
En groeien
***
Pinochas als bodembedekker.
***
De slimme bananenboer met zijn patatjes ;-)
***
***
***
400 liter water per kilo bananen
***
Een symphonie van water anderhalf jaar lang.
***
***
***
|