De Kunst van het Kijken
iconografie
Zoeken in blog

Mijn Boek
  • De Kunst van het Kijken
    Virtuele Musea
  • Artvee
  • Sixtijnse kapel online
  • Google Arts & Culture
  • Rijksmuseum Amsterdam
  • Musée d'Orsay Parijs
  • Basiliek Santa Maria Maggiore Rome
  • Santiago de Compostela
  • Mauritshuis
  • Brueghel in Kunsthistorisches Museum Wien
  • Rennes-le-Chateau
    Schilderijen
  • Bruegel:Volkstelling te Bethlehem
  • Van Eyck: schilderijen
  • Jeroen Bosch: Tuin der lusten
  • Bruegel: De Verkeerde Wereld (spreekwoorden)
  • Getijdenboek:'Les tres riches heures du Duc de Berry
  • Rembrandt: De Nachtwacht
  • Het verhaal van de Beethovenfries
  • De Leiden Collectie
    Symbolen
  • Symbolen rond bijgeloof
  • Symboliek Ikonen
  • Dodendansen
  • Heiligenkalender
  • Betekenis diverse symbolen
  • Metseltekens, bovenlichten, timpanen...
    20-01-2024
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Judith Leyster: jongen met paling
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Dit is wel een grappig genretafereeltje. Een jongen wil een grap uithalen met een paling bij een meisje. Hij kijkt naar een volwassene of ze dit doorhebben. Intussen ziet hij niet dat het meisje dit ook doorheeft en de staart van de kat vastheeft. Als ze trekt, zal de kat wellicht klauwen op zijn arm. Zelfs de kat heeft door wat er gaat gebeuren.

    Het werk is van Judith Leyster, een leerlinge van Frans Hals. Ze werd dermate populair dat ze als vrouw werd toegelaten tot de schildergilde, wat weinigen konden in die tijd. Ze opende een atelier en huwde een andere schilder Jan Miense Molenaer.
    Momenteel zijn er iets meer dan 40 werken aan haar toegeschreven. Sommige werken die aan Frans Hals toegeschreven, blijken haar hand te hebben. Ook eens ze getrouwd was, waren werken gesigneerd met 'molenaer', zodat het moeilijk uit te maken is wat precies van haar is.
    De aan haar toegeschreven werken zijn vooral genretaferelen. Vaak zie je huiselijke taferelen met lachende mensen en is de erotische dubbele bodem ietwat achterwege gelaten. Hoewel bij dit werkje de ondertoon is, dat de jongen haar doet schrikken met zijn paling en zij hem zal doen schrikken met haar poesje...




    Reacties (0)
    19-01-2024
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Albert Herter: De tuin der Hesperiden
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Pure romantiek, dit schilderij. Het lijkt wel een foto van David Hamilton. Maar wat stelt het voor.
    Hesperiden waren drie nimfen die de boom met gouden appels moesten bewaken. Wie van de appels at, bekwam onsterfelijkheid. De nimfen werden bijgestaan door een honderdkoppige slang Ladon. Het spreekt voor zich dat Zeus, de oppergod, niet wou dat iemand van de appels at. Je merkt meteen dus het gelijklopend verhaal met Adam en Eva. Om de boom te zien hoef je echt niet zover te lopen:

    de preekstoel in de St Baafskathedraal te Gent! Hij werd gemaakt door beeldhouwer Laurent Delvaux. Opmerkelijk voor een preekstoel dat hij niet de christelijke symboliek centraal stelt. Onderaan de preekstoel staat bijvoorbeeld een beeld van een oude man die Kronos voorstelt. De dame stelt Waarheid voor en ze toont hem de bijbel. Kronos schrikt wanneer hij de sluier afneemt en de bijbel ziet. Heel dubbelzinnig dus... (Delvaux maakte voordien versieringen aan het paleis van Karel van Lotharingen die een volbloed rozenkruiser was)
    Nog dubbelzinniger is het boven de preekstoel: de boom met de gouden appels. Daarin zit een slang met een appel in de muil, die een engel in de hand heeft. Je kan niet uitmaken of de engel de appel in de muil steekt of hem uit de muil trekt... En onderaan de boom aan de achterzijde zit een salamander. Een alchemistisch symbool voor onsterfelijkheid of de steen der wijzen.

    En als je toch in de kathedraal bent, kijk eens omhoog. Op de bakstenen muur staan metseltekens. In de middeleeuwen had men de gewoonte om met bakstenen van een andere kleur (misbaksels) figuren te maken. Dit waren heidense tekens die veelal stonden voor afweer van boze geesten, voor vruchtbaarheid,... Halverwege de 16de eeuw verbood de kerk dergelijke tekens op kerken. De enige kerk met die tekens binnenin de kerk is de St Baafskathedraal.

    En ook op deze plaats vond in 1559 het laatste kapittel plaats van de Orde van het Gulden Vlies. De wapenschilden hangen er nog. Voordien hadden vliesridders kiesrecht op zo'n kapittel en konden ze enkel door de orde veroordeeld worden. Filips II, die de orde toen voorzat, had net voordien de vliesridder Egmont laten onthoofden zonder beslissing van de orde. Hij verwachtte tegenstand en daarom kregen de vliesridders vanaf dan geen kiesrecht meer, dus waren kapittels overbodig.

    Of ga je in de crypte, dan vind je er een resterend stuk steen van het graf van Michelle van Valois, de eerste vrouw van Filips de Goede. Ze werd vermoedelijk vergiftigd nadat haar broer de vader van Filips de Goede had vermoord.
    En uiteraard moet je het Lam Gods zien...




    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Edgar Degas: De balletklas
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Degas zal wellicht steeds herinnerd blijven aan zijn ballerina’s. Hij maakte in totaal ongeveer 1500 tekeningen en schilderijen met dit thema. Maar wie waren die ballerina’s eigenlijk?
    Ballet is in Frankrijk van in het begin steeds een onderdeel van de opera geweest. De zonnekoning, Lodewijk XIV, danste trouwens zelf bij voorstellingen (een aanrader hieromtrent is de film ‘Le Roi danse). Na 1800 ontstaat de romantische opera, maar nog steeds maakt de dans in Frankrijk deel uit van de opera. De jonge danseresjes, ‘petit rats’ genoemd, waren veelal van gewone komaf en hoopten op een beroemde carrière. In die eeuw ontstonden ook de cabarets en naar analogie werd ook daar gedanst, weliswaar in een erotisch sfeertje. Sommige meisjes vonden dus hun weg naar de cabarets als ze geen baan hadden in de opera.
    Voor de meisjes speelde nog een ander aspect mee: het maken van sociale contacten met de hogere klasse. Zo was er in het operagebouw, het Paleis Garnier, achter het toneel een luxueuze ruimte waar de danseressen zich opwarmden, maar die ook dienst deed als soort mannenclub. Daar legden rijke heren contact met meisjes, waarbij hen veelal een mooie toekomst werd voorspeld, uiteraard in dienst als maîtresse of als ordinair prostituee.
    Het is dan ook in dat kader dat Degas schildert. Degas tekent niet de balletopvoeringen op scène. Hij heeft in essentie zelfs weinig interesse in de balletkunst. Degas (die eigenlijk de Gas heette) was een misantroop, keek neer op de kunst van anderen en was een notoir vrouwenhater. Inspireerden de ballerina's hem door het onbereikbare? Het pure? (inzijn jeugd had hij syfilis opgelopen). Degas had dus weinig of geen vrienden en zijn grote bekendheid kwam er pas na een tentoonstelling dat een schandaal veroorzaakte.
    In 1880 maakte Degas een wassen beeld van een 14-jarig danseresje met mensenhaar en balletjurkje. Degas had het beeld tentoongesteld in een glazen kooi, iets wat men toen louter deed voor opgezette dieren. Ook had ze een plat voorhoofd en bijna dierlijk uiterlijk. Het beeld kreeg zoveel kritiek, dat het maar bij één expositie bleef. Het meisje dat geposeerd had was de Brusselse Marie van Goethem. Marie was  na de dood van haar vader samen haar moeder en zus naar Parijs afgezakt, in de hoop van een grote carrière. Ze woonden in de Rue Notre dame de Lorette in Parijs, op een boogscheut van het atelier van Degas. De twee zussen studeerden ballet aan de opera waar ze Degas zullen leren kennen hebben. De moeder liet de dochters ook wel contacten leggen met mannen voor geld. Marie was al in aanraking gekomen met de politie voor gauwdiefstal en besloot te poseren, iets waar ze normaal ongeveer 8 francs voor kregen bij Degas. Door het schandaal werd ze aan de opera ontslagen en kwam ze vermoedelijk in de prostitutie terecht. Over haar verdere leven is niks geweten. Haar zus werd later een beroemde balletlerares aan de opera.
    Marie is op dit werk het meisje met de gele strik. Nog een klein detail: rechtsonder staat een gieter. Die werd nu en dan gebruikt om de parketvloer te bevochtigen, zodat er minder kans op uitglijden was. Voor Degas was het een soort spotobject. Hij vergeleek het met de ballerina met opgetrokken been. Zoveel respect had hij dus...




    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Oskar Kokoschka: De bruid van de wind
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Hoe bezeten een man kan zijn van een vrouw...

    Haar naam was Alma Schindler. Zij was begin 20ste eeuw dé femme fatale in Wenen. Ze was heel intelligent, artistiek aangelegd, bloedmooi en een uitstraling waar elke man voor viel. Onnodig te zeggen dat, wanneer haar echtgenoot, de componist Gustav Mahler overleed in 1911, zij op slag loslopend wild was. En zij hield evenzeer van die mannelijke aandacht. Romances met neuroloog Fraenkel, bioloog Kammerer, architect Gropius, componist Schreker en... de dan 25 jarige Oskar Kokoschka.
    Hij was bezeten haar. Hun relatie zou zich afspelen tussen 1912 en 1914 waarin hij enkel nog portretten van zijn geliefde kon schilderen.
    Op een moment dacht hij aan trouwen, maar ze wou dat hij eerst een meesterwerk zou maken, een soort verlovingsschilderij. Het is dit schilderij: 'Die Windsbraut'. Kokoschka nam als doek precies de afmetingen van hun bed (180x220) en maakte het portret van hem en Alma, waarbij ze innig tegen hem aanlag. Zijn ultieme liefdesportret. De titel hebben we te danken aan de dichter Georg Trakl, die de schilder bezocht in zijn atelier terwijl hij eraan werkte. Hij schreef nadien hierover: 'Zo'n vluchtige bruid kan je niet huwen. Die kan je alleen maar schilderen'.

    En zo was het ook. Alma werd zwanger, liet het kind aborteren en maakte een eind aan de relatie om nadien te huwen met Walter Gropius.
    Kokoschka zocht toevlucht in het leger en werd zelfs gewond in de Eerste Wereldoorlog. Maar zijn obsessie voor Alma bleef bestaan. Hij maakte in 1919 zelfs een levensgrote pop die op Alma geleek. Het zou duren tot 1934, tot hij zijn latere vrouw zou ontmoeten: de 19 jarige Olda Palkovska (hij was dan 48). Alma stierf in 1964, Kokoschka in 1980 en Olda in 2004. Hilde Berger schreef een boek 'de waanzinnige liefde' over de relatie Kokoschka en Alma.




    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lieven van Lathem: St Joris en de draak
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Als we spreken van Vlaamse primitieven denken we natuurlijk aan Van der Weyden, Memling, Van Eyck,... Vele andere zijn echter bij de grote massa vergeten, omdat ze niet meteen schilderijen maakten maar illustraties in boeken: het verluchten. Alle grote schilders waren ook verluchters van getijdenboeken.
    Zo'n vergeten schilder is de Gentenaar Lieven van Lathem (1430-1493), niettegenstaande hij ook in dienst geweest was bij Filips de Goede, Karel de Stoute en nadien bij Maximiliaan I.
    Een ander aspect is dat wij de schilders vandaag zien als de grote kunstenaars. Hoe ervaarden mensen hen in die tijd? Men zal hen wel gezien hebben als grote ambachtsmannen die in hun atelier werk verschaften. Maar sommigen werden toch anders bekeken. Neem bvb. Van Eyck. Hij moest een periode zijn huis ontvluchten in Brugge tijdens opstanden van het volk. Hij werd dus eerder als een soort collaborateur beschouwd.

    Over dit werk: het is een pagina uit het getijdenboek van Karel de Stoute. Het thema was 'St Joris en de draak', een heel geliefd thema in de middeleeuwen die het ridderideaal idealiseerden. Maar wie was St Joris?
    De oudste geschreven bron van de legende dateert van 1260. Er zijn geen historische bronnen van het verhaal en vandaag neemt men aan dat Joris van Cappacedonië nooit bestaan heeft.
    De legende vertelt het verhaal van de stad Silena in Libië die werd getiranniseerd door een draak. De stad moest de draak dagelijks twee schapen brengen zodat hij de stad niet zou aanvallen. Nadat alle schapen gedood waren, eiste de draak mensenoffers. Op een bepaald moment viel het lot op de dochter van de koning. Zij ging in bruidskleren de draak tegemoet, en dus ook haar dood. Maar Sint Joris viel de draak met een lans aan en verwondde het dier. Samen keerden ze terug naar de stad, de prinses met de draak aan een leiband. St. Joris beloofde de draak te doden als iedereen zich in de stad liet dopen. Iedereen ging akkoord waarop St. Joris de draak doodde.

    Legenden zijn beeldspraak. Men wou met het verhaal een moraal weergeven. En wat men met het verhaal wou duidelijk maken, is dat doordat men zich liet dopen, en dus christen werd, men aanvaardde dat de vrouw voortaan de man moet gehoorzamen in een huwelijk en door de Kerk een onderdanige rol krijgt toebedeeld. De draak in het verhaal stelt de negatieve karaktereigenschappen voor die een vrouw kan hebben. En deze worden aan banden gelegd. ‘Een draak van een vrouw’ sloeg vroeger op een lelijke vrouw qua karakter, niet op het uiterlijk zoals vandaag. 




    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Francisco Goya: De Tijd
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    De Spaanse schilder Goya maakte dit werk rond 1810-1812 terwijl Spanje onder Napoleontische bezetting was. Het wordt ook wel 'De oude vrouwen' genoemd.
    We zien twee afgrijselijk lelijke oude dames naast elkaar zitten. De dame in wit kleed bekijkt haar gezicht in een spiegeltje, terwijl de ander meekijkt en zich deels verbergt achter een boek met de titel 'Que Tal?' (Hoe gaat het?). Achter hen een gevleugelde oude man die Kronos (tijd) voorstelt. Normaal wordt hij met een zeis afgebeeld (de dood), maar hier heeft hij een bezem in de handen, klaar om hun kop in te slaan.

    Eigenlijk is het thema van het schilderij een 'vanitas', over de vergankelijkheid van het leven. Maar Goya stak er verwijzingen in die de mensen in die tijd maar al te goed herkenden.
    De dame in het wit kleed was de voormalige koningin Maria Louisa, echtgenoot van koning Karel IV van Spanje. Toen Napoleon de macht overnam, gingen ze in ballingschap (Goya was bij hen hofschilder en zou dat na Napoleon terug worden). De dame naast haar is haar dienstmeid. Het kleine detail was het pijltje in het haar van de koningin. Goya had haar op andere portretten ook afgebeeld met dit juweeltje.
    Zo combineerde Goya diverse betekenissen in één werk: een portret, een vanitas en een symbolische weergave dat het Ancien Régime de kop wordt ingeslagen. Of Maria Louisa blij was met haar portret is niet gekend....




    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Arnold Böcklin: Het sermoen van de H. Antonius
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Hoe schilders componisten kunnen inspireren....

    Gustav Mahler moet uitermate geïntrigeerd zijn door de werken van Böcklin. Zo had Böcklin in 1872 een zelfportret gemaakt met een vioolspelende dood. In 1899 liet Mahler zich hierdoor inspireren in het tweede deel van zijn vierde symfonie, het deel gekend als 'totendanz'. De viool is één toon hoger gestemd dan het orkest. De viool bij Böcklin heeft één snaar.
    Een ander werk van Mahler is op dit schilderij gebaseerd van de predikende St Antonius. De legende gaat dat St. Antonius van Padua afzakte naar de streek van Rimini om te preken en de ketters te bekeren. Maar niemand luisterde naar hem. St. Antonius ging dan naar de kust en predikte tot de vissen, waarop deze kwamen luisteren en veel vissers het wonder kwamen bekijken en meeluisterden. Zo lieten de inwoners van Rimii zich overhalen en werden ze bekeerd.
    Böcklin schilderde dit tafereel: een grote vis luistert, maar aan zijn uitdrukking te zien, begrijpt hij er niet veel van. Andere vissen steken hooguit hun kop uit het water. Op het onderste paneeltje zien we in een duistere omgeving onder water hoe vraatzuchtige vissen andere kleine vissen opeten.
    Dit schilderij was de inspiratie voor Mahler voor het lied 'Antonius fishpredikt' uit zijn liederbundel 'Des Knaben Wunderhorn'. In die tekst wordt gezongen hoe de vissen samenstromen om de H. Antonius te horen, maar eens ze de preek gehoord hebben, gaat hun leven zoals voorheen verder. De tekst:

    Antonius die wil preken
    vindt een lege kerk!
    Hij gaat naar de rivier
    en preekt voor de vissen!
    Zij slaan met hun staarten!
    Zij glimmen in het zonlicht, zij glimmen!

    De karpers en de roggen
    zijn alle aan komen zwemmen;
    zij hebben hun bek open gesperd,
    vastbesloten te luisteren!
    Nooit is een preek
    vissen zo goed bevallen!

    Snoeken met spitse snuiten,
    die voortdurend vechten
    kwamen haastig nabij gezwommen,
    om de vrome woorden te horen!
    Ook die fantasten
    die altijd maar vasten:
    ik bedoel de stokvissen,
    zijn voor de preek verschenen!
    Nooit is een preek
    een stokvis zo goed bevallen!

    Vette paling en steur,
    waar rijken van smullen,
    hebben zich verwaardigd
    de preek aan te horen!
    Ook kreeften, schildpadden,
    die zich anders langzaam bewegen,
    komen ijlings van de bodem omhoog,
    om naar deze mond te luisteren!
    Nooit is een preek 
    kreeften zo goed bevallen! 

    Grote vissen, kleine vissen!
    Voorname en gewone!
    hebben de kop geheven
    als redelijke wezens!
    Om uit godsverlangen
    de preek aan te horen!

    Als de preek is geëindigd,
    wenden alle zich af!
    De snoeken blijven dieven,
    de palingen grote minnaars,
    de preek is hun bevallen,
    maar zij blijven zoals zij waren!

    De kreeften keren terug;
    de stokvissen blijven vet;
    de karpers vreten veel,
    zijn de preek vergeten!
    De preek is hun bevallen,
    maar zij blijven wie zij waren!




    Reacties (1)
    18-01-2024
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Sandro Botticelli: De geboorte van Venus
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Ik had het enkele artikels terug over de testikels van Ouranos die in zee werden geworpen. Wel, hier is het vervolgverhaal...
    Uit de schuimende zee, op een schelp, kwam met de westenwind Zephyros aan land: Aphrodite, of in de latere Romeinse versie: Venus.
    Dat is wat Botticelli hier schilderde. Venus voldoet aan de toenmalige schoonheidsidealen: lang Venetiaans blond haar, blanke huid, niet te mager. De schelp symboliseert de vagina (daarom noemen we ook een oester een aphro-disiacum). De titel die er aan gegeven werd is wat onhandig. Het is geen geboorte maar een aankomst. De naam Aphrodite komt van Aphros, wat schuim betekent of: Uit het schuim der zee ontstaan. Een andere titel is de 'Venus Anadyomene' of: zij die oprijst uit de zee.

    Waarom moet ik steeds denken aan de dichter Arthur Rimbaud als ik het schilderij zie... Als 16-jarige moet hij een volwassen vrouw zien staan hebben in een schuimende badkuip, waarop hij dit prachtig gedicht schreef:

    Venus Anadyomene

    Als uit een groene blikken kist, een hoofd
    Een vrouwenhoofd met bruin haar, zwaar geverfd
    Uit een oude badkuip komt, langzaam en onnozel,
    Met tekorten die nogal slecht gerepareerd zijn;

    Dan de dikke en grijze kraag, de brede schouderbladen
    Die uitsteken; de korte achterkant die in en uit gaat;
    Dan lijkt de rondheid van de lendenen op te stijgen;
    Het vet onder de huid verschijnt in platte vellen;

    De rug is een beetje rood, en het hele ding ruikt
    Verschrikkelijke vreemdheid; men merkt vooral
    Bijzonderheden die je met een vergrootglas moet zien…

    In de nieren staan twee woorden gegraveerd: Clara Venus ;
    - En dit hele lichaam beweegt en strekt zijn brede romp
    Afschuwelijk mooi met een zweer in de anus.




    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Constant Permeke: Liggende boer
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een iconisch werk van Constant Permeke uit 1928.
    Bij dit werk gaat het niet alleen om wat de kunstenaar maakte, maar ook waarmee hij het maakte. Een houtskooltekening op bruin papier. De goedkoopste middelen. Ze waren even veelzeggend als het werk zelf. En het werk zelf sublimeert die eenvoud van het materiaal. Enkele trekken volstaan om een natuurmens af te beelden, met handen als koolschoppen. Hij straalt kracht en lompheid uit, maar tevens oprechtheid en eerlijkheid in al zijn eenvoud. Dat is het geniale aan het werk.

    Waar is die boer vandaag nog te zien? Hij is een bedrijfsleider geworden die zijn machines moet kennen en weet om zijn mannetje te staan op de financiële markt, niet de dorpsmarkt. Hij is anders geworden, alleen is hij nog evenveel aan het wroeten in de aarde om de kop boven water te houden.
    Is het dan een gedateerd kunstwerk? Het is te zien hoe je het bekijkt.
    Als ik het werk zie in het MSK in Gent, moet ik onwillekeurig denken aan de hedendaagse woke hysterie. Bij mij komt de vraag steeds op: Is dit de man die verantwoordelijk wordt gehouden voor ons koloniaal verleden? Is dit de  witte man waar wij ons vandaag, volgens wokies, voor moeten schamen omdat hij in een koloniale tijd leefde? Die man had wellicht, net als mijn grootouders, nooit een neger van dichtbij gezien, zoals ze die toen noemden en ook mochten noemen.
    Die man op die houtskooltekening was het prototype van het overgrote deel van onze Vlaamse grootvaders, die vandaag beschimpt worden als foute witte mensen van toen. Zelfs hun nakomelingen worden per definitie als verdacht bestempeld.
    En hoe moedig ze dan ook zijn om beelden van Leopold II te bekladden, zo hypocriet zijn ze om met de Venetiaanse gaanderijen in Oostende totaal geen probleem te hebben (Ook al waren ze speciaal voor hem en zijn minnaresje gemaakt, met geheime tunnel naar haar appartement). Niet met het immense Laken noch de vele gebouwen die in Brussel met zijn geld zijn neergepoot. Zo relatief en selectief zijn ze dus.
    Het gaat hen niet om Leopold II, het gaat in essentie om die witte man. Die witte liggende boer op bruin goedkoop papier. Had Permeke het geweten, hij had er steevast de zin bijgeschreven: 'Ceci n'est pas un homme blanc!'




    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mikalojus Konstantinas Čiurlionis: Miske (in het woud)
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    De Litouwer Čiurlionis (1875-1911) was een opmerkelijk kunstenaar. Hij was wat wij vandaag noemen, een synestheet. Iemand die zintuigelijke waarnemingen ervaart in andere waarnemingen.
    Simpel gezegd: als je op reis gaat naar een stad die je nog niet bezocht en je doet een nieuw parfum op. Nadien gebruik je het parfum niet meer. Als je een jaar later opnieuw dat parfum ruikt, denk je aan die stad.
    Čiurlionis had zoiets met klanken en kleuren, maar dan in een sterkere vorm. Bij elke klank hoorde een kleur.
    In zijn korte leven van 35 jaar maakte hij ongeveer 300 schilderijen met bijhorende muziek. Zo hoorde hij de muziek in zijn schilderij en zo zag hij zijn schilderij in zijn muziek. Hij schreef veel pianomuziek, suites en andere orkestmuziek.
    Vandaag wordt hij in Litouwen beschouwd als de grootste nationale componist, hoewel Litouwen tijdens zijn leven nog niet bestond. Litouwen was toen een deel van Rusland. Bij ons is hij minder gekend. Spijtig eigenlijk, want zijn muziek kan gerust staan naast de Peer Gynt van Grieg of De Moldau van Smetana.
    De muziek bij dit schilderij kan je HIER horen.
    Een collectie van 165 schilderijen vind je HIER.




    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.P.P. Rubens: Saturnus verslindt een zoon
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gruwelijk mooi schilderij van Rubens dat in het Prado museum in Madrid hangt.

    Het mythologisch verhaal stamt van de Oude Grieken, waar hij Kronos (tijd) heette. Hij was de zoon van de god Ouranos (hemel) en Gaia (modergodin aarde). Ouranos wierp telkens zijn kinderen terug naar beneden op aarde, omdat hij jaloers was op hen. Gaia spoorde haar zoon Kronos aan om hem te doden. Kronos hakte Ouranos in stukken met een sikkel en wierp de testikels in zee. (hieruit zou later Venus ontstaan).
    Ouranis had Kronos echter verwittigd dat later zijn zonen ook zijn macht zouden willen overnemen. Toen Kronos huwde met zijn zus Rheia, at Kronos de kinderen op uit schrikt dat ze de macht zouden overnemen. Uiteindelijk, toen Rheia op een keer terug zwanger was, verborg ze zich om te bevallen en dit zou Zeus worden. Tot daar het verhaal, want het gaat natuurlijk verder.

    Symbolisch gaat het verhaal erover dat je met ouder worden (tijd=Kronos) wordt opgevolgd door een nieuwe generatie.

    Wat Rubens dus schilderde was één van die scènes dat Kronos een kind verslond. In zijn andere hand heeft hij een zeis. Er hangt een dreigende nachtelijke lucht met aan de hemel drie sterren. De grote ster is Saturnus (of de Griekse Kronos). De twee kleine sterren daarbij ontleende Rubens aan de bevindingen van Gallileo uit die tijd. Die had vastgesteld dat bij Saturnus twee sterren schenen. Later, met betere telescopen, bleken dat de gekende ringen rond Saturnus.

    Saturnus was het equivalent voor de vroegere Kronos. In Rome werd die op 17 december gevierd met de Saturnaliën. Het was een vrije dag die begon met baden, daarna offers in de tempel en nadien waren uitgebreide banketten en vrijpartijen. Eigenlijk vierde men het einde van een landbouwjaar (Saturnus was god van de landbouw). Blijkbaar waren de feestelijkheden dermate groots dat de term 'saturnaliën' vandaag nog het synoniem zijn voor een orgie.




    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Antoine Wiertz: De overhaaste begrafenis
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Voor lugubere schilderijen moet je in de Vautierstraat 62 in Brussel zijn: het Wiertz Museum. Wiertz(1806-1865) maakte aanvankelijk veel historiestukken en monumentale werken in de stijl van Rubens. Hij kon de prille Belgische regering zover krijgen dat ze een atelier bekostigden in Brussel. Wiertz was geobsedeerd door thema's van leven en dood. Hij was een grote fan van de Engelse thrillerschrijver Edgar Allen Poe. En dit werk is gebaseerd op zijn boek: 'The Premature Burial'. Het werk van Wiertz is 1,6 op 2,3m, wat voor zijn normen nog een bescheiden schilderijtje is.
    Het idee op zich om levend begraven te worden is al heel luguber. Stel dat je wakker wordt in een doodskist! Het speelde bij veel mensen door het hoofd in de vorige eeuwen. Hoewel er geen aanwijzingen zijn dat zoiets vaak voor kwam (het kwam wel enkele malen voor in de geschiedenis) was het een hartnekkige mythe. Geneeskunde als wetenschap zoals vandaag stond in de 18de en begin 19de eeuw nog in haar kinderschoenen. Die is pas écht doorgebroken met de Verlichting.
    De mythe om levend begraven te worden was ook deels te danken aan de middeleeuwen, daar dit de doodstraf voor vrouwen was. Terwijl de beul de put maakte, had de veroordeelde recht op een kruik brandewijn. Daarna werd de put van voeten naar hoofd gevuld. De beul was wel gehouen om de aarde goed aan te stampen om een snelle dood te veroorzaken.
    Hoe dan ook, het idee speelde dus. Zo is er op het Geuzenkerkhof in Gent nog een graf met een roepbuis. Tot vandaag is er nog niets gehoord. En op het Campo Santo is er het graf van Georges Martens-Soutteau. Die had een heilige schrik om levend begraven te worden en vandaar is er een kijkgat voorzien. Ook nam hij een abonnement op de krant voor na zijn dood, zodat elke dag de krantenjongen die kon bezorgen en intussen eens kon kijken of er niets bewoog....




    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Frans Hals: De heks van Haarlem
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Dit werkje van Frans Hals kreeg mettertijd een bijzondere geschiedenis. 'De heks van Haarlem' staat ook bekend als 'Malle Babbe', en die naam kennen we vooral van het liedje van Rob De Nijs.
    Eigenlijk is het werkje een kroegscène van een oude drinkende vrouw. Men vermoedt dat de uil op haar schouder nadien is bijgeschilderd om te verwijzen naar he toenmalig gezegde: 'zo beschonken als een uil'.
    Maar die 'Malle Babbe' bestond toen echt. Barbara Claes was haar echte naam en ze leefde in Haarlem waar ze een kleurrijk figuur moet zijn geweest. Ze had een verstandelijke beperking en groeistoornissen, wat maakte dat je in die tijd aan de rand van de maatschappij leefde, met de nodige herbergbezoeken. Ze werd in 1646 opgenomen in een tehuis en zou uiteindelijk in 1663 sterven.

    Maar waarom zingt Rob De Nijs dan van: 'lekker dier van plezier'? Ze lijkt nu niet meteen een wulpse verschijning! De reden daarvoor is dat Lennaert Nijgh, de tekstschrijver van het liedje, zich had geïnspireerd op een verkeerd schilderij van Frans hals, namelijk: het zigeunermeisje. En die ziet er inderdaad al wat wulpser uit!
    Van de 'Malle Babbe' van Frans Hals werd in 1869 trouwens een kopie gemaakt door Gustav Courbet.




    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Caravaggio: Medusa
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Caravaggio kreeg de opdracht voor het werk van kardinaal Del Monte. Hij wou het werk schenken aan de nieuwe groothertog van Toscane, Fredinando I de Medici in 1601. Het werk op doek is aangebracht op een houten schild en het groeide in die tijd uit tot het symbool van de macht van de Medici's. Waarom een schild?
    Daarvoor moet je terug naar de Griekse legende: Medusa was een beeldschone vrouw die verlaten leefde waar de zon nooit scheen. Ze vroeg de godin Athena om te mogen wonen in een zonnig oord. Maar Athena was bang dat iedereen haar zou bewonderen in plaats van haarzelf. Athena liet de haren van Medusa veranderen in slangen en al wie in haar ogen keek versteende. Uiteindelijk zou ze toch op aandringen van Athena onthoofd worden met een zwaard. Op het laatste moment voor de genadeslag, zag Medusa tot haar ontzetting in de weerspiegeling van het schild, haar eigen beeltenis. 
    Het was dus die laatste blik die Caravaggio weergaf op het schild.

    En nu we het toch over Oude Grieken hebben: een misvatting die we vandaag nog hebben: hun witmarmeren beelden. In de Griekse tijd waren die beschilderd. Athene moest dus een kleurrijke stad geweest zijn. Toen men eeuwen later in de Renaissance beelden opgraafde, waren die natuurlijk allemaal ontdaan van de verf. De verf was intussen allang afgebladderd. Daardoor waren de beelden in de Renaissance in onbeschilderd in witmarmer. En dat maakt dat wij tot vandaag wit marmeren beelden maken en die niet beschilderen.
    Hetzelfde heb je met cowboys: door de spaghetti westerns hebben wij het beeld van een cowboy met een cowboyhoed. Die werd maar rond 1850 ontworpen door Stettson. Cowboys droegen rond 1750-1800 bolhoeden. De reden hiervoor was dat ze minder snel afvielen als ze door struikgewas reden op het paard. De traditionele hoed was de buishoed, maar door de ronde vorm van de bolhoed bleef hij op het hoofd.




    Reacties (0)
    17-01-2024
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jeroen Bosch: Tuin der lusten
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Dit is een fragment uit 'De Hel' uit het drieluik 'tuin der lusten' van Jeroen Bosch.
    Muziekinstrumenten waren lange tijd uit den boze in de kerk. De voorgeschreven muziek was het gregoriaans, dat vastgelegd was door Paus Gregorius I. Al vlug week men op alle manieren af van dit gregoriaans en zo ontwikkelde zich de polyfonie of meerstemmigheid, waar de Vlamingen in uitblonken in de middeleeuwen. Gregoriaans was éénstemmig en door mannen gezongen. Vrouwen mochten lange tijd niet zingen in de kerk. En lange tijd was het orgel het enige instrument, maar dan louter bedoeld om de maat aan te geven.
    Evident dus dat er in de hel wél muziek gespeeld wordt!

    We zien op het fragment een enorme luit en harp, met daaronder iemand verpletterd. Op de kont staan muzieknoten. Links is men aan het dansen. Enkele mannetjes zitten rond een zwarte duivel die er katachtig uit ziet.
    En nu we het er over hebben: een zwarte kat...een bijgeloof dat we te danken hebben aan jawel, de Kerk. In 1233 verordende Paus Gregorius IX zijn 'Vox in Rama', een oproep om het ketters geloof van Luciferianisme te bestrijden. En een bondgenoot van hen was de zwarte kat volgens de paus. De daaropvolgende decennia zouden miljoenen katten gedood worden in Europa. Het bijgeloof bestaat vandaag nog.
    Soit, ik wou het dus hebben over die kontmuziek van Bosch. HIER kan je hem beluisteren




    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Edouard Manet: Stilleven met asperges
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Tijd voor een anekdote in de schilderkunst...

    Manet kreeg in 1880 opdracht om een stilleven te maken van asperges. Opdrachtgever was Charles Ephrussi, een telg van een rijke joodse bankiersfamilie. Hij verbleef in Parijs en was in de ban geraakt van de impressionisten. Charles bood aan Manet 800 francs om het werk te maken. Manet stemde toe, maakte het schilderij en stuurde het aan de opdrachtgever. Wat later kreeg Manet 1000 francs toegestuurd met een brief van de opdrachtgever waaruit bleek dat hij zo verrukt was van het resultaat.
    Manet was vereerd door de gulle mecenas en stuurde een briefje terug met als antwoord: 'Er ontbrak nog eentje aan je bos', waarbij hij een tweede werkje meestuurde met de resterende asperge.... HIER zie je ze.




    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.René Magritte: La Trahison des images
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Het verraad van beelden. Wellicht het beroemdste werk van de surrealistische schilder Magritte.
    Magritte doet mensen nadenken met zijn werken. Soms krijg je hints, soms niet. En soms ligt de betekenis zo voor de hand, dat je ze niet ziet. Dat is het geval bij dit werk.

    'Ceci n'est pas une pipe'....'Tuurlijk is het geen pijp,  het is een afbeelding van een pijp' zegt men dan. Maar men zegt het alleen maar omdat de zin erbij staat. Anders zou elkeen zeggen dat het een pijp was.
    Wat was de essentie ervan? Simpelweg dat we échte werkelijkheid niet kunnen bevatten. We zien dingen met onze ogen die de signalen doorsturen naar de hersenen waar het beeld wordt gevormd. Het uiteindelijke beeld is een persoonlijk beeld, niet het werkelijke beeld. Het hangt al af van onze ogen, maar ook hoe we tegen dingen aankijken, bepaald door onderwijs, opvoeding, karakter,... We zien steeds een gekleurde vervormde afbeelding.
    Dat is ook het foutieve aan de uitspraak 'kijk eens in de spiegel'. Je ziet jezelf altijd beter dan dat je bent. Dat moet ook, want als we al onze tekortkomingen naar waarheid moesten onder ogen zien, worden we depressief. Niemand zet van zichzelf dat hij een slechte chauffeur is. Niemand zegt van zichzelf dat hij lelijk is...tenzij hij dermate depressief zou zijn. Depressieve mensen leunen ook veel dichter aan bij de werkelijkheid en de rauwe waarheid. 
    Elk ziet dus de werkelijkheid waarin we leven anders. En dit wordt in deze individualistische wereld nog meer benadrukt. Elk moet een mening hebben omdat elk een andere visie heeft. En eigenaardig, maar net degene die meer inlevingsvermogen in de ander heeft en de visie van een ander probeert te begrijpen, ziet nadien ook zijn eigen visie veranderd, doordat je anders denkt en nieuwe ervaringen hebt. De  échte overanderde werkelijkheid die je ziet, zie jij steeds anders. Neem bijvoorbeeld het leven: Je ziet een mensenleven als jongere totaal anders dan ee nvolwassene of een ouder iemand. Net als een toneelstuk waarin we acteren, waarvan het decor steeds van verandert en waar zelfs de spelers en jijzelf continu veranderen. En misschien is de werkelijk dan simpelweg: het niets....
    Wat je al niet kan filosoferen bij eennwerk van Magritte....




    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Handgebaren
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Veel handgebaren op schilderijen ontlenen we aan de ikonen. Die gebaren merk je vandaag vaak bij heiligenbeelden maar worden ook vaak uitgebeeld door de priester tijdens de mis. Enkele veel voorkomende gebaren:


    1: tweevingerkruis : was een Byzantijns zegegebaar dat rond 1000 n Chr in Rusland werd overgenomen. De twee vingers verwijzen naar de dubbele natuur van Jezus: menselijk en goddelijk. Op schilderijen zie je vaak het kind Jezus dit gebaar maken. Het beeldt de initialen uit van I C – Iesos Christos

    2:vijfvingerkruis: duim ringvinger en pink verwijzen naar de drievuldigheid, wijs en middelvinger naar de dubbele natuur van Jezus.

    3: drievingerkruis

    4: voorbedegebaar: de uitgebeelde vraagt Christus om vergeving van de zonden der mensheid

    5: orante houding: stamt uit de voorchristelijke tijd en ontleend uit een Joods gebaar. Betekent toewijding.

    6: treurend gebaar: hoofd in de rechterhand gelegd en vaak ondersteund door linker.




    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.WillemD : Jeanne d'Arc
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Tussendoor een eigen werk (foto) uit 2008. We zien een dijbeen van een vrouw met jarretelles, die een zweep in de hand houdt. Ze staat in het west van een kathedraal. De foto biedt zicht op de middengang die leidt naar het altaar.
    De symboliek in de foto zit hem vooreerst in de locatie: de kathedraal van Rouen in Frankrijk. De plaats waar Jeanne d’Arc op de brandstapel belandde. Eigenlijk was haar proces heel politiek geladen, waarbij de Kerk uiteindelijk de knoop doorhakte door haar als heks te verklaren en op de brandstapel te zetten. De drogreden hierbij was dat ze in mannenkleren was gekleed. Kleren die ze trouwens in de gevangenis had gekregen voor haar proces omdat ze naakt was opgesloten. Vandaar het vrouwelijk getint dijbeen.
    De foto straalt rekenschap uit. Rekenschap aan God voor wat haar is aangedaan, maar ook om haar vrouw-zijn. Indirect is het een verwijzing naar de gediscrimineerde positie van vrouw in de Kerk.
    Het werk werd eenmalig tentoongesteld in het Geuzenhuis te Gent en bleef nadien in eigen privé-bezit. De foto is ingekaderd op houten plank. In tegenstelling tot andere fotografen die een oplage produceren, bestaat van deze foto maar één uniek exemplaar.
    Nog een detail: In 1920 werd ze door diezelfde Kerk heilig verklaard! En omdat ze stemmen hoorde in haar leven, werd ze patrones van de radio en telegrafie…




    Reacties (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Félicien Rops: De vrouw met het varken
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Félicien Rops en de kunst van het provoceren. Rops had een hekel aan hypocrisie. Hij kwam uit een begoede familie en werd als kind bij de jezuïeten gestuurd, wat hem later een haat tegen de Kerk bezorgde. Ook de schijnheiligheid van de rijke klasse ergerden hem mateloos. Zelf hield hij er een liederlijke levensstijl op na en wou als kunstenaar net niet beroemd worden. 
    Hij had een grote aanleg voor tekenen en in kleine details kon hij scherpe kritiek uiten op de hypocriete maatschappij.

    Dit werk ‘Pornokratès’ maakte hij in de periode dat hij in Parijs woonde, samen met twee zusjes waar hij een menage à trois mee had.
    We zien een vrouw wandelen met een varken op een betonnen fries. Een typisch beeld van de rijke mannen die een promenade maakten met hun minnares in Parijs. Zij is halfnaakt en erotisch gekleed die verwijzen naar bourgeoisie. Ze is geblinddoekt en loopt met een varken aan de leiband. Het varken dat uiteraard de rijke man voorstelt. Symbolisch geeft Rops hiermee weer dat de vrouw zich laat leiden door het (rijke) varken doordat ze geblinddoekt is, maar toch heeft ze de rijke in haar bezit met de leiband. Een subtiele verwijzing is ook de gouden staart van het varken. Een verwijzing naar de diensten die ze verleent en waarvoor ze geld krijgt. Het varken van Félicien Rops stond dus voor de beestachtige man, zo dorstig naar seks dat hij zich liet leiden door de vrouw.
    Onderaan staan de vier allegorieën van de kunsten: beeldhouwen, schilderkunst, literatuur en muziek. De gestaltes zien er wanhopig uit, wat wijst op ee nrespect voor kunst door de rijke klasse.
    De titel ‘Pornokratès’ ontleende Rops aan een werk van Proudhon waarin hij een maatschappij schetste die geleid wordt door eerzuchtige dames en maîtresses van de rijke heren. (Kratès=heerschappij, porneia: ontucht)
    Over het werk schreef Rops in 1879 aan zijn vriend:
    "Mijn pornocratie is klaar. Deze tekening verrukt me. Ik wil je dit mooie naakte meisje laten zien in zwarte schoenen, handschoenen en haar, zijde, huid en fluweel, geblinddoekt, lopend over een marmeren fries, geleid door een varken met een "gouden staart" over een blauwe hemel. Drie geliefden - de oude geliefden - verdwijnen huilend (...) Ik deed het in vier dagen in een blauw satijnen salon, in een oververhitte flat, vol geuren, waar opopanax en cyclamen me een beetje koorts gaven dat goed was voor de productie en zelfs de voortplanting"




    Reacties (0)
    Foto
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Blog als favoriet !
    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!